zwanger na verkrachting
Geplaatst: 06 mar 2003, 18:14
'Ik heb een kind van mijn verkrachter'
Sabine is 16 jaar en volgt een sociaal pedagogische opleiding. Op het eerste gezicht een normale puber, hooguit wat stil en verlegen. Wie haar beter kent, komt erachter dat in Sabine een wereld schuilt van geschaad vertrouwen en een gebroken jeugd. Ze raakte zwanger na een verkrachting. Inmiddels is ze moeder van een meisje van vijf maanden.
Toen Sabine 15 was, ontmoette ze een jongen op het station. Ze moest eerst niets van hem hebben, maar hij was vriendelijk en aardig en de twee raakten aan de praat. Sabine gaf hem haar mobiele nummer om een afspraakje te maken om ergens iets te drinken.
Sabine: „Het afspraakje was gezellig. We hadden ergens iets gegeten en hij vroeg of ik nog even mee ging koffiedrinken bij zijn vrienden. Die woonden in de buurt. Ik zocht daar niets achter en ging met hem mee."
Eenmaal binnen in dat huis ging het mis. Sabine werd verkracht.
Thuisgekomen vertelde Sabine het gelijk aan haar ouders. Kort daarna deed ze een zwangerschapstest en ontdekte dat ze zwanger was.
„Toen raakte ik wel erg in paniek. Ik was pas zestien en dan al moeder worden…" Ze durfde het niet gelijk aan haar ouders te vertellen, maar ging eerst naar een vertrouwenspersoon op school. Samen hebben ze het toen aan haar moeder verteld. „Ik heb die jongen ge-sms’t dat ik zwanger van hem was. Ik was heel boos op hem. Hij sms-te terug dat hij er spijt van had, van mij hield en met mij wilde trouwen. Maar dat wilde ik niet."
Dikke buik
Hoewel Sabine soms het liefst binnen bleef, zodat niemand haar dikke buik hoefde te zien, nam haar moeder haar regelmatig mee naar de stad, of naar de supermarkt. „Ik zag dan hoe mensen uit hun ooghoeken keken en ik voelde hen denken: ‘zo jong al een kind…’"
Ook ging Sabine nog gewoon naar school. Haar vriendinnen waren erg lief voor haar. Maar toen haar kindje, dat ze Patty noemde, er eenmaal was, bleven ze weg. „Ze zijn een keer wezen kijken en ik heb ze daarna nog een keer gebeld, maar niets meer van ze gehoord. Dat vind ik heel moeilijk. Ik denk dat zij ook niet weten wat ze ermee aan moeten."
Als ze op school is, hoort ze leerlingen wel eens roepen: ‘hoer’. „Dat doet pijn, heel veel pijn." Gelukkig heeft Sabine een goede vriendin die nog wel steeds komt. Ook vanuit de kerk leven de mensen met haar mee. „Ze vinden het heel erg wat er gebeurd is en proberen mij ook te steunen."
Nachtmerries
„Soms wil ik wel dat ik gewoon weer een meisje van zestien ben. Dat ik uit kan gaan, met vriendinnen lol kan maken. Mijn moeder past graag op en zegt ook dat ik gewoon moet gaan winkelen als ik dat wil. Maar aan de andere kant, dat kan niet. Ik moet volwassen zijn, ik ben moeder en moet voor mijn kind zorgen. Natuurlijk ben ik blij met Patty en hou ik van haar. Maar het is ook heel moeilijk. Bovendien lijkt ze heel veel op haar vader. Ik heb nog vaak nachtmerries, waarin de verkrachting zich weer een keer afspeelt. Als ik dan wakker word, ligt Patty naast me. Dat is heel moeilijk."
Vlinder
Sabine is, na alles wat er met haar gebeurd is, erg veranderd. Ze was al niet zo’n prater, maar vindt dat nu helemaal moeilijk. „Ik houd mensen op een afstand. Mijn vertrouwen in mensen is weg. Als een onbekende een praatje met me maakt, ben ik heel wantrouwend. Daar moet ik niets van hebben."
Ook haar geloof in God heeft een behoorlijke deuk opgelopen. „Na de verkrachting wilde ik niet meer in God geloven. Want hoe kon dit met mij gebeuren, en dan ook nog zwanger? Op een nacht, net na de bevalling, vloog er ineens een vlinder door mijn kamer. Vlinders zie je alleen met mooi weer als het licht is. Bovendien zat het raam dicht. Maar die vlinder liet mij zien dat God mij niet in de steek laat. Op dat moment wist ik dat God bij me is. Nu kan ik meer op Hem vertrouwen."
Wiegendood
Vanaf het moment dat Sabine ontdekte dat ze zwanger was, wist ze dat ze het kindje wilde houden. „Abortus is moord, ook al ben je zwanger na een verkrachting. En je hoort vaak genoeg dat mensen die abortus hebben laten plegen, het daar later heel moeilijk mee hebben. Bovendien hebben mijn ouders hun eerste kindje verloren aan wiegendood. Dan kijk je al heel anders tegen abortus aan."
In het begin van haar zwangerschap wilde Sabine wel graag een jongetje. „Dan zou hij niet verkracht kunnen worden. Tenminste, de kans is dan veel kleiner. Tegen de tijd van de bevalling maakte het me eigenlijk weinig meer uit of het een jongetje of meisje zou zijn. En nu het een meisje is, ben ik daar ook wel weer blij om. Een jongetje zou misschien nog meer op zijn vader lijken."
Kleuterjuf
Over de toekomst van haar en Patty kan ze weinig zeggen. „Ik weet niet hoe het gaat lopen." Wat ze heel moeilijk vindt, is dat er een moment komt dat Patty door gaat krijgen dat ze geen vader heeft. „Moet ik dan gelijk alles vertellen en hoe zal ze daar op reageren?"
Ook is Sabine heel bang dat haar verkrachter Patty komt halen. Dat hij aanspraak op haar kan maken, omdat hij de vader is. „Ik weet wel dat hij geen recht heeft op haar, maar het maakt me wel bang. Zijn vrienden wonen hier ook nog in de buurt. Ik ben heel bang dat ik hem een keer tegenkom."
Sabine probeert zoveel mogelijk bij de dag te leven. Ze gaat iedere morgen naar school. Haar moeder past dan op. ‘s Middags is ze thuis en verzorgt ze Patty zelf. Het liefst wil ze kleuterjuf worden, maar of dat gaat lukken, weet ze niet.
door Mirjam Hollebrandse
in 'Visie', EO
Sabine is 16 jaar en volgt een sociaal pedagogische opleiding. Op het eerste gezicht een normale puber, hooguit wat stil en verlegen. Wie haar beter kent, komt erachter dat in Sabine een wereld schuilt van geschaad vertrouwen en een gebroken jeugd. Ze raakte zwanger na een verkrachting. Inmiddels is ze moeder van een meisje van vijf maanden.
Toen Sabine 15 was, ontmoette ze een jongen op het station. Ze moest eerst niets van hem hebben, maar hij was vriendelijk en aardig en de twee raakten aan de praat. Sabine gaf hem haar mobiele nummer om een afspraakje te maken om ergens iets te drinken.
Sabine: „Het afspraakje was gezellig. We hadden ergens iets gegeten en hij vroeg of ik nog even mee ging koffiedrinken bij zijn vrienden. Die woonden in de buurt. Ik zocht daar niets achter en ging met hem mee."
Eenmaal binnen in dat huis ging het mis. Sabine werd verkracht.
Thuisgekomen vertelde Sabine het gelijk aan haar ouders. Kort daarna deed ze een zwangerschapstest en ontdekte dat ze zwanger was.
„Toen raakte ik wel erg in paniek. Ik was pas zestien en dan al moeder worden…" Ze durfde het niet gelijk aan haar ouders te vertellen, maar ging eerst naar een vertrouwenspersoon op school. Samen hebben ze het toen aan haar moeder verteld. „Ik heb die jongen ge-sms’t dat ik zwanger van hem was. Ik was heel boos op hem. Hij sms-te terug dat hij er spijt van had, van mij hield en met mij wilde trouwen. Maar dat wilde ik niet."
Dikke buik
Hoewel Sabine soms het liefst binnen bleef, zodat niemand haar dikke buik hoefde te zien, nam haar moeder haar regelmatig mee naar de stad, of naar de supermarkt. „Ik zag dan hoe mensen uit hun ooghoeken keken en ik voelde hen denken: ‘zo jong al een kind…’"
Ook ging Sabine nog gewoon naar school. Haar vriendinnen waren erg lief voor haar. Maar toen haar kindje, dat ze Patty noemde, er eenmaal was, bleven ze weg. „Ze zijn een keer wezen kijken en ik heb ze daarna nog een keer gebeld, maar niets meer van ze gehoord. Dat vind ik heel moeilijk. Ik denk dat zij ook niet weten wat ze ermee aan moeten."
Als ze op school is, hoort ze leerlingen wel eens roepen: ‘hoer’. „Dat doet pijn, heel veel pijn." Gelukkig heeft Sabine een goede vriendin die nog wel steeds komt. Ook vanuit de kerk leven de mensen met haar mee. „Ze vinden het heel erg wat er gebeurd is en proberen mij ook te steunen."
Nachtmerries
„Soms wil ik wel dat ik gewoon weer een meisje van zestien ben. Dat ik uit kan gaan, met vriendinnen lol kan maken. Mijn moeder past graag op en zegt ook dat ik gewoon moet gaan winkelen als ik dat wil. Maar aan de andere kant, dat kan niet. Ik moet volwassen zijn, ik ben moeder en moet voor mijn kind zorgen. Natuurlijk ben ik blij met Patty en hou ik van haar. Maar het is ook heel moeilijk. Bovendien lijkt ze heel veel op haar vader. Ik heb nog vaak nachtmerries, waarin de verkrachting zich weer een keer afspeelt. Als ik dan wakker word, ligt Patty naast me. Dat is heel moeilijk."
Vlinder
Sabine is, na alles wat er met haar gebeurd is, erg veranderd. Ze was al niet zo’n prater, maar vindt dat nu helemaal moeilijk. „Ik houd mensen op een afstand. Mijn vertrouwen in mensen is weg. Als een onbekende een praatje met me maakt, ben ik heel wantrouwend. Daar moet ik niets van hebben."
Ook haar geloof in God heeft een behoorlijke deuk opgelopen. „Na de verkrachting wilde ik niet meer in God geloven. Want hoe kon dit met mij gebeuren, en dan ook nog zwanger? Op een nacht, net na de bevalling, vloog er ineens een vlinder door mijn kamer. Vlinders zie je alleen met mooi weer als het licht is. Bovendien zat het raam dicht. Maar die vlinder liet mij zien dat God mij niet in de steek laat. Op dat moment wist ik dat God bij me is. Nu kan ik meer op Hem vertrouwen."
Wiegendood
Vanaf het moment dat Sabine ontdekte dat ze zwanger was, wist ze dat ze het kindje wilde houden. „Abortus is moord, ook al ben je zwanger na een verkrachting. En je hoort vaak genoeg dat mensen die abortus hebben laten plegen, het daar later heel moeilijk mee hebben. Bovendien hebben mijn ouders hun eerste kindje verloren aan wiegendood. Dan kijk je al heel anders tegen abortus aan."
In het begin van haar zwangerschap wilde Sabine wel graag een jongetje. „Dan zou hij niet verkracht kunnen worden. Tenminste, de kans is dan veel kleiner. Tegen de tijd van de bevalling maakte het me eigenlijk weinig meer uit of het een jongetje of meisje zou zijn. En nu het een meisje is, ben ik daar ook wel weer blij om. Een jongetje zou misschien nog meer op zijn vader lijken."
Kleuterjuf
Over de toekomst van haar en Patty kan ze weinig zeggen. „Ik weet niet hoe het gaat lopen." Wat ze heel moeilijk vindt, is dat er een moment komt dat Patty door gaat krijgen dat ze geen vader heeft. „Moet ik dan gelijk alles vertellen en hoe zal ze daar op reageren?"
Ook is Sabine heel bang dat haar verkrachter Patty komt halen. Dat hij aanspraak op haar kan maken, omdat hij de vader is. „Ik weet wel dat hij geen recht heeft op haar, maar het maakt me wel bang. Zijn vrienden wonen hier ook nog in de buurt. Ik ben heel bang dat ik hem een keer tegenkom."
Sabine probeert zoveel mogelijk bij de dag te leven. Ze gaat iedere morgen naar school. Haar moeder past dan op. ‘s Middags is ze thuis en verzorgt ze Patty zelf. Het liefst wil ze kleuterjuf worden, maar of dat gaat lukken, weet ze niet.
door Mirjam Hollebrandse
in 'Visie', EO