De prediking van het Evangelie
Re: De prediking van het Evangelie
Overigens is het wel interessant je af te vragen wat nu precies het begrip 'belofte' inhoudt in dit verband. Betekent het dat Gods iets doen zál of dat Hij iets doen wíl? Of dat Hij iets geven zál of dat Hij iets geven wíl? En zo ja, wát doet Hij dan of wat geeft Hij dan?
Zo'n woord kan een eigen leven gaan leiden en dan is het niet altijd duidelijk wat we nog bedoelen.
Zo'n woord kan een eigen leven gaan leiden en dan is het niet altijd duidelijk wat we nog bedoelen.
- Bert Mulder
- Berichten: 9098
- Lid geworden op: 28 aug 2006, 22:07
- Locatie: Grace URC Leduc Alberta Canada
- Contacteer:
Re: De prediking van het Evangelie
Precies....Willem schreef:Maar de Schrift zegt in Joh 5 vers 25. "Voorwaar, voorwaar zeg Ik u: De ure komt, en is nu, wanneer de doden zullen horen de stem des Zoons Gods, en die ze gehoord hebben, zullen leven"Bert Mulder schreef:nee, het is om de genade, die wij om niet ontvangen. Een aanbod heeft een dode zondaar niks aan.
Dus roep maar niet te hard dat een dode zondaar niets heeft aan een aanbod. Er is een spreekwoord wat zegt: "An offer you cannot refuse". Er is - Goddank - een werkelijkheid die die spreekwoord volmaakt invult.
En daar maak je weer duidelijk is, dat het niet gaat om een aanbod dat aangenomen moet worden, maar dat het een eenzijdig Godswerk is.
Uit genade zijt gij zalig geworden!
Mijn enige troost is, dat ik niet mijn, maar Jezus Christus eigen ben, Die voor mijn zonden betaald heeft, en zo bewaart, dat alles tot mijn zaligheid dienen moet; waarom Hij mij ook door Zijn Heilige Geest van eeuwig leven verzekert, en Hem voortaan te leven van harte willig en bereid maakt.
Re: De prediking van het Evangelie
De vraag is maar wat je onder 'aanbod' verstaat. Goed geformuleerd is het zo dat het aannemen van het aanbod een eenzijdig Godswerk is.Bert Mulder schreef:Precies....Willem schreef:Maar de Schrift zegt in Joh 5 vers 25. "Voorwaar, voorwaar zeg Ik u: De ure komt, en is nu, wanneer de doden zullen horen de stem des Zoons Gods, en die ze gehoord hebben, zullen leven"Bert Mulder schreef:nee, het is om de genade, die wij om niet ontvangen. Een aanbod heeft een dode zondaar niks aan.
Dus roep maar niet te hard dat een dode zondaar niets heeft aan een aanbod. Er is een spreekwoord wat zegt: "An offer you cannot refuse". Er is - Goddank - een werkelijkheid die die spreekwoord volmaakt invult.
En daar maak je weer duidelijk is, dat het niet gaat om een aanbod dat aangenomen moet worden, maar dat het een eenzijdig Godswerk is.
Uit genade zijt gij zalig geworden!
En zo kun je uren langs elkaar heen praten...
-
- Berichten: 2198
- Lid geworden op: 09 mar 2010, 13:37
Re: De prediking van het Evangelie
Nu voorts eer wij tot het verhandelen komen, moeten wijAnder schreef:Met Bert zeg ik: geef mij een wat ruimer citaat.
zien, hoe deze titel Christus past, van Wie men weet, dat
Hij de deur is ten eeuwigen leven: dat Hij zij een steen des
aanstoots, en een rots der ergernis. Hoe het ook komt, dat
de leer des Evangelies, die de enige weg der zaligheid is,
met zovele ergernissen altijd verenigd zij.
Dit zal klaarder blijken, zo wij onze aanvang nemen van
de beschrijving van het schandaal of de ergernis. Omdat
de manier om te leven, ons van God voorgeschreven, bij
een weg of loopbaan vergeleken wordt, die wij volgen moeten
(1 Cor. 9 :24): zo is hieruit een andere manier van
spreken voortgekomen, dat alle beletselen, die ons of van
de rechte loop afleiden, of door haar tegenwerping vertragen,
of maken dat wij struikelen ergernissen genoemd
worden. Zeker geen van deze past op Christus, noch op
Zijn Evangelie, 't Ambt van Christus is ons recht tot de
Vader als met de hand te leiden. Wat meer is, Hij is het
licht der wereld, dat ons daarheen bestuurt en de weg wijst,
waardoor wij daar komen (Joh. 12 : 35 en 46) : de deur
waardoor wij daar in gaan (Joh. 10 : 9). De eigenschap van
het Evangelie is, alles weg te nemen, wat ons belet, ons een
gemakkelijke toegang te openen in het rijk Gods. Zo is er
dan niets dat Christus of Zijn Evangelie minder toekomt,
dan de naam van ergernis. Het is buiten alle twijfel, zo
Christus in Zichzelf overwogen wordt, dat er geen ding
meer tegen Zijn eigenschap strijdt, dan ergernis. Hetwelk
ook van het Evangelie te gevoelen is. Maar 't komt door de
boosheid der mensen, dat zo haast als Christus van verre
gezien wordt, dat ze van alle kanten met ergernissen aangevochten
worden, of liever dat ze zelf daarin lopen. Zo is
Hij dan een steen der ergernis, niet omdat Hij Zelf oorzaak
geeft om te stoten, maar omdat Hij tot zulk een oorzaak
getrokken wordt. Zo ook het Evangelie, naardien het de
leer van vrede en van eendracht is, zo is het nochtans de
oorzaak van grote beroerte, omdat de goddelozen daaruit
oorzaak nemen tot oproer en twist. Het zou nu onredelijk,
ja meer dan onbillijk zijn, aan Christus geheel toe te eigenen,
opdat Hij de schuld en het verwijt daarvan zou dragen,
dat van anderen voortkomt. En dat is het wat Petrus zegt:
Wordt getimmerd tot een geestelijk huis, gevoegd bij die
een levendige Steen is, van de mensen wel verworpen,
maar van God uitverkoren; U ook kostelijk die gelooft,
maar die niet geloven is Hij een Steen, die de bouwlieden
hebben verworpen, een steen waaraan zij zich stoten, een
Rots, waarop zij zich kneuzen (1 Petr. 2 : 5). Ziet hoe Christus
Zich alle mensen aanbiedt tot een fundament, opdat ze
tot Gods tempel mochten opgebouwd worden. Zo is er dan
geen ergernis, maar waarom ergeren zij zich dan? Omdat
ze met een blinde aanval geheel wederspannig tegen Hem
aanlopen, in Wien ze vredig behoorden gerust te wezen.
Nochtans zien wij, hoe ook de boosheid of verdorvenheid
der mensen zij, dat hetgeen dat Christus bij een toeval toekomt,
Hem niet minder verordineerd is, dan alsof het met
Zijn ambt het allermeest overeenkwam. Nu kom ik aan
hen, die anders het Evangelie van Christus wel aannemen,
maar willen het nochtans zonder ergernis hebben. Ik handel
over christenen: willen ze Christus van alle ergernis
afgezonderd hebben? Laten ze zich dan een ander maken.
Want geen ander kan de Zone Gods zijn, dan Hij in de
Schriftuur gepredikt wordt. Of laten ze het vernuft en de
zinnen der mensen veranderen en de gehele wereld goed
maken. Wij horen wat de Schrift verkondigt. En dit slaat
niet alleen op de persoon van Christus, maar op Zijn ganse
leer. Het is ook aan geen zekere tijd gebonden, maar het
zal duren zolang de leer zijn loop heeft. Hoe verzekerd zijn
ze dan, die de leer van het Evangelie, die heden ten dage
weer opnieuw bloeit, om geen andere oorzaak verachten
en verwerpen, dan omdat ze daarin vervat vinden, hetgeen
door de profeten en apostelen voorzegd is. Ondertussen willen
ze toch voor goede Christenen geacht worden. Hadden
zij geleefd in het eerste begin van het Evangelie, toen allerhande
ergernissen uit het Evangelie, de een op de ander,
voortkwam, hoe spoedig zouden zij zich wel verre van
Christus gemaakt hebben. Wat een grote schrik zouden ze
gehad hebben, daar hun de pest zou zijn aangewaaid, zo zij
het maar even hadden aangeraakt. Is het dat ze zeggen, dat
zij het toen niet gedaan zouden hebben, waarom zijn ze dan
nu zo teer? Waarom kennen ze nu ook niet dezelfde merktekenen
van Christus? Ja maar ergernis is hatelijk en verschrikkelijk
voor mensen, die naar zedigheid en bescheidenheid
staan. Wie zegt daar wat tegen? Ik zeg ook niet dat
men zelf ergernis zal begeren; laten wij ze vlieden zoveel
wij vermogen. Maar een Christen moet in zijn hart alzo
gewapend zijn, dat welke ergernissen daar ook uitbarsten,
dat hij evenwel staan blijve, opdat hij zelfs de kleinste
vinger niet van Christus afkere. Die zich tot deze standvastigheid
niet heeft aangesteld, dat hij onoverwinnelijk
door alle ergernissen kan passeren, die verstaat nog niet
wat met recht een christen is. Ja maar, het is al wat zwaar
de ergernissen tegen te staan, temeer zo wij onze zeer tedere
zwakheid aanzien. Ik sta het wel toe. Maar te begeren
van zulk een ongemak ontslagen te zijn, die wij zien, dat de
waardige heilige Naam van Christus en Zijn Evangelie
onderworpen is, dat strijdt geheel tegen recht en reden.
Daarom, die heden ten dage die ergernissen de schuld
willen geven, waarom zij de reine leer des Evangelies, die
wij prediken, niet durven aannemen, ja ervan schrikken om
daar heen te gaan, die wil ik allen vermaand hebben, dat ze
zich geen afgod in Christus' plaats verdichten. Want dit
moet onbewegelijk blijven: Zo wij alle ergernissen willen
ontvlieden, dat wij dan Christus geheel moeten verzaken,
Dewelke de Zaligmaker der wereld (Luc. 2 :11), het Fundament
der kerk, noch de rechte Christus niet zou zijn, zo
Hij geen Rots der ergernis ware (1 Petr. 2:7).
Hoewel ik weet, dat er vierderlei mensen zijn, die de ergernissen
van Christus afkeren, of die immers onder zulk een
schijn het Evangelie vijand zijn. De schrik der ergernissen,
die veelal aangeboren is uit een natuurlijke stemmigheid,
houdt sommigen zo tegen, dat ze het Evangelie niet eens
durven proeven. Anderen die luier en minder leergierig
zijn, verhinderen het nochtans meer door zorgeloosheid,
dan door moedwillige boosheid, en dat zo zeer omdat ze
niet tot rede willen komen, maar hun zaak hardnekkig willen
staande houden, onder de schijn van ergernissen. Maar
zeer velen zijn dronken van hoogmoed en verkeerde waanwijsheid
(omdat ze van de rechte wijsheid veraf zijn) dewelken
hun opgeblazenheid ergernis is. Ook zijn er, die met
moedwillige en overgegevene goddeloosheid alle ergernissen
bijeenbrengen en ook vele fantaseren. En dat niet zozeer
omdat ze ergernissen haten, maar het Evangelie, mochten
zij het zo slechts zijn eer ontnemen. Ja wat meer is, als
zij zelf de ergernissen opwekken, zo dringen zij nochtans
zonder schaamte het Evangelie de nijd op het lijf.
Van zulke lasteringen kan men zien, dat Sadeler, Eccij,
Pighij, Cochlaei, en dergelijke boeken geheel vol zijn. De
eerste en tweede soort moet ik wat zacht behandelen, de
derde en laatste met grote bestraffing verdrijven. Want wat
zou het toch, ik zeg niet voor goedhartigheid, (want wat
voor goedertierenheid zou men van zulke afzichtelijke
beesten verwachten?) maar schaamteloosheid zijn, zulke
lelijke schandelijkheid de Zoon van God toe te eigenen,
waarvan zij zelf alle schuld hebben? Doch hiervan zullen
wij hierna spreken.
Alleen heb ik vooraf willen waarschuwen, met wat mensen
ik voorgenomen héb te handelen, opdat al degenen, die dit
lezen daaruit mogen oordelen, wat hun in dit boekje te
wachten staat. De zwakken en onervarenen zullen hier
vinden, waarmee zij zich behoren te wapenen, om de ergernissen
te overwinnen. De onvromen zullen daarin vinden,
dat genoeg is om hun schendende lasteringen te dempen,
daar ze God Zijn eer niet verminderen, 't Is veel wat ik
beloof. Maar niettemin vertrouw ik, dat ik genoeg zal doen,
die in gerechtigheid onpartijdig zullen oordelen. Want ik
heb in het geheel niet te hopen, dat ik al de gebreken der
mensen zou kunnen verhelpen en genezen. En ik heb ook
van grote zotheid bestraft, dat iemand wilde proberen te
maken, dat Christus de goddelozen geen ergernis zij. De
Schrift moet vervuld worden, die het voorzegd heeft te
zullen geschieden. Noch ook verwacht ik geen andere uitkomst
van dit werk, dan dat de razernij van zulke lieden
meer en meer in vlam en vuur ontsteke, maar ik heb mijn
oogmerk op de zwakken, welker geloof, gelijk als zij het
wankelende maken, wij evenzo als met de hand ondersteunen
moeten en staande houden.
Wat nu aangaat degenen, waar geen hoop voor is, zal het
mij genoeg zijn, zo ik hun moedwillige dartelheid bedwing
of immers make, dat dat voortvretende venijn niet verder
spruit (daar zij sterk worden om Gods Woord hatelijk te
maken).
Re: De prediking van het Evangelie
GJdebruijn, ik val Calvijn van harte bij. Maar dat zal geen verrassing zijn.
In het begin van deze topic werd de tekst uit 2 Korinthe 5:20 zo zijn wij dan gezanten van Christusweg, alsof God door ons bade; wij bidden u van Christuswege: Laat u met God verzoenen. genoemd. Laat de meditatie van De Wachter van deze week (ds. M. Krijgsman) nu handelen over deze tekst:
In het begin van deze topic werd de tekst uit 2 Korinthe 5:20 zo zijn wij dan gezanten van Christusweg, alsof God door ons bade; wij bidden u van Christuswege: Laat u met God verzoenen. genoemd. Laat de meditatie van De Wachter van deze week (ds. M. Krijgsman) nu handelen over deze tekst:
De Wachter Sions, 3 maart 2011 schreef:(...)O, vijanden van God en Zijn gezalfde Koning, heden ontvouwen wij dit genadige smeekschrift voor uw ogen en oren! Dit smeekschrift is getekend door de Koning der koningen, en is verzegeld met Zijn dierbaar bloed. Durft u Hem nog langer tegen te staan? Durft u bestaan te twisten met Zijn kracht? Deze koning, Die op de doorluchte dag van Zijn wederkomst ten oordeel opdracht zal geven om Zijn vijanden voor zijn voeten dood te slaan (Luk. 19:27), geeft Zijn knechten heden nog de opdracht om u te bidden: Laat u met Mij verzoenen. Wendt U naar mij toe, wordt behouden, alle gij einden der aarde, want Ik ben God en niemand meer (Jes. 45:22) Dit evangelie der verzoening wordt u allen nog verkondigd. Zie toe dat gij Dien Die door middel van Zijn knechten spreekt, niet verwerpt. Bekeert u, bekeert u van uw boze wegen, want waarom zoudt gij sterven? Weet echter dat u door het louter uitwendige horen van dit evangelie niet behouden zult worden van de toekomende toorn. Hoe noodzakelijk is het dat u deze roepstem tot bekering en verzoening in de binnenkamer van uw hart zult horen weerklinken, en u zich door ontdekkende genade als een vijand van God zult leren kennen! Dat uw hele leven buiten God enkel vijandschap is geweest tegen God, ja, zelfs ook uw godsdienst. Daarmee hebt u immers niet Gods eer op het oog gehad, maar uw eigen behoud. Zo moeten uw gerechtigheden een wegwerpelijk kleed worden, opdat u als een naakte en gans verloren zondaar aan de zijde Gods terecht zult komen.
(...)
Heden mogen wij die gezegende Persoon nog in Zijn uitnemendheid, bekwaamheid, gewilligheid aan u voorstellen om de zwartste, de schuldigste en vuilste zondaar onder u te wassen en te reinigen in Zijn dierbaar Bloed. Bent u zwart van de zonden? Welnu, in Christus is een Fontein geopend tegen de zonde en tegen de onreinheid. Zijn uw zonden zo rood als karmozijn? Hoort dan de lieflijke nodiging van Hem tegen Wie u deze zonden bedreven hebt: Komt dan, en laat ons tezamen rechten, zegt de HEERE; al waren uw zonden als scharlaken, zij zullen wit worden als sneeuw, al waren zij rood als karmozijn, zij zullen worden als witte wol. (Jes. 1:18)
Geliefde lezers, wie u ook bent, hetzij laag van staat, of hoog, met eer bekroond; hetzij rijk of arm, komt luistert naar dit evangeliewoord dat wij u heden nog in Zijn Naam bekendmaken. Wij bidden u van Christuswege, alsof God door ons bade: Laat u met God verzoenen.
Re: De prediking van het Evangelie
@Ander: Onderschrijf je ook de goedwilligheid van God tegenover allen? Of is God in wezen slechts goedwillig jegens de uitverkorenen?
Re: De prediking van het Evangelie
Dat lijdt geen twijfel: jegens allen. Ik vind het ook een rare vraag, eigenlijk.memento schreef:@Ander: Onderschrijf je ook de goedwilligheid van God tegenover allen? Of is God in wezen slechts goedwillig jegens de uitverkorenen?
Re: De prediking van het Evangelie
Ik vraag dit, omdat juist het ontkennen van de goedwilligheid van God jegens allen ertoe geleid heeft dat mensen het algemeen en welmenend aanbod zijn gaan ontkennen.Ander schreef:Dat lijdt geen twijfel: jegens allen. Ik vind het ook een rare vraag, eigenlijk.memento schreef:@Ander: Onderschrijf je ook de goedwilligheid van God tegenover allen? Of is God in wezen slechts goedwillig jegens de uitverkorenen?
De redenering is dan: God is onveranderlijk. God is oprecht. Daaruit volgt dat uiteindelijk maar één wil heeft. De Schrift is er duidelijk in dat alleen de uitverkorenen zalig worden. God wil dus niet dat de anderen zalig worden. Daarom kan er ook geen welmenend aanbod zijn, omdat God helemaal niet wil dat de niet-uitverkorenen het evangelie aannemen. In wezen is God dus alleen goedwillig tegenover de uitverkorenen.
Re: De prediking van het Evangelie
Goedwilligheid? Buiten Christus is God een verterend Vuur en een eeuwige Gloed bij Wie niemand wonen kan.memento schreef:@Ander: Onderschrijf je ook de goedwilligheid van God tegenover allen? Of is God in wezen slechts goedwillig jegens de uitverkorenen?
Re: De prediking van het Evangelie
"Alzo lief heeft God de wereld gehad..."Erasmiaan schreef:Goedwilligheid? Buiten Christus is God een verterend Vuur en een eeuwige Gloed bij Wie niemand wonen kan.memento schreef:@Ander: Onderschrijf je ook de goedwilligheid van God tegenover allen? Of is God in wezen slechts goedwillig jegens de uitverkorenen?
Re: De prediking van het Evangelie
Dat is zeker Bijbels, maar gelukkig niet alléén dat!Erasmiaan schreef:Goedwilligheid? Buiten Christus is God een verterend Vuur en een eeuwige Gloed bij Wie niemand wonen kan.memento schreef:@Ander: Onderschrijf je ook de goedwilligheid van God tegenover allen? Of is God in wezen slechts goedwillig jegens de uitverkorenen?
Dordtse Leerregels:
1-2. Maar hierin is de liefde Gods geopenbaard, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon in de wereld gezonden heeft, opdat een iegelijk, die in Hem gelooft, niet verderve, maar het eeuwige leven hebbe (1 Joh. 4:9; Joh. 3:16).
1-4. Die dit Evangelie niet geloven, op die blijft de toorn Gods. Maar die het aannemen en den Zaligmaker Jezus met een waarachtig en levend geloof omhelzen, die worden door Hem van den toorn Gods en van het verderf verlost, en met het eeuwige leven begiftigd (Joh. 3:36, Mark. 16:16).
Re: De prediking van het Evangelie
't Is maar hoe je het opvat. Allebei is waar namelijk. God zegent mens en beest en doet Zijn hulp nooit vrucht'loos vergen.Afgewezen schreef:"Alzo lief heeft God de wereld gehad..."Erasmiaan schreef:Goedwilligheid? Buiten Christus is God een verterend Vuur en een eeuwige Gloed bij Wie niemand wonen kan.memento schreef:@Ander: Onderschrijf je ook de goedwilligheid van God tegenover allen? Of is God in wezen slechts goedwillig jegens de uitverkorenen?
Re: De prediking van het Evangelie
Ja, maar voor de beesten heeft God Zijn Zoon niet overgegeven...Ander schreef:'t Is maar hoe je het opvat. Allebei is waar namelijk. God zegent mens en beest en doet Zijn hulp nooit vrucht'loos vergen.Afgewezen schreef:"Alzo lief heeft God de wereld gehad..."Erasmiaan schreef:Goedwilligheid? Buiten Christus is God een verterend Vuur en een eeuwige Gloed bij Wie niemand wonen kan.memento schreef:@Ander: Onderschrijf je ook de goedwilligheid van God tegenover allen? Of is God in wezen slechts goedwillig jegens de uitverkorenen?
Re: De prediking van het Evangelie
De beesten (ik zeg liever dierenAnder schreef:'t Is maar hoe je het opvat. Allebei is waar namelijk. God zegent mens en beest en doet Zijn hulp nooit vrucht'loos vergen.Afgewezen schreef:"Alzo lief heeft God de wereld gehad..."Erasmiaan schreef:Goedwilligheid? Buiten Christus is God een verterend Vuur en een eeuwige Gloed bij Wie niemand wonen kan.memento schreef:@Ander: Onderschrijf je ook de goedwilligheid van God tegenover allen? Of is God in wezen slechts goedwillig jegens de uitverkorenen?

Als je daar een ogenblik een indruk van mag krijgen, ga je de dierenwereld vast heel anders bezien EN benaderen.
Als er schaduw is, dan moet er ook licht zijn ~ Spurgeon
Re: De prediking van het Evangelie
Toch is het grondwoord van Johannes 3:16 voor wereld "kosmos". Dat omvat meer dan alleen mensen.Afgewezen schreef:Ja, maar voor de beesten heeft God Zijn Zoon niet overgegeven...Ander schreef:'t Is maar hoe je het opvat. Allebei is waar namelijk. God zegent mens en beest en doet Zijn hulp nooit vrucht'loos vergen.Afgewezen schreef:"Alzo lief heeft God de wereld gehad..."Erasmiaan schreef:Goedwilligheid? Buiten Christus is God een verterend Vuur en een eeuwige Gloed bij Wie niemand wonen kan.