liz boer schreef:Junia schreef:Liz Boer schreef:
Het 4e gebod gaat echt over de sabbat, de 6e dag, de eerste dag van de week is de "dag des Heeren", de dag van samenkomst, van goederen delen, de dag dat de Geest uitgestort werd, de dag dat Johannes mediteerde op het strand.
Een belangrijke dag, waar we heel zuinig op moeten zijn, maar toch een dag in een ander kader dan de oudtestamentische sabbat.
Je kunt in de hele Bijbel geen enkele onderbouwing vinden dat de eerste dag van de week, de zondag,
'de dag des Heeren' is.
Waar de profeten spreken over 'de dag des Heeren', wordt de periode bedoeld rondom de terugkeer van de Here Jezus. Dat Johannes zijn visioenen kreeg op de 'dag des Heeren' kan je dan ook niet interpreteren als op de zondag, maar hij was in de geest in de periode van oordeel en gerichten die zullen plaats vinden rondom de terugkeer van onze Heere. Het boek Openbaring staat daar dan ook vol mee.
Een goede stelregel is, dat wanneer je een woord of begrip tegen komt en niet weet hoe je het moet interpreteren, dan ga je terug in de Bijbel om te zien wat er in eerdere teksten over is gezegd. Geen enkele keer wordt er dan de zondag mee bedoeld.
Dit alles doet niks af van het feit dat de zondag een mooie dag is, omdat we de opstanding van de Heere dan gedenken.
openbaring 1 : 10
Je begrijpt mijn punt niet Liz. Ik weet dat in Openbaring staat dat Johannes in vervoering raakte op de dag des Heeren, maar wie zegt dat dat de zondag is? Dat is een interpretatie. Een onjuiste, want nergens in de Bijbel wordt met de dag des Heeren de zondag bedoeld. Als de profeten spreken over de dag des Heeren is dat geen opstandingsdag, maar de tijd van oordeel en gerichten die zullen plaats vinden in het einde der tijden.
Verwijzingen naar teksten met ‘dag des Heeren’
Eerst NT:
Hand 2:20 ‘De grote en doorluchtige dag des Heeren’
1 Cor. 5:5 ‘.. zijn geest behouden worde in den dag des Heeren’
2 Cor 1: 14 ‘…op de dag van onze Heere Jezus Christus’
Phil 1:6 ‘…tot de dag van Christus Jezus’
2:16 ‘mij ten roem tegen de dag van Christus’
1 Thess 2:2 ‘…alsof de dag des Heeren reeds aanbrak’
2 Petr. 3:10 ‘de dag des Heeren zal komen als een dief’
Open. 1:10 ‘in vervoering des geestes op de dag des Heeren’
In alle bovenstaande teksten wordt met ‘de dag des Heeren’ de periode bedoeld die aanbreekt als Jezus terugkomt.
Nu het OT:
Jesaja 13: 6 ‘Jammert, want de dag des Heeren is nabij’
13:9 ‘Zie, de dag des Heeren komt’
Ez 13:5 ‘Opdat het op de dag des Heeren zou kunnen standhouden’
Joël 1: 15 ‘Wee dien dag, want nabij is de dag des Heeren’
2:1 ‘De dag des Heeren komt. Want hij is nabij.’
2:11 ‘Groot is de dag des Heeren, en zeer geducht’
2: 31 ‘…voordat de grote en geduchte dag des Heeren komt.’
3:14 ‘…nabij is de dag des Heeren in het dal der beslissing’
Amos 5: 18 ‘Wee hun, die verlangen naar de dag des Heeren’
‘Wat zal de dag des Heeren voor u zijn?’
5:20 Duisternis zal immers de dag des Heeren zijn’
Obadja:15 ‘Want nabij is de dag des Heeren’
Zef 1: 14 ‘Want nabij is de dag des Heeren’
Mal 4:5 ‘de grote en geduchte dag des Heeren komt’
Ook hier geldt voor alle verzen, dat met de ‘dag des Heeren’ de periode wordt bedoelt die aanbreekt als Jezus terugkomt.
Conclusie: de gedachte dat met de dag des Heeren de zondag wordt bedoeld, berust niet op een Bijbels gegeven.