Afwachten of Verwachten?

Mart01
Berichten: 160
Lid geworden op: 17 mar 2003, 10:13

Bericht door Mart01 »

Oorspronkelijk gepost door Zeeuw2
Mart,

Je ractie prikkelt me zodanig dat ik toch ook even wil reageren. Ik ben het met je eens dat '31 op zich geen probleem hoeft te zijn om het verbond te beperken tot de uitverkorenen en toch een ruim aanbod te hebben. Dat is mijn persoonlijke mening.
gelukkig, nog een medestander, die zijn schaars tegenwoordig.
Echter blijft wel staan dat iemand die (meer in de lijn van Calvijn en ook de CGK) stelt dat alle kinderen wezenlijk in het verbond zijn, maar dat er 2-erlei kinderen van het verbond zijn; door deze leeruitspraken uit de Ger.Gem gebannen word.
Mag dat als de Schrift en de belijdenis in deze kwestie geen eenduidig antwoord geven ? Is iemand die '31 niet onderschrijft direct ook niet meer gereformeerd ?
Je kan een uitspraak niet uit zijn tijd halen, een vertaling naar deze tijd is denk ik nodig. Het gaat erom wat er in die tijd met de leerstelling beoogd werd, nl. het gevaar afwenden, dat de gedachte dat God alles gedaan heeft en dat nu de mens zijn deel nog moet doen, post zou kunnen vatten.
Goed; jij bent persoonlijk (en ik ook) van mening dat '31 geen bezwaar hoeft te zijn voor een ruime Evangelieprediking.
Harinck heeft dat aangetoond zeg je. Met alle sympathie voor Harinck; maar ik vraag me echt af of '31 volledig in de lijn van de Marrow men staat zoals jij stelt.
De uitspraken op zichzelf wel. Maar de uitleg die eraan gegeven word uitdrukkelijk niet.
Het is niet zozeer Harinck die dat aangetoond heeft, maar de Erskines en Boston. Ik heb welg ezegd dat harinck de uitspraak van 1931 in zijn context geplaatst heeft, nl. in een leerstrijd met de CGK, vanuit die hoek moeten we denk ik naar die leerstellingen kijken, en ook onderzoeken in hoeverre verschillende begrippen in de loopt van de tijd van inhoud verandert zijn en hoe die uitspraak toen uitgelegd werd.
Het onderscheid tussen de verbondsbeloften voor de uitverkorenen en de Evangeliebeloften voor alle hoorders vind je nergens bij Boston of de andere Marrow men. In een preek over Psalm 50:(5, dacht ik uit mijn hoofd) stelt Boston op de tegenwerping dat de absolute beloften toch niet voor allen zijn, zelfs uitdrukkelijk dat alle beloften, hoe je ze ook noemen wilt, voor alle hoorders onbepaald zijn. Alleen het geloof geeft deel aan de beloften. Boston stelt uitdrukkelijk in het kader van de bediening van het verbond dat alle beloften zonder uitzondering aan alle hoorders worden aangeboden en aan hen allen gedaan zijn!. Opvallend is dat hij dat in "het genadeverbond" juist illustreert met wat de GG een verbondsbelofte noemt. Boston stelt echter dat deze belofte alle hoorders gedaan werd, en dat de vervulling afhankelijk is van het geloof.
ben ik helemaal met je eens, ik heb dan ook nooit gezegd dat ik het onderscheid tussen evangelie beloften en verbondsbeloften in de Schrift zo terug vindt.
Zeker; in de bespreking van het wezen van het verbond betrekt hij alle beloften op de uitverkorenen. Dat haalt men wel aan; maar niet het spreken over de bediening van het verbond. Daarom is een halve aanhaling een hele onwaarheid wanneer men zich op Boston wil beroepen.
Boston spreekt op weer een andere manier over het verbond als wij dat doen. Wij spreken over in-zijn en begrepen zijn in het verbond. Boston gebrukt het verbond om ons aan te moedigen er gebruik van te maken. Hij gaat er op een heel andere manier mee om.
En kijk; voor die leer (hetzelfde stelde Kok) is blijkbaar geen plaats binnen de GG. Er zit dus een duidelijke beperking aan '31; wel een aanbod aan allen; een voorwaardelijke Evangelie belofte mag ook wel; maar niet alle beloften zonder uitzondering aan alle hoorders aanbieden. Dat heet vereenzelviging van aanbod en belofte. En de bezwaren hiertegen zijn nog springlevend; kijk maar naar de artikelen in 2000 bij '50 jaar schorsing ds.Kok".
Niet helemaal mee eens, het is ook hier een kwestie van terminologie. In de prediking dienen alle beloften gepredikt te worden met bevel van bekering en geloof, allemaal. Je zou kunnen zeggen dat met evangeliebeloften verbondsbeloften zijn met het expliciete bevel van bekering en geloof. Het gaat er dan om hoe het in de praktijk functioneert en wat men precies bedoelt als men zegt dat de verbondsbeloften alleen voor de uitverkorenen zijn. Ik kan die bewering in zoverre onderschrijven omdat geloof en bekering vruchten zijnv an de verkiezing (DL) en alleen zij die geloven ontvangen de vrucht van die belofte. Maar dat wil niet zeggen dat ze niet tot alle andere mensen komen. Dat zeker ook.
Tenslotte: ik weet niet of je het boek van Harinck "de Schotse verbondsleer" gelezen hebt; maar ik vind het zeer opvallend dat de schorsing van Kok daar besproken word aan de hand van Rutherford en niet de Marrow men.

Rutherford heeft idd gesteld dat er absolute verbondsbeloften voor de uitverkorenen zijn en Evangeliebeloften voor alle hoorders.
Wat ik echter nooit hoor aanhalen is het feit dat juist Rutherford 3 verbonden leerde..En juist Rutherford onderscheiding word aangehaald om de CGK leer van 3 verbonden te bestrijden...

En nogmaals: met alle respect voor Harinck:maar ook in de prediking van het Evangelie blijft hij bij het onderscheid tussen verbonds- en Evangeliebeloften. Nergens lees ik van hem dat hij erkent dat de Marrow men dit niet zo leren. DE Schotse verbondsleer is daarom sowieso een foutieve titel. Het suggereert een dusdanige eenheid die niet overeenkomt met de werkelijkheid. Eerlijkheidshalve moet ook gezegd worden dat Harinck (zowel in de Schotse verbondsleer als in De prediking van het Evangelie) wel duidelijk aangeeft dat de Marrow men de beloften op alle hoorders betrekken. Toch blijft onuitgesproken dat zij in het geheel geen onderscheid willen maken.
mee eens! zie ook de recensie in het topic over dit boek en dan wel dit gedeelte:

Een nadrukkelijk negatief punt van dit boek dat ik zou willen noemen is het ontbreken van een motivatie voor het spreken over het onderscheid tussen verbondsbeloften en evangeliebeloften. Ds. Harinck weidt hier slechts een aantal pagina's aan en dat pas na de 252ste bladzijde. De woorden verbondsbeloften en evangeliebeloften zijn dan al heel wat keren gevallen. Het lijkt mij dat alle beloften aan de hoorders van het Evangelie gepredikt dienen te worden met bevel van bekering en geloof. De Marrowmen lijken mij in ieder geval vooralsnog in deze mening te bevestigen. Het doel van dit onderscheid wordt mij uit dit boek niet duidelijk en hoewel er veel duidelijkheid wordt gegeven, blijft er op dit punt nog een nevel hangen.
Ga dan toch naar Hem, en indien Hij u tegemoet komt (zoals Zijn gewoonte is), zeg dan niet onbedachtzaam met Petrus 'Heere, ga uit van mij, want ik ben een zondig mens' (Luc. 5:8), maar zeg met duidelijke woorden: Heere kom tot mij in, want ik ben een zondig mens.
wim
Berichten: 3776
Lid geworden op: 30 okt 2002, 11:40

Bericht door wim »

[...] Je kan een uitspraak niet uit zijn tijd halen, een vertaling naar deze tijd is denk ik nodig. Het gaat erom wat er in die tijd met de leerstelling beoogd werd, nl. het gevaar afwenden, dat de gedachte dat God alles gedaan heeft en dat nu de mens zijn deel nog moet doen, post zou kunnen vatten.
Waarom staat de bijbel eigenlijk niet vol met dat soort 'ingebouwde beveiligingen'? Het zijn stellingen die niet de uitleg of verdediging van de schrift beogen, maar ze zijn vooral om de eigen interpretatie te onderstrepen. In mijn ogen zijn ze zelfs *aanvullend*. De bijbel is er kennelijk niet duidelijk genoeg over.
Mart01
Berichten: 160
Lid geworden op: 17 mar 2003, 10:13

Bericht door Mart01 »

Oorspronkelijk gepost door wim
Waarom staat de bijbel eigenlijk niet vol met dat soort 'ingebouwde beveiligingen'? Het zijn stellingen die niet de uitleg of verdediging van de schrift beogen, maar ze zijn vooral om de eigen interpretatie te onderstrepen. In mijn ogen zijn ze zelfs *aanvullend*. De bijbel is er kennelijk niet duidelijk genoeg over.
ik begrijp er niets van. Wil je proberen om je punt zodanig te formuleren dat ook een eenvoudige Mart01 het begrijpt? ;)

bijvoorbaat dankm

Mart
Ga dan toch naar Hem, en indien Hij u tegemoet komt (zoals Zijn gewoonte is), zeg dan niet onbedachtzaam met Petrus 'Heere, ga uit van mij, want ik ben een zondig mens' (Luc. 5:8), maar zeg met duidelijke woorden: Heere kom tot mij in, want ik ben een zondig mens.
Adryan

Bericht door Adryan »

Volgens mij dwaalt de discussie aardig af. Ik wil er twee dingen aan toe voegen.

Onze gemeenten liggen onder vuur. IS dat vreemd als dit gezegd wordt in de Saambinder? Daarmee is nog niet gezegd dat andere gemeenten hierin niet betrokken zijn, maar het blad is geschreven voor de GG. Daarom heeft Moerkerken mi het zo verwoord. Als hij in een ander blad geschreven had de GG ligt onder vuur, dan had dit commentaar gegeven kunnen worden. Maar hij wil het nu persoonlijk maken voor de lezers. Om aan te geven dat het niet allemaal ver weg is, maar ook onze gemeenten raakt. We moeten de woorden blijven zien in de contect waarin ze zijn geschreven.

Het tweede wat ik wil zeggen is dit. Zeker zijn er fouten gemaakt. Veel fouten. Denk ook aan 1953. Een scheuring die zeker niet nodig is geweest. Ik moet zeggen dat ik op dit moment van 31 en 50 te weinig kennis heb om daar een direct iets over te zeggen. Maar als ik het houd bij 53 dan kan niet gezegd worden dat het toen onbekend was. Er is toen binnen de GG heel duidelijk over geschreven. Maar dit doet niet zo heel veel terzake op dit moment.

Het lijkt hier wel of hetgeen Ds. M. zegt bijvoorbaat verkeerd is. Dat werd eerder door iemand anders ook al genoemd en dat was mijn mening ook. Iets wat heel erg jammer is, want zo zal er nooit een gesprek ontstaan.

Tenslotte valt me op dat het artikel van Ds. M. wordt besproken in een boekbespreking van v.d. Zwaag. Wat mij heel erg ontterecht voorkomt. Want hij heeft het artikel geschreven mdede naar aanleiding van dit boek. Maar nog meer boeken waren een aanleiding en de discussie wordt nu getrokken tussen het artikel en het boek.
Gebruikersavatar
ndonselaar
Berichten: 3105
Lid geworden op: 29 dec 2001, 12:34
Contacteer:

Bericht door ndonselaar »

Ik heb weinig zin om op de posting van Mart te reageren, tenminste de eerste.
Laten we gewoon hopen Mart, dat er van harte naar elkaar geluisterd wordt.

Wel zou ik er graag samen over na willen denken of de verbondsvisie van de Ger Gem en bv. de OGG ruimte geeft tot een ruime prediking.
In necessariis unitatem custodiant, in non necessariis libertatem, in utrisque prudentiam et charitatem, in omnibus conscientiam inoffensam in diem Domini
Hans van Gemerden

Bericht door Hans van Gemerden »

Ik denk dat de visie van de GG dat zeker toelaat. Kijk naar dominees als Van der Net, Vreugdenhil enz. Die zijn het eens met 1931 en preken heel erg ruim. Of niet?
Mart01
Berichten: 160
Lid geworden op: 17 mar 2003, 10:13

Bericht door Mart01 »

Oorspronkelijk gepost door ndonselaar
Ik heb weinig zin om op de posting van Mart te reageren, tenminste de eerste.
Laten we gewoon hopen Mart, dat er van harte naar elkaar geluisterd wordt.
ik hoop met je mee.
Wel zou ik er graag samen over na willen denken of de verbondsvisie van de Ger Gem en bv. de OGG ruimte geeft tot een ruime prediking.
Ben ik toe bereid.

Begin maar (in een nieuwe topic. ;))
Ga dan toch naar Hem, en indien Hij u tegemoet komt (zoals Zijn gewoonte is), zeg dan niet onbedachtzaam met Petrus 'Heere, ga uit van mij, want ik ben een zondig mens' (Luc. 5:8), maar zeg met duidelijke woorden: Heere kom tot mij in, want ik ben een zondig mens.
Gebruikersavatar
ndonselaar
Berichten: 3105
Lid geworden op: 29 dec 2001, 12:34
Contacteer:

Bericht door ndonselaar »

Oorspronkelijk gepost door Adryan
'Volgens mij dwaalt de discussie aardig af. Ik wil er twee dingen aan toe voegen.

Onze gemeenten liggen onder vuur. IS dat vreemd als dit gezegd wordt in de Saambinder? '

Ja, tenminste wel als je boek van v.d. Zwaag neemt. Het boek van v.d. Zwaag is niet polemiserend van aard. Wel gaat hij terug naar de bronnen rondom de 'toe-eigening van het heil'.


'Tenslotte valt me op dat het artikel van Ds. M. wordt besproken in een boekbespreking van v.d. Zwaag. Wat mij heel erg ontterecht voorkomt. Want hij heeft het artikel geschreven mdede naar aanleiding van dit boek. Maar nog meer boeken waren een aanleiding en de discussie wordt nu getrokken tussen het artikel en het boek. '

Schrijf dat dan. Nu wordt v.d. Zwaag op één lijn getrokken met bv. Ds. Hegger wat mij onterecht is.
In necessariis unitatem custodiant, in non necessariis libertatem, in utrisque prudentiam et charitatem, in omnibus conscientiam inoffensam in diem Domini
Gebruikersavatar
ndonselaar
Berichten: 3105
Lid geworden op: 29 dec 2001, 12:34
Contacteer:

Bericht door ndonselaar »

Oorspronkelijk gepost door Hans van Gemerden
Ik denk dat de visie van de GG dat zeker toelaat. Kijk naar dominees als Van der Net, Vreugdenhil enz. Die zijn het eens met 1931 en preken heel erg ruim. Of niet?
Is dat zo Hans? Ze zullen het zeker onderschreven hebben, maar kan 1931 die ruimte geven?
In necessariis unitatem custodiant, in non necessariis libertatem, in utrisque prudentiam et charitatem, in omnibus conscientiam inoffensam in diem Domini
Hans van Gemerden

Bericht door Hans van Gemerden »

Ik heb hier niet de letterlijke tekst van de leeruitspraken van 1931 bij de hand (zit op mijn afstudeerplek). Zou een van jullie alle uitspraken in de discussie kunnen plaatsen? Dan kan ik verder reageren.

Groet, Hans
Gebruikersavatar
ndonselaar
Berichten: 3105
Lid geworden op: 29 dec 2001, 12:34
Contacteer:

Bericht door ndonselaar »

a. dat het verbond der genade staat onder de beheersing van de uitverkiezing ter zaligheid; dat het wezen des verbonds daarom alleen geldt de uitverkorenen Gods en nooit gelden kan het natuurlijk zaad: dat aard en wezen van verbond der verlossing en verbond der genade een zijn en niet twee. In wezen is het een verbond.

b. dat de Heilige Schrift slechts spreekt van twee verbonden in betrekking tot des mensen eeuwige staat, n.l. het verbond der werken en het verbond der genade.

c. dat een verbond in zijn wezen twee partijen kent; dat gelijk God met Adam als het vertegenwoordigend hoofd van al zijn zaad, het verbond der werken heeft opgericht, alzo met Christus als het vertegenwoordigend Hoofd van al de Zijnen, het verbond der genade is opgericht, terwijl het (subjectief) wordt opgericht met al de uitverkorenen, als zij door wedergeboorte en geloof, in de tijd in dat verbond worden ingelijfd.

d. dat wat het wezen des verbonds betreft, de Heilige Schrift alleen spreekt van twee Hoofden: Adam hoofd van het verbond der werken; Christus Hoofd van het verbond der genade, volgens Romeinen 5 : 12-19, 1 Korinthe 15 : 22, enz.

e. dat het verbond der genade van God een bediening heeft ontvangen, een openbaringsvorm, die wisselde en die meerderen omvat dan de uitverkorenen Gods. Deze laatsten zijn echter alleen, zijn wezenlijk in het verbond begrepen.

f. dat de verantwoordelijkheid van elk mens wortelt in de schepping. Geschapen naar Gods beeld, eist God van de gevallen mens Zijn beeld terug.
En die verantwoordelijkheid is groter naarmate God bemoeienissen met hem maakt. In het bijzonder wordt die verantwoordelijkheid groter door de ernstige aanbieding van Christus en de verbondsweldaden in het Evangelie, als blijkt uit de vele plaatsen als Ezechiel 33 : 11, 2 Korinthe 5 : 30, Mattheus 23 : 37, Lukas 10 : 13 - 15, Johannes 3 : 36, 5 : 40, Openbaring 22 : 17.
In necessariis unitatem custodiant, in non necessariis libertatem, in utrisque prudentiam et charitatem, in omnibus conscientiam inoffensam in diem Domini
Gebruikersavatar
refo
Berichten: 24680
Lid geworden op: 29 dec 2001, 11:45

Bericht door refo »

Er zijn blijkbaar Saambinders en Saambinders:

"Als Mozes het Israël Gods nogmaals, eer hij heengaat, bepaalt bij de band des verbonds door God zelf om hen gelegd, spreekt hij uitdrukkelijk ook van de kinderkens, ja van de geslachten, die nog geboren zullen worden, als degenen, die hier heden bij ons niet is; ook de kinderkens zijn in het verbond begrepen. Welk ontzettend verwijt treft het goddelooze volk, dat de kinderen den Moloch offerde: "dat gij Mijn kinderen geslacht hebt, en hebt ze overgegeven, als ge dezelve voor hen door het vuur hebt doen gaan". Mijn kinderen, spreekt de Heere; de kinderen Israël waren Zijne als kinderen, die in het verbond Gods begrepen waren, niet minder dan de volwassenen. In het Verbond en in Zijn genade. Roept Joël zelfs niet op degenen, die de borsten zuigen? Zij ook behoren tot de gemeente Israëls. Zij zijn geboornen in Israël, zij behooren ook tot dat krachtens het Verbond geheiligde volk. En pas nu dit maar toe op de gemeente van alle eeuw; op de kerk des N.Testaments; de in die kerk geboornen d.w.z. de kinderkens van ouders, die behooren tot de kerk (naar haar zichtbare openbaring) zijn begrepen in het verbond en in de gemeente. De tweede vraag van ons doopsformulier doet elk ouder van zijn kind bevestigen, "dat onze kinderen in Christus geheiligd zijn, en daarom als lidmaten Zijner gemeente behooren gedoopt te wezen' , Wil dat nu zeggen, dat al die geheiligden in Christus, allen die in het Verbond en Zijn gemeente begrepen zijn, ook zijn wedergeboren? Volstrekt neen! Israël geve u daarvan bewijs. Geheel dat volk, zijn kinderkens inbegrepen, stond in het Verbond, doch het was niet al Israël wat in Israël was. Hoort wat Paulus leert in de Corinthenbrief; hij, de Hebreeër uit de Hebreeën, somt de voorrechten op van het Israël Gods. ,,Ik wil niet broeders! dat gij onwetende zijt, dat onze vaders allen onder de wolk waren, en allen door de zee doorgegaan zijn, en allen in Mozes gedoopt zijn in de wolk en in de zee; en allen de zelfde geestelijke spijs gegeten :hebben; en allen de zelfde geestelijke drank gedronken hebben; want ze dronken uit de geestelijke steenrots, die volgde, en de steenrots was Christus". Kunt ge 't schooner zeggen? De weldaden van het oude Bondsvolk heerlijker roemen? Allen gedoopt; allen spijs en drank, neen geestelijke spijs en geestelijke drank gesmaakt, gegeten en gedronken; allen uit Christus bediend, want de steenrots waaruit ze dronken was de geestelijke steenrots, n.l. Christus. Nooit had de hemel brood geregend, nimmer in de brandende woestijn de rots water van zich doen vlieten, zoo niet het volk Israëls ware gedragen in de kracht van de Middelaar; allen hadden zij aan Hem gemeenschap krachtens het verbond. En toch o, hoor het met ontzetting - In het meerder deel van hen heeft God geen welgevallen gehad, want ze zijn in de woestijn ter nedergeslagen".. Het is dus mogelijk gedoopt te zijn; uit Egypte uitgevoerd; van de Heidenen gescheiden te worden; geestelijke spijs en drank te nuttigen; uit Christus te worden bediend, en……… verloren te gaan!

Wij en onze kinderen zijn in het Verbond en in de gemeente begrepen; krachtens dat verbond hebben wij allen een geschonken recht (Verbondsgewijs) op de goederen des Verbonds; zijn onze kinderen heilig, gelijk het bondsvolk en zijn zaad heilig was; komt onze kinderen de doop toe, en toch wij zijn en blijven eeuwig verloren, zo ons niet een ingang in het verbond geschonken wordt, die dit krachtens geboorte er in begrepen zijn overtreft. Daar lag de wortel van het vreeslijk omkomen in de woestijn. Wel had God Zijn Verbond Israël ontsloten; wel had Jehovah het volk in een verbondsbetrekking tot Hem geplaatst; doch Israël miste het in zijn in het Verbond door het geloof; door ongeloof zijn zij omgekomen.

En dan de beloften, die de kinderen niet minder dan de volwassenen toezeggen, de verlossing van de zonden door Christus bloed en de Heilige Geest, die het geloof werkt.

Gewis ja, die beloften zijn er. "De Sacramenten zijn niet ijdel noch ledig, om ons te bedriegen". Ik zal Mijn Geest op Uw zaad uitgieten, en Mijn zegen op uw nakomelingen", profeteerde Jesaja. "De Heere zal" (zo sprak de dichter in Ps. 105) "de zegen over ulieden vermeeren, en over uw kinderen". Was het niet Davids troost bij het sterven van zijn kindeke, een troost, die hem, tot verbazing van geheel zijn hof, deed opstaan uit de smart, doorstaan in de krankte van dit kind? Werd in des goddeloozen Jerobeams zoon niet gewrocht de genade, die in dat kind wat goeds deed zijn voor de Heere? Zullen niet kinderen zalig worden zoowel als volwassenen? Liggen ook voor kinderkens niet de beloften Gods? Doch niet voor alle in de gemeente geboornen. 't Staat niet zoo, dat alle gedoopten zalig worden, alle ongedoopten verloren gaan. Dan ware ook Judas niet omgekomen. De scheidslijn loopt niet tusschen de zichtbare kerk en de goddelooze wereld, doch midden door het instituut van de kerk heen, wijl velen geroepen, maar weinigen uitverkoren zijn. Dat mogen we nimmer loslaten; ook niet in de veronderstelling, dat wedergeboren zijn, die ten Doop gebracht worden. Tegen de doodelijke gerustheid, die onze dagen kenmerkt, ga een ernstig protest; de kerk ontwake uit de slaap, waarin zij indommelde en rekene met de ontzettende werkelijkheid, dat het meerendeel van Israël is omgekomen in de woestijn.

En toch, men zie niet voorbij, wat God in Zijn verbond ons gaf; wat Hij in de doop bevestigde; wat belofte Hij schonk ook voor kinderkens, die daarom door de doop, als door het teeken des verbonds, der Christelijke Kerk ingelijfd, en van de kinderen der ongeloovigen onderscheiden moeten worden, gelijk in het Oude Verbond of Testament door de besnijdenis geschied is, waarvoor in het Nieuwe Verbond de Doop ingezet is. Want eenmaal zullen we van deze weldaden rekenschap geven voor Gods rechterstoel. Hoe veel zwaarder zal 't ons dan vallen, zo wij terwijl God de Heere het teeken en zegel aan ons voorhoofd schonk van Zijn genade, betuigend de trouw aan Zijn verbond, dan die allen, die de naam van Jezus nimmer hoorden noemen. Moge aan deze zijde van het graf uw oogen worden geopend, opdat Gods bemoeienissen met u tot uw winst worden, eer de deur der genade eeuwig zal zijn gesloten. Niet alleen het teeken van de Doop, maar de beteekende zaak, Christus' bloed en Geest is u van noode. De Heere doope u met de Heilige Geest en met vuur.

O, ouders, gedenk veel aan wat ge voor God beloofdet. Hoe teeder zouden we zijn over onze kinderen, indien we meer bedachten en verstonden, dat God ze als Zijn kinderen toespreekt in Zijn Woord! Zouden wij ze niet meer nog afhouden van de zonde? Meer vermanen met de wereld niet mede te doen? Ze weerhouden van het zielverdervend slenteren langs de straten, bioscoopbezoek, comediespel en wat dies meer zij? Zouden we hen niet ernstiger wijzen op hun eeuwige belangen. Op de noodzakelijkheid der waarachtige bekeering? En vooral zouden we niet met levendige verzuchtingen hen opdragen aan de troon der genade? 't Kostelijkst, wat ons geschonken is, zijn toch onze kinderen! Hoe weinig weegt ons in der waarheid hun geestelijk en eeuwig belang. Wij zijn dikwijls meer bezet met hun tijdelijke nooden, met wat ze leeren of werken, eten of drinken zullen dan met hun zielsbelang. De slappe opvoeding in vele huisgezinnen spreekt ontelbare aanklachten, en de droeve gevolgen blijven niet uit. God make ons getrouw en vrij ook van het bloed onzer kinderen. Bovenal Hij heilige de Doop aan hun hart. David was niet de eenige, die een Amnon en Absalom had. Meerdere Hiskia's hebben een Manasse, menig Josia een Jojakim, onder wie ze lijden. Maar het staat geschreven als een aanklacht tegen Eli: "Als zijn zonen zich hebben vervloekt gemaakt, zoo heeft hij hen niet eens zuur aangezien". Zij ons dat ten afschrik; en drijve bij weerbarstigheid de smart ons gedurig met sterk zuchten tot de onveranderlijke Verbonds-Jehovah. Ook u mocht bewaarheid worden: "Een kind van zooveel gebeden kan niet verloren gaan".

Hij doe u tot rechte inkeer komen, jongeling of jongedochter! Zullen al die betuigingen Gods; al die vermaningen, die tranen, die gebeden van uw ouders en leeraars eens tegen u moeten getuigen vanwege uw ongeloof! Zal uw hart zich blijven verharden onder de aanhoudende drop van Gods daden? Zal nooit één Doopsbediening u bepalen bij uw eigen doop; zal dan uw ziel de wereld liefhebben boven God en Zijn dienst? Dat zal het ja! tenzij de herscheppende genade u van zonde en schuld reinige, verlosse, gelijk dat in de Doop betuigd en verzegeld is. Valt God te voet; vraagt naar de Heere en Zijn sterkte, opdat ge door het geloof verwaardigd moogt worden het verbond met God te sluiten, waardoor Hij uw eigendom wordt en gij het eigendom Gods. Al hadt ge met Manasse de opvoeding van uw godvruchtige ouders verwaarloosd; al waart ge geworpen in de gevangenis er is nog een mogelijkheid, dewijl ge zijt in het lieflijk heden der genade, dat ge tot de erkenning komen zult, dat de Heere God is. De Heere verwaardige ons onze Doop te beleven, in de vervulling Zijner beloften aan Zijn uitverkorenen gedaan; tot hun zaligheid".

Het is wel een beetje lang, maar ik wilde even laten zien dat je in 1924 nog kon spreken over het Genadeverbond zoals dat is bedoeld. Inderdaad, het artikel is van Ds G.H. Kersten.
Mart01
Berichten: 160
Lid geworden op: 17 mar 2003, 10:13

Bericht door Mart01 »

Oorspronkelijk gepost door Zeeuw2
Mart01, (hoeveel zijn er eigenlijk ?)
hoe bedoel je? volgens mij is er maar een Mart

"gelukkig, nog een medestander, die zijn schaars tegenwoordig."

Dat valt weer mee dan; jammer dat je mijn andere vraag niet beantwoord hebt: is iemand die het niet met '31 eens is ook niet meer gereformeerd?
ik ben het niet met de stelling in de vraag eens. je kan zeker gereformeerd zijn en tegeljiker tijd niet met de uitspraak van '31 instemmen.
Ga dan toch naar Hem, en indien Hij u tegemoet komt (zoals Zijn gewoonte is), zeg dan niet onbedachtzaam met Petrus 'Heere, ga uit van mij, want ik ben een zondig mens' (Luc. 5:8), maar zeg met duidelijke woorden: Heere kom tot mij in, want ik ben een zondig mens.
Breekijzertje

Bericht door Breekijzertje »

Maar zijn jullie er na een dikke honderd postings al uit of het nu 'afwachten' of 'verwachten' is?


Volgens de bijbel mogen (en moeten) we verwachten.


Een 'breekje' van Breekijzertje
Gesloten