Allereerst: ik zit hier juist op het forum om het niet alleen van mijn kant te bekijken. En ik ben mij er zeer van bewust dat ik over twee jaar dement zou kunnen zijn, of arbeidsongeschikt.Mara schreef:Je kunt geen invloed uitoefenen, dat is een utopie. Toen wij jong waren, kwamen we in de vrienden om, bij wijze van spreken. Maar in de loop van het leven verlies je ook vrienden, door de dood, ze gaan verhuizen/emigreren, je groeit uit elkaar.DDD schreef: De discussie is helemaal niet of er veel eenzame ouderen zijn. Maar wel of zij daarin een eigen verantwoordelijkheid hebben, en hoe groot deze dan is, of dat hen dat maar overkomt.
Jij gaat steeds uit van jezelf. Jij bent prima in staat in alle opzichten. Maar dat kan morgen anders zijn!
Je maakt geen vriendschappen als sociale verzekering, toch?Mijn buurman was supersociaal, hij zwom elke dag met een clubje andere mensen, hij ging vaak biljarten, had een volkstuin en deelde daar gul van uit.samanthi schreef:Er zijn veel eenzamen, dat is echt waar, er zijn ook eenzame met mensen om hen heen, onbegrepen, mensen om hen heen zitten op een ander golflengte, er zijn mensen die zelf geen innitiatief nemen, terwijl daar wel de mogenlijkheid voor zou zijn zoals DDD schreef over op een rijtje wonen en op hun kamer blijven, er is ook een catergorie die als familie komt alleen verwijten maken dat ze niet vaak genoeg komen en precies bijhouden hoelang het geleden is dat ze geweest zijn of die turven hoe vaak ze bij de andere ouders kwamen en niet bij hen, dat is ook niet leuk en de familie komt dan ook niet vaak,
Toen hij ziek werd was er geen hond die naar hem omkeek. De Thuiszorg kwam bij mij vragen of ik een oogje in het zeil wilde houden en een bouillonnetje voor hem wilde maken.
Bij de crematie waren mijn man en ik de enige die op kwamen dagen!
Ik kon in het ziekenhuis precies aan de hoeveelheid kaarten zien of een kind acuut (kortdurend) ziek was of er langdurig en/of vaak lag.
Bij de eerste hingen veel kaarten, ballonnen en knuffels.
Als je door omstandigheden aan de zijlijn van het leven terecht komt, bestaat een grote kans dat je vereenzaamt.
Iemand die vanwege een psychische aandoening, zoals ASS bijv., niet in staat is om vriendschappen te onderhouden, kan geen groot sociaal netwerk opbouwen.
In onze kerk komen van tijd tot tijd zulke verdwaalde zielen. Wij proberen ze in alles te betrekken, maar op een gegeven moment blijven ze toch weer weg.
Daarnaast: ik ben ook wel bang geweest voor eenzaamheid in de zin dat ik geen vrienden meer zou overhouden. Rond mijn studietijd raakte ik in korte tijd het contact met twee vrienden kwijt waar ik echt belang aan hechtte. Een (toen nieuwe) vriendin, waar ik nog steeds heel goed mee bevriend ben, zei toen tegen mij: als je belangstelling blijft houden voor anderen, zul je heus nooit eenzaam zijn. En dat is tot op heden waar en ik ben nu ruim van middelbare leeftijd. Gelukkig heb ik dat later eigenlijk niet meer meegemaakt, al wordt natuurlijk lang niet iedere kennis een vriend.
Ik zie in mijn omgeving ook mensen die ernstig chronisch ziek zijn, weinig mobiel en toch meeleven krijgen. Maar zij investeren daar ook nadrukkelijk in. Veel kanttekeningen die je maakt over persoonlijke beperkingen zijn juist, al denk ik dat veel mensen met een beperking onnodig worden 'gehospitaliseerd'. Een voorbeeld. Een kind dat op de bank komt springen en zegt dat hij dat mag omdat hij autist is, zal in zijn latere leven ook niet veel correctie verdragen en mogelijk heel eenzaam worden. Maar dat is dan een kwestie van onaangepast gedrag en een slechte opvoeding. Beperkingen zijn wel een verklaring voor gedrag, maar niet snel een excuus voor vervelend gedrag.
Het is ook niet zo dat ik mijn angst om zelf eenzaam te worden wil wegschuiven door over zo'n buurman te zeggen dat hij het wel aan zichzelf te danken zal hebben. Toch ben ik wel benieuwd hoe dat dan ging. Of zijn contacten oppervlakkig of diepgaand waren. Ik kan mij werkelijk niet voorstellen dat ik een goede vriend niet interessant meer zou vinden als hij niet mobiel was. Wel als hij niets inhoudelijks meer kan zeggen of doen. Dan zou het wel een opgave worden om iemand te bezoeken. Maar dat is vaak niet aan de hand. Ik heb in mijn wat verdere vriendenkring ook iemand die nauwelijks mobiel is en de vreselijkste dingen heeft. Maar het is altijd fijn om bij haar op bezoek te gaan. En dan kom ik toch weer terug op iemands eigen verantwoordelijkheid: ik vind dat je mensen die zich misdragen en daarom zielig zijn daarin niet moet bevestigen, maar ze moet wijzen op hun eigen mogelijkheden. Daarom hamer ik daar zo op. Met belangstelling voor andere mensen word je niet snel eenzaam.
Ik heb zelf zowel een vriendin van rond de zeventig als twee vrienden onder de dertig. Je zou dat risicospreiding kunnen noemen, al zijn de vriendschappen spontaan ontstaan. En er zijn ook wel mensen waarvan ik mij soms afvraag of ik er nog bevriend mee zou zijn als ik in de problemen kom. Dat benoem ik dan ook wel. Aan zulke vriendschappen heb ik geen behoefte, maar je kunt dat nu eenmaal niet in je eerste kennismaking vaststellen;-).
In ieder geval is het goed om na te denken over je eigen verantwoordelijkheden en mijns inziens past daar niet bij dat je eenzame mensen eenzijdig als slachtoffer ziet. Theodore Dalrymple heeft hierover een paar mijns inziens goede boeken geschreven.