freek schreef:Ik denk dat Marnix gelijk heeft, al kunnen wij nooit weten wat Petrus allemaal ervoer. Ik lees dat hij 'bitterlijk weende', nadat Jezus vanuit de rechtszaal naar hem gekeken had. Dat verbrak Petrus. Wenen omdat hij Zijn meester zoveel verdriet had gedaan past beter bij de gestalte van een christen, dan wenen omdat 'het verloren is'. Want het gaat een christen niet in de eerste plaats om zijn of haar redding, maar om de eer van God.
Als Petrus al dacht dat het nu echt verloren was, is dat bepaald geen houding die we na moeten streven, want Petrus had heel goed kunnen weten wat Jezus gezegd had: niemand zal jullie uit mijn hand rukken, hoe de Satan ook zal 'ziften'. En neem idd ook de teksten die Marnix noemt.
Zeker, ik ben het best wel met jullie eens hoor, maar volgens mij kan dat samen gaan.
Ongeloof, kleingeloof, het ligt allemaal dicht bij elkaar, zeker als je nog geen 'vader in de genade' bent.
Jesaja 61 spreekt over eikenbomen der gerechtigheid, maar Jesaja 42 over gekrookte rietjes.
Ze behoren allemaal tot Gods kinderen, maar het ongeloof kan nog zo voortwoekeren, dat de beloften niet gezien worden.
Als de vrouwen geloof hadden geoefend, hadden ze op paasmorgen zonder zalf naar het graaf gegaan: Ziet hoe heerlijk Hij Zijn beloften gaat vervullen...
Maar helaas: ze denken echt dat het afgelopen was. Ik denk dat het met Petrus niet beter gesteld was, want hij behoort ook tot de discipelen, van wie staat dat ze het verhaal van de vrouwen ijdel geklap vonden.
De kracht van het Evangelie zit in de bezittelijke voornaamwoorden. (Maarten Luther, WA 101, 2, 25)