eilander schreef:à Brakel zegt ook nog dit, direct na het citaat dat ik hiervóór aanhaalde:
Maar dat zeggen wij vooraf, dat niemand bekommerd moet zijn over de wijze van bekering, omdat hij niet is overgebracht op deze of gene wijze, die men zichzelf voorschrijft, of op welke anderen bekeerd zijn. Als de bekering er is, dan is het wél, en ziet tot uw ontsteltenis niet terug op de wijze, al was de wijze van bekering in u zodanig, dat gij nooit iets dergelijks gelezen of gehoord had. Want de wegen Gods zijn wonderbaar, en de een ondervindt wel iets, daar de andere niet van weet, ook in de gewone weg tot bekering; maar men moet dikwijls terugzien op al de voorzienigheden en wegen, waardoor God ons geleid heeft, dat geeft ons stof van verwondering, van verheerlijking van God, en van vaststelling van zijn staat.
Ik ben benieuwd naar je reactie, DIA.
Dat is de praktijk waar à Brakel over schrijft.
Ik bedoel de ontdekking, de overtuiging, die algemeen, dan wel zaligmakend is. Een waar overtuigde krijgt niet met Jezus van doen, dan zie je eerst dat je tegen God gezondigd heb. Loop de Catechismus maar mee na: Zondag 2, 3, 4.... De zondaar wordt niet naar Jezus gedreven, want die kent en ziet hij niet. Hij weet één ding: Ik heb tegen God gezondigd. Ik kan mijn vreugde en doen en laten niet meer in de wereld vinden. Ik weet één ding: God is recht, en ik heb tegen Hem gezondigd. Dan zie ik Jezus niet. Ik weet niet wie Hij is, ik heb slechts van hem gehoord in het Heilig Woord. Dat bedoelde ik dus: er is zomaar niet in een keer plaats voor Jezus, voor wie aan zijn verloren staat is ontdekt.
Gisteren werd een kenmerk genoemd: Kan ik weten of het een algemene of een ware overtuiging is? Een ware overtuiging gaat niet weg, en wenst niet anders dan door recht verlost te worden, en zijn gebed wordt: Zegt Gij tot mijn ziel: Ik ben Uw heil. Dan voel je wel: Ik kan zo niet voor God bestaan. Dan moet er dus plaats komen voor een Borg en Middelaar. Maar eerst ontdekking: Is er nog enig middel om die welverdiende straf te ontgaan? Wordt dan naar Jezus gewezen? Nee niet direct: God wil dat aan zijn gerechtigheid genoeg geschied. Wie kan dat? Geen schepsel, geen engel, totdat de Christus wordt geopenbaard. Eerder kan er geen rust zijn, en wenst een door Gods Geest bearbeidde ziel ook nergens anders op of in te rusten dan in de Ene Grond, Die hij niet kent. Waar God Zelf plaats voor maakt. Als erop gewezen wordt dat aan Gods recht moet voldaan worden, wordt het van des mensen kant immers een verloren zaak?
Hebt u wel eens een christen ontmoet die behouden is zonder verloren te gaan? Die zegt te leven en de stervensweg niet kent? Ik geloof dat dit toch de bevindelijke weg is: Van ons wordt alles afgesneden, en als ik het niet meer kan verwachten, en Gods recht toeval, dan... Zie ik dan Jezus? Nu moet een mens die dit rechtsgeding gepasseerd is maar verder praten, want theorie zonder praktijkkennis is ook een hachelijke zaak. Wie het vat vatte het.
Gods wegen zijn zeer wonderbaar: We kennen ze die nooit bij het Woord waren opgegroeid, en toch door het Woord werden overtuigd en onderwezen. Zijn wonderen zijn niet af te meten. En Hij werkt dat alles om de eer en verheerlijking van Zichzelf. Weet u, het gaat niet in de eerste plaats om het behoud van een mens, maar God wil Zich door het behouden van verloren zondaren in de eerste plaats zich Zelf verheerlijken. Dan is alle roem uitgesloten, en mag de kerk roemen in vrije gunst alleen.