Ik kan hier weinig mee. Je doet net alsof het een opdracht is om als gezin uit elkaar te vallen. Paulus gebruikt juist het huwelijk als beeld van Christus met Zijn gemeente. (Efeze 5 : 22 - 33) In Efeze 6 1-4 gaat het over de kinderen en de verhouding in een christelijk gezin. Paulus grijpt daar terug op het O.T. Het huwelijk is zo’n wezenlijk beeld wat Gods Woord vanaf Genesis tot Openbaring gebruikt om Zijn liefde te tonen tot Zijn bruidskerk.Susan schreef: ↑Vandaag, 11:53Ik wil hier graag invoegen. Zie mijn reactie please als een nuance die ik aanbreng op de huisteksten. Niet als verdedidiging van welke doopvisie dan ook. Ik heb wat meer woorden nodig om precies te schrijven wat ik denk. Misschien maak ik het straks nog korter.huisman schreef: ↑Vandaag, 09:56Ben jij met jouw gedachten de Schriftgegevens over de positie van kinderen in het Oude en Nieuwe Testament weleens nagegaan? Blijven jouw gedachten dan overeind?Posthoorn schreef: ↑Vandaag, 08:47 @MNB, ik ga niet in op alles wat je aanvoert, want dan moet ik de discussie met Valcke over gaan doen. Zoals gezegd, het systeem van de gereformeerde theologie waar jij aan refereert, is voor mij geen bewijs. Pas op voor theologische systemen, waarin de boodschap van de Bijbel dan wordt geperst.
Wat de Schrift ons leert is dat het oude Israël onder de wet geplaatst werd om plaats te maken voor Christus. Dit gegeven wordt in de gereformeerde theologie geminimaliseerd, en daardoor ook het verschil tussen oude en nieuwe verbond.
Concreet: in een Joods gezin in de tijd van Paulus komen de ouders tot bekering en geloof in Jezus Christus. Ze hebben twee zoontjes die besneden zijn. Na hun bekering wordt er een derde zoontje geboren. Krijgt niet meer het teken van de besnijdenis. In jouw opvatting ook niet van de doop. Lijkt mij voor deze ouders een teruggang. Hun oudste zoontjes ontvingen het verbondsteken en na hun bekering ontvangt hun jongste zoon niets….?
Daarom zijn volgens mij de huisteksten ook zo logisch. Joodse apostelen dachten in gezinsstructuren. Dat hadden ze altijd gedaan vanuit het O.T. Niemand had ze de opdracht gegeven omdat los te laten.
Het is zo dat de apostelen gezinsverbanden koesterden. Hooghielden. Maar wat daarbij gemakkelijk over het hoofd wordt gezien, is dat Jezus Zelf aankondigt dat Zijn komst juist een breuk kan veroorzaken binnen gezinnen. Niet als een soort van randverschijnsel, maar als wezenlijk gevolg van Zijn optreden. Jezus zegt expliciet: “Meent niet dat Ik gekomen ben om vrede te brengen op de aarde; Ik ben niet gekomen om vrede te brengen, maar het zwaard.” (Mattheüs 10:34) En Hij werkt dat direct uit op gezinsniveau: “Want Ik ben gekomen om den mens tweedrachtig te maken tegen zijn vader, en de dochter tegen haar moeder, en de schoondochter tegen haar schoonmoeder: En iemands huisgenoten zullen zijn vijanden zijn.” (Mattheüs 10:35–36)
Dat was geen beeldspraak maar dagelijkse realiteit in de eerste gemeenten. Jezus maakt duidelijk dat trouw aan Hem niet via het gezin loopt, maar er soms dwars doorheen gaat. Dat wordt nog scherper wanneer Hij zegt: “Die vader of moeder liefheeft boven Mij, is Mijns niet waardig.” (Mattheüs 10:37) En ook: “Laat de doden hun doden begraven; maar gij, ga heen en verkondig het Koninkrijk Gods.” (Lukas 9:60)
Dat betekent concreet: gehoorzaamheid aan Christus kan niet worden uitgesteld vanwege familieverbanden. Het beslismoment van gelovig komen to Hem als de Zoon die gegeven is, ligt bij de persoon zelf, zelfs wanneer dat leidt tot breuk met het gezin. (en ik bedoel dat dit moment van komen door de Heilige Geest bewerkt wordt). Daarom wil ik nuanceren. Vanwege het onderwijs van Jezus zelf. Spanningen, scheiding en zelfs verstoting uit een gezin waren geen uitzondering, maar onderdeel van Jezus’ eigen onderwijs. Huisteksten beschrijven dat huishoudens tot geloof komen, maar de schijver van de brief maakt daar geen dogmatisch iets van, het staat in de lijn van de grote dingen die God deed onder de heidenen.
De apostelen droegen het onderwijs van de Heere Jezus de wereld in. En dát gegeven (huisgenoten die elkaar niet meer verdragen) staat los van elke specifieke latere doopvisie. Wat Jezus aankondigt in Mattheüs 10 wordt in de brieven duidelijk verondersteld, maar ook pastoraal begeleid en geestelijk verdiept in de brief aan de Hebreeën. Dat Jezus zeg: “En iemands huisgenoten zullen zijn vijanden zijn” komt letterlijk uit: Mícha 7:6 “Want de zoon veracht den vader, de dochter staat op tegen haar moeder, de schoondochter tegen haar schoonmoeder; iemands vijanden zijn zijn huisgenoten.” Als je schrift met schrijft vergelijkt zoals de Joden uit Berea zie je dat Hij doelbewust bewust Micha in zijn onderwijs meegeeft aan de discipelen: de geestelijke crisis, breuk in het gezin en juist dáár: de roep tot persoonlijke trouw aan God. Ik zal uitzien... Jezus zegt dus niet alleen: “er zal tweedracht zijn” maar impliciet ook: zoals Micha toen, zo zal Mijn volgeling nú moeten kiezen voor God, zelfs als dat alles kost.
Daarom is hier echt een nuancering op haar plaats. De huisteksten zijn niet vanzelfsprekend of “logisch” in de zin waarin zij vaak worden ingezet. Het is onjuist om te zeggen dat Joodse apostelen primair in gezinsstructuren dachten. Gezinsdenken functioneer in het Nieuwe Testament niet normatief als beslisstructuur, maar is ondergeschikt is aan het persoonlijke antwoord op de roep van Christus wat betreft het tot geloof komen.
Dat is de nuance uit de Schrift. Voor mij verklaart het ook waarom de apostelen later verdeeldheid binnen gezinnen niet corrigeren maar gelovigen leren volharden (1 Kor. 7, 1 Petr. 3, Hebreeën)
M.a.w. ik vind jouw nuance onterecht en gaat voorbij aan Gods bedoeling vanaf Genesis 2 : 18 Ook had de HEERE God gesproken: Het is niet goed, dat de mens alleen zij; Ik zal hem een hulpe maken, die als tegen hem over zij. Zie ook Genesis 1 : 28. Zo heeft de HEERE het bedoeld ook in het N.T. tot aan de voleinding der wereld.
Daarom ook het vaak stille verdriet bij kinderloze echtparen en ongewild alleengaanden.