Simon schreef:De genade Gave was OM NIET.
Daar hoeft NIET meer om GEBEDELD te worden.
In zoverre dat God niets aan ons verplicht is,
maar dat wij wel alles aan God verplicht zijn.
Hoeveel stukken zijn u nodig te weten?
Twee: Hoe groot mijn zonden en ellenden zijn
en hoe ik daarvan verlost wordt.
Maar daar is pas kennis van als we onze ellende
hebben leren kennen.
En wat eist God van ons? Gij zult liefhebben de Heere
uw God met geheel uw hart en met geheel uw ziel
en met geheel uw verstand en met geheel uw
kracht.
Even op een rijtje:
GEHEEL uw HART
GEHEEL uw ZIEL
GEHEEL uw VERSTAND
GEHEEL uw KRACHT
En daarbenenevens moeten we onze naasten
liefhebben als onszelf.
Kun je dit geheel houden?
Nee toch? Je bent van nature toch, net als iedereen
geneigd om God en je naaste te haten.
Of niet?
Is God dan de schuld. met eerbied gezegd,
van onze ellende?
Nee toch? Want God heeft ons goed en naar Zijn
evenbeeld geschapen en dat was in
ware gerechtigheid en heiligheid.
We zijn geschapen om God onze Schepper recht
te kennen en Hem van harte lief te hebben.
Hoe komt het dat we dit niet meer kunnen, en
hoe zijn we in deze staat gekomen?
De val in het paradijs...
Maar zijn we daar dan alzo verdorven geworden,
dat we totaal onbekwaam zijn tot enig goed,
en de wil hebben tot alle kwaad en verkeerde
zaken?
Ja toch? Maar er is een tenzij:
Tenzij dan dat wij door de Geest van God weder-
geboren worden.
Dan zijn we hier bij de noodzaak van de wedergeboorte.
Maar kan de mens zichzelf wederbaren?
Nee dat spreekt vanzelf, want een mens kan ook niets
toedoen aan zijn natuurlijke geboorte.
En nu weten we: God wil deze afval niet ongestraft laten.
God kan de zonde niet door de vingers zien.
Of wel?
Nee! Maar Hij vertoort Zich schrikkelijk over onze
aangeboren en werkelijke zonden en Hij wil die, naar
zijn Recht ook met tijdelijk en eeuwig straffen.
Wat Hij spreekt immers: Vervloekt is een iegelijk die
niet blijft in AL hetgeen geschreven is in het boek der
wet.
Maar God is toch ook wel barmhartig? In Zijn Woord
staat toch: God is Liefde?
Ja dat is waar, maar niet buiten Zijn Recht om.
Hij is wel barmhartig en genadig en groot van
goedertierenheid en waarheid.
Maar daarom eist Zijn gerechtigheid ook dat de zonden
met de hoogste, de eeuwige straf, aan lichaam en ziel
beide gestradt wordt.
Dus wij zijn, als we dat geloven! de verdoemenis
waardig.
Maar dan gaat de catechismus verder en wordt er in
Zondag 5 gevraagd: Is er dan nog enig middel,
waardoor we deze straf zouden kunnen ontgaan en
weer tot genade kunnen komen?
Ja? of nee? Het antwoord is geen ja of nee.
Maar: God wil dat aan Zijn Recht genoeg geschiedde.
Door onszelf kan dat niet want wij maken de
schuld alleen maar dagelijks meer.
Wat dan? Kan een schepsel me helpen? Ook niet,
want God wil de zonde niet aan andere schepselen
de schuld straffen die de MENS heeft gemaakt.
Bovendien is er geen enkel schepsel die de last van
de eeuwige toorn van God kan dragen en ons doordoor
van de straf verlossen.
Wat dan? Wat moeten wij dan voor een Middelaar
en Verlosser zoeken?
Het antwoord in Zondag 5 luidt: Zulk een, Die een
waarachtig en rechtvaardig mens is, en nochthans
sterker dan alle schepselen. Dus dan moet Die Middelaar
en Verlosser teglijk waarachtig God zijn...
En als je zo de HC doorleest kom je met je menselijk
verstand een heel eind, maar je komt niet tot de
daadwerkijlijke oplossing.
Eén ding: Wij kunnen niet voor God bestaan, (als we
dat eens recht inleven), en we moeten Gods heilige
wet volkomen houden.
Niet uit dwang of om daarmee de hemel te verdienen.
Maar om dat God het waardig is.
Nu de vraag: Wat is mijn oogmerk:
Bedoel ik in alles mezelf?
Of bedoel ik alleen God?
Dat is wat ik, jij, u en iedereen wel terdege te
onderzoeken heeft.