Tuurlijk. Voor die tijd had ik nog niks in de gaten.Tiberius schreef:Dat is nou ook niet zo'n verstandige actie. Dan luister je zeker de rest van de preek zwaar bevooroordeeld.Afgewezen schreef:Mijn moeder fluisterde mij onder de preek in het oor: "Wat een doolhof!"
Afgewezen schreef:Tuurlijk. Voor die tijd had ik nog niks in de gaten.Tiberius schreef:Dat is nou ook niet zo'n verstandige actie. Dan luister je zeker de rest van de preek zwaar bevooroordeeld.Afgewezen schreef:Mijn moeder fluisterde mij onder de preek in het oor: "Wat een doolhof!"
Tib..Tiberius schreef:Op gevaar van betutteling beschuldigd te worden: on-topic maar weer, mensen.
refo schreef:Daar hebben die dominees dan maar weer geluk mee. De leken zijn niet eens geïinteresseerd in exegese, dus daar bekommeren ze zich niet om. Het gaat er niet om dat het niet te volgen is. Het is zeer goed te volgen. Als we maar horen van licht en Geest, dan klinkt het goed en zal het wel goed zijn.
Paulus begint met: "Want wij prediken niet onszelven, maar Christus Jezus, den Heere; en onszelven, dat wij uw dienaars zijn om Jezus' wil." Dat deed de dominee helemaal niet. Hij preekte zichzelf en maakte Christus pasklaar voor zichzelf.
Ik merk aan het uittrekseltje van ander dat hij de preek aanpast aan wat hij erin wil horen. En dat gebeurt vaker, merk ik.
Maar goed: kan iemand uitleggen wat een gemeente met zo'n preek moet doen? Meer dan over je heen laten komen kan eigenlijk niet. En maar weer afwachten.
Inlegkunde, Ander???Ander schreef:refo schreef:Daar hebben die dominees dan maar weer geluk mee. De leken zijn niet eens geïinteresseerd in exegese, dus daar bekommeren ze zich niet om. Het gaat er niet om dat het niet te volgen is. Het is zeer goed te volgen. Als we maar horen van licht en Geest, dan klinkt het goed en zal het wel goed zijn.
Paulus begint met: "Want wij prediken niet onszelven, maar Christus Jezus, den Heere; en onszelven, dat wij uw dienaars zijn om Jezus' wil." Dat deed de dominee helemaal niet. Hij preekte zichzelf en maakte Christus pasklaar voor zichzelf.
Ik merk aan het uittrekseltje van ander dat hij de preek aanpast aan wat hij erin wil horen. En dat gebeurt vaker, merk ik.
Maar goed: kan iemand uitleggen wat een gemeente met zo'n preek moet doen? Meer dan over je heen laten komen kan eigenlijk niet. En maar weer afwachten.
Er stond inderdaad nog iets in van: je moet het wel willen horen en niet gaan zitten slapen. Dat heb ik er inderdaad uitgelaten.
albion schreef:Nee, dat stond er echt! Anders zou ik het niet durven opschrijven. Ik heb het boekje hier niet bij de hand, kan dus niet citeren.Ander schreef:refo schreef:Daar hebben die dominees dan maar weer geluk mee. De leken zijn niet eens geïinteresseerd in exegese, dus daar bekommeren ze zich niet om. Het gaat er niet om dat het niet te volgen is. Het is zeer goed te volgen. Als we maar horen van licht en Geest, dan klinkt het goed en zal het wel goed zijn.
Paulus begint met: "Want wij prediken niet onszelven, maar Christus Jezus, den Heere; en onszelven, dat wij uw dienaars zijn om Jezus' wil." Dat deed de dominee helemaal niet. Hij preekte zichzelf en maakte Christus pasklaar voor zichzelf.
Ik merk aan het uittrekseltje van ander dat hij de preek aanpast aan wat hij erin wil horen. En dat gebeurt vaker, merk ik.
Maar goed: kan iemand uitleggen wat een gemeente met zo'n preek moet doen? Meer dan over je heen laten komen kan eigenlijk niet. En maar weer afwachten.
Er stond inderdaad nog iets in van: je moet het wel willen horen en niet gaan zitten slapen. Dat heb ik er inderdaad uitgelaten.
Inlegkunde, Ander???
Het is typisch een preek waarin geen plaats is weggelegd voor de bediening van het evangelie, en (daarom) een preek waarin mensen buiten schot blijven. Alle drie de punten gaan volledig over de hoofden van mensen heen, of ze nu tot Gods volk behoren of niet. De kern van het evangelie, zie het Lam Gods dat de zonden der wereld wegneemt, is afhankelijk gemaakt van "Gods tijd", waarmee het evangelie afhankelijk wordt gemaakt van de bevinding. Want volgens de Schrift is het NU de dag der zaligheid en NU Gods tijd om te wijzen op het Lam van God dat de zonden der wereld wegneemt. Daarom predikte Paulus terstond Christus. Alleen op deze wijze, zal het Woord doen wat God behaagt. Het is juist dat vanwege de boosheid van ons hart het Evangelie niet altijd terstond ons hart zal raken; in deze preek lijkt het echter alsof God ons daarin een beetje tegemoet komt en een gefaseerde harttransplantatie toepast.Ander schreef:Zo moeilijk is die preek niet hoor:Afgewezen schreef:In 2 Kor. 4:6 gaat het over 'de verlichting der kennis der heerlijkheid Gods in het aangezicht van Jezus Christus'.Erasmiaan schreef:'t Is ds. A.H. Verhoef. Overigens, waarom snapte je er steeds minder van?Afgewezen schreef:'s Morgens een preek van Smytegelt over het zoeken van de hemelse schatten.
's Avonds een preek van ds. H.A. Verhoef over het licht dat in de duisternis schijnt. Hoe verder de preek, hoe minder ik ervan snapte...
Een groot gedeelte van de preek werd gewijd aan het licht dat opgaat om iemand aan zijn duisternis te ontdekken. Maar daar gaat het in deze tekst niet over.
Toen het eindelijk over de kennis van Christus ging, werd het steeds ingewikkelder. Er moest nog dit gebeuren en toen nog dat, maar dan ook nog dat, enz. enz.
Wanneer iemand nu werkelijk vanuit de duisternis tot het licht gekomen is, werd in deze preek niet duidelijk.
Mijn moeder fluisterde mij onder de preek in het oor: "Wat een doolhof!" En gelijk had ze.
Punt 1: Paulus predikt Christus Jezus. Wanneer God Zijn licht laat schijnen in ons leven dan worden we ontdekt aan onze blindheid en duisternis. Dat gebeurt door Zijn Woord en Geest. Dan is het een kracht Gods tot zaligheid.
Punt 2: Hoe vindt dat plaats? De Heere spreekt een woord tot uw hart. Dan krijgt u de schuldbrief thuis: Gij zijt die man. Dan komt u aan de weet dat uw bestaan donker en duister is. Het wordt een bevindelijke kennis in ons hart. Het openbaart zich als ware Godsvreze. Waarom doet de Heere dit? Om te geven verlichting der kennis der heerlijkheid Gods. Verlichting wijst dan op het blinkende licht van de heerlijkheid des Heeren. Dan worden de blinkende deugden Gods in uw leven verklaard. In het licht van die deugden kom ik er achter dat ik een verfoeilijk schepsel ben. De zondaar leert dan ook God kennen in Zijn verdraagzaamheid en geduld. Zo'n afgesneden zondaar komt, wanneer hij de geestelijkheid van de wet heeft leren kennen in het leven als een afgesneden zondaar voor God terecht.
Punt 3: Jezus Christus kennen is onmisbaar. Er is één deur, één Weg. De zaligheid is in geen ander. Hoe komt zo'n uitgeschudde en uitgeklede zondaar tot die kennis? Net als in de woestijn trad Mozes op als middelaar. Het volk kon niet naderen zonder te sterven. Gods Geest openbaart de Middelaar van het Nieuwe Testament, Jezus Christus en die gekruisigd. Dit evangelie wordt aan de Korinthiërs gepredikt. Hij is het Licht der wereld.
Wat moet er gebeuren in het leven? Er moet een tiende ure aanbreken, waarin Johannes u wijst op het Lam Gods, Dat de zonden der wereld wegneemt. Door Zijn profetische bediening brengt Hij hen van stap tot stap naderbij. Wat een wonder als u die Leraar der gerechtigheid mag ontvangen als de Schoonste aller mensenkinderen. Wat doet de Heer in de toepassing van het Evangelie aan het hart van Zijn volk? Hij leidt hen in hun zonden en schuld en wijst hen ook op de noodzakelijkheid van Zijn preisterlijke arbeid. Hij betrad Golgotha om 'Uw welbehagen te doen'. Hij heeft uitgeroepen: het is volbracht. De Zoon kan tegen de Vader zeggen dat Hij de prijs der zielen volkomen heeft voldaan. Dan spreekt de Vader: Verlos hem, dat hij in het verderf niet nederdale, Ik heb verzoening gevonden. Dat heeft heerschappij wanneer dat in het dodelijk tijdsgewricht in de ziel mag klinken. Dan kan zelfs de grootste der zondaren zalig worden. De kennis der heerlijkheid is nog groter, want de verhoogde Middelaar heet na Zijn opstanding gezegd: Vrede zij ulieden. Dan is de schuld betaald, dan is het handschrift der zonde dat tegen hen was, uitgewist; dan is de verzoening aangebracht.
De toepassing eindigt:
Er is een volk dat zegt: Ik ben niet oprecht. Dat is een volk waarin dat licht gaat schijnen, maar dat iedere keer weer in de duisternis wandelt. Och, vat een weinig moed. Eenmaal mag de Kerk toch dat grote Licht zien. Als ze opgenomen zal worden in de eeuwige heerlijkheid, waar geen wolken meer zijn. Aldaar zal geen nacht meer zijn en zij zullen geen kaars noch het licht der zon van node hebben, want ik lees in de Openbaring: De heerlijkheid Gods heeft haar verlicht, en het Lam is haar kaars. Dan zal er eeuwige gemeenschap zijn met een Drie-enig God, tot eer van Zijn Naam en tot zaligheid van Zijn Kerk.
Tja Freek, de bekering is inderdaad op Gods tijd en niet op het moment dat wij het graag willen. Als die eenzijdige soevereine genade je tot vijandschap brengt moet je Rooms worden ofzo. Daar kun je wel zelf wat doen.freek schreef:Het is typisch een preek waarin geen plaats is weggelegd voor de bediening van het evangelie, en (daarom) een preek waarin mensen buiten schot blijven. Alle drie de punten gaan volledig over de hoofden van mensen heen, of ze nu tot Gods volk behoren of niet. De kern van het evangelie, zie het Lam Gods dat de zonden der wereld wegneemt, is afhankelijk gemaakt van "Gods tijd", waarmee het evangelie afhankelijk wordt gemaakt van de bevinding. Want volgens de Schrift is het NU de dag der zaligheid en NU Gods tijd om te wijzen op het Lam van God dat de zonden der wereld wegneemt. Daarom predikte Paulus terstond Christus. Alleen op deze wijze, zal het Woord doen wat God behaagt. Het is juist dat vanwege de boosheid van ons hart het Evangelie niet altijd terstond ons hart zal raken; in deze preek lijkt het echter alsof God ons daarin een beetje tegemoet komt en een gefaseerde harttransplantatie toepast.Ander schreef:Zo moeilijk is die preek niet hoor:Afgewezen schreef:In 2 Kor. 4:6 gaat het over 'de verlichting der kennis der heerlijkheid Gods in het aangezicht van Jezus Christus'.
Een groot gedeelte van de preek werd gewijd aan het licht dat opgaat om iemand aan zijn duisternis te ontdekken. Maar daar gaat het in deze tekst niet over.
Toen het eindelijk over de kennis van Christus ging, werd het steeds ingewikkelder. Er moest nog dit gebeuren en toen nog dat, maar dan ook nog dat, enz. enz.
Wanneer iemand nu werkelijk vanuit de duisternis tot het licht gekomen is, werd in deze preek niet duidelijk.
Mijn moeder fluisterde mij onder de preek in het oor: "Wat een doolhof!" En gelijk had ze.
Punt 1: Paulus predikt Christus Jezus. Wanneer God Zijn licht laat schijnen in ons leven dan worden we ontdekt aan onze blindheid en duisternis. Dat gebeurt door Zijn Woord en Geest. Dan is het een kracht Gods tot zaligheid.
Punt 2: Hoe vindt dat plaats? De Heere spreekt een woord tot uw hart. Dan krijgt u de schuldbrief thuis: Gij zijt die man. Dan komt u aan de weet dat uw bestaan donker en duister is. Het wordt een bevindelijke kennis in ons hart. Het openbaart zich als ware Godsvreze. Waarom doet de Heere dit? Om te geven verlichting der kennis der heerlijkheid Gods. Verlichting wijst dan op het blinkende licht van de heerlijkheid des Heeren. Dan worden de blinkende deugden Gods in uw leven verklaard. In het licht van die deugden kom ik er achter dat ik een verfoeilijk schepsel ben. De zondaar leert dan ook God kennen in Zijn verdraagzaamheid en geduld. Zo'n afgesneden zondaar komt, wanneer hij de geestelijkheid van de wet heeft leren kennen in het leven als een afgesneden zondaar voor God terecht.
Punt 3: Jezus Christus kennen is onmisbaar. Er is één deur, één Weg. De zaligheid is in geen ander. Hoe komt zo'n uitgeschudde en uitgeklede zondaar tot die kennis? Net als in de woestijn trad Mozes op als middelaar. Het volk kon niet naderen zonder te sterven. Gods Geest openbaart de Middelaar van het Nieuwe Testament, Jezus Christus en die gekruisigd. Dit evangelie wordt aan de Korinthiërs gepredikt. Hij is het Licht der wereld.
Wat moet er gebeuren in het leven? Er moet een tiende ure aanbreken, waarin Johannes u wijst op het Lam Gods, Dat de zonden der wereld wegneemt. Door Zijn profetische bediening brengt Hij hen van stap tot stap naderbij. Wat een wonder als u die Leraar der gerechtigheid mag ontvangen als de Schoonste aller mensenkinderen. Wat doet de Heer in de toepassing van het Evangelie aan het hart van Zijn volk? Hij leidt hen in hun zonden en schuld en wijst hen ook op de noodzakelijkheid van Zijn preisterlijke arbeid. Hij betrad Golgotha om 'Uw welbehagen te doen'. Hij heeft uitgeroepen: het is volbracht. De Zoon kan tegen de Vader zeggen dat Hij de prijs der zielen volkomen heeft voldaan. Dan spreekt de Vader: Verlos hem, dat hij in het verderf niet nederdale, Ik heb verzoening gevonden. Dat heeft heerschappij wanneer dat in het dodelijk tijdsgewricht in de ziel mag klinken. Dan kan zelfs de grootste der zondaren zalig worden. De kennis der heerlijkheid is nog groter, want de verhoogde Middelaar heet na Zijn opstanding gezegd: Vrede zij ulieden. Dan is de schuld betaald, dan is het handschrift der zonde dat tegen hen was, uitgewist; dan is de verzoening aangebracht.
De toepassing eindigt:
Er is een volk dat zegt: Ik ben niet oprecht. Dat is een volk waarin dat licht gaat schijnen, maar dat iedere keer weer in de duisternis wandelt. Och, vat een weinig moed. Eenmaal mag de Kerk toch dat grote Licht zien. Als ze opgenomen zal worden in de eeuwige heerlijkheid, waar geen wolken meer zijn. Aldaar zal geen nacht meer zijn en zij zullen geen kaars noch het licht der zon van node hebben, want ik lees in de Openbaring: De heerlijkheid Gods heeft haar verlicht, en het Lam is haar kaars. Dan zal er eeuwige gemeenschap zijn met een Drie-enig God, tot eer van Zijn Naam en tot zaligheid van Zijn Kerk.
Beetje jammer, deze reactie, Erasmiaan. Op zijn minst kun je er inhoudelijk op ingaan. Anders bestaat het gevaar dat ook jij niet meer serieus genomen wordt.Erasmiaan schreef:Tja Freek, de bekering is inderdaad op Gods tijd en niet op het moment dat wij het graag willen. Als die eenzijdige soevereine genade je tot vijandschap brengt moet je Rooms worden ofzo. Daar kun je wel zelf wat doen.freek schreef:Het is typisch een preek waarin geen plaats is weggelegd voor de bediening van het evangelie, en (daarom) een preek waarin mensen buiten schot blijven. Alle drie de punten gaan volledig over de hoofden van mensen heen, of ze nu tot Gods volk behoren of niet. De kern van het evangelie, zie het Lam Gods dat de zonden der wereld wegneemt, is afhankelijk gemaakt van "Gods tijd", waarmee het evangelie afhankelijk wordt gemaakt van de bevinding. Want volgens de Schrift is het NU de dag der zaligheid en NU Gods tijd om te wijzen op het Lam van God dat de zonden der wereld wegneemt. Daarom predikte Paulus terstond Christus. Alleen op deze wijze, zal het Woord doen wat God behaagt. Het is juist dat vanwege de boosheid van ons hart het Evangelie niet altijd terstond ons hart zal raken; in deze preek lijkt het echter alsof God ons daarin een beetje tegemoet komt en een gefaseerde harttransplantatie toepast.Ander schreef:Zo moeilijk is die preek niet hoor:Afgewezen schreef:In 2 Kor. 4:6 gaat het over 'de verlichting der kennis der heerlijkheid Gods in het aangezicht van Jezus Christus'.
Een groot gedeelte van de preek werd gewijd aan het licht dat opgaat om iemand aan zijn duisternis te ontdekken. Maar daar gaat het in deze tekst niet over.
Toen het eindelijk over de kennis van Christus ging, werd het steeds ingewikkelder. Er moest nog dit gebeuren en toen nog dat, maar dan ook nog dat, enz. enz.
Wanneer iemand nu werkelijk vanuit de duisternis tot het licht gekomen is, werd in deze preek niet duidelijk.
Mijn moeder fluisterde mij onder de preek in het oor: "Wat een doolhof!" En gelijk had ze.
Punt 1: Paulus predikt Christus Jezus. Wanneer God Zijn licht laat schijnen in ons leven dan worden we ontdekt aan onze blindheid en duisternis. Dat gebeurt door Zijn Woord en Geest. Dan is het een kracht Gods tot zaligheid.
Punt 2: Hoe vindt dat plaats? De Heere spreekt een woord tot uw hart. Dan krijgt u de schuldbrief thuis: Gij zijt die man. Dan komt u aan de weet dat uw bestaan donker en duister is. Het wordt een bevindelijke kennis in ons hart. Het openbaart zich als ware Godsvreze. Waarom doet de Heere dit? Om te geven verlichting der kennis der heerlijkheid Gods. Verlichting wijst dan op het blinkende licht van de heerlijkheid des Heeren. Dan worden de blinkende deugden Gods in uw leven verklaard. In het licht van die deugden kom ik er achter dat ik een verfoeilijk schepsel ben. De zondaar leert dan ook God kennen in Zijn verdraagzaamheid en geduld. Zo'n afgesneden zondaar komt, wanneer hij de geestelijkheid van de wet heeft leren kennen in het leven als een afgesneden zondaar voor God terecht.
Punt 3: Jezus Christus kennen is onmisbaar. Er is één deur, één Weg. De zaligheid is in geen ander. Hoe komt zo'n uitgeschudde en uitgeklede zondaar tot die kennis? Net als in de woestijn trad Mozes op als middelaar. Het volk kon niet naderen zonder te sterven. Gods Geest openbaart de Middelaar van het Nieuwe Testament, Jezus Christus en die gekruisigd. Dit evangelie wordt aan de Korinthiërs gepredikt. Hij is het Licht der wereld.
Wat moet er gebeuren in het leven? Er moet een tiende ure aanbreken, waarin Johannes u wijst op het Lam Gods, Dat de zonden der wereld wegneemt. Door Zijn profetische bediening brengt Hij hen van stap tot stap naderbij. Wat een wonder als u die Leraar der gerechtigheid mag ontvangen als de Schoonste aller mensenkinderen. Wat doet de Heer in de toepassing van het Evangelie aan het hart van Zijn volk? Hij leidt hen in hun zonden en schuld en wijst hen ook op de noodzakelijkheid van Zijn preisterlijke arbeid. Hij betrad Golgotha om 'Uw welbehagen te doen'. Hij heeft uitgeroepen: het is volbracht. De Zoon kan tegen de Vader zeggen dat Hij de prijs der zielen volkomen heeft voldaan. Dan spreekt de Vader: Verlos hem, dat hij in het verderf niet nederdale, Ik heb verzoening gevonden. Dat heeft heerschappij wanneer dat in het dodelijk tijdsgewricht in de ziel mag klinken. Dan kan zelfs de grootste der zondaren zalig worden. De kennis der heerlijkheid is nog groter, want de verhoogde Middelaar heet na Zijn opstanding gezegd: Vrede zij ulieden. Dan is de schuld betaald, dan is het handschrift der zonde dat tegen hen was, uitgewist; dan is de verzoening aangebracht.
De toepassing eindigt:
Er is een volk dat zegt: Ik ben niet oprecht. Dat is een volk waarin dat licht gaat schijnen, maar dat iedere keer weer in de duisternis wandelt. Och, vat een weinig moed. Eenmaal mag de Kerk toch dat grote Licht zien. Als ze opgenomen zal worden in de eeuwige heerlijkheid, waar geen wolken meer zijn. Aldaar zal geen nacht meer zijn en zij zullen geen kaars noch het licht der zon van node hebben, want ik lees in de Openbaring: De heerlijkheid Gods heeft haar verlicht, en het Lam is haar kaars. Dan zal er eeuwige gemeenschap zijn met een Drie-enig God, tot eer van Zijn Naam en tot zaligheid van Zijn Kerk.
Waarom zou ik die preek nog eens moeten beluisteren? Ik vind het nogal beledigend, zo'n opmerking. Alsof ik na één keer luisteren geen oordeel kan geven. Of denk je werkelijk, als iemand tijdens de preek precies verwoordt wat ook mijn gevoelens zijn, dat ik dan niet meer hoor wat er gezegd wordt? Alsjeblieft, zeg!jvdg schreef:Afgewezen schreef:Tuurlijk. Voor die tijd had ik nog niks in de gaten.Tiberius schreef:Dat is nou ook niet zo'n verstandige actie. Dan luister je zeker de rest van de preek zwaar bevooroordeeld.Afgewezen schreef:Mijn moeder fluisterde mij onder de preek in het oor: "Wat een doolhof!"
Maar mss. moet je die preek nog eens beluisteren.
Ander, even serieus: wanneer ben je nu volgens zo'n preek behouden? Dat is toch totaal niet duidelijk?Ander schreef:De nu ontsponnen discussie is een duidelijk voorbeeld van het feit dat er veel weerstand is tegen de oude waarheid. Daar komt veel tegenop. Overigens een bevestiging van wat eigenlijk allang bekend is. Maar wel triest.
In deze preek valt de mens er inderdaad tussenuit en blinkt het eenzijdige Godswerk. En dat is voor velen door de eeuwen heen een ergenis dan wel een dwaasheid geweest.
