Vader, ik klaag u aan!

Gebruikersavatar
refo
Berichten: 23855
Lid geworden op: 29 dec 2001, 11:45

Bericht door refo »

Maar als ik de reacties van RJ lees dan vraag ik me af of hij wel echt weet wat er speelt binnen de GerGem. Of verdedigt hij gewoon door dik en dun? Dat mag natuurlijk best, maar je moet niet zeggen dat je niet doodgezwegen wordt. Dat is nl wel het geval. Alleen dat staat niet op schrift. Het zijn allemaal gesprekken geweest tussen ambtsdragers en verontrusten. Daar ligt niets van vast.

En anders moet je het boek 'ambt en avondmaalsmijding' van B. Wallet eens lezen. Die man had een goede zaak: iemand die niet aan het avondmaal gaat, verloochend Christus en kan derhalve geen ouderling of diaken zijn. Het is om te janken hoe kerkelijke vergaderingen daar mee om gaan.
Gebruikersavatar
refo
Berichten: 23855
Lid geworden op: 29 dec 2001, 11:45

Bericht door refo »

Neem bv eens de uitspraken van 1931. Daarin is besloten dat het Genadeverbond is gesloten tussen God de Vader, representerend de 3 Goddelijke personen en tussen God de Zoon, representerende de uitverkorenen. Verder is niemand in dit verbond begrepen. Alleen de uitverkorenen.

1 Korinthiërs 10

1 En ik wil niet, broeders, dat gij onwetende zijt, dat onze vaders allen onder de wolk waren, en allen door de zee doorgegaan zijn; 2 En allen in Mozes gedoopt zijn in de wolk en in de zee; 3 En allen dezelfde geestelijke spijs gegeten hebben; 4 En allen denzelfden geestelijken drank gedronken hebben; want zij dronken uit de geestelijke steenrots, die volgde; en de steenrots was Christus. 5 Maar in het meerder deel van hen heeft God geen welgevallen gehad; want zij zijn in de woestijn ter nedergeslagen.

met deze tekst stap je naar de dominee en zegt: allen, allen, allen dezelfde behandeling en dezlfde geestelijke drank. De Bijbel geeft aanleiding te veronderstellen dat je in het verbond bent, terwijl je uiteindelijk niet het hemels Kanaän bereikt.

Je loopt vast op 1931. Daar wordt een beroep gedaan op Romeinen 5. Maar daar staat niets anders dan: wat hebben we aan Adam te danken? De dood. Wat hebben we aan Christus te danken? Het leven.

Dus via een foutieve interpretatie van Romeinen 5 komt men tot een synodeuitspraak. En in dat licht bezien moet je Korinthe lezen. Dat noemt men dan Schrift met Schrift vergelijken.
Matthijs
Berichten: 2050
Lid geworden op: 07 okt 2002, 21:03

Bericht door Matthijs »

RJ,

Je zou het hele boek moeten lezen. Ik hoop zeer binnenkort enkele citaten te digitaliseren.

Het is natuurlijk niet zo dat we nu alleen nog maar het Evangelie moeten horen in de kerken. Wet en Evangelie. 't Lijkt er soms wel es op, dat we nu alleen maar Evangelie willen horen. Dat hoor je eigenlijk alleen maar op de JA. Of niet??? Ik vraag me daar af als ze er alleen maar vanuit gaan dat er alleen maar zondaren naar die avonden komen. Daar mag je niet vanuit gaan! Misschien zitten er ook wel eigengerechtige mensen. Jongeren die moeten van hun ouders. Een oproep tot bekering en geloof is belangrijk, ook op avonden van de JA.

En wie de wet niet meer wil horen, diens gebeds zelfs, zal voor de Heere een gruwel wezen. staat ergens in spreuken.

Dat er wat aan de hand is in de ger. gem. is zeker. Ik las iets van ds. F. Mallan. Wat een verschrikkelijk taal braakt die man uit. Lijkt wel op ds. Taverne. Ik wil het nog niet een sekte noemen. Maar wie het niet met hem eens is, is een varken. (Ik zeg het even in mijn eigen woorden.)
Liever Turks dan Paaps
Gebruikersavatar
ndonselaar
Berichten: 3105
Lid geworden op: 29 dec 2001, 12:34
Contacteer:

Bericht door ndonselaar »

RJ, lees het hele boek! In dit boek vind je waarom en hoe hij tot deze conclusies kwam.

Wat jij over de hervormde synode schreef is waar, daar is een top-down structuur.

Dit is echter ook, in sommige gemeenten zo. Ds. H.J. Hegger schrijft heel bewogen over het lichaam van Christus, Zijn gemeente. Alle delen van dit lichaam zijn gelijkwaardig. Daar past geen verhevenheid. Daar past geen pauselijke structuur. Nogmaals RJ, vanuit jouw situatie gezien, komt het heel anders over, dan voor anderen die daar dagelijks mee te maken hebben.

Geloof jij echt niet dat in veel gemeenten de echtheid van de gemeente wordt afgemeten aan het kleine aantal Avondmaalgangers! Hoe kleiner hoe echter!
Geloof jij echt niet, dat in veel OG gemeenten (het gaat om meer dan alleen de GG) het lidmaatschap van een bijbelstudie of vereniging wordt afgewezen, omdat dit toch alleen maar letterwijsheid oplevert, of soms nog smalender, domineesfabrieken!
Geloof jij echt niet dat door leden wordt gezegd dat God niemand meer bekeert!

Bewogen schreef Ds. H.J. Hegger ook dat Christus niet alleen Redder zal zijn, maar ook Rechter. Dan zal het niet baten of we
- trouw naar kerk zijn gegaan.
- aan het Avondmaal zijn gegaan.
- naar de JV gaan.
- ....
tenzij we Christus door een levend geloof hebben omhelsd zal onze plaats in de verdoemenis zijn naast de terrorist!

Ook dit laatste hoor je niet meer! Wel mag men als dominee zeggen dat de weg nauw is. Wel mag hij zeggen dat we uit die vreselijke wereld weg moeten blijven.

Nogmaals Matthijs corrigeert terecht dat het niet alleen om het Evangelie gaat, nee Wet en Evangelie. Maar hoe de dwaalleer ook is: vermenging van Wet en Evangelie, of alleen het Evangelie, beide zijn zielsverderfelijk.

Groeten,
In necessariis unitatem custodiant, in non necessariis libertatem, in utrisque prudentiam et charitatem, in omnibus conscientiam inoffensam in diem Domini
Lecram

Bericht door Lecram »

Oorspronkelijk gepost door refo
Neem bv eens de uitspraken van 1931. Daarin is besloten dat het Genadeverbond is gesloten tussen God de Vader, representerend de 3 Goddelijke personen en tussen God de Zoon, representerende de uitverkorenen. Verder is niemand in dit verbond begrepen. Alleen de uitverkorenen.

1 Korinthiërs 10

1 En ik wil niet, broeders, dat gij onwetende zijt, dat onze vaders allen onder de wolk waren, en allen door de zee doorgegaan zijn; 2 En allen in Mozes gedoopt zijn in de wolk en in de zee; 3 En allen dezelfde geestelijke spijs gegeten hebben; 4 En allen denzelfden geestelijken drank gedronken hebben; want zij dronken uit de geestelijke steenrots, die volgde; en de steenrots was Christus. 5 Maar in het meerder deel van hen heeft God geen welgevallen gehad; want zij zijn in de woestijn ter nedergeslagen.

met deze tekst stap je naar de dominee en zegt: allen, allen, allen dezelfde behandeling en dezlfde geestelijke drank. De Bijbel geeft aanleiding te veronderstellen dat je in het verbond bent, terwijl je uiteindelijk niet het hemels Kanaän bereikt.

Je loopt vast op 1931. Daar wordt een beroep gedaan op Romeinen 5. Maar daar staat niets anders dan: wat hebben we aan Adam te danken? De dood. Wat hebben we aan Christus te danken? Het leven.

Dus via een foutieve interpretatie van Romeinen 5 komt men tot een synodeuitspraak. En in dat licht bezien moet je Korinthe lezen. Dat noemt men dan Schrift met Schrift vergelijken.
Waar heb ik toentertijd belijdenis voor gedaan??? :#:#:#:#:#

Ik was me er toen niet van bewust......
Zeeuw

Bericht door Zeeuw »

Bedenk wel dat de overgrote meerderheid van de gereformeerde theologen gesteld heeft dat het verbond naar zijn diepste wezen inderdaad alleen de uitverkorenen omvat.

Deze visie hoeft echter totaal geen belemmering te zijn het Evangelie aan alle hoorders te verkondigen met bevel van geloof en bekering.

Voorbeelden hiervan te over.

Het is niet terecht om te stellen dat de Schrift het tegenovergestelde leert. De Schrift spreekt aan de ene kant het gehele volk Israel aan als verbondsvolk; anderzijds leert het NT ons duidelijk dat zij die waarachtig geloven het ware zaad van Abraham zijn.
Gebruikersavatar
ndonselaar
Berichten: 3105
Lid geworden op: 29 dec 2001, 12:34
Contacteer:

Bericht door ndonselaar »

Zeeuw,

Geeft de toevoeging 'diepste' wezen toch niet de spanning aan tussen 'wezen en bediening'.

Mag je bv. een tekst als Galaten 3:29 hiervoor gebruiken. Is de sleuteltekst in deze perikoop (Gal. 3:19-29) niet het 24ste vers? Als dat zo is bedoelt Paulus hier dan niet het verschil tussen de oudtestamentische en de nieuwtestamentische bedeling? Dus ook de heidenen als zij geloven 'kinderen Gods' en dus 'zaad Abrahams'?

Groeten,
In necessariis unitatem custodiant, in non necessariis libertatem, in utrisque prudentiam et charitatem, in omnibus conscientiam inoffensam in diem Domini
Zeeuw

Bericht door Zeeuw »

Niek,

De spanning die je noemt is er in de Schrift; en dient er daarom te blijven. Laten we daar geen misverstand over laten bestaan.

“Als dat zo is bedoelt Paulus hier dan niet het verschil tussen de oudtestamentische en de nieuwtestamentische bedeling? Dus ook de heidenen als zij geloven 'kinderen Gods' en dus 'zaad Abrahams'?”

Ik geloof dat dat inderdaad een goede uitleg is; maar niet het enige! Let er dan wel wanneer ze kinderen Gods en zaad Abrahams zijn: als ze geloven in Christus! Dan; en niet eerder! Daar legt juist Paulus alle nadruk op. En inderdaad; wie gelooft, is het ware zaad van Abraham. Dat betekend dat er ook zaad van Abraham is wat zich beroept op de uitwendige voorrechten, maar geen waar geloof hebben. Het is niet alles Israel wat Israel genoemd word. Denk aan de waarschuwing van Johannes de Doper aan de vrome Schriftgeleerden en Farizeen. Ze waren verbondskinderen; inderdaad het zaad van Abraham; maar Johannes noemde hen adderengebroedsel en relativeerde hun verbondsdeelgenootschap (juist tegen hen!) door te stellen dat God uit stenen kinderen van Abraham kan verwekken.

Ik weet ook wel dat er mensen zijn die een andere visie op het verbond hebben; en stellen dat alle gedoopten in het verbond zijn. Ik wil niemand afwijzen; als we samen maar wel alle nadruk laten vallen op het punt wat Paulus ook doet. Of we nu verbondskind genoemd worden of niet; we moeten allen door wedergeboorte en geloof in Christus zalig worden. Zeker brengt de doop en de verbondsbediening grote voorrechten mee; toch laat de Schrift de nadruk allereerst op persoonlijke wedergeboorte en geloof vallen; daar zou ik het ook bij willen houden.

Groeten
Gebruikersavatar
ndonselaar
Berichten: 3105
Lid geworden op: 29 dec 2001, 12:34
Contacteer:

Bericht door ndonselaar »

Hoi,

Ik ben bang dat ik me niet goed uitdrukte. Jij schreef 'diepste wezen'. Hiermee lijkt alsof we taalkundig nog meer verschil nodig hebben dan de woorden wezen - bediening in hun betekenis al hadden.

Kunnen we (70 jaar na 1931) niet terug naar de begripsomschrijving van Calvijn?

Met deze vraag komen we wel een beetje of-topic.

Groeten,
Gebruikersavatar
refo
Berichten: 23855
Lid geworden op: 29 dec 2001, 11:45

Bericht door refo »

Het is niet de formulering: dat alle gedoopten in het verbond zijn. De juiste formulering is dat leden van het verbond gedoopt worden.

Dat is de insteek van de HC en van het doopsformulier:

Vr.74. Zal men ook de jonge kinderen dopen?
Antw. Ja het; want mitsdien zij alzowel als de volwassenen in het verbond Gods en in Zijn gemeente begrepen zijn a, en dat hun door Christus' bloed de verlossing van de zonden b en de Heilige Geest, Die het geloof werkt, niet minder dan den volwassenen toegezegd wordt c, zo moeten zij ook door den Doop, als door het teken des verbonds, der Christelijke Kerk ingelijfd en van de kinderen der ongelovigen onderscheiden worden d, gelijk in het Oude Verbond of Testament door de Besnijdenis geschied is e, voor dewelke in het Nieuwe Verbond de Doop ingezet is f.

Eerstelijk, hoewel onze kinderen in zonden ontvangen en geboren zijn, en daarom aan allerhande ellendigheid, ja, aan de verdoemenis zelf onderworpen, of gij niet bekent, dat zij in Christus geheiligd zijn, en daarom als lidmaten zijner gemeente, behoren gedoopt te wezen?
Gebruikersavatar
refo
Berichten: 23855
Lid geworden op: 29 dec 2001, 11:45

Bericht door refo »

't Is overigens wel frappant. Er verschint een boek. Niemand heeft het nog gelezen. Er ontstaat een discussie over het het thema. Maar niet zodra wordt er een deel uit het boek getoond of de discussie valt stil (er loopt zelfs iemand kwaad weg).

Waar is iedereen?
Gebruikersavatar
ndonselaar
Berichten: 3105
Lid geworden op: 29 dec 2001, 12:34
Contacteer:

Bericht door ndonselaar »

Wat kan dan het verlangen naar de taal van de Reformatie groot worden!
In necessariis unitatem custodiant, in non necessariis libertatem, in utrisque prudentiam et charitatem, in omnibus conscientiam inoffensam in diem Domini
Kislev
Berichten: 2528
Lid geworden op: 08 apr 2002, 16:20

Bericht door Kislev »

Matthijs,

Je moet die brief van een insider (Appendix 1) achterin het boek maar eens inscannen en hier neerzetten.

Kijken of men daar ook wat tegenin heeft te brengen.



[Aangepast op 5/9/03 door Kislev]
Matthijs
Berichten: 2050
Lid geworden op: 07 okt 2002, 21:03

Bericht door Matthijs »

APPENDIX I

I BRIEF VAN EEN INSIDER

U zult gemerkt hebben dat dit boek is gerijpt als een vrucht aan de boom van de gemeenschap der heiligen. Velen hebben via hun e-mails mij geholpen door hun voorstellen voor correcties en aanvullingen.

Ik ben daar erg blij en dankbaar om. Om verschillende redenen. De belangrijkste is wel deze. Ik heb een heel andere achtergrond en daarom een ander taalgebruik. We zeggen: elk vogeltje zingt zoals het gebekt is. En die bek is iets van jezelf je kunt je mond niet zo maar even veranderen. Als je dat forceert, loop je groot gevaar onwaarachtig te worden.

Daardoor ontstaan er gemakkelijk aan weerszijden misverstanden. Ik interpreteer bepaalde woorden anders dan zij die in het protestantisme geboren zijn. Omgekeerd is dat ook zo. Ik merk dat bepaalde benamingen en uitdrukkingen anders bij hen overkomen dan ik bedoel.

Dat geldt met name de bevindelijke richting binnen het protestantisme. Lange tijd is die een min of meer afgesloten groep geweest waardoor zich onder hen een eigen woordgebruik ontwikkelde. Daarom komen hun typische termen en zegswijzen op buitenstaanders, vooral op hen die in het rooms-katholicisme geboren zijn, over als een puzzeltaal, als raadsels en orakelspreuken. Wij moeten dan gissen wat ze ermee bedoelen en dan slaan we de plank wel eens mis. We gebruiken dan woorden die bij hen erg gevoelig liggen en waardoor wij hen misschien kwetsen.

Bijzonder blij was ik dan ook met onderstaande brief. Deze schrijver is veel meer thuis in de geschriften van de Nadere Reformatie en van het Engelse puritanisme dan ik dat ben. Die achterstand zal ik nooit meer kunnen inhalen, maar dat is juist het mooie van de gemeenschap der heiligen. Dan help je elkaar met correcties en aanvullingen.

Wel moet ik ervoor waarschuwen dat de uiteenzettingen van de schrijver behoorlijk ingewikkeld zijn. Maar dat kan niet anders, want de ingewikkelde systemen van de schrijvers van de anti-jongerenavondenartikelen gaan ook uit van gecompliceerde voorveronderstellingen. En dan ben je soms helaas verplicht met gelijke munt terug te betalen. Maar u kunt deze uiteenzetting, die op zichzelf als documentatie wel belangrijk is, ongelezen laten wanneer u het niet interesseert. Daarom heb ik dit als aanhangsel geplaatst. Ziehier dan de brie£

Geachte dominee Hegger,

U trekt nogal fel van leer tegen de artikelen in De Saambinder. Op zich is dat niet zo'n probleem. Het kan wel eens nodig zijn. Toch heb ik het idee dat bij ongewijzigde verschijning de kritiek wel eens zou kunnen zijn dat u wel erg fulmineert tegen deze artikelen maar dat de inhoudelijke kritiek wat aan de magere kant is. Om dat te voorkomen wil ik voorstellen tenminste de volgende zaken aan de orde te stellen die in de vier artikelen in De Saambinder ook aan de orde kwamen of ermee te maken hebben:

1 Tweeërlei beloften

U zou mijns inziens iets meer in moeten gaan op het door de Gereformeerde Gemeente gemaakte onderscheid tussen de beloften van het genadeverbond en de beloften van het Evangelie. De beloften van het genadeverbond zijn volgens hen alleen voor de uitverkorenen. Of anders gesteld: alleen de uitverkorenen behoren tot het 'wezen' van het genadeverbond. Dit verbond is in de eeuwigheid opgericht. Hiervoor wordt dan een beroep gedaan op tal van 'oude schrijvers'.

Inderdaad komt men in de piëtistische lijn deze opvatting veelvuldig tegen. Maar hoe zit het bij Calvijn, de belangrijke reformator? U zou bijvoorbeeld kunnen verwijzen naar zijn commentaar op Genesis 17:7. Hij schrijft daar: 'Zij die menen dat alleen de uitverkorenen hier bedoeld worden, en dat alle gelovigen zonder onderscheid hier worden omvat, van welk volk zij ook naar het vlees afstammen, hebben het mis.' Calvijn heeft nergens gesteld, wat we in een latere ontwikkelingslijn tegenkomen, dat het verbond der genade alleen met de uitverkorenen is opgericht. Het is opgericht met Abraham en zijn zaad. Calvijn heeft zelfs gesteld dat ook Ismaël en Ezau kinderen der beloften zijn en dat ook hun de zaligheid is aangeboden (zie zijn commentaar op Rom. 9:6). Hoewel de joden verbondsbrekers waren, zo was volgens Calvijn de trouw van God toch niet tenietgedaan door hun ontrouw. 'Want nadat de Heere eenmaal Zijn verbond met het volk Israël heeft gemaakt, zo heeft Hij niet afgelaten van tijd tot tijd door nieuwe beloften zijn genade aan te bieden...' (Commentaar op Rom. 9:4)
Hier komt dus de tweezijdigheid van het verbond tot gelding: enerzijds is er de verbondseis, anderzijds is er de verbonds(on)gehoorzaamheid. Deze spanning en dynamiek wordt er uitgehaald als we gaan spreken over een verbond dat naar zijn 'wezen' is opgericht met de uitverkorenen. De term 'wezen' is mijns inziens niet zo onschuldig.U merkt op dat Luther fel heeft gefulmineerd tegen de scholastiek, maar dat de protestanten na hem weer zijn gaan zitten aan de voeten van Aristoteles. Ook Calvijn heeft, mijns inziens nog meer dan Luther, gebroken met de scholastiek. Maar spoedig na hem, vooral bij Beza, verschijnt Aristoteles weer op het theologische toneel. Beza heeft hiermee richting gegeven aan een latere ontwikkeling in de theologie. Ook de filosofische onderscheiding tussen wezen en eigenschappen dringt welhaast in alle onderdelen van de gereformeerde theologie door. Zoals u weet betekent 'wezen' zoiets als datgene wat een ding maakt tot wat het is. Het is dan vaak gezien als de onveranderlijke grond van de vele wisselende eigenschappen en equivalent met wat Aristoteles noemt to ti enai. De vraag naar de essentie is dus de vraag naar het wat (quid) van een ding (zie bijv. de Catholic Encyclopedia bij: Essence and Existence).
Iemand als de hervormd-gereformeerde theoloog J.G. Woelderink wil niet weten van het scholastieke onderscheid tussen wezen en verschijning van het verbond en handhaaft de tweezijdigheid van het ene verbond (zie zijn Het Doopsformulier, p. 316). Tegenover de scholastieke verbonds, genade- en wedergeboorteleer, waarin genade een soort inwendige zijnswerkelijkheid is, plaatst hij de genadige gezindheid van God. Maar Woelderink is in rechtse kringen verdacht. Het wijsgerig essentialisme heeft diepe sporen getrokken in de gereformeerde theologie. Vooral ook in die van de 17e eeuw die wel de eeuw van de ratio is genoemd. ik denk niet dat er één predikant van de Gereformeerde Gemeente is die ook maar bij benadering weet wat de invloed van de scholastiek is op de eigen theologie. Soms zijn ze zelfs niet op de hoogte van wat scholastiek is. H. Berkhof noemt de Dogmatiek van ds. G.H. Kersten een samenvatting van de gereformeerde scholastiek van 17e eeuw (Christelijk Geloof, XVI). Deze dogmatiek van Kersten staat centraal in de theologische school in Rotterdam alsook in de godsdienstcursus uitgaande van de Gereformeerde Gemeenten. Een ondogmatisch geslacht groeit op, zo stelt de schrijver in De Saambinder. Maar heeft de schrijver en hebben de predikanten van de Gereformeerde Gemeenten er wel enig besef van hoezeer hun dogmatisch denken door de scholastiek en de conventikels is bepaald? Zelf ben ik door mijn studie filosofie en mijn achtergrond als lid van de Gereformeerde Gemeente geïnteresseerd geraakt in het verschijnsel scholastiek en met name de invloed ervan op de theologie. In het laatste nummer van een wijsgerig vakblad staat van mijn hand een artikel over het essentialisme. Ik heb onder andere gesteld dat de moderne wetenschap er niet meer mee werkt en kan werken. In de theologie en in de analytische filosofie en theologie lijkt het nog steeds een bron van inspiratie te zijn. Ook dus in de zogenaamd Utrechtse School die mijns inziens sterk onder invloed van de analytische filosofie en theologie staat. Het opereren met termen als wezen en eigenschappen komt ook daar veelvuldig voor. Denk bijvoorbeeld aan het zogenaamde eigenschappenproject onder leiding van Vincent Brümmer dat intussen verscheiden dissertaties heeft opgeleverd. Voor wie eenmaal onder beslag staat van het scholastieke paradigma, fungeert het als een sjabloon dat over heel de Bijbel wordt gelegd. Zo ook met de genoemde onderscheiding tussen wezen en eigenschappen. De kinderen leren het op catechisatie al uit het nog steeds gebruikte vragenboek van ds. A. Hellenbroek.
De wijsgerige term 'wezen' drijft de theologie minstens in drieërlei richting. Het heeft de neiging iets te vereeuwigen: verbondssluiting in de eeuwigheid, rechtvaardigmaking van eeuwigheid enzovoord. Het heeft ook in zich om naar het onveranderlijke te zoeken. Wezen staat tegenover de veranderlijke eigenschappen en verschijningen. Het wezen van het verbond is niet alleen van eeuwigheid, het is ook onveranderlijk. Het appèl op de menselijke verantwoordelijkheid en gehoorzaamheid moet hier wel op de achtergrond geraken. Ook heeft de term wezen iets in zich wat verborgen is. Denk bijvoorbeeld aan de substantiële verandering van brood en wijn in de r.k. avondmaalsleer. De gereformeerde scholastieke theologie kan er echter ook wat van. Genade, wedergeboorte, geloof enzovoort verworden tot een inwendige zijnswerkelijkheid die verborgen is. Denk bijvoorbeeld aan de gereformeerde gemeenteleer van de onderscheiding tussen habitus en actus van het geloof Iets wat actueel is, is manifest. De habitus van het geloof daarentegen kan niet manifest zijn. Deze onderscheiding is uiteraard veel ouder dan de Gereformeerde Gemeenten. Men komt die ook bij A. Kuyper tegen. Kuyper zag deze leer dan ook steeds in samenhang met de leer van de veronderstelde (niet manifeste) wedergeboorte.
Het merkwaardige en ironische is nu dat het kerkverband van de Gereformeerde Gemeenten wel altijd tegen de veronderstelde wedergeboorte van Kuyper (anderen worden nauwelijks genoemd) geftilmineerd heeft, maar vanwege de annexatie van het wijsgerig substantiebegrip de leer van de veronderstelde wedergeboorte niet buiten de deur kan houden. Het is vooral A. Comrie die hier zijn stempel op de Gereformeerde Gemeenten gezet heeft. Comrie heeft gesteld dat geen sterveling kan zeggen hoe gauw de werkzame daden uit het geloofsvermogen voortvloeien, hoewel hij vermoedt dat dit zeer 'schielijk' gebeurt (Catechismus, p. 391).
Uiteraard wil de Gereformeerde Gemeente de consequentie niet trekken van een sluimerend geloofsvermogen dat een kortere of langere tijd aanwezig kan zijn zonder dat er dus sprake is van geloofsdaden (de actus van het geloo~. Dit zou inderdaad een acceptatie betekenen van de leer van de veronderstelde wedergeboorte waartegen immers zoveel is gefulmineerd.
In een discussie destijds in het Reformatorisch Dagblad (3-10-1998) beriep een drietal scribenten, drs. CJJ. Clements, drs. JJ. Grandia en drs. J. Pas zich op een andere uitspraak van Comrie die mijns inziens in tegenspraak is met de zojuist geciteerde: 'Er is een voorrang van orde maar niet van tijd' (Brief over de Rechtvaardigmaking des zondaars, 1760)Dus, met andere woorden: er zou volgens Comrie en de genoemde scribenten, die de 'habitus-actus' onderscheiding overnemen, geen sprake zijn van een geloofsvermogen dat korter of langer sluimerend (eventueel verondersteld) aanwezig is. Maar hoe weet Comrie dit? En hoe weten genoemde scribenten dit? Immers de habitus is het wezen of de essentie van het geloof In de aristotelisch-thomistische traditie kan men alleen besluiten tot het wezen van iets via de (manifeste) eigenschappen. Ook Thomas van Aquino die Aristoteles annexeerde, heeft dit zo gesteld. De wijsgerige consequentie is dan ook dat men over de langere of kortere tijd van het veronderstelde geloofsvermogen - dat immers geheel lijdelijk is - niets kan zeggen. Het is zoals het op-zichzelf staat, en dus kennelijk kán staan, ontoegankelijk voor ons kennen. De filosofische polsstok reikt nu eenmaal niet verder. En de Bijbel zwijgt uiteraard over dit probleem, zoals over elk wijsgerig probleem. De veronderstelde wedergeboorte is met de acceptatie van de 'habitusactus' onderscheiding dan ook niet buiten de deur te houden. Zelfs het postuleren70 van het bestaan van wijsgerige essenties die ten grondslag liggen aan de actuele verschijnselen (eigenschappen), is van Griekswijsgerige origine. Zoals ik in het genoemde artikel heb gesteld kan de wetenschap er niet mee werken en het is ook in strijd met een christelijke visie op de werkelijkheid.

2 Rechtvaardigmaking

Op een van de eerste jongerenavonden in Barneveld heeft ds. A. Simons gesteld dat in rechtse kringen afstand wordt genomen van de reformatorische opvatting van de rechtvaardigmaking van de goddeloze. In plaats daarvan wordt geleerd de rechtvaardiging van de vrome. Hoewel hij het uiteraard niet noemde, moet hij mijns inziens ook aan een in de Gereformeerde Gemeente heersende opvatting gedacht hebben. In de Gereformeerde Gemeente wordt namelijk geleerd dat een mens bekeerd kan zijn, dat hij het ware geloof deelachtig kan zijn, dus een kind van God kan zijn en dat hij toch nog niet bewust gerechtvaardigd is. Dat is een latere weldaad die maar weinigen leren kennen.

In het boek van ds. A. Moerkerken Bethel en Pniël wordt getracht dit theologisch te onderbouwen.

70 Postuleren is: het bestaan of de waarheid van iets zonder bewijs, dus als een voorveronderstelling, aanvaarden.

3 Het vergeestelijken van bijbelteksten

De schrijver in De Saambinder bespreekt het verwijt dat men in de Gereformeerde Gemeente bijbelteksten vergeestelijkt. 'We vergeestelijken bijbelteksten in een systematische bevindelij ke weg.' Dat is volgens de schrijver een oud verwijt en zelden gestaafd. Helaas lijkt het me niet zo moeilijk dit met tal van voorbeelden uit gehoorde preken te staven. Laat ik me vooral beperken tot een paar recente voorbeelden die te maken hebben met punt 2. Onlangs hoorde ik een preek over Ruth 4, waarin Boaz, de losser, in de poort zat en waar ook nog een andere losser aanwezig was. Volgens de predikant ging het hier over een rechtshandeling die betrekking heeft op de staat van Ruth. Ruth was al wel langer op de weg en een kind van God, maar hier vond dan de in het punt 2 genoemde rechtshandeling plaats. Ook al was Ruth er dus zelf niet bi. De andere losser, dat was de wet. Boaz nam de schoen aan en was daarmee de enige losser. Zo heeft ook Christus de schoen op Golgotha aangeboden gekregen en heeft de wet vervuld. Gezongen werd o.a. Ps. 116:5: 'Gij hebt in 't dodelijkst tijdsgewricht mijn ziel verlost, mijn tranen willen drogen.'

Eenzelfde soort verhaal van dezelfde dominee ging over Hizkla. Aan het einde van zijn leven zegt Hizkia: 'Gij hebt al mijn zonden achter Uw rug geworpen' Jes. 38:17). Ook Hizkia was allang een kind van God, maar hier beleefde hij kennelijk de bewuste vrijspraak van zonden en schuld. Als dit geen vergeestelijken van bijbelteksten is in een bevindelijke systematische weg, dan weet ik het niet meer. Wat te denken van de veelgehoorde uitdrukking: de weg van de Borg is de weg van de Kerk. Zelf hoorde ik van iemand die er over tobde dat het bij haar wel niet echt zou zijn, omdat het bij haar niet zo gegaan was. Het zou me weinig moeite kosten, als De Saambinder dat verlangt, om met vele andere voorbeelden te staven dat er wel degelijk sprake is van het vergeestelijken van allerlei bijbelteksten. Zelfs heb ik vroeger als kind, toen het schriftgedeelte werd behandeld 'hoe hebt ge het wildbraad zo haastig gevonden' het volgende commentaar gehoord: Men is tegenwoordig maar één, twee, drie afbekeerd. Ook toen al rezen er vragen bij mij van: kan dat zo maar? We mogen niet generaliseren, maar bij sommigen lijkt alles te kunnen, als het maar ten dienste staat aan het vigerend systeem.

4 onvoorwaardelijk aanbod

De Gereformeerde Gemeente leert het onvoorwaardelijk aanbod van genade, aldus de schrijver in De Saambinder. Inderdaad, maar hoe functioneert dat in de praktijk?
Onlangs hoorde ik van iemand die gelezen had 'datje tot Christus mag komen zoals je bent', en ze zei dit tegen haar predikant. Het antwoord was even kort als krachtig: dat is de kortste weg naar de hel.
Zelf ben ik opgegroeid onder een sterk beschrijvende prediking waarin de welmenende nodiging tot het heil niet of nauwelijks aan de orde kwam. Nog nooit heb ik een preek gehoord over bijvoorbeeld 1 johannes 3:23 'En dit is Zijn gebod dat wij geloven in de Naam Zijns Zoons Jezus Christus...' Dit is een tekst die bij de Erskines zo centraal staat. In de Gereformeerde Gemeente staat de uitverkiezing centraal. Ds. Kersten heeft eens gezegd tijdens een rede voor de Vereniging voor Gereformeerd Schoolonderwijs: 'De grondslag onzer leer ligt in Gods Soeverein Welbehagen; dit moet het allesbeheersende, de bron zijn, zowel in de prediking als in het onderwijs' (zie J. Roos e.a., De Waarheid hogelijkgeboden, p. 44).
Wat ik zelf als deprimerend ervaren heb is dat de Griekse causaliteitsleer wordt losgelaten op de bijbelse leer van de verkiezing. Aan het begin van de causale keten staat het dubbelbesluit, en alle gebeurtenissen in de tijd zijn even zovele schakels die moeten leiden naar de eindbestemming van de mens. Dit komt men in de gereformeerde scholastiek soms heel sterk tegen.
W Perkins, die wel genoemd wordt de vader van het puritanisme, heeft een boek geschreven dat als titel draagt: Een Ghulde Keeten ofBeschrijving van der Ghod-glieleertheit.- Beghrijpend de order van oorzaaken der zaligheit, en verdoemenis, volghens Ghods Woort. Bij sommige schrijvers komt men letterlijk de vier oorzaken van Aristoteles tegen. Alles wordt dan geplaatst in een strikt logisch-causaal systeem. Als dan ook nog de heilsweg in een strak systeem geperst wordt, zoals vaak gebeurt, dan is alles in huis om een mens psychisch te gronde te richten.
Vaak heb ik een predikant van een grote Gereformeerde Gemeente gehoord die steevast in zijn gebed vroeg of er nog eens één toegebracht mocht worden. Er liggen er immers nog onder het zegel der verkiezing zei hij. Toch moest hij bekennen dat er in de vijfjaren dat hij in deze gemeente stond, zover hij wist, niemand toegebracht was.
Een dergelijke prediking heeft, zo meen ik te kunnen constateren, tweeërlei uitwerking: in de eerste plaats ontstaat er bij veel jongeren een zekere onverschilligheid. De indruk ontstaat dat het heil toch onbereikbaar is. Ik heb van deze reacties gehoord als ouders hun kinderen vermaanden, de wereld te verzaken en trouw naar de kerk te gaan.
Niet zo lang geleden had ik een jehova Getuige aan de deur. Hij vertelde mij dat in onze regio, waar veel mensen behoren tot het rechtse deel van de gereformeerde gezindte, de uitverkiezing zo alles beheersend is. Hij had een jongen ontmoet die zei: Ik ga toch verloren, omdat ik niet uitverkoren ben.
Een tweede reactie op bovengenoemde prediking, vooral bij ouderen, is een zekere deprimerende houding. Dit is misschien een reden dat ook veel ouderen de jongerenavonden bezoeken. Overigens mag ik wat de prediking betreft niet generaliseren alsof het in de Gereformeerde Gemeente overal zo zou zijn.

5 johannes 3:16

Hebben de kanttekenaren het mis gehad, zo vraagt de auteur in De Saambinder, als het woord 'wereld' (kosmos) daar beperkt wordt tot de uitverkorenen? Heeft deze uitleg ook niet te maken met de ontwikkeling in de theologie na de reformatie die het verbond der genade ziet opgericht met de uitverkorenen?
Met citaten kan men alle kanten uit. Heeft bijvoorbeeld Da Costa het mis gehad als hij hieronder ook de natuurlijke mensheid verstaat? Eigenlijk is het bij hem nog ruimer en heeft het inderdaad betrekking op de gehele kosmos: 'God is liefde; deze deed Hem de wereld scheppen; en toen deze door de zonde bedorven werd, een nieuwe schepping tot stand brengen door Zijn eniggeboren Zoon te geven in de mensheid tot een nieuw beginsel dezer nieuwe schepping. De Zoon Zelf stelt deze Zijn overgave door de Vader voor als een groot,ja als het grootste bewijs van Gods liefde, zeggende: Alzo lief heeft God de wereld gehad, en wie peilt dat 'alzo'? Geen menselijk dieplood: het is een oneindige liefde.'
Er zou meer te noemen zijn, maar ik wil afronden. Alleen nog het volgende: ik heb geluiden van mensen gehoord die de felheid van uw toon opviel, en voor het overige met vragen bleven zitten. Uw boek zal ongetwijfeld door veel gereformeerde gemeentemensen gelezen worden. Er leeft best wat bij velen, vooral bij de jongeren. Alleen al daarom zou ik graag willen dat u goed gedocumenteerd voor de dag komt. Dit was dan ook mijn motief om het bovenstaande te schrijven.

Drs. X. (ik kies ervoor, evenals de auteur van de vier artikelen in De Saambinder, mijn naam niet te vermelden.)
Liever Turks dan Paaps
Kislev
Berichten: 2528
Lid geworden op: 08 apr 2002, 16:20

Bericht door Kislev »

Bedankt Matthijs,

Ben benieuwd naar de reacties!
Plaats reactie