Ik zeg het net zo omfloerst als jij.eilander schreef: Ik begrijp niet wat je met de laatste zin bedoelt.
Mijn beleving of mijn omgeving?eilander schreef:En ja, in mijn beleving neemt de absolute onkunde toe.
Dat ben ik met je eens. Als ik de broers en zussen van mijn vader zag, allemaal hetzelfde opgevoed, maar de meesten van het gezin hadden het te nauw en te beklemmend gevonden en zijn opgewekt gereformeerd geworden.eilander schreef:We hebben nu de generatie waarvan ook grootouders niet meer kerkelijk waren.
Hun kinderen - mijn nichten en neven - zijn nog verder mee afgegleden, omdat de kerk ook gemoderniseerd is. Vervolgens is het opgroeiende geslacht dan nog wel gedoopt, maar doen intussen nergens meer aan
Het boek De eeuw van mijn vader is voor mij heel herkenbaar!
Mijn vader werkte een tijdlang in de havens - ik heb het nu over de jaren 50 en 60 - en de enige collega met wie hij over de Bijbel of het geloof kon praten, was een R.K. man.eilander schreef:maar het benauwt mij wel om (in mijn geval tijdelijk) in een omgeving te werken waar ik geen enkele christen ontmoet.
Dat was toen dus ook al. Hij is zelfs ontslagen (is later teruggedraaid) omdat hij weigerde op zondag te werken. Toen het ontslag teruggedraaid werd, werd hij getreiterd en vernederd door sommige collega's. Hij werd een onderkruiper en verrader genoemd.
Mijn vader heeft het stil ondergaan en er een biddende zaak van gemaakt. Het duurde echter best wel lang voordat de verandering kwam.
M.a.w. de Heere brengt ons wel eens op plaatsen, ook met ons werk, waar we eigenlijk liever niet willen zijn.
Ik bedoel, Naomi woonde ook in een heidens land en keerde terug met haar heidense schoondochter, maar ze was wel een moeder in het geslacht waaruit de Heere Jezus geboren werd!
En als ik van bepaalde christenen die mooie verhalen hoor, dat ze zulke fijne gesprekken hebben in de trein, op hun werk, in de campingkantine. Ik herken het niet. Er is geen behoefte aan Gods Woord.
Ik werk bij mensen die aan het einde van hun leven zijn gekomen, ze zijn vaak verhard en verbitterd. Je kunt er nauwelijks een woord kwijt. Als ik vraag of ik voor hen mag bidden, wijzen ze dat beslist van de hand.
Mijn schoondochter die op een zknsafd. werkt waar zeer ernstig zieken verpleegd worden, ervaart dat ook. Zij ging met veel optimisme aan het werk, maar evangeliseren is er echt niet bij.