Valcke schreef: ↑27 dec 2025, 23:17
Je hanteert een doelredenering door de Schriftgegevens over de doop te versmallen tot 1 of 2 teksten. Juist bij de bestudering van jouw vraag viel mij op dat de geschiedenissen steeds andere aspecten laten zien. Ananas die bij Paulus aandringt op zijn doop, de apostel Petrus die beveelt dat Cornelius en allen die bij hem zijn gedoopt worden. De kamerling die uitdrukkelijk zelf om zijn doop vraagt, en de meeste gevallen waar eenvoudig staat dat zij gedoopt werden, of zij en hun huis gedoopt werden. Dat valt niet te reduceren tot één uniform stramien onafhankelijk van wel of niet uit christelijke ouders geboren zijn. Dan buig je echt de Schrift naar een vooropgezet doel. Je moet de gehele Schrift in dit kader laten spreken, niet slechts één of twee teksten die je vooropgezette mening bevestigen.
In het Nieuwe Testament zie je voornamelijk dat mensen eerst zelf tot geloof komen en daarna worden gedoopt. Er is geen enkel expliciet voorbeeld waarin een jong kind zelf om de doop vraagt.
De gebruikelijke volgorde is: prediking (horen) <> geloof <> doop. Dat blijkt onder meer uit: Handelingen 2:38–41: “Bekeert u en laat ieder van u gedoopt worden …” en: “Zij die zijn woord aannamen, lieten zich dopen.”
Handelingen 8:36–38: De Ethiopische kamerling vraagt zélf om gedoopt te worden.
Handelingen 16:31–33: De cipier van Filippi komt tot geloof en wordt vervolgens gedoopt.
In al deze gevallen gaat het om bewuste geloofskeuzes: volwassenen, of in elk geval mensen die zelf kunnen antwoorden. In het Nieuwe Testament vraagt de doopkandidaat zelf om de doop. De kinderdoop is daarom ten minste niet op het Nieuwe Testament gegrond.
Er zijn ook teksten over de doop van een heel huis of gezin, zoals bij Lydia (Handelingen 16:15). Het Nieuwe Testament vermeldt daarbij echter niet expliciet of er kinderen bij waren, en al helemaal niet dat eventuele kinderen zelf om de doop vroegen.
Susan’s conclusie is dus correct: in het Nieuwe Testament wordt de doop meestal verbonden aan persoonlijk geloof en belijdenis. En inderdaad: nergens staat dat een dopeling zelf om de doop vraagt wanneer het om een kind zou gaan.
De kinderdoop wordt pas later door de Kerk theologisch onderbouwd, onder andere vanuit de verbondsgedachte, maar niet rechtstreeks op basis van een duidelijk Nieuwtestamentisch voorbeeld.
Wat betreft de doop van de Romeinse hoofdman Cornelius zijn de relevante details in het Nieuwe Testament helder: de gebeurtenis vindt plaats in Caesarea, en
nadat de Heilige Geest is neergedaald op Cornelius en zijn huisgenoten terwijl Petrus spreekt, geeft Petrus opdracht hen te dopen. In Handelingen 11:1–18 legt Petrus hierover later verantwoording af in Jeruzalem,
juist omdat Cornelius de eerste niet-Jood was die werd gedoopt.
En dan over doelredenering en het versmallen van de Schrift gesproken: ik vind je hierin hypocriet.
Toen wij het hadden over overdopen in Handelingen 19, waar de mannen in Efeze al gedoopt waren maar toch opnieuw werden gedoopt, stelde jij dat er een Griekse tekstvertaling nodig was om aan te tonen dat dit niet zo was. Ik antwoordde dat je dan consequent moet zijn en ook de drie-eenheid zou moeten verwerpen, aangezien die eveneens niet expliciet in de Griekse tekst voorkomt. Op die tegenwerping bleef het antwoord uit.
..