Gereformeerde Gemeenten

Iemand
Berichten: 91
Lid geworden op: 09 okt 2023, 17:56

Re: Gereformeerde Gemeenten

Bericht door Iemand »

R+ck schreef: 15 jul 2025, 09:34 Dank voor je reactie. Je benadrukt terecht de kracht en het gezag van Gods Woord zelf — dat is onbetwist.
Het Woord is levend en krachtig (Hebr. 4:12), en God heeft Zichzelf daaraan verbonden.
Toch is het eenzijdig om te stellen dat de predikant of zijn houding er in wezen niet toe doet, zolang de waarheid maar wordt uitgesproken.
Dat zou suggereren dat God slechts een informatiestroom beoogt, geen ontmoeting met Zichzelf via Zijn Geest.

Ik zal inhoudelijk op de door jou aangedragen teksten ingaan:
Je verwijst naar Filippenzen 1:15, waar Paulus zich verblijdt over Christus' verkondiging, zelfs als die uit verkeerde motieven gebeurt.
Wat hier wel van belang is, dat geval gaat over het juiste Evangelie dat wordt gepredikt. Paulus maakt echter ook duidelijk dat niet iedere prediking, zelfs als die over Jezus gaat, acceptabel is voor God. In Galaten 1:8 zegt hij:
"Maar al ware het dat wij, of een engel uit de hemel, u een ander Evangelie verkondigde dan hetgeen wij u verkondigd hebben, die zij vervloekt."

Het gaat dus niet alleen om de uiterlijke vorm of inhoud, maar om de bron en gezindheid. God verlangt waarheid in het binnenste (Ps. 51:8). Een preek kan wel theologisch kloppen, zonder innerlijke verbondenheid met Christus en de werking van Zijn Geest is het slechts een vorm zonder kracht (2 Tim. 3:5).

Wat betreft Mattheüs 10:19 — de belofte dat het hen “in dezelve ure gegeven” zal worden wat ze spreken moeten — dat wijst juist op afhankelijkheid van de Heilige Geest in het moment van spreken. Dit spreekt niet van alleen herinnering aan eerdere leringen (zoals Johannes 14:26 noemt), maar van een actuele inspiratie. Dus geen herinnering alléén, maar leiding en openbaring in het spreken. Dat komt ook overeen met 1 Petrus 4:11:
“Indien iemand spreekt, dat hij spreke als de woorden Gods.”
Dat spreekt over meer dan alleen het herhalen van Schriftgedeelten. Het gaat om door de Geest gedragen woorden die uit Gods tegenwoordigheid voortkomen. Daarom schreef Paulus ook:
“Mijn rede en mijn prediking was niet in beweeglijke woorden der menselijke wijsheid, maar in betoning van Geest en kracht” (1 Kor. 2:4).

De prediker moet dus niet alleen uitlegger zijn, maar ook een getuige. Iemand die spreekt wat hij zelf ontvangen heeft in de omgang met God. Alleen dan is het geen ‘lezing’, maar levende Woordverkondiging.
Wat Jona betreft: ja, God gebruikte zijn prediking krachtig, ondanks zijn onwilligheid. Maar dat is genade — niet norm. Nergens wordt ons Jona als modelprediker voorgesteld. Zijn ongehoorzaamheid en harteloosheid worden juist bekritiseerd in het boek. God laat Zich niet binden aan onze ontrouw, maar gebruikt ook kromme stokken om rechte slagen te geven. Dat is een getuigenis van Zijn soevereiniteit, niet van een model voor prediking.

Ja, de hoorder draagt verantwoordelijkheid, maar dat ontslaat de prediker niet van zijn roeping om vanuit de gemeenschap met God te spreken. Jezus zei:
“De woorden die Ik tot u spreek, zijn geest en zijn leven” (Joh. 6:63).

Mogen onze predikers geen woorden alleen over God spreken, maar woorden die geboren zijn uit omgang met Hem, als gezanten van Christuswege.
Dan komt er kracht, dan spreekt God Zelf door hen heen — en dát is de prediking die levend maakt.
Laten we daarom inderdaad blijven bidden dat onze predikanten meer dan exegeten zullen zijn: boodschappers uit Gods tegenwoordigheid.
Ik denk niet dat wij het eens gaan worden, je schrijft wel dat ik de kracht en het gezag van Gods woord terecht benadruk, en dat dit onbetwist is, maar je schrijft eveneens dat een predikant die Gods woord verklaart, en daar in geen enkel opzicht van afwijkt, maar niet vanuit een levend geloof, een lezing houdt en dat het geen levende woordverkondiging is. Dit doet mijns inziens wel degelijk de kracht van Gods woord te kort. Voor de duidelijkheid: ik beweer niet dat het wenselijk of goed is als een prediker spreekt over zaken waar hij niets van kent, maar de stelling 'men kan perfect de Schrift uitleggen vanuit het hoofd, maar dan is het een lezing en geen levende Woordverkondiging' vind ik absoluut niet te verdedigen.

De Heere zegt over de Farizeeërs: 'al wat zij u zeggen, dat gij houden zult, houdt dat en doet het; maar doet niet naar hun werken; want zij zeggen het, en doen het niet', Matt. 23:3. In jouw standpunt ligt de wortel voor het vellen van een oordeel over de gesteldheid van een predikant, in plaats van over de boodschap die hij brengt. (Ik zeg niet dat je het zo bedoelt, maar de kiem zie ik wel.) Dit lijkt enigzins op het Roomse standpunt m.b.t. de sacramenten, waarbij het een voorwaarde voor de geldigheid van de sacramenten is dat de bedienaar de intentie heeft 'te doen wat de kerk doet'. Ik neem aan dat je zult toestemmen dat Gods Geest de sacramenten hun kracht geeft, ongeacht de intentie van de bedienaar. Daarnaast is deze zienswijze bezwaarlijk voor de hoorder, omdat hij niet kan weten hoe de predikant gesteld is. Ik houd iedere predikant die Gods woord verkondigt voor een gezant van Christuswege, omdat ik wel over de leer, maar niet over het hart kan oordelen.

Wat ik verder mis in je reactie is de koppeling van je eigen woorden aan de door mij aangehaalde teksten. Jouw woorden interpreteer ik namelijk als volgt ten opzichte van Filippenzen 1:18
  • Paulus verblijdt zich als Christus door nijd en twist gepredikt wordt.
  • Die predikanten, die door haat en nijd predikten, hadden geen levend geloofsleven en hadden geen 'boodschap ontvangen'.
  • Paulus zou zich niet verblijden als Christus gepredikt werd door wat jij 'een lezing en geen levende Woordverkondiging' noemt.
  • Dus kan er een levende verkondiging zijn zonder dat er een levend geloofsleven is, of Paulus verblijdt zich in 'een lezing en geen levende Woordverkondiging'.
Voor wat betreft de teksten die je zelf aanhaalt, ik zie niet in hoe deze teksten betrekking hebben op de gesteldheid van de predikant in de verkondiging van het woord:
Psalm 51:8 - Dat God waarheid in het binnenste verlangt ontken ik niet, maar dat is persoonlijk, dat hoeft niet noodzakelijkerwijs impact op de prediking te hebben. Ik zie niet in waarom Judas de levende waarheid niet verkondigd zou hebben toen hij gepreekt heeft. Net zoals Bileam en Kajafas geprofeteerd hebben. Er zullen er zelfs zijn die in Jezus' naam duivelen uitgeworpen hebben, en die Hij toch nooit gekend heeft.

1 Petrus 4:11 - Ik houd me hier aan de verklaring van de kanttekening die optekent bij ‘als de woorden Gods’: ‘dat is, met allen ernst en eerbied, gelijk het betamelijk is Gods Woord te spreken’.

2 Timotheüs 3:5 - Ook hier houd ik me aan de verklaring van de kanttekening, die dit op het leven betrekt en niet op de leer, en die luidt: ‘dat is, de dadelijke oefening ervan betrachten zij niet’.

1 Korinthe 2:4 - Ook hier houd ik me aan de verklaring van de kanttekening, die er steeds op wijst dat de kracht bestaat in de inwendige werking van de Heilige Geest, en die op vers 4 schrijft: ‘dat is, betoning der geestelijke kracht, die uiterlijk door wonderen en inwendig door de werking des Heiligen Geestes bij zijn woord was gevoegd, 2 Kor. 3:3’, en op vers 5: ‘dat is, in de goddelijkheid der leer, door de kracht des Geestes Gods aan onze harten betuigd; Hand. 16:14.’
Plaats reactie