Oprechte zondekennis
Oprechte zondekennis
Wanneer heeft een mens oprechte zondekennis?
Deze vraag n.a.v. uitspraak in: http://www.refoforum.nl/forum/viewtopic ... 20&t=10879; "Het omhelzen van de gerechtigheid door het geloof kan gemist worden, terwijl er toch een oprechte kennis is van de zonde, terwijl zulk een toch als een ongelukkige over de aarde gaat, omdat de wet hem veroordeelt."
Deze vraag n.a.v. uitspraak in: http://www.refoforum.nl/forum/viewtopic ... 20&t=10879; "Het omhelzen van de gerechtigheid door het geloof kan gemist worden, terwijl er toch een oprechte kennis is van de zonde, terwijl zulk een toch als een ongelukkige over de aarde gaat, omdat de wet hem veroordeelt."
Eén ding weet ik, dat ik blind ben en niet zie...
Re: Oprechte zondekennis
Hoezo deze vraag en topic?
Hedendaagse bijbelstudie is voor een belangwekkend deel het elimineren van traditioneel-theologische en hermeneutische contradicties.
- Johann Gottfried Walther
- Berichten: 4818
- Lid geworden op: 05 feb 2008, 15:49
Re: Oprechte zondekennis
Wat is oprechte zondekennis?
In de Bijbel ontmoeten we heel wat mensen die diep gebukt gaan onder hun zonden, bij wie het ernst was. Toch zijn zij niet zalig geworden. Kaïn zei: „Mijn zonden zijn groter, dan dat zij vergeven worden." Dat is vreselijk. Als je eigenlijk zegt: „Ik ben zo'n groot zondaar. Het bloed van Christus is niet krachtig genoeg om mijn zonden af te wassen." Dat maakt de duivel je wijs.
Het bloed van Christus is van een oneindige kracht en waardigheid. Al had jij al de zonden van heel de wereld, dan kon je nog gemakkelijk in het bloed van Christus gereinigd worden. De grootheid van je schuld en het gevoel daarvan mogen je niet van Christus afhouden, maar moeten je juist naar Hem uitdrijven. Ook Judas had een enorm schuldgevoel. Maar hij vluchtte ermee van Jezus af. Het bracht hem aan de strop. Wat ontbreekt nu aan dit soort zondekennis? Het voornaamste. Het geloof Gaat de echte zondekennis vooraf aan het geloof? Is het een voorwaarde om te (kunnen) geloven? Zo wordt vaak gedacht. Maar alles wat uit het geloof niet is, is zonde. Dus ook je zondekennis, ook je berouw. Zonder geloof is het onmogelijk Gode te behagen. Dus ook je zondekennis en je berouw kunnen God niet behagen als je niet gelooft.
Echte zondekennis, oprecht berouw is geen voorwaarde tot geloof, maar is vrucht van geloof. Het is goed om eens te luisteren naar wat de grote reformator Calvijn hierover schrijft in zijn Institutie, Boek III, hoofdstuk III: „Niet ten onrechte wordt de hoofdinhoud van het evangelie gesteld in boetvaardigheid en vergeving van zonden." „Dat echter de boetvaardigheid niet alleen terstond volgt op het geloof, maar ook daaruit geboren wordt, moet zonder geschil zijn." „Zij echter die menen, dat de boetvaardigheid veeleer aan het geloof voorafgaat, dan daaruit voortkomt, of daardoor voortgebracht wordt, gelijk de vrucht door de boom, hebben haar kracht nooit gekend en laten zich door een al te licht bewijs tot dit gevoelen brengen." „De boetvaardigheid van het evangelie zien wij in allen, die door de prikkel der zonde bij zichzelf gewond, en door het vertrouwen op Gods barmhartigheid opgericht en opgeleefd, tot de Heere bekeerd zijn." „Maar laat ons bedenken, dat we maat moeten houden, opdat de droefheid ons niet verslinde; want de beangstigde gewetens zijn tot niets in meerdere mate geneigd, dan tot het vervallen in wanhoop. En ook door deze kunstgreep dompelt satan hen, die hij door vrees voor God terneder geworpen ziet, meer en meer in de diepe poel der droefheid, opdat ze daardoor nooit meer zouden oprijzen. De vrees kan niet al te groot zijn, die eindigt in nederigheid en niet wijkt van hoop op vergeving. Maar toch moet men naar het bevel van de apostel (Hebr.12:3) oppassen, dat de zondaar, wanneer hij zich tot zelfmishagen aanzet, niet door al te grote vrees gedrukt, bezwijkt; want op die wijze vlucht men van God, Die ons door boetvaardigheid tot Zich roept."
„De droefheid over de zonden is noodzakelijk, indien ze niet onafgebroken duurt. Ik raad u aan af en toe de voet te wenden van de drukkende en beangstigende herinnering uwer wegen, en te gaan naar het effen veld van de rustige overdenking van Gods weldaden. Laat ons de alsem mengen met honing, opdat heilzame bitterheid gezondheid kunne schenken, wanneer ze gematigd door ingemengde zoetheid gedronken wordt; en indien gij van uzelf gevoelt in nederigheid, voelt dan ook van de Heere in goedheid." Tot zover Calvijn.
Echte zondekennis brengt ons dus altijd aan de voeten van de Heere Jezus. Ze doet „niet wijken van de hoop op vergeving". Het oprechte gebed om vergeving kan er nooit zijn zonder geloof in en hoop op vergeving. We zien dat ook zo duidelijk in de gelijkenis die de Heere Jezus vertelt over de Parizeer en de tollenaar. Daarover de volgende keer iets meer.
Ds. D.J. Budding
In de Bijbel ontmoeten we heel wat mensen die diep gebukt gaan onder hun zonden, bij wie het ernst was. Toch zijn zij niet zalig geworden. Kaïn zei: „Mijn zonden zijn groter, dan dat zij vergeven worden." Dat is vreselijk. Als je eigenlijk zegt: „Ik ben zo'n groot zondaar. Het bloed van Christus is niet krachtig genoeg om mijn zonden af te wassen." Dat maakt de duivel je wijs.
Het bloed van Christus is van een oneindige kracht en waardigheid. Al had jij al de zonden van heel de wereld, dan kon je nog gemakkelijk in het bloed van Christus gereinigd worden. De grootheid van je schuld en het gevoel daarvan mogen je niet van Christus afhouden, maar moeten je juist naar Hem uitdrijven. Ook Judas had een enorm schuldgevoel. Maar hij vluchtte ermee van Jezus af. Het bracht hem aan de strop. Wat ontbreekt nu aan dit soort zondekennis? Het voornaamste. Het geloof Gaat de echte zondekennis vooraf aan het geloof? Is het een voorwaarde om te (kunnen) geloven? Zo wordt vaak gedacht. Maar alles wat uit het geloof niet is, is zonde. Dus ook je zondekennis, ook je berouw. Zonder geloof is het onmogelijk Gode te behagen. Dus ook je zondekennis en je berouw kunnen God niet behagen als je niet gelooft.
Echte zondekennis, oprecht berouw is geen voorwaarde tot geloof, maar is vrucht van geloof. Het is goed om eens te luisteren naar wat de grote reformator Calvijn hierover schrijft in zijn Institutie, Boek III, hoofdstuk III: „Niet ten onrechte wordt de hoofdinhoud van het evangelie gesteld in boetvaardigheid en vergeving van zonden." „Dat echter de boetvaardigheid niet alleen terstond volgt op het geloof, maar ook daaruit geboren wordt, moet zonder geschil zijn." „Zij echter die menen, dat de boetvaardigheid veeleer aan het geloof voorafgaat, dan daaruit voortkomt, of daardoor voortgebracht wordt, gelijk de vrucht door de boom, hebben haar kracht nooit gekend en laten zich door een al te licht bewijs tot dit gevoelen brengen." „De boetvaardigheid van het evangelie zien wij in allen, die door de prikkel der zonde bij zichzelf gewond, en door het vertrouwen op Gods barmhartigheid opgericht en opgeleefd, tot de Heere bekeerd zijn." „Maar laat ons bedenken, dat we maat moeten houden, opdat de droefheid ons niet verslinde; want de beangstigde gewetens zijn tot niets in meerdere mate geneigd, dan tot het vervallen in wanhoop. En ook door deze kunstgreep dompelt satan hen, die hij door vrees voor God terneder geworpen ziet, meer en meer in de diepe poel der droefheid, opdat ze daardoor nooit meer zouden oprijzen. De vrees kan niet al te groot zijn, die eindigt in nederigheid en niet wijkt van hoop op vergeving. Maar toch moet men naar het bevel van de apostel (Hebr.12:3) oppassen, dat de zondaar, wanneer hij zich tot zelfmishagen aanzet, niet door al te grote vrees gedrukt, bezwijkt; want op die wijze vlucht men van God, Die ons door boetvaardigheid tot Zich roept."
„De droefheid over de zonden is noodzakelijk, indien ze niet onafgebroken duurt. Ik raad u aan af en toe de voet te wenden van de drukkende en beangstigende herinnering uwer wegen, en te gaan naar het effen veld van de rustige overdenking van Gods weldaden. Laat ons de alsem mengen met honing, opdat heilzame bitterheid gezondheid kunne schenken, wanneer ze gematigd door ingemengde zoetheid gedronken wordt; en indien gij van uzelf gevoelt in nederigheid, voelt dan ook van de Heere in goedheid." Tot zover Calvijn.
Echte zondekennis brengt ons dus altijd aan de voeten van de Heere Jezus. Ze doet „niet wijken van de hoop op vergeving". Het oprechte gebed om vergeving kan er nooit zijn zonder geloof in en hoop op vergeving. We zien dat ook zo duidelijk in de gelijkenis die de Heere Jezus vertelt over de Parizeer en de tollenaar. Daarover de volgende keer iets meer.
Ds. D.J. Budding
"Zie, de Heere is gekomen met Zijn vele duizenden heiligen, om gericht te houden tegen allen, en te straffen alle goddelozen onder hen, vanwege al hun goddeloze werken, die zij goddelooslijk gedaan hebben, en vanwege alle harde woorden, die de goddeloze zondaars tegen Hem gesproken hebben"
Re: Oprechte zondekennis
Een antwoord waarin ik me helemaal herken.
De ware zondekennis brengt aan de voeten van Jezus. En ... houdt je daar.
De ware zondekennis brengt aan de voeten van Jezus. En ... houdt je daar.
Re: Oprechte zondekennis
Inderdaad, de werkelijke betekenis van zonde zijn, leer je pas aan de voet van het kruis.dennis schreef:Een antwoord waarin ik me helemaal herken.
De ware zondekennis brengt aan de voeten van Jezus. En ... houdt je daar.
Re: Oprechte zondekennis
Zou het oprechte zondekennis zijn geweest bij Kaïn?Johann Gottfried Walther schreef:Wat is oprechte zondekennis?
In de Bijbel ontmoeten we heel wat mensen die diep gebukt gaan onder hun zonden, bij wie het ernst was. Toch zijn zij niet zalig geworden. Kaïn zei: „Mijn zonden zijn groter, dan dat zij vergeven worden." Dat is vreselijk. Als je eigenlijk zegt: „Ik ben zo'n groot zondaar. Het bloed van Christus is niet krachtig genoeg om mijn zonden af te wassen." Dat maakt de duivel je wijs.
Het bloed van Christus is van een oneindige kracht en waardigheid. Al had jij al de zonden van heel de wereld, dan kon je nog gemakkelijk in het bloed van Christus gereinigd worden. De grootheid van je schuld en het gevoel daarvan mogen je niet van Christus afhouden, maar moeten je juist naar Hem uitdrijven. Ook Judas had een enorm schuldgevoel. Maar hij vluchtte ermee van Jezus af. Het bracht hem aan de strop. Wat ontbreekt nu aan dit soort zondekennis? Het voornaamste. Het geloof Gaat de echte zondekennis vooraf aan het geloof? Is het een voorwaarde om te (kunnen) geloven? Zo wordt vaak gedacht. Maar alles wat uit het geloof niet is, is zonde. Dus ook je zondekennis, ook je berouw. Zonder geloof is het onmogelijk Gode te behagen. Dus ook je zondekennis en je berouw kunnen God niet behagen als je niet gelooft.
Echte zondekennis, oprecht berouw is geen voorwaarde tot geloof, maar is vrucht van geloof. Het is goed om eens te luisteren naar wat de grote reformator Calvijn hierover schrijft in zijn Institutie, Boek III, hoofdstuk III: „Niet ten onrechte wordt de hoofdinhoud van het evangelie gesteld in boetvaardigheid en vergeving van zonden." „Dat echter de boetvaardigheid niet alleen terstond volgt op het geloof, maar ook daaruit geboren wordt, moet zonder geschil zijn." „Zij echter die menen, dat de boetvaardigheid veeleer aan het geloof voorafgaat, dan daaruit voortkomt, of daardoor voortgebracht wordt, gelijk de vrucht door de boom, hebben haar kracht nooit gekend en laten zich door een al te licht bewijs tot dit gevoelen brengen." „De boetvaardigheid van het evangelie zien wij in allen, die door de prikkel der zonde bij zichzelf gewond, en door het vertrouwen op Gods barmhartigheid opgericht en opgeleefd, tot de Heere bekeerd zijn." „Maar laat ons bedenken, dat we maat moeten houden, opdat de droefheid ons niet verslinde; want de beangstigde gewetens zijn tot niets in meerdere mate geneigd, dan tot het vervallen in wanhoop. En ook door deze kunstgreep dompelt satan hen, die hij door vrees voor God terneder geworpen ziet, meer en meer in de diepe poel der droefheid, opdat ze daardoor nooit meer zouden oprijzen. De vrees kan niet al te groot zijn, die eindigt in nederigheid en niet wijkt van hoop op vergeving. Maar toch moet men naar het bevel van de apostel (Hebr.12:3) oppassen, dat de zondaar, wanneer hij zich tot zelfmishagen aanzet, niet door al te grote vrees gedrukt, bezwijkt; want op die wijze vlucht men van God, Die ons door boetvaardigheid tot Zich roept."
„De droefheid over de zonden is noodzakelijk, indien ze niet onafgebroken duurt. Ik raad u aan af en toe de voet te wenden van de drukkende en beangstigende herinnering uwer wegen, en te gaan naar het effen veld van de rustige overdenking van Gods weldaden. Laat ons de alsem mengen met honing, opdat heilzame bitterheid gezondheid kunne schenken, wanneer ze gematigd door ingemengde zoetheid gedronken wordt; en indien gij van uzelf gevoelt in nederigheid, voelt dan ook van de Heere in goedheid." Tot zover Calvijn.
Echte zondekennis brengt ons dus altijd aan de voeten van de Heere Jezus. Ze doet „niet wijken van de hoop op vergeving". Het oprechte gebed om vergeving kan er nooit zijn zonder geloof in en hoop op vergeving. We zien dat ook zo duidelijk in de gelijkenis die de Heere Jezus vertelt over de Parizeer en de tollenaar. Daarover de volgende keer iets meer.
Ds. D.J. Budding
Ik meen van niet.
Eén ding weet ik, dat ik blind ben en niet zie...
- Johann Gottfried Walther
- Berichten: 4818
- Lid geworden op: 05 feb 2008, 15:49
Re: Oprechte zondekennis
Nee, dat staat er ook niet. Gebukt gaan onder de zonde maar niet zalig geworden.PvS schreef:Zou het oprechte zondekennis zijn geweest bij Kaïn?Johann Gottfried Walther schreef:Wat is oprechte zondekennis?
In de Bijbel ontmoeten we heel wat mensen die diep gebukt gaan onder hun zonden, bij wie het ernst was. Toch zijn zij niet zalig geworden. Kaïn zei: „Mijn zonden zijn groter, dan dat zij vergeven worden." Dat is vreselijk. Als je eigenlijk zegt: „Ik ben zo'n groot zondaar. Het bloed van Christus is niet krachtig genoeg om mijn zonden af te wassen." Dat maakt de duivel je wijs.
Het bloed van Christus is van een oneindige kracht en waardigheid. Al had jij al de zonden van heel de wereld, dan kon je nog gemakkelijk in het bloed van Christus gereinigd worden. De grootheid van je schuld en het gevoel daarvan mogen je niet van Christus afhouden, maar moeten je juist naar Hem uitdrijven. Ook Judas had een enorm schuldgevoel. Maar hij vluchtte ermee van Jezus af. Het bracht hem aan de strop. Wat ontbreekt nu aan dit soort zondekennis? Het voornaamste. Het geloof Gaat de echte zondekennis vooraf aan het geloof? Is het een voorwaarde om te (kunnen) geloven? Zo wordt vaak gedacht. Maar alles wat uit het geloof niet is, is zonde. Dus ook je zondekennis, ook je berouw. Zonder geloof is het onmogelijk Gode te behagen. Dus ook je zondekennis en je berouw kunnen God niet behagen als je niet gelooft.
Echte zondekennis, oprecht berouw is geen voorwaarde tot geloof, maar is vrucht van geloof. Het is goed om eens te luisteren naar wat de grote reformator Calvijn hierover schrijft in zijn Institutie, Boek III, hoofdstuk III: „Niet ten onrechte wordt de hoofdinhoud van het evangelie gesteld in boetvaardigheid en vergeving van zonden." „Dat echter de boetvaardigheid niet alleen terstond volgt op het geloof, maar ook daaruit geboren wordt, moet zonder geschil zijn." „Zij echter die menen, dat de boetvaardigheid veeleer aan het geloof voorafgaat, dan daaruit voortkomt, of daardoor voortgebracht wordt, gelijk de vrucht door de boom, hebben haar kracht nooit gekend en laten zich door een al te licht bewijs tot dit gevoelen brengen." „De boetvaardigheid van het evangelie zien wij in allen, die door de prikkel der zonde bij zichzelf gewond, en door het vertrouwen op Gods barmhartigheid opgericht en opgeleefd, tot de Heere bekeerd zijn." „Maar laat ons bedenken, dat we maat moeten houden, opdat de droefheid ons niet verslinde; want de beangstigde gewetens zijn tot niets in meerdere mate geneigd, dan tot het vervallen in wanhoop. En ook door deze kunstgreep dompelt satan hen, die hij door vrees voor God terneder geworpen ziet, meer en meer in de diepe poel der droefheid, opdat ze daardoor nooit meer zouden oprijzen. De vrees kan niet al te groot zijn, die eindigt in nederigheid en niet wijkt van hoop op vergeving. Maar toch moet men naar het bevel van de apostel (Hebr.12:3) oppassen, dat de zondaar, wanneer hij zich tot zelfmishagen aanzet, niet door al te grote vrees gedrukt, bezwijkt; want op die wijze vlucht men van God, Die ons door boetvaardigheid tot Zich roept."
„De droefheid over de zonden is noodzakelijk, indien ze niet onafgebroken duurt. Ik raad u aan af en toe de voet te wenden van de drukkende en beangstigende herinnering uwer wegen, en te gaan naar het effen veld van de rustige overdenking van Gods weldaden. Laat ons de alsem mengen met honing, opdat heilzame bitterheid gezondheid kunne schenken, wanneer ze gematigd door ingemengde zoetheid gedronken wordt; en indien gij van uzelf gevoelt in nederigheid, voelt dan ook van de Heere in goedheid." Tot zover Calvijn.
Echte zondekennis brengt ons dus altijd aan de voeten van de Heere Jezus. Ze doet „niet wijken van de hoop op vergeving". Het oprechte gebed om vergeving kan er nooit zijn zonder geloof in en hoop op vergeving. We zien dat ook zo duidelijk in de gelijkenis die de Heere Jezus vertelt over de Parizeer en de tollenaar. Daarover de volgende keer iets meer.
Ds. D.J. Budding
Ik meen van niet.
"Zie, de Heere is gekomen met Zijn vele duizenden heiligen, om gericht te houden tegen allen, en te straffen alle goddelozen onder hen, vanwege al hun goddeloze werken, die zij goddelooslijk gedaan hebben, en vanwege alle harde woorden, die de goddeloze zondaars tegen Hem gesproken hebben"
Re: Oprechte zondekennis
Heb ik gelezen.Johann Gottfried Walther schreef:Nee, dat staat er ook niet. Gebukt gaan onder de zonde maar niet zalig geworden.PvS schreef:Zou het oprechte zondekennis zijn geweest bij Kaïn?Johann Gottfried Walther schreef:Wat is oprechte zondekennis?
In de Bijbel ontmoeten we heel wat mensen die diep gebukt gaan onder hun zonden, bij wie het ernst was. Toch zijn zij niet zalig geworden. Kaïn zei: „Mijn zonden zijn groter, dan dat zij vergeven worden." Dat is vreselijk. Als je eigenlijk zegt: „Ik ben zo'n groot zondaar. Het bloed van Christus is niet krachtig genoeg om mijn zonden af te wassen." Dat maakt de duivel je wijs.
Het bloed van Christus is van een oneindige kracht en waardigheid. Al had jij al de zonden van heel de wereld, dan kon je nog gemakkelijk in het bloed van Christus gereinigd worden. De grootheid van je schuld en het gevoel daarvan mogen je niet van Christus afhouden, maar moeten je juist naar Hem uitdrijven. Ook Judas had een enorm schuldgevoel. Maar hij vluchtte ermee van Jezus af. Het bracht hem aan de strop. Wat ontbreekt nu aan dit soort zondekennis? Het voornaamste. Het geloof Gaat de echte zondekennis vooraf aan het geloof? Is het een voorwaarde om te (kunnen) geloven? Zo wordt vaak gedacht. Maar alles wat uit het geloof niet is, is zonde. Dus ook je zondekennis, ook je berouw. Zonder geloof is het onmogelijk Gode te behagen. Dus ook je zondekennis en je berouw kunnen God niet behagen als je niet gelooft.
Echte zondekennis, oprecht berouw is geen voorwaarde tot geloof, maar is vrucht van geloof. Het is goed om eens te luisteren naar wat de grote reformator Calvijn hierover schrijft in zijn Institutie, Boek III, hoofdstuk III: „Niet ten onrechte wordt de hoofdinhoud van het evangelie gesteld in boetvaardigheid en vergeving van zonden." „Dat echter de boetvaardigheid niet alleen terstond volgt op het geloof, maar ook daaruit geboren wordt, moet zonder geschil zijn." „Zij echter die menen, dat de boetvaardigheid veeleer aan het geloof voorafgaat, dan daaruit voortkomt, of daardoor voortgebracht wordt, gelijk de vrucht door de boom, hebben haar kracht nooit gekend en laten zich door een al te licht bewijs tot dit gevoelen brengen." „De boetvaardigheid van het evangelie zien wij in allen, die door de prikkel der zonde bij zichzelf gewond, en door het vertrouwen op Gods barmhartigheid opgericht en opgeleefd, tot de Heere bekeerd zijn." „Maar laat ons bedenken, dat we maat moeten houden, opdat de droefheid ons niet verslinde; want de beangstigde gewetens zijn tot niets in meerdere mate geneigd, dan tot het vervallen in wanhoop. En ook door deze kunstgreep dompelt satan hen, die hij door vrees voor God terneder geworpen ziet, meer en meer in de diepe poel der droefheid, opdat ze daardoor nooit meer zouden oprijzen. De vrees kan niet al te groot zijn, die eindigt in nederigheid en niet wijkt van hoop op vergeving. Maar toch moet men naar het bevel van de apostel (Hebr.12:3) oppassen, dat de zondaar, wanneer hij zich tot zelfmishagen aanzet, niet door al te grote vrees gedrukt, bezwijkt; want op die wijze vlucht men van God, Die ons door boetvaardigheid tot Zich roept."
„De droefheid over de zonden is noodzakelijk, indien ze niet onafgebroken duurt. Ik raad u aan af en toe de voet te wenden van de drukkende en beangstigende herinnering uwer wegen, en te gaan naar het effen veld van de rustige overdenking van Gods weldaden. Laat ons de alsem mengen met honing, opdat heilzame bitterheid gezondheid kunne schenken, wanneer ze gematigd door ingemengde zoetheid gedronken wordt; en indien gij van uzelf gevoelt in nederigheid, voelt dan ook van de Heere in goedheid." Tot zover Calvijn.
Echte zondekennis brengt ons dus altijd aan de voeten van de Heere Jezus. Ze doet „niet wijken van de hoop op vergeving". Het oprechte gebed om vergeving kan er nooit zijn zonder geloof in en hoop op vergeving. We zien dat ook zo duidelijk in de gelijkenis die de Heere Jezus vertelt over de Parizeer en de tollenaar. Daarover de volgende keer iets meer.
Ds. D.J. Budding
Ik meen van niet.
Maar de zondenkennis van Kaïn was veinzerij.
Het was niet oprecht.
Hij ging er daarom ook niet onder gebukt.
Eén ding weet ik, dat ik blind ben en niet zie...
Re: Oprechte zondekennis
Ik denk dan, als het je uitdrijft naar Christus. Als je er niet meer mee kan blijven lopen, maar schreeuwt om hulp.Heere! Gij Zone Davids, ontferm U mijner!
- SecorDabar
- Berichten: 1541
- Lid geworden op: 14 okt 2011, 16:18
Re: Oprechte zondekennis
Als ik denk aan oprechte zondekennis dan denk ik aan de Heidelberger Catechismus
vraag en antwoord: Waaruit kent gij uw ellende? antwoord: uit de wet Gods.
(Zondag 2, vraag 3)
Ik neem aan dat de forumleden de 3 formulieren van Enigheid onderschrijven,
maar of mijn gedachte voldoende is zoals in Zondag 2 HC verwoord, daar ben ik benieuwd naar.
vraag en antwoord: Waaruit kent gij uw ellende? antwoord: uit de wet Gods.
(Zondag 2, vraag 3)
Ik neem aan dat de forumleden de 3 formulieren van Enigheid onderschrijven,
maar of mijn gedachte voldoende is zoals in Zondag 2 HC verwoord, daar ben ik benieuwd naar.
Secor Dabar = Gedenkt het Woord (Psalm 119:49)
Al kunnen wij niets doen zonder de Geest,
toch zal de Geest niets doen zonder het Woord.
(Ds. Ebenezer Erskine)
Al kunnen wij niets doen zonder de Geest,
toch zal de Geest niets doen zonder het Woord.
(Ds. Ebenezer Erskine)
Re: Oprechte zondekennis
Het antwoord staat ook in het stukje van ds. Budding:PvS schreef:Maar de zondenkennis van Kaïn was veinzerij.
Het was niet oprecht.
Hij ging er daarom ook niet onder gebukt.
Echte zondekennis brengt ons dus altijd aan de voeten van de Heere Jezus. Ze doet „niet wijken van de hoop op vergeving". Het oprechte gebed om vergeving kan er nooit zijn zonder geloof in en hoop op vergeving.
De kracht van het Evangelie zit in de bezittelijke voornaamwoorden. (Maarten Luther, WA 101, 2, 25)
Re: Oprechte zondekennis
Ik denk dat dit de gevaarlijkste vragen zijn. Wie zichzelf ziet in het licht van Gods Geest, ervaart zich nooit als oprecht. Dus kom je er, als deze vraag richtinggevend is, nooit.
Re: Oprechte zondekennis
Daarom moet de vraag ook niet zijn of je wel genoeg of echte zondekennis hebt, maar Wie de Heere Jezus voor je is.freek schreef:Ik denk dat dit de gevaarlijkste vragen zijn. Wie zichzelf ziet in het licht van Gods Geest, ervaart zich nooit als oprecht. Dus kom je er, als deze vraag richtinggevend is, nooit.
De kracht van het Evangelie zit in de bezittelijke voornaamwoorden. (Maarten Luther, WA 101, 2, 25)
Re: Oprechte zondekennis
De vraag is daarom ook wanneer of wat is oprechte kennis van zonde?Luther schreef:Daarom moet de vraag ook niet zijn of je wel genoeg of echte zondekennis hebt, maar Wie de Heere Jezus voor je is.freek schreef:Ik denk dat dit de gevaarlijkste vragen zijn. Wie zichzelf ziet in het licht van Gods Geest, ervaart zich nooit als oprecht. Dus kom je er, als deze vraag richtinggevend is, nooit.
En wat is daar gevaarlijk aan, freek?
Eén ding weet ik, dat ik blind ben en niet zie...
Re: Oprechte zondekennis
Niemand heeft oprechte zondekennis, want geen mens is oprecht.
Het is een soort theologische contradictio in terminis.
Het is een soort theologische contradictio in terminis.