Vind ik ook.Luther schreef:Prachtig stukje van ds. K. de Gier!huisman schreef:En wat vinden wij hier van (Uit de Saambinder van 22 januari 1970 )
http://www.digibron.nl/search/detail.js ... 4a&docid=3
Oudvaders over het onvoorwaardelijk aanbod van genade
Re: Oudvaders over het onvoorwaardelijk aanbod van genade
Er gaan er met twee verbonden verloren en met drie en er worden er met twee verbonden behouden en met drie. Prof. G. Wisse.
Re: Oudvaders over het onvoorwaardelijk aanbod van genade
Ik niet. Beetje woordenstrijd. Anderzijds staat ook bij ds. K. de Gier krijgt de uitverkiezing een duidelijke plaats in de prediking. Daar is wel weer herkenning.huisman schreef:Vind ik ook.Luther schreef:Prachtig stukje van ds. K. de Gier!huisman schreef:En wat vinden wij hier van (Uit de Saambinder van 22 januari 1970 )
http://www.digibron.nl/search/detail.js ... 4a&docid=3
Re: Oudvaders over het onvoorwaardelijk aanbod van genade
Welke plaats moet de uitverkiezing hebben in de prediking dan ? Wijs mij b.v. de duidelijke plaats van de uitverkiezing in Petrus pinksterpreek aan.Ander schreef:Ik niet. Beetje woordenstrijd. Anderzijds staat ook bij ds. K. de Gier krijgt de uitverkiezing een duidelijke plaats in de prediking. Daar is wel weer herkenning.huisman schreef:Vind ik ook.Luther schreef:Prachtig stukje van ds. K. de Gier!huisman schreef:En wat vinden wij hier van (Uit de Saambinder van 22 januari 1970 )
http://www.digibron.nl/search/detail.js ... 4a&docid=3
Er gaan er met twee verbonden verloren en met drie en er worden er met twee verbonden behouden en met drie. Prof. G. Wisse.
Re: Oudvaders over het onvoorwaardelijk aanbod van genade
huisman schreef: Welke plaats moet de uitverkiezing hebben in de prediking dan ? Wijs mij b.v. de duidelijke plaats van de uitverkiezing in Petrus pinksterpreek aan.
ds. K. de Gier schreef:En dit is het wonder, dat van uit het vrijmachtig welbehagen Gods gepredikt mag worden, dat God vrij, zonder iets van de mens in aanmerking te nemen, zulke vrije genade verlenen zal.
39 Want u komt 80de belofte toe, en 81uw zkinderen, en allen adie daar 82verre zijn, zovelen als er de Heere onze God 83toe roepen zal.
80 Namelijk die tevoren is aangehaald uit Joël 2:28, en dat ook volgens het verbond Gods, dat Hij met Abraham en zijn zaad gemaakt heeft, Gen. 17:7.
81 Dat is, uw zonen en dochters, gelijk daar staat Joël 2:28.
82 Dat is, die nog namaals zullen geboren worden, van geslacht tot geslacht; of den heidenen; want die worden ook gezegd verre geweest te zijn, Jes. 57:19. Ef. 2:13.
83 Namelijk tot de uitverkoren Joden, door de predikatie des Evangelies.
a Ef. 2:13.
z Joël 2:28.
Re: Oudvaders over het onvoorwaardelijk aanbod van genade
Oké jij leest in Hand 2:39 duidelijk de uitverkiezing, Petrus vervuld met de Heilige Geest sprak tegen al de hoorders : U komt de belofte toe en uw kinderen en dan lees jij daarin de verkiezing ?Ander schreef:huisman schreef: Welke plaats moet de uitverkiezing hebben in de prediking dan ? Wijs mij b.v. de duidelijke plaats van de uitverkiezing in Petrus pinksterpreek aan.ds. K. de Gier schreef:En dit is het wonder, dat van uit het vrijmachtig welbehagen Gods gepredikt mag worden, dat God vrij, zonder iets van de mens in aanmerking te nemen, zulke vrije genade verlenen zal.39 Want u komt 80de belofte toe, en 81uw zkinderen, en allen adie daar 82verre zijn, zovelen als er de Heere onze God 83toe roepen zal.
80 Namelijk die tevoren is aangehaald uit Joël 2:28, en dat ook volgens het verbond Gods, dat Hij met Abraham en zijn zaad gemaakt heeft, Gen. 17:7.
81 Dat is, uw zonen en dochters, gelijk daar staat Joël 2:28.
82 Dat is, die nog namaals zullen geboren worden, van geslacht tot geslacht; of den heidenen; want die worden ook gezegd verre geweest te zijn, Jes. 57:19. Ef. 2:13.
83 Namelijk tot de uitverkoren Joden, door de predikatie des Evangelies.
a Ef. 2:13.
z Joël 2:28.
Er gaan er met twee verbonden verloren en met drie en er worden er met twee verbonden behouden en met drie. Prof. G. Wisse.
Re: Oudvaders over het onvoorwaardelijk aanbod van genade
huisman schreef:
Welke plaats moet de uitverkiezing hebben in de prediking dan ?
DL 1-14. Voorts, gelijk deze leer van de Goddelijke verkiezing, naar Gods wijzen raad, door de profeten, Christus Zelven en de apostelen, zowel in het Oude als in het Nieuwe Testament gepredikt is, en daarna in de Heilige Schriften voorgesteld en nagelaten, alzo moet zij ook ten huidige dage, te zijner tijd en plaats, in de Kerke Gods (dewelke zij bijzonderlijk is toegeëigend) voorgesteld worden, met den geest des onderscheids en met godvruchtige eerbiedigheid, heiliglijk, zonder nieuwsgierige onderzoeking van de wegen des Allerhoogsten, ter ere van Gods heiligen Naam en tot een levendigen troost van Zijn volk (Hand. 20:27; Rom. 12:3; Rom. 11:33, 34; Hebr. 6:17, 18).
Re: Oudvaders over het onvoorwaardelijk aanbod van genade
Precies, te zijner tijd en plaats en niet te pas en te onpaseilander schreef:huisman schreef:
Welke plaats moet de uitverkiezing hebben in de prediking dan ?DL 1-14. Voorts, gelijk deze leer van de Goddelijke verkiezing, naar Gods wijzen raad, door de profeten, Christus Zelven en de apostelen, zowel in het Oude als in het Nieuwe Testament gepredikt is, en daarna in de Heilige Schriften voorgesteld en nagelaten, alzo moet zij ook ten huidige dage, te zijner tijd en plaats, in de Kerke Gods (dewelke zij bijzonderlijk is toegeëigend) voorgesteld worden, met den geest des onderscheids en met godvruchtige eerbiedigheid, heiliglijk, zonder nieuwsgierige onderzoeking van de wegen des Allerhoogsten, ter ere van Gods heiligen Naam en tot een levendigen troost van Zijn volk (Hand. 20:27; Rom. 12:3; Rom. 11:33, 34; Hebr. 6:17, 18).
Er gaan er met twee verbonden verloren en met drie en er worden er met twee verbonden behouden en met drie. Prof. G. Wisse.
Re: Oudvaders over het onvoorwaardelijk aanbod van genade
Ja.huisman schreef:Oké jij leest in Hand 2:39 duidelijk de uitverkiezing, Petrus vervuld met de Heilige Geest sprak tegen al de hoorders : U komt de belofte toe en uw kinderen en dan lees jij daarin de verkiezing ?Ander schreef:huisman schreef: Welke plaats moet de uitverkiezing hebben in de prediking dan ? Wijs mij b.v. de duidelijke plaats van de uitverkiezing in Petrus pinksterpreek aan.ds. K. de Gier schreef:En dit is het wonder, dat van uit het vrijmachtig welbehagen Gods gepredikt mag worden, dat God vrij, zonder iets van de mens in aanmerking te nemen, zulke vrije genade verlenen zal.39 Want u komt 80de belofte toe, en 81uw zkinderen, en allen adie daar 82verre zijn, zovelen als er de Heere onze God 83toe roepen zal.
80 Namelijk die tevoren is aangehaald uit Joël 2:28, en dat ook volgens het verbond Gods, dat Hij met Abraham en zijn zaad gemaakt heeft, Gen. 17:7.
81 Dat is, uw zonen en dochters, gelijk daar staat Joël 2:28.
82 Dat is, die nog namaals zullen geboren worden, van geslacht tot geslacht; of den heidenen; want die worden ook gezegd verre geweest te zijn, Jes. 57:19. Ef. 2:13.
83 Namelijk tot de uitverkoren Joden, door de predikatie des Evangelies.
a Ef. 2:13.
z Joël 2:28.
Maar wat ds. de Gier zegt, onderschrijf jij?
Re: Oudvaders over het onvoorwaardelijk aanbod van genade
Wat versta jij te pas en te onpas de verkiezing een plaats geven in de prediking? Zulke opmerkingen zijn anders wel erg leeg.huisman schreef:Precies, te zijner tijd en plaats en niet te pas en te onpaseilander schreef:huisman schreef:
Welke plaats moet de uitverkiezing hebben in de prediking dan ?DL 1-14. Voorts, gelijk deze leer van de Goddelijke verkiezing, naar Gods wijzen raad, door de profeten, Christus Zelven en de apostelen, zowel in het Oude als in het Nieuwe Testament gepredikt is, en daarna in de Heilige Schriften voorgesteld en nagelaten, alzo moet zij ook ten huidige dage, te zijner tijd en plaats, in de Kerke Gods (dewelke zij bijzonderlijk is toegeëigend) voorgesteld worden, met den geest des onderscheids en met godvruchtige eerbiedigheid, heiliglijk, zonder nieuwsgierige onderzoeking van de wegen des Allerhoogsten, ter ere van Gods heiligen Naam en tot een levendigen troost van Zijn volk (Hand. 20:27; Rom. 12:3; Rom. 11:33, 34; Hebr. 6:17, 18).
Re: Oudvaders over het onvoorwaardelijk aanbod van genade
Huisman verkiest in deze dat er verschil van mening behoort te zijn. Is dat er even niet dan poneert hij wat "citaten". Nu eentje uit 1970.
Ik vraag me af waarom.
Want als men het niet eens is met de laatste weergave kan men toch aangeven waarom het niet klopt en dat - eventueel - onderbouwen? Waarom dan een "strijdstuk" uit 1970 hier neerzetten?
Ik vraag me af waarom.
Want als men het niet eens is met de laatste weergave kan men toch aangeven waarom het niet klopt en dat - eventueel - onderbouwen? Waarom dan een "strijdstuk" uit 1970 hier neerzetten?
Re: Oudvaders over het onvoorwaardelijk aanbod van genade
De uitverkiezing is een Bijbels gegeven. Daarom moet die zeker een plaats krijgen in de prediking, zoals alle Bijbelse gegevens op hun tijd een plaats moeten krijgen in de preek.
Ik denk echter wel dat er evenwicht moet zijn. De uitverkiezing is bijvoorbeeld niet het enige wat er over Gods welbehagen te zeggen valt. Als nu iemand zegt, 'hij preekt vanuit Gods welbehagen', dan denken we daarbij eigenlijk gelijk aan de uitverkiezing.
Ik denk dat een deel van Gods welbehagen de prediking is tot goddelozen, tot allen zonder onderscheid. Dat is iets anders dan dat God door de prediking alleen zijn uitverkiezing 'uitvoert'. Dan is er namelijk geen verband tussen God en de hoorders die niet uitverkoren zijn. Maar dat verband is er wel! Er is de ernstige roepstem van God, die Hij meent. Er is Zijn lust, Zijn verlangen, dat alle hoorders niet zullen sterven, maar zullen leven en zich bekeren (Ez. 33:11). Er is de liefde tot de wereld, dat het kruis van de Zoon als de koperen slang is opgericht (Joh 3:14,16). Er is het zenden van de Zoon opdat Hij een ieder zou zegenen (Hand. 3:26).
Dat zou ik er graag bij willen zeggen. 'Gods welbehagen' is een diepe term, die raakt aan Gods hart, aan Zijn verlangen, aan Zijn diepste wil. Daarom is het begrijpelijk dat mensen zeggen dat juist dát moet klinken in de prediking.
Dat vind ik ook, maar ik geloof dat de Bijbel ons leert dat God niet "onverschillig" staat tegen allen. Om het op zijn zachtst uit te drukken (om zeker te weten dat iedereen daar achter kan staan): Hij roept allen welmenend. Dát welbehagen is al zo ontzettend rijk.
Het welbehagen van de vader uit de gelijkenis (Lukas 15) zei iets over zijn relatie tot zijn jongste zoon. We mogen daar een bijzondere blik op werpen, als we zien hoe die zoon ontvangen wordt. Maar het zegt ook iets over zijn relatie tot zijn oudste zoon. De vader verlaat het feest om hem uit te nodigen. En met die liefdevolle uitnodiging eindigt de gelijkenis open.
Ik denk echter wel dat er evenwicht moet zijn. De uitverkiezing is bijvoorbeeld niet het enige wat er over Gods welbehagen te zeggen valt. Als nu iemand zegt, 'hij preekt vanuit Gods welbehagen', dan denken we daarbij eigenlijk gelijk aan de uitverkiezing.
Ik denk dat een deel van Gods welbehagen de prediking is tot goddelozen, tot allen zonder onderscheid. Dat is iets anders dan dat God door de prediking alleen zijn uitverkiezing 'uitvoert'. Dan is er namelijk geen verband tussen God en de hoorders die niet uitverkoren zijn. Maar dat verband is er wel! Er is de ernstige roepstem van God, die Hij meent. Er is Zijn lust, Zijn verlangen, dat alle hoorders niet zullen sterven, maar zullen leven en zich bekeren (Ez. 33:11). Er is de liefde tot de wereld, dat het kruis van de Zoon als de koperen slang is opgericht (Joh 3:14,16). Er is het zenden van de Zoon opdat Hij een ieder zou zegenen (Hand. 3:26).
Dat zou ik er graag bij willen zeggen. 'Gods welbehagen' is een diepe term, die raakt aan Gods hart, aan Zijn verlangen, aan Zijn diepste wil. Daarom is het begrijpelijk dat mensen zeggen dat juist dát moet klinken in de prediking.
Dat vind ik ook, maar ik geloof dat de Bijbel ons leert dat God niet "onverschillig" staat tegen allen. Om het op zijn zachtst uit te drukken (om zeker te weten dat iedereen daar achter kan staan): Hij roept allen welmenend. Dát welbehagen is al zo ontzettend rijk.
Het welbehagen van de vader uit de gelijkenis (Lukas 15) zei iets over zijn relatie tot zijn jongste zoon. We mogen daar een bijzondere blik op werpen, als we zien hoe die zoon ontvangen wordt. Maar het zegt ook iets over zijn relatie tot zijn oudste zoon. De vader verlaat het feest om hem uit te nodigen. En met die liefdevolle uitnodiging eindigt de gelijkenis open.
Re: Oudvaders over het onvoorwaardelijk aanbod van genade
De spijker op de kop!Jongere schreef:Dat is iets anders dan dat God door de prediking alleen zijn uitverkiezing 'uitvoert'. Dan is er namelijk geen verband tussen God en de hoorders die niet uitverkoren zijn. Maar dat verband is er wel!
Re: Oudvaders over het onvoorwaardelijk aanbod van genade
@Ander niet teveel vragen achter elkaar stellen.
Vraag 1 Maar wat ds. de Gier zegt, onderschrijf jij? Ja volkomen inclusief het gedeelte over Gods vrijmachtig welbehagen.
Vraag 2 Wat versta jij te pas en te onpas de verkiezing een plaats geven in de prediking? Om over elke tekst de verkiezing te leggen b.v. in een nodiging "Alle gij dorstigen" te lezen/prediken alle gij uitverkoren dorstigen. De verkiezing moet in de preek zijn Bijbelse plaats krijgen en dat is als trooststuk voor Gods kerk en niet als beletsel om te nodigen.
Nog een mooi artikel van Ds J. Driessen.
http://www.digibron.nl/search/detail.js ... 0&docid=33
Vraag 1 Maar wat ds. de Gier zegt, onderschrijf jij? Ja volkomen inclusief het gedeelte over Gods vrijmachtig welbehagen.
Vraag 2 Wat versta jij te pas en te onpas de verkiezing een plaats geven in de prediking? Om over elke tekst de verkiezing te leggen b.v. in een nodiging "Alle gij dorstigen" te lezen/prediken alle gij uitverkoren dorstigen. De verkiezing moet in de preek zijn Bijbelse plaats krijgen en dat is als trooststuk voor Gods kerk en niet als beletsel om te nodigen.
Nog een mooi artikel van Ds J. Driessen.
http://www.digibron.nl/search/detail.js ... 0&docid=33
Er gaan er met twee verbonden verloren en met drie en er worden er met twee verbonden behouden en met drie. Prof. G. Wisse.
Re: Oudvaders over het onvoorwaardelijk aanbod van genade
Zie jij Digibron als wapendepot?huisman schreef:@Ander niet teveel vragen achter elkaar stellen.
Vraag 1 Maar wat ds. de Gier zegt, onderschrijf jij? Ja volkomen inclusief het gedeelte over Gods vrijmachtig welbehagen.
Vraag 2 Wat versta jij te pas en te onpas de verkiezing een plaats geven in de prediking? Om over elke tekst de verkiezing te leggen b.v. in een nodiging "Alle gij dorstigen" te lezen/prediken alle gij uitverkoren dorstigen. De verkiezing moet in de preek zijn Bijbelse plaats krijgen en dat is als trooststuk voor Gods kerk en niet als beletsel om te nodigen.
Nog een mooi artikel van Ds J. Driessen.
http://www.digibron.nl/search/detail.js ... 0&docid=33
De kracht van het Evangelie zit in de bezittelijke voornaamwoorden. (Maarten Luther, WA 101, 2, 25)
Re: Oudvaders over het onvoorwaardelijk aanbod van genade
Een heel mooi artikel ja. Helder, scherp en met het Bijbelse evenwicht.huisman schreef:Nog een mooi artikel van Ds J. Driessen.
http://www.digibron.nl/search/detail.js ... 0&docid=33