Marion schreef:Hollander schreef:Ben je het dan met mij eens dat dit soort uitspraken dichtbij laster komen (in de zin van: kwaadsprekerij, roddel)?
Ik vraag het omdat je gelukkig wel excuses hebt aangeboden over de felheid, maar de inhoud zonder feitelijke onderbouwing fier overeind houdt staan.
En een vraag waarop ik geen antwoord verwacht en dus ter overdenking is, ook voor mijzelf in tal van andere uitspraken mijnerzijds: durf ik/durf jij over gedane uitspraken de zegen van de Heere te vragen?
Ik ben er echt niet te beroerd voor om een inhoudelijke uiteenzetting te geven. Ik heb dat zaterdag ook gedaan in reactie op @Philpot, maar dat is door @Mister verwijderd. Daarin ben ik behoorlijk concreet geweest. Blijkbaar wordt dat toch niet wenselijk geacht. Dan moet ik me daar nu ook aan houden. Dus lijkt het me op dit moment het beste om er over te zwijgen.
Ik heb het concrete (en blijkbaar verwijderde) bericht niet gelezen. Jammer dat dan een deel van de discussie blijft staan, want op deze wijze blijft het suggestieve, speculatieve, splijtende en niet-onderbouwde deel staan. Als ik het goed begrijp ligt dat niet aan jouw bijdragen, maar aan slechts gedeeltelijk knipwerk.
Maar je spreekt over een deel van de kerk, waar ik geloof (en volgens mij jij ook) dat God Zijn Kerk heeft. Dát deel waar Christus als Koning en als Middelaar Zijn werk nog heeft en óók Zijn Naam verheerlijkt. Dát deel waar week aan week Gods Woord opengaat en Zijn gezonden dienaren het rijke Evangelie van een rijke Christus voor arme, verloren zondaren preken. Dát deel waar zondaren tot God worden geroepen én komen. Dáár waar het Woord van de Drie-enige God wordt beleden en uitgedragen en haar uitwerking heeft. Dát deel waar ellende, verlossing en dankbaarheid wordt gepreekt en in harten van verloren en verkoren mensen functioneert door de Heilige Geest. Dát deel waar de kern van Gods Woord en Zijn Evangelie klinkt uit 2 Korinthe 15:19,20: "
Want God was in Christus de wereld met Zichzelven verzoenende, hun zonden hun niet toerekenende; en heeft het woord der verzoening in ons gelegd. Zo zijn wij dan gezanten van Christus wege, alsof God door ons bade; wij bidden van Christus wege: laat u met God verzoenen."
In aansluiting op het bericht van Jongere wil ik graag wijzen op blz. 203-206 uit het boek "Aan armen uit genâ: uit het leven van ds. A. Elshout". Als we op zo'n wijze, tactvolle manier met elkaar en met kritiek omgaan, dan komt het wel goed.