Gelezen (geloofsopbouwend)
Re: Gelezen (geloofsopbouwend)
Ik vrees dat dat niet waar is. Maar los daarvan, is het dan onzorgvuldig geformuleerd.
Re: Gelezen (geloofsopbouwend)
Precies. Bijzonder triest dat deze uitdrukking al niet meer begrepen wordt.Maanenschijn schreef:‘De mens er tussenuit preken’ is niets meer en niets minder dan zalig zijn en worden volledig toe te schrijven aan Christus’ borgwerk.
Alles wat je er meer of minder in leest in invulling die er niet is.
Re: Gelezen (geloofsopbouwend)
Ik denk dat ik het prima begrijp, zelfs de bedoeling. En ik zeg dat ik dat niet gereformeerd vind.
Los daarvan: een uitdrukking kan nog zo bekend zijn, als die niet juist is, moet je hem niet gebruiken.
Los daarvan: een uitdrukking kan nog zo bekend zijn, als die niet juist is, moet je hem niet gebruiken.
Re: Gelezen (geloofsopbouwend)
Dat is een totaal ander citaat. Dat gaat over verdienste. En er staat ook nog eens bij: 'in zichzelf'.J.C. Philpot schreef: ↑13 jul 2024, 10:54 Ik kan prima overweg met wat ds. Huijser daarover zegt.
Ik lees net bij een bekende oudvader:
Niets maakt de weg naar de hemel zo moeilijk dan dat hij zo gemakkelijk is. Wii zouden God wel willen dienen als onze werken invloed hadden op onze zaligheid. Wanneer ons kopergeld op de markt van vrije genade enige waarde had, zouden Wii gaarne de Heere dienen. Maar nu is alles om niet. Ons hoogmoedig hart wil er niet aan om genade als een vrij geschenk te ontvangen. Wii willen liever God en Zijn genade verlaten dan dat wij deze voor niets krijgen. Hoe gelukkig is hij, die in zichzelf niets wil zijn, opdat God alles in allen mag worden. „God wederstaat de hovaardige, maar de nederige geeft Hij genade."
100% Christus is de enige weg om zalig te worden. 99% Christus en 1% verdienste van de mens is voor eeuwig verloren.
Het grappige is dat er behalve erg vrijzinnige predikanten, geen dominees zijn die het zo vaak over de mens en zijn ervaringen hebben als de dominees die beweren dat ze de mens er volkomen tussenuit preken. Ze zijn zo druk met mensen snoeien dat ze aan de rest van het evangelie zelden toekomen.
Re: Gelezen (geloofsopbouwend)
Grappig? 

- Maanenschijn
- Berichten: 5219
- Lid geworden op: 01 jan 2016, 14:33
Re: Gelezen (geloofsopbouwend)
Met het risico de bekende rotonde op te gaan en te besluiten dat het allemaal een kwestie van definitie is, dan toch voor mijn begrip:
In de invulling die ik eerder gegeven heb, waar wijkt dit af van onderstaande tekst en wat is er ongereformeerd aan onderstaande?:
In de invulling die ik eerder gegeven heb, waar wijkt dit af van onderstaande tekst en wat is er ongereformeerd aan onderstaande?:
schreef: Maar dat anderen, door de bediening des Evangelies geroepen zijnde, komen en bekeerd worden, dat moet men den mens niet toeschrijven, alsof hij zichzelven door zijn vrijen wil zou onderscheiden van anderen, die met even grote of genoegzame genade tot het geloof en de bekering voorzien zijn , hetwelk de hovaardige ketterij van Pelagius stelt,; maar men moet het Gode toeschrijven, Die, gelijk Hij de Zijnen van eeuwigheid uitverkoren heeft in Christus, alzo ook dezelfden in den tijd krachtiglijk roept, met het geloof en de bekering begiftigt, en uit de macht der duisternis verlost zijnde, tot het Rijks Zijns Zoons overbrengt, opdat zij zouden verkondigen de deugden Desgenen, Die hen uit de duisternis geroepen heeft tot Zijn wonderbaar licht, en opdat zij niet in zichzelven, maar in den Heere zouden roemen, gelijk de apostolische schriften telkens getuigen.
Wie lege handen heeft, kan ze altijd vouwen.
Re: Gelezen (geloofsopbouwend)
Je weet heel goed dat Ds Huijser dat niet bedoelt, integendeel. Ik vind dit ronduit laster.
Ik hoop dat je deze uitspraak terugneemt.
- Maanenschijn
- Berichten: 5219
- Lid geworden op: 01 jan 2016, 14:33
Re: Gelezen (geloofsopbouwend)
Met dit laatste ben ik het wel eens. Helaas. Als het preken van de bevinding niet uitkomt bij Christus, eindigt het in de mens.DDD schreef:Dat is een totaal ander citaat. Dat gaat over verdienste. En er staat ook nog eens bij: 'in zichzelf'.J.C. Philpot schreef: ↑13 jul 2024, 10:54 Ik kan prima overweg met wat ds. Huijser daarover zegt.
Ik lees net bij een bekende oudvader:
Niets maakt de weg naar de hemel zo moeilijk dan dat hij zo gemakkelijk is. Wii zouden God wel willen dienen als onze werken invloed hadden op onze zaligheid. Wanneer ons kopergeld op de markt van vrije genade enige waarde had, zouden Wii gaarne de Heere dienen. Maar nu is alles om niet. Ons hoogmoedig hart wil er niet aan om genade als een vrij geschenk te ontvangen. Wii willen liever God en Zijn genade verlaten dan dat wij deze voor niets krijgen. Hoe gelukkig is hij, die in zichzelf niets wil zijn, opdat God alles in allen mag worden. „God wederstaat de hovaardige, maar de nederige geeft Hij genade."
100% Christus is de enige weg om zalig te worden. 99% Christus en 1% verdienste van de mens is voor eeuwig verloren.
Het grappige is dat er behalve erg vrijzinnige predikanten, geen dominees zijn die het zo vaak over de mens en zijn ervaringen hebben als de dominees die beweren dat ze de mens er volkomen tussenuit preken. Ze zijn zo druk met mensen snoeien dat ze aan de rest van het evangelie zelden toekomen.
Wie lege handen heeft, kan ze altijd vouwen.
Re: Gelezen (geloofsopbouwend)
Als je dan toch een testje doet, herschrijf het dan, want zo herken ik natuurlijk direct de DL.Maanenschijn schreef: ↑13 jul 2024, 11:20 Met het risico de bekende rotonde op te gaan en te besluiten dat het allemaal een kwestie van definitie is, dan toch voor mijn begrip:
In de invulling die ik eerder gegeven heb, waar wijkt dit af van onderstaande tekst en wat is er ongereformeerd aan onderstaande?:
schreef: Maar dat anderen, door de bediening des Evangelies geroepen zijnde, komen en bekeerd worden, dat moet men den mens niet toeschrijven, alsof hij zichzelven door zijn vrijen wil zou onderscheiden van anderen, die met even grote of genoegzame genade tot het geloof en de bekering voorzien zijn , hetwelk de hovaardige ketterij van Pelagius stelt,; maar men moet het Gode toeschrijven, Die, gelijk Hij de Zijnen van eeuwigheid uitverkoren heeft in Christus, alzo ook dezelfden in den tijd krachtiglijk roept, met het geloof en de bekering begiftigt, en uit de macht der duisternis verlost zijnde, tot het Rijks Zijns Zoons overbrengt, opdat zij zouden verkondigen de deugden Desgenen, Die hen uit de duisternis geroepen heeft tot Zijn wonderbaar licht, en opdat zij niet in zichzelven, maar in den Heere zouden roemen, gelijk de apostolische schriften telkens getuigen.
Het kernwoord in dit citaat is 'toeschrijven'. Maar dat wil niet zeggen dat het komen tot geloof en bekering buiten de mens om gaat en dat de mens daarin geen rol heeft.
Dat zal ds. Huijser in theorie ook wel vinden. Maar in de preken en ook in dit citaat wordt duidelijk dat hij daar niet zo'n scherp zicht op heeft.
- Maanenschijn
- Berichten: 5219
- Lid geworden op: 01 jan 2016, 14:33
Re: Gelezen (geloofsopbouwend)
Testje? Waarom zou ik een testje willen doen?DDD schreef:Als je dan toch een testje doet, herschrijf het dan, want zo herken ik natuurlijk direct de DL.Maanenschijn schreef: ↑13 jul 2024, 11:20 Met het risico de bekende rotonde op te gaan en te besluiten dat het allemaal een kwestie van definitie is, dan toch voor mijn begrip:
In de invulling die ik eerder gegeven heb, waar wijkt dit af van onderstaande tekst en wat is er ongereformeerd aan onderstaande?:
schreef: Maar dat anderen, door de bediening des Evangelies geroepen zijnde, komen en bekeerd worden, dat moet men den mens niet toeschrijven, alsof hij zichzelven door zijn vrijen wil zou onderscheiden van anderen, die met even grote of genoegzame genade tot het geloof en de bekering voorzien zijn , hetwelk de hovaardige ketterij van Pelagius stelt,; maar men moet het Gode toeschrijven, Die, gelijk Hij de Zijnen van eeuwigheid uitverkoren heeft in Christus, alzo ook dezelfden in den tijd krachtiglijk roept, met het geloof en de bekering begiftigt, en uit de macht der duisternis verlost zijnde, tot het Rijks Zijns Zoons overbrengt, opdat zij zouden verkondigen de deugden Desgenen, Die hen uit de duisternis geroepen heeft tot Zijn wonderbaar licht, en opdat zij niet in zichzelven, maar in den Heere zouden roemen, gelijk de apostolische schriften telkens getuigen.
Het kernwoord in dit citaat is 'toeschrijven'. Maar dat wil niet zeggen dat het komen tot geloof en bekering buiten de mens om gaat en dat de mens daarin geen rol heeft.
Dat zal ds. Huijser in theorie ook wel vinden. Maar in de preken en ook in dit citaat wordt duidelijk dat hij daar niet zo'n scherp zicht op heeft.
Ik vind dat je draait. Ik heb benoemd: dat zalig worden en zijn alleen plaats vind door het borgwerk van Christus. En dat dat is wat ds. Huijser bedoelt. Dat is ook de klassieke opvatting van ‘de mens er tussenuit (preken)’.
Dat is niets meer en niets minder dan wat mijn citaat weergeeft en is daarmee voluit gereformeerd. Dat was het punt. Al het overige wat je noemt is ruis en lijdt af van dit punt.
Wie lege handen heeft, kan ze altijd vouwen.
Re: Gelezen (geloofsopbouwend)
Ik betwijfel of hij dat bedoelt. Hij zegt het in ieder geval niet, en hij preekt ook niet zo.
Ik vind dat je heel veel voor hem invult.
Bovendien: als dat het zou zijn, dan zou dat ook helemaal zo uniek niet zijn dat het het vermelden waard is.
Ik vind dat je heel veel voor hem invult.
Bovendien: als dat het zou zijn, dan zou dat ook helemaal zo uniek niet zijn dat het het vermelden waard is.
- Maanenschijn
- Berichten: 5219
- Lid geworden op: 01 jan 2016, 14:33
Re: Gelezen (geloofsopbouwend)
DDD schreef:Ik betwijfel of hij dat bedoelt. Hij zegt het in ieder geval niet, en hij preekt ook niet zo.
Ik vind dat je heel veel voor hem invult.
Bovendien: als dat het zou zijn, dan zou dat ook helemaal zo uniek niet zijn dat het het vermelden waard is.

Ik heb slechts twee preken van hem gehoord, dat maakt dat ik voorzichtig ben in mijn uitspraken over zijn preken.
Ik ken zijn vrouw vanuit mijn jeugd, ik ken zijn ouderlijk gezin een beetje vanuit familievriendschap. Het interview past daar naadloos in. Een zachtaardig en kwetsbaar persoon, die (en dat zijn een pré wat mij betreft) zich verbonden voelt aan Philpot (iets wat hij overgenomen heeft van zijn schoonvader) en Kohlbrugge leest.
Het zou een zegen zijn dat hij van beide prekers de kernpunten meeneemt op de preekstoel. Misschien moet hij die vrijheid nog gaan krijgen.
Wie lege handen heeft, kan ze altijd vouwen.
Re: Gelezen (geloofsopbouwend)
Wulfert Floor schreef: Iemand mocht zeggen: Indien de bekering alleen het voorrecht is der uitverkorenen, waarom wekt gij dan deze hele vergadering op om de toevlucht tot de Heere te nemen, daar het toch voor de meesten vruchteloos is? Voor dezulken heb ik het volgende antwoord: Zegt mij, wie er in het midden van deze vergadering is, van wie gij mij met volle zekerheid kunt zeggen, dat hij of zij niet is uitverkoren. Wijst mij de persoon aan, die gij weet, dat zeker verworpen is, dan zal ik hem ook nooit weer op Christus wijzen, ook zal ik hem nooit zijn deerniswaardige toestand weer voorstellen: ook zal ik nooit weer voor hem bidden, evenmin als ik voor de rampzalige duivel bidden zal; maar zolang gij mij dit niet zeggen kunt, wens ik ook mijn ogen voor Gods verborgen raad toe te houden, en met Mozes te zeggen: De verborgen dingen zijn voor de Heere, en de geopenbaarde voor ons en onze kinderen tot in eeuwigheid, om te houden alle de woorden dezer wet.
Re: Gelezen (geloofsopbouwend)
Heel gelukkig vind ik bovenstaand citaat niet (hoewel ik niet weet wat hij in het vervolg nog schrijft). De vraag waarom iedereen opgeroepen wordt om de toevlucht tot de Heere te nemen, terwijl niet iedereen dat doet, is niet zozeer kritiek op Wulfert Floor als wel op God. God gebiedt immers om aan alle mensen te preken en om zo velen te roepen. Deze vraag gaat uit van onjuiste veronderstellingen, alsof God iets doet of beveelt wat nutteloos is als wij dat niet kunnen begrijpen of het niet efficiënt vinden, alsof wij God kunnen begrijpen en alsof wij het recht hebben om God ter verantwoording te roepen.
God gebiedt om alle mensen het Evangelie te verkondigen. Dat is Gods bevel, maar als je antwoord dan is dat je niet aan Gods bevel zou doen als je dingen zou weten die je nu niet weet (namelijk wie er verworpen is), dan vind ik dat wel wat bedenkelijk.
God gebiedt om alle mensen het Evangelie te verkondigen. Dat is Gods bevel, maar als je antwoord dan is dat je niet aan Gods bevel zou doen als je dingen zou weten die je nu niet weet (namelijk wie er verworpen is), dan vind ik dat wel wat bedenkelijk.
- J.C. Philpot
- Berichten: 10060
- Lid geworden op: 22 dec 2006, 15:08
Re: Gelezen (geloofsopbouwend)
In de kerkbode van Opheusden, Kesteren en Lienden stond in het nummer dat zaterdag 8 november 1990 verscheen, de volgende bijdrage van mijn hand. Ik geef hem met een aantal kleine wijzigingen door.
De laatste Bijbellezing was er een vraag of het mogelijk is dat mensen met vreugde en blijdschap over Gods genade spreken, terwijl ze zelf in het gemis leven, ja soms voor hun eigen gevoel alles missen. Deze vraag is heel belangrijk. Daarom schenk ik er ook in de kerkbode aandacht aan. Het komt namelijk inderdaad voor, dat mensen van harte tevreden zijn met de weg van verzoening door voldoening en toch niet durven belijden dat zij zelf gereinigd zijn door Christus' bloed.
De Schotse predikant Kenneth Macrae (1883-1963) heeft zijn leven lang een dagboek bijgehouden. Na zijn dood is een selectie daaruit gepubliceerd. In dit dagboek maakt hij ergens een opmerking over een man, die hij ontmoette op het eiland Skye. Met eerbied en diepe ontroering sprak deze man over de heiligheid van God, de verdorvenheid van zijn hart en lieflijkheid van Christus. Het ergste is, zo zei hij tenslotte onder tranen, dat ik nog overal buiten sta. Macrae schrijft dan in zijn dagboek: "Alles wat de man zei was waar, behalve het laatste".
Is het mogelijk, dat iemand heilig verheugd is over het Middelaarswerk van Christus zonder er zelf deel aan te hebben? We moeten twijfel nooit goed praten. Maar elke ware gelovige heeft te strijden tegen zijn twijfelzieke hart. Beter is een waar geloof vermengd met veel twijfel, dan helemaal geen geloof of een ingebeeld geloof. Geloven betekent trouwens niet allereerst dat je zeker bent van je eigen christen-zijn, maar dat je zeker bent van Gods genade in Christus.
Wat baat ons de zekerheid dat wij een christen zijn, als we niet geleerd hebben als een doemwaardig zondaar tot Christus te vluchten?! De zekerheid die we dan bezitten, is een zekerheid zonder fundament. Het is niet de zekerheid die door de Heilige Geest wordt gewerkt. Toen de kamerling begeerde om gedoopt te worden, beleed hij niet: "Ik geloof dat ik een kind van God ben", maar "Ik geloof dat Jezus de Zoon van God is".
Het is zeker waar dat iedereen die door een oprecht geloof tot Christus heeft leren vluchten een kind van God is. Het leunen op Christus, het roemen in vrije gunst alleen dient echter centraal te staan, de zekerheid van het eigen christen-zijn is daaraan onlosmakelijk verbonden, maar tegelijkertijd ook daaraan ondergeschikt.
Ik kan hier nog aan toevoegen dat er uiteindelijk een wezenlijk verschil is tussen het bewustzijn van een kind van God en van al degenen die niet zijn wedergeboren tot een levende hoop. Echter niet al Gods kinderen durven zichzelf daarvoor te houden. Allerlei factoren spelen daarbij een rol. Verwarde inzichten, een onheldere prediking waar men onder opgaat, mensenvrees, karakterstructuur, enz.
Dit is zeker, hoe verder de Zon der gerechtigheid opgaat in ons leven, des te meer licht krijgen we ook over onze levensweg. Dan gebeurt het nog al eens, dat we gaan zien dat de Heere ons reeds getrokken had uit de duisternis tot het licht toen wij het er nog niet voor konden houden. Als God met ons begint, zijn we namelijk zo vervuld met wat Hij doet, dat we aan onszelf nog niet direct toekomen.
Ik besluit dit stukje met een voorval uit het leven van Luther. Ik moet er eerlijk bij zeggen dat ik niet weer of het echt gebeurd is. Ik heb het zelf bij Luther niet kunnen terugvinden en ook Lutherkenners konden mij niet helpen. Ds. Jac. van Dijk (1913-1984) vertelt het in een van zijn preken, maar het kan best een apocriefe anekdote zijn. Dan nog is hij de moeite waard om te worden doorgegeven. Het is in ieder geval een anekdote die de geest van Luther ademt.
Volgens Van Dijk kreeg Luther eens een brief van een gewezen priester die de leer van vrije genade had leren verstaan en die leer ook was gaan verkondigen. Nu schreef die priester hem dat hij nog meer dan eens worstelde met de vraag of hij zelf wel gereinigd was door het bloed van Christus, dat hij aan zijn gemeente als enige grond van zaligheid aanprees. Hierop kreeg hij een zeer opmerkelijk antwoord. Luther schreef hem namelijk dat de brief hem zeer verblijd had. Hij mocht nu weten dat hij niet de enige was die met deze aanvechting had te kampen en moedigde de gewezen priester aan zich telkens opnieuw aan Christus vast te klemmen.
Bron: weblog Dr. P. de Vries
De laatste Bijbellezing was er een vraag of het mogelijk is dat mensen met vreugde en blijdschap over Gods genade spreken, terwijl ze zelf in het gemis leven, ja soms voor hun eigen gevoel alles missen. Deze vraag is heel belangrijk. Daarom schenk ik er ook in de kerkbode aandacht aan. Het komt namelijk inderdaad voor, dat mensen van harte tevreden zijn met de weg van verzoening door voldoening en toch niet durven belijden dat zij zelf gereinigd zijn door Christus' bloed.
De Schotse predikant Kenneth Macrae (1883-1963) heeft zijn leven lang een dagboek bijgehouden. Na zijn dood is een selectie daaruit gepubliceerd. In dit dagboek maakt hij ergens een opmerking over een man, die hij ontmoette op het eiland Skye. Met eerbied en diepe ontroering sprak deze man over de heiligheid van God, de verdorvenheid van zijn hart en lieflijkheid van Christus. Het ergste is, zo zei hij tenslotte onder tranen, dat ik nog overal buiten sta. Macrae schrijft dan in zijn dagboek: "Alles wat de man zei was waar, behalve het laatste".
Is het mogelijk, dat iemand heilig verheugd is over het Middelaarswerk van Christus zonder er zelf deel aan te hebben? We moeten twijfel nooit goed praten. Maar elke ware gelovige heeft te strijden tegen zijn twijfelzieke hart. Beter is een waar geloof vermengd met veel twijfel, dan helemaal geen geloof of een ingebeeld geloof. Geloven betekent trouwens niet allereerst dat je zeker bent van je eigen christen-zijn, maar dat je zeker bent van Gods genade in Christus.
Wat baat ons de zekerheid dat wij een christen zijn, als we niet geleerd hebben als een doemwaardig zondaar tot Christus te vluchten?! De zekerheid die we dan bezitten, is een zekerheid zonder fundament. Het is niet de zekerheid die door de Heilige Geest wordt gewerkt. Toen de kamerling begeerde om gedoopt te worden, beleed hij niet: "Ik geloof dat ik een kind van God ben", maar "Ik geloof dat Jezus de Zoon van God is".
Het is zeker waar dat iedereen die door een oprecht geloof tot Christus heeft leren vluchten een kind van God is. Het leunen op Christus, het roemen in vrije gunst alleen dient echter centraal te staan, de zekerheid van het eigen christen-zijn is daaraan onlosmakelijk verbonden, maar tegelijkertijd ook daaraan ondergeschikt.
Ik kan hier nog aan toevoegen dat er uiteindelijk een wezenlijk verschil is tussen het bewustzijn van een kind van God en van al degenen die niet zijn wedergeboren tot een levende hoop. Echter niet al Gods kinderen durven zichzelf daarvoor te houden. Allerlei factoren spelen daarbij een rol. Verwarde inzichten, een onheldere prediking waar men onder opgaat, mensenvrees, karakterstructuur, enz.
Dit is zeker, hoe verder de Zon der gerechtigheid opgaat in ons leven, des te meer licht krijgen we ook over onze levensweg. Dan gebeurt het nog al eens, dat we gaan zien dat de Heere ons reeds getrokken had uit de duisternis tot het licht toen wij het er nog niet voor konden houden. Als God met ons begint, zijn we namelijk zo vervuld met wat Hij doet, dat we aan onszelf nog niet direct toekomen.
Ik besluit dit stukje met een voorval uit het leven van Luther. Ik moet er eerlijk bij zeggen dat ik niet weer of het echt gebeurd is. Ik heb het zelf bij Luther niet kunnen terugvinden en ook Lutherkenners konden mij niet helpen. Ds. Jac. van Dijk (1913-1984) vertelt het in een van zijn preken, maar het kan best een apocriefe anekdote zijn. Dan nog is hij de moeite waard om te worden doorgegeven. Het is in ieder geval een anekdote die de geest van Luther ademt.
Volgens Van Dijk kreeg Luther eens een brief van een gewezen priester die de leer van vrije genade had leren verstaan en die leer ook was gaan verkondigen. Nu schreef die priester hem dat hij nog meer dan eens worstelde met de vraag of hij zelf wel gereinigd was door het bloed van Christus, dat hij aan zijn gemeente als enige grond van zaligheid aanprees. Hierop kreeg hij een zeer opmerkelijk antwoord. Luther schreef hem namelijk dat de brief hem zeer verblijd had. Hij mocht nu weten dat hij niet de enige was die met deze aanvechting had te kampen en moedigde de gewezen priester aan zich telkens opnieuw aan Christus vast te klemmen.
Bron: weblog Dr. P. de Vries
Man is nothing: he hath a free will to go to hell, but none to go to heaven, till God worketh in him to will and to do of His good pleasure.
George Whitefield
George Whitefield