Afgewezen schreef:Kaw schreef:Aanhankelijk gebedsleven?
Het verbond afhankelijk van míjn gebedsleven??
Een beetje flauwe reactie, omdat ik al geschreven heb dat het verbond afhangt van het vasthouden door God. Ik geef inderdaad geen sluitend antwoord, omdat Paulus mij die absoluut niet in die vorm aanreikt. Zomaar 1 voorbeeldje van Paulus:
24Weet gijlieden niet, dat die in de loopbaan lopen, allen wel lopen, maar [dat] een den prijs ontvangt? Loopt alzo, dat gij [dien] moogt verkrijgen. 25En een iegelijk, die [om prijs] strijdt, onthoudt zich in alles. Dezen dan [doen] wel [dit], opdat zij een verderfelijke kroon zouden ontvangen, maar wij een onverderfelijke. 26Ik loop dan alzo, niet als op het onzekere; ik kamp alzo, niet als de lucht slaande; 27Maar ik bedwing mijn lichaam, en breng het tot dienstbaarheid, opdat ik niet enigszins, daar ik anderen gepredikt heb, zelf verwerpelijk worde.
1En ik wil niet, broeders, dat gij onwetende zijt, dat onze vaders allen onder de wolk waren, en allen door de zee doorgegaan zijn; 2En allen in Mozes gedoopt zijn in de wolk en in de zee;3En allen dezelfde geestelijke spijs gegeten hebben; 4En allen denzelfden geestelijken drank gedronken hebben; want zij dronken uit de geestelijke steenrots, die volgde; en de steenrots was Christus. 5Maar in het meerder [deel] van hen heeft God geen welgevallen gehad; want zij zijn in de woestijn ter nedergeslagen. 6En deze dingen zijn geschied ons tot voorbeelden, opdat wij geen lust tot het kwaad zouden hebben, gelijkerwijs als zij lust gehad hebben. 7En wordt geen afgodendienaars, gelijkerwijs als sommigen van hen, gelijk geschreven staat: Het volk zat neder om te eten, en om te drinken, en zij stonden op om te spelen. 8En laat ons niet hoereren, gelijk sommigen van hen gehoereerd hebben, en er vielen op een dag drie en twintig duizend. 9En laat ons Christus niet verzoeken, gelijk ook sommigen van hen verzocht hebben, en werden van de slagen vernield. 10En murmureert niet, gelijk ook sommigen van hen gemurmureerd hebben, en werden vernield van den verderver. 11En deze dingen alle zijn hunlieden overkomen tot voorbeelden; en zijn beschreven tot waarschuwing van ons, op dewelke de einden der eeuwen gekomen zijn.12Zo dan, die meent te staan, zie toe, dat hij niet valle.
Of deze:
4Want het is onmogelijk, degenen, die eens verlicht geweest zijn, en de hemelse gave gesmaakt hebben, en des Heiligen Geestes deelachtig geworden zijn, 5En gesmaakt hebben het goede woord Gods, en de krachten der toekomende eeuw, 6En afvallig worden, [die, zeg ik,] wederom te vernieuwen tot bekering, als welke zichzelven den Zoon van God wederom kruisigen en openlijk te schande maken. 7Want de aarde, die den regen, menigmaal op haar komende, indrinkt, en bekwaam kruid voortbrengt voor degenen, door welke zij ook gebouwd wordt, die ontvangt zegen van God; 8Maar die doornen en distelen draagt, die is verwerpelijk, en nabij de vervloeking, welker einde is tot verbranding.
Ik stel me hier kwetsbaar op en ik besef dat. Ik schrijf dingen die reformatorisch niet normaal zijn, maar geef mij alsjeblieft een beetje ruimte om samen rustig de bijbel te bestuderen hoe die er mee om gaat, zonder dat we vervallen in die standaardflauwigheden, want anders raakt voor mij de lol er af.
Tiberius schreef:
Handelingen 2 : 39: Want u komt de belofte toe, en uw kinderen, en allen, die daar verre zijn, zo velen als er de Heere, onze God, toe roepen zal.
Ik zal het spelletje stoppen. Natuurlijk vind ik dat de kinderen gedoopt horen te zijn en dat ze horen bij het verbond, maar wanneer we nauwkeurig de uitspraken lezen van de synodes, dan kun je niet zeggen dat de belofte ook automatisch voor de kinderen zijn, namelijk:
Particuliere Synode GG 1948:
"Dat het gebod tot allen komt, maar de belofte der zaligheid alleen voor de uitverkoren is."
"Dat de onbekeerde niet pleiten mag en moet op de belofte."
Albion schreef: Alle ware gelovigen zullen niet meer van de smalle weg af kunnen, want dan zijn het geen ware gelovigen (lees de christenreis van Bunyan maar eens).
Ik vind dat te gemakkelijk gesteld. Alle ware gelovigen als in uitverkorenen zullen uiteindelijk zalig sterven, maar ik ken genoeg mensen uit mijn omgeving die op een gegeven moment zover ik dat kan zien oprecht geloofden, maar nu in een staat van goddeloosheid leven. Je bent niet ‘gearriveerd’ zodra je geloofd. Zie ook mijn citaten van Paulus.
Samengevat zie je twee stromen. 1. Het verbond is voor de uitverkorenen. Het gevolg is dat je niet uit het verbond kan vallen, maar wat je niet hardop mag zeggen, maar wat logisch gezien niet te ontkennen is, is dat een kind tot zijn bekering niets met zijn doop kan. De opmerkelijke uitspraak van de particuliere synode dat een onbekeerde niet mag en kan pleiten op de belofte is een eerlijk uitgesproken consequentie van deze lijn. Je moet het verbond dan meer bezien dat de doop een teken en zegel is van Gods doorgaande werk met Zijn volk. Een praktisch gevolg is dat de onbekeerden denken dat ze geen enkele betrekking hebben met God, terwijl ze in feite verloren zonen zijn. Lijdelijkheid en gelatenheid zijn schering en inslag. Gearriveerdheid komt minder voor, maar dat komt omdat een leer omtrent bevinding in die kerken een zware rol hebben en die zorgen voor genoeg aanvechtingen over je geestelijke staat om gearriveerdheid bijna uit te sluiten.
Stroming 2 stelt dat het verbond is voor de gelovigen en hun zaad. Mijns inziens is dit ook de taal van het doopsformulier, Petrus en Paulus. De doop heeft een belofte en een eis. De belofte is voor elke gedoopte, maar hangt af van de vervulling van de eis van het verbond en dat is bekering van de wereldse weg en opgaan op de smalle weg. Je kunt het verbond verbreken door definitief je af te keren van Gods weg. Zonde begaan is geen verbondsbreuk, maar een reden om niet te wanhopen en terug te gaan naar God. Het grote bezwaar tegen deze opvatting is dat de fatalisten teveel ruimte zien bij de mens. Na nauwkeurige bestudering van de bijbel en het doopsformulier kan ik het verwijt wel begrijpen, maar kies ik toch voor deze opvatting, omdat de bijbel en het doopsformulier dezelfde lijn uitademen. Daarnaast is het verwijt ten diepste het scheppen van een tegenstelling waar er geen is, namelijk dat het 100% Godswerk is kan gewoon blijven staan, omdat een mens nog steeds enkel door Gods kracht zich bekeerd en door Gods kracht zich staande houdt. Bovendien is deze opvatting een krachtig middel tegen gearriveerdheid, lauwheid en lijdelijkheid. Deze opvatting wordt gevonden in kerken die een praktische verbondsautomatisme aanhouden, maar dat is naar mijn mening niet de fout van de opvatting, maar een gebrek van het serieus nemen van de verbondseis.