Een parallel tussen de orthodox-gereformeerden
en de bevindelijk-gereformeerden?
Misschien iets om over na te denken?
Zouden kerken die vanouds Reformatorisch genoemd werden lering kunnen trekken op de gang van zaken in de Gereformeerde Kerken (vrijgemaakt)?
We zagen een snelle verandering in deze kerken, wat verschillend breuken splinterverbandjes opleverde.
Hoewel we Reformatorische kerken niet bepaald verwant zijn aan de GKv zien we wel zaken waar we lering uit zouden kunnen trekken.
De orthodox gereformeerden (ik bedoel hiermee de GKv) hebben nooit een bevindelijk karakter gehad. Dat is een heel verschil.
Toch ging de zaak in genoemde kerken geheel op zijn kop. Eerst zagen we na het krampachtig vasthouden dat zij de enige ware gereformeerde kerk waren een breuk waaruit een meer heterogeen kerkverband als de NGK ontstond.
De eenheid binnen de vrijgemaakten kwam echter steeds meer onder druk te staan. Deze eenheid en exclusiviteit denken was heel opmerkelijk voor een kerkverband: We zagen een complete vrijgemaakte zuil ontstaan.
- Eigen krant
Eigen vakbond
Eigen partij
Eigen zorginstellingen
enz.
In zekere zin kan een parallel getrokken worden met de kerken die meer de bevinding benadrukten.
We zagen hier al eerder:
- Een eigen partij
Er kwam een eigen krant
De RMU ontstond in deze kring
En zorginstellingen
De eerstgenoemden, de zogenaamd orthodox-gereformeerden veranderden in snel tempo. Vooral na de breuk, midden jaren 60.
Als er nu teruggedacht wordt in deze kring op een 75-jarig jubileum zou men zich in feite moeten schamen over wat er gebeurd is. Men kijkt dan ook niet meer triomfantelijk terug naar de vrijmaking maar men 'kijkt liever naar de toekomst'. zoals ik treffend in de krant las.
We hadden het over een zekere parallel tussen deze zogenaamde orthodox-gereformeerden. Men had de Gereformeerde Kerken in Nederland verlaten, en zette zich scherp af tegen de Gereformeerde Kerk (synodaal).
Bij de bevindelijk-gereformeerden zien we vooral na de Afscheiding een (niet vrijwillig of opstandig) verlaten van de Hervormde Kerk. De parallel van het zich afzetten tegen de kerk waar men uit kwam, zagen we niet zo in de kerken van de Afscheiding.
Toch was er wel het doorgaande verval in de Vaderlandse Kerk. Er werd in de loop van de jaren veel opgemerkt en verwezen naar de schadelijke gevolgen van het meer vrije denken van de 'moederkerk'.
De parallel is dan ook, het bekende, spreekwoordelijke schip op het strand, als baken in zee. Dit schip zagen de orhodox-gereformeerden intussen geheel vergaan.
En gaat nu de bevindelijk-gereformeerde lijn ook dat schip niet negeren?
We zien het verlaten van enkele altijd zeer kenmerkende zaken in de bevindelijk kerken, die ontbindend werken:
- Bijbelvertaling
Gezangen
De vrouw in het ambt.
Opmerkelijk is de positie van met name de Christelijke Gereformeerde Kerken.
Deze komen ergens in een spagaat tussen de vernieuwers en de behoudende tak. Je kunt je dan afvragen: Is dit vol te houden? Komt er een punt dat de CGK splijt?
Ik bedoel met dit overzichtje (er zou veel meer, uiterlijk) te noemen zijn, maar zouden we er niet wijs aan doen om op gestrande schepen acht te hebben, ziende de uitkomst:
Massale kerkverlating
Mensen die ongeïnteresseerd raken
Of zelf onverschillig.
Heeft hierin de kerk geen grote schuld?
Heeft men zichzelf niet ongeloofwaardig gemaakt?
Is het verlaten van de oude paden niet een verklaring van de massale kerkverlating?
En daartegenover zien we dan een reformatorische stroming.
Interkerkelijk, ook binnen de Vaderlandse kerk
Maar als deze bevindelijk-gereformeerden tot ontbinding overgaan, wat dan? Gaan we dan de weg, blind vooruit, en niet kijkend naar het verleden? Een doodlopende weg in? Een weg van zelfontbinding?