Re: Uitleg Johannes 3:16
Geplaatst: 29 dec 2014, 13:19
Hier wat citaten over Joh3:16 de lijst is eindeloos met betrouwbare verklaarders die juist weerspreken dat het over de uitverkoren wereld zou gaan.
Matthew Henry:
De wereld van den gevallen mens heeft Hij zo liefgehad, als Hij die der gevallen engelen niet liefhad, Rom. 5: 8; 1 Joh. 4:10. Zie, en verwonder u, dat de grote God zulk een onwaardige wereld liefgehad heeft. Dat de heilige God zulk een boze wereld zou liefhebben met ene liefde van welwillendheid, terwijl Hij haar toch met generlei welbehagen kon aanzien. Dat, voorwaar, was de tijd der minnen, Ezech. 16:6, 8 . De Joden hadden de ijdele, verwaande gedachte, dat de Messias alleen tot hun volk in liefde zou worden gezonden, en hen zou bevoorrechten ten koste van hun naburen, maar Christus zegt hun, dat Hij tot de gehele wereld in liefde is gekomen, tot de heidenen zowel als tot de Joden, 1 Joh. 2:2. Hoewel er velen uit de wereld van het mensdom omkomen, is toch Gods geven van Zijn eniggeboren Zoon een voorbeeld van Zijne liefde voor de gehele wereld, omdat door Hem een algemene aanbieding van leven en zaligheid gedaan is aan allen. Het is liefde jegens de oproerige, in opstand gekomen provincie, om ene proclamatie van vergeving en straffeloosheid uit te vaardigen voor allen, die willen komen, er op gebogen knieën op pleiten en terugkeren tot trouw en gehoorzaamheid. Alzo lief heeft God de afvallige, gevallen wereld gehad, dat Hij Zijn Zoon gezonden heeft met dit prachtige voorstel, dat een iegelijk, die in Hem gelooft, niet verderve. De zaligheid was uit de Joden, maar nu is Christus tot zaligheid tot aan het uiterste der aarde, een gemene zaligheid.
J.C. Ryle
De liefde waarvan hier gesproken wordt, is niet de speciale liefde waarmee de Vader Zijn eigen uitverkorenen aanziet, maar een geweldig medelijden en een begaan zijn met het hele menselijk geslacht. Het voorwerp van die liefde is niet alleen de kleine kudde die Hij van eeuwigheid aan Christus heeft gegeven, maar de hele wereld van zondaren, zonder enige uitzondering. God heeft die wereld lief in een heel diepe zin. Iedere mens die Hij geschapen heeft wordt door Hem met zorg en medelijden omringd. Van hun zonden kan Hij niet houden, maar wel van hun zielen. "Zijn barmhartigheden zijn over al Zijn werken" (Ps. 145:9 ).
We moeten er wel goed op letten dat ons beeld van de liefde van God schriftuurlijk en goed omlijnd is. Wij moeten krachtig verklaren dat God de slechtheid haat en dat het einde van allen die aan hun slechtheid vasthouden niet anders dan de ondergang kan zijn. Het is niet zo dat Gods liefde "lager dan de hel" is. Het is ook niet zo dat God de wereld zo liefheeft dat iedereen uiteindelijk zal worden behouden. God had de wereld zo lief, dat Hij Zijn Zoon gaf om een Zaligmaker te zijn voor allen die geloven. Zijn liefde wordt aan iedereen vrijelijk, volledig, eerlijk en zonder voorbehoud aangeboden. Maar die liefde is alleen te verkrijgen via het enige kanaal van Christus’ verlossing. Degene die Christus verwerpt, snijdt zichzelf af van Gods liefde en zal eeuwig omkomen. Aan de andere kant moeten we oppassen voor beperkte en bekrompen gedachten. Wij moeten niet aarzelen elke zondaar te vertellen van Gods liefde. Het is niet waar dat God alleen zorg draagt voor Zijn uitverkorenen, of dat Christus niet wordt aangeboden aan mensen die niet zijn voorbestemd voor het eeuwige leven. Er is goedheid en liefde in God voor het hele mensdom. Als uitvloeisel van die liefde kwam Christus in de wereld en stierf Hij aan het kruis. Laten wij niet wijs proberen te zijn boven hetgeen geschreven is, of met ons systematiseren meer zeggen dan de Schrift zelf. God heeft geen lust in de dood van een zondaar. God wil niet dat er enigen verloren gaan. God wil dat zij allen behouden worden. God heeft de wereld lief (Joh. 6:33; Tit. 3:4; 1 Joh. 4:10; 2 Petr. 3:9; 1 Tim. 2:4; Ez. 33:11
Da Costa.
De liefde van de Vader is de oorzaak, de liefde van de Zoon het middel, de liefde van de Heilige Geest het einde van de verlossing; het is één liefde. De Zoon is de gave van de Vader en de Heilige Geest is de gave van de Vader en de Zoon; het is één gave. Indien God de wereld niet kon liefhebben, hoe zou Hij haar hebben kunnen behouden? God bevestigt Zijn liefde jegens ons, dat Christus voor ons gestorven is toen wij nog zondaren waren (Rom.5:8 ). God rechtvaardigt de goddelozen (Rom.4:5 ). Hierin is de liefde niet, dat wij God lief gehad hebben, maar dat Hij ons lief heeft gehad en Zijn Zoon gezonden heeft tot een verzoening voor onze zonden (Joh.4:10 ). De wereld, waarvan hier door de Heere gesproken wordt, is de mensheid in haar toestand van zonde en verlorenheid. Zou de Schepper Zijn gevallen schepsel, dat nog redbaar was, niet redden? Het is onmogelijk. God is liefde; deze deed Hem de wereld scheppen; en toen zij door de zonde bedorven werd, een nieuwe schepping tot stand brengen door Zijn eniggeboren Zoon te geven in de mensheid tot een nieuw beginsel van deze nieuwe schepping. De Zoon zelf stelt Zijn overgave door de Vader voor als een groot, ja als het grootste bewijs van Gods liefde en zegt: Alzo lief heeft God de wereld gehad, en wie peilt dat "alzo?" Geen menselijk dieplood: het is een oneindige liefde. (DA COSTA).
William Perkins,
Ge moet erop letten, dat de beloften der zaligheid in Christus algemeen zijn, of ten minste onbepaald, geen bijzonder mens uitsluitend; zoals blijken kan in één voor alle: „Alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een iegelijk die in Hem gelooft, niet verderve maar het eeuwige leven hebbe". Nu dan, zo vaak als ge zult twijfelen aan Gods barmhartigheid, sluit ge uzelf buiten Gods belofte, terwijl Hij u niet buitensluit. En zoals, warneer een vorst alle dieven vergeving schenkt, een ieder dit op zichzelf kan toepassen, ook al staat zijn naam niet uitdrukkelijk in de kwijtschelding, zo heeft de Koning der koningen een algemene kwijtschelding gegeven van vrije vergeving der zonden aan hen, die ze willen aannemen. Geloof daarom, dat God waarachtig is in Zijn belofte; twijfel niet aan uw zaligheid, eis die kwijtschelding op voor uzelf. Weliswaar staat uw naam niet gesteld noch geschreven in de belofte der genade. Laat echter geen enkel bedrog van satan of de beschouwing van uw onwaardigheid u van deze vrije genade Gods buitensluiten, die Hij u in het bijzonder heeft aangeboden.
Prof. dr. A. de Reuver citeert Luther
Bij de voorbereiding van een kerstpreek over "Alzo lief heeft God de wereld gehad" raadpleegde ik Luthers uitleg. Hij heeft er meermalen over gepreekt. De preek van 25 maart (!) 1535 bevat zo veel gedachtegoed, dat ik het mijne er ditmaal mee wil vullen. Hij begint zo: "Dit is een van de heerlijkste evangelieberichten uit het Nieuwe Testament. We moesten de woorden met gulden letters in ons hart graveren. Laat ieder christenmens ze minstens eens per dag opzeggen." God had de wereld lief. Luther komt er niet over uitgedacht. De wereld is immers "bruid van de duivel en vijand van God." En dan nochtans niet het voorwerp van Gods toorn en onbehagen, maar van Zijn liefde en welbehagen? De reformator kan het wonder niet op. Die verwondering wil hij delen met velen. Vandaar zijn pastorale advies om "er elke dag mee op te staan en er God voor te danken." Treffend. De dag beginnen met Johannes 3:16 en daarbij "God bidden of Hij het in ons hart zal drukken."
Het zijn woorden waarin twee namen klinken: God en de wereld. Die wereld ben ik. Geen erenaam. Veeleer een veroordeling. Verloren en verwerpelijk. De andere naam is die van God, Die toornt over de zonde, maar in de toorn aan Zijn ontferming denkt. Zo lief had God die verloren mensenwereld, dat Hij het allerkostbaarste prijsgaf en kosteloos weggaf, opdat ieder die de dood verdiend heeft maar in Hem gelooft, het eeuwige leven zal hebben. God wil de zonde niet vergelden, maar vergeven. In Hem, Die de doodstraf droeg die ons de vrede aanbrengt.