Anker schreef:Tiberius schreef:huisman schreef:(ds van Aalst laat ik buiten deze discussie omdat het mijn persoonlijke overtuiging is dat hij een andere doopvisie heeft dan ds van Voorden )
Klopt. Ik realiseer me, dat ik Anker nog een antwoord schuldig ben hierover, maar dat houdt hij nog tegoed: ben er helaas nog niet aan toegekomen.
O, ik vind de vergelijking wel heel erg overeenkomen. Ben daarom wel erg benieuwd naar je verweer.
Het verschil zit hem alleen dat hij het in de prediking een soort van breder wil trekken terwijl het toch eigenlijk alleen voor de uitverkorenen is. Dat maakt het boekje ook zo vaag.
Weet je: ik begrijp de doopvisie van de drieverbonders en anderen heel goed. En vanuit die visie begrijp ik ook heel goed het probleem wat ze ondervinden bij de visie van ds. van Voorden. Ik begrijp die laatste visie ook heel goed en ik sluit me daar graag bij aan. Wat ds. van Aalst doet is er soms een beetje tussen gaan zitten. En volgens mij kan dat eenvoudigweg niet. En kom dan niet met loze kreten als gelukkige inconsequentie en zo, dat lost ook niets op. En vandaaruit begrijp ik dat sommige predikanten naar rechts gaan hangen en exact hetzelfde zeggen en denken als ds. van Voorden en dat andere predikanten wat naar links gaan hangen en uitspraken gaan doen over pleiten op de doop enzo. Maar echt duidelijk is dat ook weer niet.
Het is een spanningsveld: enerzijds de verantwoordelijkheid van de mens, anderzijds de soevereiniteit Gods.
De prediking in de GG (of laat ik het beperkter zeggen: die van ds. Van Aalst, maar je treft bij vele andere predikanten binnen de GG aan) kenmerkt zich door dat spanningsveld.
Je kan dat ook terugvinden in de Dordtse Leerregels, hoofdstuk 2. Enerzijds artikel 5 (Voorts is de belofte des Evangelies, dat een iegelijk, die in den gekruisigden Christus gelooft, niet verderve, maar het eeuwige leven hebbe; welke belofte aan alle volken en mensen, tot welke God naar Zijn welbehagen Zijn Evangelie zendt, zonder onderscheid moet verkondigd en voorgesteld worden, met bevel van bekering en geloof) en anderzijds artikel 8 (... God heeft gewild, dat Christus door het bloed Zijns kruises (waarmede Hij het nieuwe verbond bevestigd heeft), uit alle volken, stammen, geslachten en tongen, diegenen allen, en die alleen, krachtiglijk zou verlossen, die van eeuwigheid tot de zaligheid verkoren, en van den Vader Hem gegeven zijn ...).
Dat spanningsveld doortrekt ook Van Aalsts boekje "Van kind tot kind": de
belofte komt iedereen toe, maar de
vervulling vindt plaats in de weg van geloof en bekering in de uitverkorenen.
Je vindt dat wat vaag, maar dan moet je de Bijbel ook vaag vinden, en de Dordtse Leerregels. De Bijbel spreekt ook van de verantwoordelijkheid van de mens ("Bekeert u") en de soevereiniteit Gods ("Ik zal u een nieuw hart geven"). Recent heeft Huisman die beide schriftgedeelten uit Exechiël hier op het forum naast elkaar gezet. Dat gebeurt in de prediking ook.
Zo zeggen de kanttekeningen het ook in Handelingen 2.
Enerzijds: "Want u komt de belofte toe, en uw kinderen", te weten:
(80) Namelijk, die tevoren is verhaald uit Joël. 2:28, en dat ook volgens het verbond Gods, dat Hij met Abraham en zijn zaad gemaakt heeft; Gen. 17:7.
(83) Namelijk tot de uitverkoren Joden, door de predikatie des Evangelies. (Let wel, dat hier de uitverkiezing in bredere zin wordt bedoeld "door de prediking des Evangelies", niet de uitverkiezing tot zaligheid, Tib).
En anderzijds:"Die dan zijn woord gaarne aannamen, werden gedoopt".
(86) Of, met behagen, gewilliglijk; daartoe door de genade Gods gewillig gemaakt zijnde.
Kennelijk waren er onder die mensen die de belofte toekwam, ook die zijn woord niet gaarne aannamen.