huisman schreef:samanthi schreef:@huisman
Ik heb net uitgebreid geschreven dat dat drie keer voorkomt.
Stefanas, de stokbewaarder en Lydia, alleen bij Lydia lees je niets over het geloof bij de andere huisgenoten, dus op het feit dat dit hier niet beschreven is de kinderdoop gefundeerd?
Wel lees ik dit:Handelingen 8
12 Maar toen zij Filippus geloofden, die het Evangelie van het Koninkrijk Gods, en van den Naam van Jezus Christus verkondigde, werden zij gedoopt, beiden, mannen en vrouwen.
Dit is gewoon niet waar en door Valcke weerlegd.
Verder heb jij de gewoonte om op veel wat geschreven is niet in te gaan en dat is vermoeiend.
Net zo vermoeiend als de kinderdoop te moeten verdedigen op een reformatorisch forum. Eigenlijk te bizar voor woorden.
Ik wil niet persoonlijk worden maar ik begrijp echt helemaal niets van jouw standpunt. Als je jouw lijn doortrekt moet je je laten overdopen want jouw kinderdoop was toch on-Bijbels?
Doop en geloof. Ook in situatie van Handelingen en de doop van huisgezinnen.
Hoe zit het dan met de doop van huisgezinnen? Werden daar dan niet allen gedoopt, ongeacht of nu wel allen bekeerd waren? Laten we het eensnagaan.
Het eerste geval is dat van het huis van Cornelius. We lezen daarvan:
a. dat God Cornelius opdraagt Simon Petrus te ontbieden, die 'woorden tot u zal spreken, waardoor gij behouden zult worden, gij en uw hele huis' (Hand. 11: 14);
b. dat allen aanwezig waren om te horen wat God Petrus bevolen had (Hand.10: 33);
c. dat Petrus in zijn prediking duidelijk de voorwaarde van geloof stelt, wil men vergeving van zonden ontvangen (vs. 43);
d. dat de Heilige Geest viel op allen die het woord hoorden (vs. 44);
e. dat zij, die de Heilige Geest ontvangen hadden, gedoopt werden (vs. 47). Van een doop van onbekeerden is dus geen sprake!
Het tweede geval van een doop van een huisgezin is dat van Lydia. Van man en kinderen lezen we daarbij niets, zodat het zeer de vraag is of er in dit geval van een huisgezin gesproken kan worden. Met 'huis' worden namelijk niet alleen de kinderen aangeduid, maar ook allen die in het huis verkeren: personeel, slaven enz. Van kinderen lezen we dus niets, en Hand. 16: 40: 'gingen zij naar Lydia; en toen zij de broeders gezien en vermaand hadden, gingen zij heen' wekt nu niet bepaald de indruk dat er kinderen aanwezig waren.
In ditzelfde hoofdstuk lezen we over de stokbewaarder, die met zijn huis gedoopt werd. We moeten dan letten:
a. op vers 32 waar staat:
'Zij spraken het woord van de Heere tot hem, en ook tot allen, die in zijn huis waren'.
Deze bewoordingen sluiten uit dat het over zuigelingen zou gaan. Tot baby's richt je het woord niet; b. en op vers 34, waar getuigd wordt: 'hij verheugde zich, dat hij met zijn hele huis tot het geloof in God gekomen was'.
Ook dit vers laat zien dat de leden van het huis van de stokbewaarder voldoende oud waren om tot geloof te kunnen komen.
Voor het vierde geval moeten we naar Hand. 18 waar in vers 8 staat:
'En Crispus, de overste van de synagoge, geloofde in de Heere met heel zijn huis'.
We nemen op grond van het slot van dit vers aan, dat dit hele huisgezin gedoopt is, al spreekt Paulus in 1 Kor. 1: 14 alleen over de doop van Crispus. Het kan zijn dat de andere leden van dit huis door anderen zijn gedoopt. Hoe dan ook: het hele 'huis' geloofde.
In 1 Kor. 1 wordt ook het vijfde geval van zo'n doop van een huisgezin vermeld. Paulus schrijft in vers 16 namelijk nog: 'Ik heb ook nog het huisgezin van Stefanas gedoopt'.
Uit wat voor leden bestond dit gezin? Weten we er iets van? ja zeker. Slaat u 1 Korinthe 16 maar op. De apostel geeft daar een prachtig getuigenis van dit gezin:
'En ik vermaan u, broeders, (gij kent het huis van Stefanas, dat het de eersteling is van Achaje en dat zij zich ten dienste van de heiligen hebben gesteld)' (1 Kor. 16: 15).
Dus ook hier gaat het om personen, die welbewust tot het geloof in Christus zijn gekomen.