Wat mij betreft waren die geestelijke beloften ook de beloften van het (de bedelingen overstijgende) genadeverbond... (jij zegt: van het nieuwe verbond), dat is een verschil in terminologie, maar m.i. wel een bron van misverstanden. Waar het om gaat is dat beide bedelingen wat het wezen betreft dezelfde inhoud en dezelfde geestelijke beloften hebben. En iemand komt alleen wezenlijk in het verbond - zowel het oude als het nieuwe - door wedergeboorte en geloof.Posthoorn schreef:Maar dat zeg ik ook niet, dat het in het OT alleen om natuurlijke beloften e.d. ging. Het ging wel degelijk om het geestelijke en hemelse! Maar al die geestelijke beloften waren beloften van het nieuwe verbond dat eraan kwam. Je kon in het oude verbond zijn, zonder deel te hebben aan de genade van het nieuwe verbond. Dat laatste hadden alleen de gelovigen.
De bediening van het verbond betreft inderdaad ook de kinderen. Maar in een ruimere zin dan jij in eerdere postings stelt. Het is niet alleen dit dat de verkondiging van het Evangelie ook tot de kinderen komt. Want dat zou betekenen dat deze bediening de onmondige kinderen en verstandelijk gehandicapten voorbij zou gaan. We moeten eraan vasthouden dat er sprake is van een verbondsrelatie tussen God en de gelovigen én hun zaad. Deze verbondsrelatie ontken jij helaas als het gaat om de kinderen - tenminste: dat heb je meermalen gezegd. Tegelijk moeten we er ook aan vasthouden dat niemand deel krijgt aan de geestelijke goederen van het genadeverbond dan door wedergeboorte en geloof.Posthoorn schreef:Ik denk dat die nuance zoals jij die ziet, er niet is. Heel concreet: dat de kinderen niet zijn opgenomen in het nieuwe verbond, zoals de kinderen wél waren opgenomen in het oude verbond. Wel is het zo dat de bediening van het nieuwe verbond wél de kinderen betreft. En die bediening behelst de beloften van het nieuwe verbond. Net zoals dat in het oude verbond het geval was. Dus staan de NT kinderen niet 'achter' bij de kinderen bij de kinderen van het OT.Valcke schreef:Ook vind ik je beschrijving van het nieuwe verbond te smal.
Dat is mijn hele punt: je vergroot de verschillen uit en hebt weinig oog voor de overeenkomsten tussen beide bedelingen.
Dat brengt je tot heel ongenuanceerde uitspraken.
Omdat het een herhaling van zetten wordt, weet ik niet of ik de discussie nog voortzet. Wat mij betreft spreken de belijdenissen duidelijke taal hierover. Ik vind het ook ernstig dat je met het grootste gemak zegt dat de gereformeerde verbondsopvatting zoals we die in de belijdenissen vinden, geen recht doet aan het geheel van de Schrift. Schrijf dan maar eens een doorwrochte weerlegging... zelfs een eerste aanzet daartoe heb ik niet vernomen.