God eist Zijn beeld terug. Daarom staat de eis van geloof en bekering recht overeind. Dat is mijn punt ook helemaal niet en dat moet zeer zeker ook altijd gepredikt worden.Cyrillus schreef: ↑09 aug 2023, 11:02Je had je de moeite kunnen besparen want dat onderschrijf ik. Dat is het punt niet. Ik had wel beter het woord actief i.p.v. activistisch kunnen gebruiken. Het punt is dat als we dogmatisch correct gaan praten (met 2 woorden zoals gg-lid dat graag ziet) we de Bijbel dicht doen. In Joel 2 staan talloze actieve woorden. Natuurlijk moet God dat geven - niemand op dit forum betwist dat. Maar Joël zegt niet: laat u bekeren, bidt er maar veel om. Joël zegt: bekeer u met uw hart. Dat is 100% bijbeltaal want het staat in de Bijbel. Waarom staat er niet in Joël: laat u bekeren, bidt er maar veel om?2e Hans schreef: ↑09 aug 2023, 10:52Laat ik een poging wagen om uit te leggen dat een actie iets anders is dat activistisch én dat bekering en geloof weliswaar actief is én tegelijkertijd een gave!
Als geloof/bekering een gave is (en dat is het!), dan is God de Gever.
Elke vergelijking gaat mank, maar laat ik proberen het vergelijken met een gave in de intermenselijke verhoudingen.
Je bent jarig.
Je vraagt een cadeau
Je krijgt een cadeau.
Dat cadeau is gekocht, iemand geeft het je.
Je neemt het aan.
Je pakt het uit.
Je bedankt hartelijk.
Je gebruikt het.
In zo’n voorbeeld zie ik heel veel acties. Natuurlijk jij vraagt, jij krijgt, jij bedankt en jij gebruikt het. Het willen/wensen ontstaat in jou. Alle acties in dit voorbeeld zijn belangrijk. Het aannemen, uitpakken, bedanken, gebruiken.
Bij wie begint dan de gave/het cadeau? Bij de gever of bij jou?
Volgens mij begint zoiets daadwerkelijk bij de koop van het cadeau (bij de gever dus). Zonder die koop, is er geen cadeau. Zonder de gever komt het cadeau niet bij jou.
Het wonderlijke van geloof is (en daar gaat mijn vergelijking volledig mank) dat God zelfs zorgt voor het willen. De ontdekking van het geloof is: zelfs de acties (die ik doe) komen van God. Toch maakt ons dat beslist niet werkeloos of afwachtend:
Fillipensen 2
“ werkt uws zelfs zaligheid met vreze en beven:
13 Want het is God, Die in u werkt beide het willen en het werken, naar Zijn welbehagen.
14 Doet alle dingen zonder murmureren en tegenspreken;
15 Opdat gij moogt onberispelijk en oprecht zijn, kinderen Gods zijnde, onstraffelijk in het midden van een krom en verdraaid geslacht, onder welke gij schijnt als lichten in de wereld”.
Echter houd jij er een dogmatiek op na die insinueert dat er in de prediking niets gezegd mag worden over de onmogelijkheid aan de kant van de mens. Dat is uit eerdere discussies al gebleken.
Juist in de DL staat heel duidelijk dat God dit zonder ons in ons werkt. Als dat niet meer in de prediking gesteld wordt, worden de mensen bedrogen.
Vandaar mijn uitspraak over het spreken met twee woorden. Dat heeft niets met een dogmatiek te maken maar met het feit dat we geen remonstrantse insinuaties moeten verkondigen, net zo min als een prediking waarin alleen gewezen wordt op de onmogelijkheid van de mens.
Juist het feit dat er in de mens zélf niets ligt wat tot zijn eigen zaligheid geschieden zou, maakt het wonder van de genade Gods zo groot. Sola gratia, door U, door U alleen, om 't eeuwig welbehagen!
En daarom de oproep: 'Vraag er maar veel om!' God eist bekering en geloof en we kunnen niet aan die eis voldoen. Maar het aanhoudend gebed, het kermen, zuchten en wenen van verloren zondaren, zal bij God vandaan verhoord worden! De beweringen hier dat dit met lijdelijkheid te maken zou hebben vind ik dus een valse en onjuiste bewering.