Gevonden op Internet:
Wat u ook moet weten over de anticonceptiepil
drs. L. Bakermans
Sinds ‘de pil’ in het begin van de jaren zestig ter beschikking kwam, gebruiken miljoenen vrouwen hem. De pil wordt op het gebied van gezinsplanning dan ook wel beschouwd als ‘dé uitvinding van de vorige eeuw’. Aan pilgebruik kleven echter ook bezwaren. Over deze bezwaren willen we het in dit artikel hebben.
Wat is de pil?
De pil is een middel dat de hormoonhuishouding van vrouwen beïnvloedt. In de natuurlijke situatie spelen twee hormonen een belangrijke rol bij de vrouwelijke cyclus: oestradiol en progesteron. De hersenen geven een signaal naar de eierstokken, die hierdoor oestradiol en progesteron gaan produceren. Onder invloed van deze hormonen rijpen er eicellen in de eierstokken. Maandelijks, ongeveer twee weken na de menstruatie, komt er een eicel tot volledige rijping, die in een van de eileiders springt en vandaar terecht komt in de baarmoeder. De baarmoeder is tegelijkertijd geschikt gemaakt om een eventueel bevrucht eitje in te laten nestelen. Als er onderweg naar de baarmoeder geen bevruchting van het eitje plaatsvindt, wordt het baarmoederslijmvlies afgestoten (de menstruatie). Er bestaan verschillende soorten anticonceptiepillen. De meest voorgeschreven pillen zijn zogenaamde combinatiepillen: zij bevatten kunstmatige varianten van de twee hiervoor genoemde hormonen: een oestrogeen en een progestageen. Deze verzwakken het signaal dat de hersenen afgeven. Hierdoor maakt het lichaam zelf geen natuurlijk oestradiol en progesteron meer, met als gevolg dat er geen eicellen meer tot rijping komen en er geen eicel meer vrij komt. Er kan dus ook geen bevruchting en zwangerschap optreden. Ook de onlangs op de markt gebrachte ´Nuvaring´, een ring die in de vagina geplaatst wordt, berust op dit principe.
Abortieve werking van de pil
Nu heeft de pil ook bijwerkingen. Deze variëren van lichte verschijnselen als misselijkheid, gewichtstoename en hoofdpijn, tot zelfs ernstige aandoeningen als bepaalde vormen van kanker en trombose. Om de bijwerkingen te verminderen heeft men de dosering van oestrogenen en progestagenen in de pil steeds verder verlaagd. Dit heeft ook tot gevolg dat mogelijk niet altijd meer de eirijping en eisprong wordt tegengehouden en er toch een eisprong plaatsvindt. Dit eitje kan vervolgens bevrucht worden. Omdat het baarmoederslijmvlies niet klaar is voor innesteling, gaat het bevruchte eitje teniet en kunnen we spreken van een vroege abortus. Dit kan versterkt worden door bepaalde wisselwerkingen: in het geval van diarree wordt niet alle werkzame stof uit de pil opgenomen en komt er te weinig hiervan in het bloed. Antibiotica hebben een soortgelijk effect. Sommige geneesmiddelen versnellen de afbraak in de lever van de werkzame stoffen in de pil, waardoor ook de totale hoeveelheid in het lichaam verlaagd wordt. Hieronder vallen bijvoorbeeld middelen tegen vallende ziekte.
Kans op ernstige bijwerkingen
De bijwerkingen zijn bij de moderne lichte pillen afgenomen, maar het volgende overzicht laat zien dat er nog steeds met aanzienlijke risico’s rekening moet worden gehouden: Borstkanker: pilgebruik geeft een licht verhoogde kans op borstkanker. Leverkanker: naarmate vrouwen de pil langer gebruiken, stijgt de kans op het krijgen van gezwellen in de lever. Na 5 jaar pilgebruik is de kans om leverkanker te krijgen 5 keer zo groot geworden. Baarmoederhalskanker: door pilgebruik wordt de kans op het krijgen van baarmoederhalskanker ongeveer 2 keer zo groot. Ook hier geldt, naarmate de pil langer gebruikt wordt, neemt het risico toe. De pil heeft overigens wel een beschermend effect tegen baarmoederslijmvlies- en eierstokkanker: de kans om deze kankersoorten te krijgen neemt met ongeveer de helft af door pilgebruik. Hart en bloedvaten: Bij gebruik van de pil wordt de kans op trombose (vorming van een bloedstolsel in een ader van de benen, longen of elders in het lichaam) 2 tot 4 keer zo groot. Sommige van de nieuwste pilsoorten (de zogenaamde derde generatiepillen) geven bij jonge vrouwen tussen de 15-20 jaar zelfs een 4 tot 7 maal hogere kans op trombose. Dit betekent dat bij het huidige pilgebruik er per jaar ongeveer 350 extra gevallen van trombose bijkomen. In 1-2% van de gevallen heeft een veneuze trombose of longembolie een dodelijke afloop. De kans op een hartinfarct wordt twee keer zo groot.
Risicofactoren
De kans op trombose of een hartinfarct bij gebruik van de pil, wordt verder nog sterk verhoogd door de aanwezigheid van risicofactoren als roken, hogere leeftijd en overgewicht.
Een nog onbekend aspect is het effect op lange termijn. Denk bijvoorbeeld aan ‘DES’, een hormoon dat aan vrouwen werd gegeven om miskramen tegen te gaan. Pas toen de kinderen die dankzij deze behandeling ter wereld waren gekomen volwassen waren, werden de schadelijke effecten bekend (onder andere afwijkingen aan de geslachtsorganen van vrouwelijke nakomelingen).
Geen pil, maar wat dan wel?
Er is een alternatief voor het innemen van de pil. Dit alternatief vergt van beide partners de nodige medewerking, maar zij heeft geen bijwerkingen: de natuurlijke vruchtbaarheidsbeheersing, ook wel ‘Natural Family Planning’ (NFP) genoemd. NFP (dit is de Natuurlijke Geboorteregeling waarbij gebruikt wordt gemaakt van de mogelijkheden die de natuur in de cyclus van de vrouw heeft gelegd. Er zijn verschillende methodes die hiervan gebruik maken.) is gebaseerd op de wetenschap dat enerzijds de zaadcellen maar enkele dagen tot hooguit een week in de eileiders overleven en anderzijds dat een eicel maar gedurende enkele uren te bevruchten is. Gedurende een week voor de eisprong tot ongeveer twee dagen erna is een vrouw dus onvruchtbaar. Als men in deze periode geen gemeenschap heeft, is zwangerschap onmogelijk. Van deze wetenschap wordt ook gebruik gemaakt, als men juist wel zwanger wil raken. Om vast te stellen wanneer de vruchtbare periode, valt, zijn er verschillende mogelijkheden. De methode Billings maakt gebruik van het feit dat rond de eisprong het slijm in de baarmoedermond dunner is. Men kan er ‘draden’ van trekken, zoals met het wit van een rauw ei. Dit is gemakkelijk zelf vast te stellen. Hiermee is zelfs te bepalen wanneer een vrouw weer vruchtbaar wordt na een zwangerschap. De sympto-termale methode is ook gebaseerd op de veranderingen in het baarmoedermondslijm, maar maakt tevens gebruik van de lichaamstemperatuur van de vrouw: na de eisprong gaat de lichaamstemperatuur met ongeveer een halve graad (vijf streepjes) omhoog. Door dagelijks de temperatuur op te nemen heeft men een extra controle op de eisprong. Ook kan men gebruik maken van de ‘kalender’. Vrouwen die een regelmatige cyclus hebben, kunnen het tijdstip van de eisprong vrij nauwkeurig vaststellen, omdat de eisprong twee weken voor de verwachte menstruatie plaatsvindt.
Meer informatie over de natuurlijke vruchtbaarheidsbeheersing: Couple to couple league (CCL)
http://www.ccl-nederland.org