Re: POLL | Wat vind jij de belangrijkste onderdelen van de prediking?
Geplaatst: 29 okt 2019, 18:57
In de Acta kan je het commentaar van alle godgeleerden per artikel nalezen.
Dat is inderdaad ook een argument. Omdat de wet geestelijk verstaan moet worden en volmaaktheid eist, is ook het ongeloof en de onbekeerlijkheid van de mens een zonde tegen Gods wet. Hoewel we dit ook zonden tegen het Evangelie mogen noemen.J.C. Philpot schreef:Dat ben ik inderdaad met je eens.Herman schreef:De oproep tot bekering impliceert ook de oproep tot boete en berouw. M.i. staat dat niet los van de kennis van de wet die een mens schuldig stelt om hem ootmoedig te maken.
De kennis der zaligheid schreef:Vraag: Wordt het geloof, of het geloven in Christus alleen in het Evangelie voorgeschreven en wordt het in de wet niet geëist?
Antwoord: In geen geval; want in het Evangelie, strikt op zichzelf genomen zoals het tegengesteld is aan de wet, kan geen voorschrift zijn; want het Evangelie, in strikte zin genomen, is niets anders dan een belofte, of de blijde tijding van een Zaligmaker, in Wie genade, barmhartigheid en zaligheid voor verloren zondaren uit het geslacht van Adam gevonden worden, wat de volgende teksten bevestigen: Gen. 3:15, Jes. 61:1, 2 en 3, Luk. 2:10 en 11.
Vraag: Aangezien geloof en bekering bevolen worden ná en ten gevolge van de komst van de zonde en de openbaring van het Evangelie, moeten deze plichten daarom geen nieuwe geboden zijn, die aan Adam in de staat der rechtheid niet gegeven waren?
Antwoord: In de staat der rechtheid was er geen aanleiding tot het volbrengen van deze plichten. Adam was echter door de ingeschapen wet (in het bijzonder door de tien geboden, hem gegeven in de vorm van een werkverbond) verplicht te geloven al wat God hem zou bekendmaken, en te gehoorzamen al wat God hem zou gebieden. Maar zodra aan Adam het Evangelie bekendgemaakt werd, werd hij door dezelfde wet die hem verplichtte in de staat der onschuld te geloven in God als Zijn Schepper, in zijn gevallen staat ook verplicht te geloven in God als zijn Verlosser, Die hem nu werd geopenbaard en bekendgemaakt. En hij werd eveneens verplicht zich van de zonde tot God te bekeren, Rom. 3:31.
Vraag: Hoe komt het dat de verplichting van de wet zo uitgestrekt is dat ze de mens noodzaakt te geloven al wat God zal openbaren?
Antwoord: Dat komt door de absolute volmaaktheid van de wet, die omdat ze een volkomen regel voor alle gehoorzaamheid is, de plicht niet anders kan vaststellen dan op hetzelfde ogenblik waarop het voorwerp van die plicht wordt geopenbaard, Ps. 119:96: 'Uw gebod is zeer wijd'.
Vraag: Waarom is het dwaas als we geloof en bekering tot nieuwe voorschriften van het Evangelie maken?
Antwoord: De dwaasheid daarvan is dat hierdoor in onze eigen persoon een andere gerechtigheid wordt ingebracht dan de gerechtigheid van Christus, als de directe grond van onze vrijspraak en aanneming bij God.
Vraag: Wat is de leer van onze Grote (Westminster) Catechismus op dit punt?
Antwoord: Dat 'het geloof en betrouwen op God' (wat hetzelfde is als het geloof) en het zorgvuldig en naarstig zijn in alles wat Hem behaagt en het bedroefd zijn wanner Hij in enig ding beledigd is' (wat hetzelfde is als bekering), 'behoren tot de plichten die vereist worden in het eerste gebod', en dat 'ongeloof, wantrouwen, onbekeerlijkheid en hardheid van het hart of onboetvaardigheid (overeenkomstig Rom. 2:5) behoren tot de zonden die daarin verboden worden'.
Het geloof is een genadegift, geschonken door de Heilige Geest. Inderdaad een afzien van alle gerechtigheid uit de werken en een zien op Christus. Door de Heilige Geest én het geloof wordt de band met Christus gelegd.J.C. Philpot schreef:Nog een vraag: als het bevel tot geloof tot de wet behoort, is het gevolg daarvan dat geloven een werk is. Terwijl mijns inziens geloven juist een afzien van werken is, en een zien op Christus.
De Romeinenbrief zegt:
Doch dengene, die niet werkt, maar gelooft in Hem, Die den goddeloze rechtvaardigt, wordt zijn geloof gerekend tot rechtvaardigheid.
Hier is geloven een werkwoord, maar toch in tegenstelling tot het werken van de wet.
Hoe kan ik dit met de visie van de Erskines in overeenstemming brengen?
Maar hoe kan dan het bevel tot geloof tot de wet behoren? Want dat maakt het geloven tot een werk der wet, en niet tot het afzien van de werken.Valcke schreef:Het geloof is een genadegift, geschonken door de Heilige Geest. Inderdaad een afzien van alle gerechtigheid uit de werken en een zien op Christus. Door de Heilige Geest én het geloof wordt de band met Christus gelegd.J.C. Philpot schreef:Nog een vraag: als het bevel tot geloof tot de wet behoort, is het gevolg daarvan dat geloven een werk is. Terwijl mijns inziens geloven juist een afzien van werken is, en een zien op Christus.
De Romeinenbrief zegt:
Doch dengene, die niet werkt, maar gelooft in Hem, Die den goddeloze rechtvaardigt, wordt zijn geloof gerekend tot rechtvaardigheid.
Hier is geloven een werkwoord, maar toch in tegenstelling tot het werken van de wet.
Hoe kan ik dit met de visie van de Erskines in overeenstemming brengen?
Maar wanneer het geloof geschonken wordt, gelooft een mens ook zelf. Daarin ligt niets verdienstelijks, maar het is slechts het middel waarmee Christus en Zijn gerechtigheid aangegrepen wordt.
Ds C. Harinck schreef:Zo zei Luther: Wie de juiste kunst verstaat om te onderscheiden tussen Wet en Evangelie, plaats hem aan het hoofd en noem hem doctor van de Heilige Schrift. Beza oordeelde: De onwetendheid van het verschil tussen Wet en Evangelie is één van de voornaamste oorzaken die het Christendom verdorven heeft en nog steeds verderft.
Dankjewel!J.C. Philpot schreef:Sommige personen ter rechter zeide hebben moeite met het aanbieden van de beloften, en vinden voorstellen een betere term.Stof schreef:Hoe moet je het "en/of" duiden tussen voorstellen en aanbieden van de beloften vh Evangelie? Is één van beide goed? Is "of" gelijk aan "en"?
Er is weleens een topic over geweest:
https://www.refoforum.nl/forum/viewtopi ... 0&start=30
De DL spreken van verkondigen en voorstellen, met bevel van geloof en bekering.
Dit zijn inderdaad wezenlijke vragen, dus het lijkt mij heel goed dat deze vraag gesteld wordt.J.C. Philpot schreef:Maar hoe kan dan het bevel tot geloof tot de wet behoren? Want dat maakt het geloven tot een werk der wet, en niet tot het afzien van de werken.Valcke schreef:Het geloof is een genadegift, geschonken door de Heilige Geest. Inderdaad een afzien van alle gerechtigheid uit de werken en een zien op Christus. Door de Heilige Geest én het geloof wordt de band met Christus gelegd.J.C. Philpot schreef:Nog een vraag: als het bevel tot geloof tot de wet behoort, is het gevolg daarvan dat geloven een werk is. Terwijl mijns inziens geloven juist een afzien van werken is, en een zien op Christus.
De Romeinenbrief zegt:
Doch dengene, die niet werkt, maar gelooft in Hem, Die den goddeloze rechtvaardigt, wordt zijn geloof gerekend tot rechtvaardigheid.
Hier is geloven een werkwoord, maar toch in tegenstelling tot het werken van de wet.
Hoe kan ik dit met de visie van de Erskines in overeenstemming brengen?
Maar wanneer het geloof geschonken wordt, gelooft een mens ook zelf. Daarin ligt niets verdienstelijks, maar het is slechts het middel waarmee Christus en Zijn gerechtigheid aangegrepen wordt.
Ik bedoel dat niet als strijdvraag, maar ik heb dat niet helder.
In dit antwoord staat niet: het geloof is geen daad of werk van de mens. Maar in dit antwoord staat wel dat gerechtigheid des geloofs niet gelegen is in de waardigheid van het geloof (namelijk als daad of werk), maar alleen in het aannemen en toe-eigenen van de genoegdoening, gerechtigheid en heiligheid van Christus.[/quote]Waarom zegt gij, dat gij alleen door het geloof rechtvaardig zijt?
Niet, dat ik vanwege de waardigheid mijns geloofs Gode aangenaam ben; maar daarom, dat alleen de genoegdoening, gerechtigheid en heiligheid van Christus mijn gerechtigheid voor God is , en dat ik die niet ander dan alleen door het geloof aannemen en mij toeëigene kan.
Beste Stof,Stof schreef: Dankjewel!
Dus als de beloften alleen voorgesteld worden gaat de prediking in principe alsnog mank?
Ds. C. Harinck schreef:Sommigen hebben bezwaar gemaakt tegen de term „aanbod van genade". Zij willen liever spreken van „voorstellen" of „verkondigen".
We vinden deze uitdrukkingen ook in het boven aahgehaalde citaat uit de Vijf Artikelen tegen de remonstranten.
Er is dan ook geen bezwaar tegen het gebruik van de woorden „voorstellen" en „verkondigen", mits men ze gebruikt op de wijze zoals dit in de vijf Artikelen tegen de remonstranten gedaan wordt en zegt, dat „deze belofte allen volken en mensen tot welke God naar Zijn welbehagen Zijn Evangelie zendt, zonder onderscheid moet verkondigd en voorgesteld worden met bevel van bekering en geloof''.
Maar dit willen degenen, die zo ijveren voor het woord „voorstellen" en „verkondigen" nu juist niet doen. Zij zeggen, dat het aanbod van genade niets anders is dan een bekendmaking, dat er voor bepaalde zondaren behoudenis is in Christus.
Men vergeet dan echter één belangrijk aspekt van de prediking, namelijk dat het horen van de boodschap van Gods genade nooit vrijblijvend is. Naast de prediking, die „zonder onderscheid" tot allen moet gebracht worden, benadrukken de opstellers van de vijf Artikelen tegen de remonstranten, dat deze prediking moet geschieden, „met bevel van bekering en geloof''. Men kan, door de prediking tot een simpele bekendmaking van de genade Gods terug te brengen, de prediking uithollen.