Posthoorn schreef:Er moet ergens een topic voor dit soort vragen zijn, maar die kan ik niet vinden. Dus dan maar hier:
Wie kan mij vertellen hoe je בַּעֲבוּר vertaalt aan het begin van Ps. 132:10?
Omwille van.
Psalm 132
1 Een lied hammaäloot (der opklimmingen).
Gedenk, o HEERE, aan David,
aan al zijn vernedering,
2 hoe hij de HEERE gezworen heeft,
de Machtige Jakobs gelofte gedaan:
3 ‘Indien ik binnenga in de tent van mijn huis,
indien ik klim op het bed van mijn slaapplaats,
4 indien ik mijn ogen slaap geef,
mijn oogleden sluimering,
5 totdat ik gevonden zal hebben een plaats voor de HEERE,
woningen voor de Machtige Jakobs.’
6 Zie, wij hebben van haar gehoord in Efratha,
wij hebben haar gevonden in de velden van Jaär.
7 Laten wij Zijn woningen binnengaan,
laten wij ons neerbuigen voor de voetbank van Zijn voeten.
8 Sta op, o HEERE, [kom] tot Uw rustplaats,
U en de ark van Uw sterkte.
9 Laat Uw priesters bekleed worden met gerechtigheid,
en laten Uw gunstgenoten juichen.
10 Omwille van David, Uw knecht,
wijs het aangezicht van Uw gezalfde niet af.
11 De HEERE heeft David gezworen,
bestendige waarheid waarvan Hij niet afkeren zal:
‘Van de vrucht van uw buik
zal Ik op uw troon zetten.
12 Indien uw zonen Mijn verbond zullen bewaren,
en Mijn getuigenissen, die Ik hun leren zal,
dan zullen ook hun zonen tot in eeuwigheid
op uw troon zitten.’
13 Want de HEERE heeft Sion verkoren,
Hij heeft het voor Zichzelf tot een zetel begeerd.
14 ‘Dit is Mijn rustplaats tot in eeuwigheid,
hier zal Ik wonen, want Ik heb het begeerd.
15 Ik zal zijn proviand zegenen, ja zegenen,
zijn behoeftigen zal Ik verzadigen met brood.
16 En zijn priesters zal Ik bekleden met heil,
en zijn gunstgenoten zullen juichen, ja juichen.
17 Daar zal Ik David een hoorn doen uitspruiten,
Ik heb Mijn gezalfde een lamp bereid.
18 Ik zal zijn vijanden met schaamte bekleden,
maar op hem zal zijn kroon blinken.’