We zijn het over het algemeen eens als ik de volgende reacties op een rij zet:
Matthijs:
Wie krijgt er genade? Wat betekent voor u genade? Als je om genade smeekt, dan reken je nergens meer op! Genade rekent niet. Genade rekent alleen maar op de straf en op het oordeel. Dan mogen jullie van mij er anders over denken, dat moet je zelf weten, maar ik hoop wel dat je ook werkelijk genade kennen mag en vertrouwen en rusten mag op Jezus, de Christus, de Enige Rostssteen. En niet rusten op je eigengerechtigde godsdienst. Of op een eigen gemaakte jezus. Nee, alleen vertrouwen op Die Jezus die het verlorende zoekt en het verdorvene vernieuwd. En voor wie is die blijde boodschap? Nou ik neem aan voor mensen die niet blij zijn. Voor wie is de goede boodschap? Ik neem aan voor mensen die zichzelf slecht vinden. Goed nu krijg ik natuurlijk commentaar dat ik voorwaarden stel. Weet je wat C.H. Spurgeon zegt? Tenzij er een waarachtige, hartgrondige belijdenis van onze zonden is voor God, hebben wij geen belofte, dat wij door het bloed van de Verlosser genade zullen vinden.
Maninne:
Helemaal mee eens Matthijs, maar elk kind van God leert dat, anders zou die persoon toch niet zo gaan worstelen en bidden en smeken om wederom tot genade te komen, tot hij er achter komt dat er voor hem geen doen meer aan is en dat hij naar recht verloren moet gaan.
Maar ik denk, dat juist dan, als het een omkomen wordt van de ziel en die ziel de Heere dat récht gaat toeschrijven dan bukt en buigt die mens onder dat Recht en tóch kan die mens dan juist zo moedeloos worden door het verdriet dat hij nooit meer bij God kan komen, als het bij hem/haar vandaan moet komen.(en het kan wel zijn dat de Heere die persoon dan een poosje in zijn moedeloosheid, opstand en bitterheid laat, tot die pers. helemaal leeg is in zichzelf.Maar ledigen heeft Hij met goederen vervuld) Dán toont Hij Zijn liefde , door de schenking van Zijn Zoon.( Er hóeft niks van de mens bij en dat willen wij zo graag )Is dat dan geen onuitsprekelijke liefde?
Voorbijganger:
Dat is niet iemand die zegt: ja hoor ik heb zonde. Maar gelukkig er is het evangelie en nu wil ik Jezus aannemen. Nee, dat is inderdaad een vloekwaardige, zoals je zelf (Zeeuw) schrijft. Die legt de strop om zijn hals en geeft zich over in de hand van God. Dat is de houding van een schuldenaar, van iemand die boetevaardig is. Ik zeg niet dat zo iemand de ware boetvaardigheid heeft.
Ndonselaar:
Zoals een munt twee zijden heeft, zo is dat ook met bovenstaande. De erkenning van schuld en de verlossing van deze schuld zijn een twee-eenheid.
De gereformeerde traditie:
Laat ik maar een stukje uit het dagboek van
Robert Murray McCheyne "Geef Mij uw hart" citeren:
"Ik zou graag willen weten of u in waarheid met Christus verenigd bent. Als dit het geval is, dan bent u in leven en sterven echt gelukkig. Bent u overtuigd van zonde? Dat is het werk van de Heilige Geest. Ja, dat is het eerste werk dat Hij aan een ziel verricht. Indien u niet wist dat uw lichaam gevaarlijk ziek was, zou u nooit een dokter laten roepen; zo zult u ook nooit tot Christus, de hemelse Medicijnmeester, gaan, tenzij u gevoelt dat uw ziel tot stervens toe ziek is. O, bid om diepe ontdekkingen van uw staat wegens erf- en dadelijke zonden. De wereld zegt dat het met u wel meevalt. Geloof haar niet. De wereld bedriegt u. Bid of u zichzelf mag zien zoals God u ziet. Bid of u de waarde van uw eigen ziel mag leren kennen. Bent u ontdekt aan uw eigen nietigheid, zoals Job dat was? Kent u uw eigen onreinheid zoals Jesaja die kende? Hebt u iets ondervonden van Psalm 51?
Misschien vraagt u zich af waarom ik u dit alles vraag. Ik antwoord: 'Omdat ik hoop dat al uw eigen plannen om uw eigengerechtigheid op te richten, zullen worden afgebroken.' Ik hoop dat u nooit iets in uw arme, schuldige ziel zult proberen te vinden om u bij God aangenaam te maken. Ik wens u toe dat u met blijdschap de Heere Jezus Christus zult mogen aannemen. Die voor zondaren de wet heeft vervuld en voor hen is gestorven. O, dat uw ziel Christus mocht aankleven. Dat u alles mocht verlaten en Jezus Christus mocht volgen. Hij ontvangt de zondaars en eet met hen!"
(25 maart; Lukas 15:2b)
In de mail van
ds. W. Pieters kreeg ik het volgende doorgestuurd:
Johannes Calvijn, tweede preek over Genesis 15 vers 6: "En Abram geloofde in de HEERE; en Hij rekende het hem tot gerechtigheid.":
"Het moet ons voor het ogenblik genoeg zijn dat wij hebben geleerd hoe wij moeten beginnen om deel te hebben aan het eeuwige heil dat ons is aangebracht door de Zoon van God, namelijk: dat wij weten hoe ellendig onze toestand is; en dat wij dit niet maar met de mond moeten erkennen en daarvan de een of andere voorbijgaande indruk moeten hebben, maar dat wij door zúlk een droefheid moeten zijn bevangen, en dat wij voor God zó beschaamd zijn, dat wij onszelf haten en verachten.
Wanneer wij zo onze eigen rechters zullen zijn, zullen wij door God worden vrijgesproken."
Dominee I. Kievit
"Zo doet de wet ons kennen de noodzakelijkheid van een volkomen gerechtigheid voor God en eist dat de straf wordt aanvaard. Op deze wijze ontvalt de zondaar alle hoop om uit de werken zalig te worden. Tevens zijn de deugden van God hem lief en stelt hij de eer van God boven eigen leven en boven eigen zaligheid. De natuurlijke mens wil de hel wel ontgaan, maar weigert voor God te bukken, heeft God niet lief in Zijn deugden van gerechtigheid en heiligheid. O nee, wat zou het hem deren als Gods eer werd gekrenkt?
Kom, toets uzelf eens! Is, waar u zegt kennis te hebben aan het leven of zelfs beweert een kind van God te zijn, is nu deze zaak doorleefd? Als u nu aan het patroon van de heilige Schrift, waar Paulus een helder voorbeeld van is, wordt getoetst, kent u dan dat gestorven zijn aan de wet?
Ja maar, hoor ik zeggen, wij stemmen toe en geloven, dat alleen door genade een zondaar kan zalig worden en nu mag ik dus geloven dat alleen door genade een zondaar kan zalig worden en nu mag ik dus geloven dat ook ik zal zalig worden. Welk een schrikkelijk zelfbedrog is hier aanwezig. Uw mening aan de wet gestorven te zijn, is de dood zelf niet. Dat verstrikt u slechts in de netten van de mensenmoorder van de beginne.
Deze zaken moeten worden doorleefd, waarachtig doorleefd."
Zeggen we dat ds. I. Kievit nog na, of is dat een 'foute' dominee die voorwaarden oplegt en de weg zo nauw maakt? Wijs mij een bevindelijk gereformeerde dominee aan uit die dagen die hiertegenin gaat!
Ik had hier een instemmende reactie van Pied, en verder geen negatieve reacties op gekregen.
John Bunyan:
Vraag: Hoe oordeelt gij dan over hen, die nooit inzagen, dat zij door hun ongeloof' onder de zonde besloten zijn en onder de vloek Gods liggen?
Antw.: Ik zal hen niet oordelen, God bekere hen voordat zij sterven; maar voor het tegenwoordige is hun toestand ellendig, omdat zij gevangen gehouden worden door de wet, hun lusten, de duivel en hun ongeloof; daarom kunnen zij niet met hun hart geloven, dat God hun genade bewijzen en hen uit hun banden verlossen wil.
Wat zegt de Schrift over deze zaken?
Ook dat kwam meerdere malen terug, zonder replies van Marcel e.a. helaas:
Memento: Psalm 38:
1 Een psalm van David, om te doen gedenken. 2O HEERE! straf mij niet in Uw groten toorn, en kastijd mij niet in Uw grimmigheid. 3 Want Uw pijlen zijn in mij gedaald, en Uw hand is op mij nedergedaald. 4 Er is niets geheels in mijn vlees, vanwege Uw gramschap; er is geen vrede in mijn beenderen, vanwege mijn zonde. 5 Want mijn ongerechtigheden gaan over mijn hoofd; als een zware last zijn zij mij te zwaar geworden. 6 Mijn etterbuilen stinken, zij zijn vervuild, vanwege mijn dwaasheid. 7 Ik ben krom geworden, ik ben uitermate zeer nedergebogen; ik ga den gansen dag in het zwart. 8 Want mijn darmen zijn vol van een verachtelijke plage, en er is niets geheels in mijn vlees. 9 Ik ben verzwakt, en uitermate zeer verbrijzeld; ik brul van het geruis mijns harten. 10 HEERE! voor U is al mijn begeerte; en mijn zuchten is voor U niet verborgen.
Psalm 39:
9 Verlos mij van al mijn overtredingen; en stel mij niet tot een smaad des dwazen. 10 Ik ben verstomd, ik zal mijn mond niet opendoen, want Gij hebt het gedaan. 11 Neem Uw plage van op mij weg, ik ben bezweken van de bestrijding Uwer hand
Job 9:34
32 Want Hij is niet een man, als ik, dien ik antwoorden zou, zo wij te zamen in het gericht kwamen. 33 Er is geen scheidsman tussen ons, die zijn hand op ons beiden leggen mocht. 34 Dat Hij van op mij Zijn roede wegdoe, en dat Zijn verschrikking mij niet verbaasd make; 35 Zo zal ik spreken, en Hem niet vrezen; want zodanig ben ik niet bij mij.
Herman:
Het is toch duidelijk dat de Heere die eigenschap heeft? En dat dat ook gekend kan worden? Bovendien, het is vreselijk te vallen in de handen van een toornend God. Is het niet meer dan Bijbels te verwachten, dat een christen weet hiervan verlost te zijn?
Wat vinden we bijvoorbeeld van Johannes 16 vers 8: En Die [de Heilige Geest] gekomen zijnde, zal de wereld overtuigen van zonde, en van gerechtigheid, en van oordeel?
Kijken we eerst naar de aanspraak, dan ligt voor de hand dat we onder de wereld iederéén moeten verstaan. Uitzonderingen zijn dus als uitganspunt om deze tekst te beschouwen uit den boze. Iedereen die overtuigd wordt, zal dus ook de zonde, de gerechtigheid, en het oordeel als een overtuiging kennen.
Zo heeft ook Paulus dat getuigt in Romeinen 7. Niet alleen (vers 4) gij zijt ook der wet gedood door het lichaam van Christus, opdat gij zoudt worden eens Anderen, namelijk Desgenen, Die van de doden opgewekt is, maar ook (vers 13) Maar de zonde is mij de dood geworden; opdat zij zou openbaar worden zonde te zijn; werkende mij door het goede den dood
Matthijs:
Als laatste wil ik Psalm 6 de eerste verzen citeren..
1Een psalm van David, voor den opperzangmeester, op de Neginoth, op de Scheminith.
2 O HEERE, straf mij niet in Uw toorn, en kastijd mij niet in Uw grimmigheid!
3 Wees mij genadig, HEERE, want ik ben verzwakt; genees mij, HEERE, want mijn beenderen zijn verschrikt.
Tenslotte:
O, bid om diepe ontdekkingen van uw staat wegens erf- en dadelijke zonden. De wereld zegt dat het met u wel meevalt. Geloof haar niet. De wereld bedriegt u. Bid of u zichzelf mag zien zoals God u ziet. Bid of u de waarde van uw eigen ziel mag leren kennen. Bent u ontdekt aan uw eigen nietigheid, zoals Job dat was? Kent u uw eigen onreinheid zoals Jesaja die kende? Hebt u iets ondervonden van Psalm 51?
Misschien vraagt u zich af waarom ik u dit alles vraag. Ik antwoord: 'Omdat ik hoop dat al uw eigen plannen om uw eigengerechtigheid op te richten, zullen worden afgebroken.'
En DAAR GAAT HET OM! Daarom is de poort zo nauw en die weg zo smal...strijdt om in te gaan, en ingegaan zijnde...strijdt de goede strijd des geloofs, om Christus meerder te laten worden en jezelf minder.