Wim Anker schreef:De kern van mijn vraag was natuurlijk of de tollenaar, die gerechtvaardigd naar huis ging, er weet van had dat hij gerechtvaardigd was. Daar zwijgt de Bijbel over. Dat leg jij erin.
En de kananese vrouw had een groot geloof, maar werd ondanks dat grote geloof 3x afgewezen. De eerste keer werd ze gewoon genegeerd. De 2e keer werd haar duidelijk gemaakt, door de Heere Jezus, dat Christus er niet voor haar was. De 3e keer werd vertelt dat ze maar een hond was en daarom moest stoppen met zeuren. Ondertussen vertelden de dicipelen haar dat ze vervelend was en ze Hem niet lastig moest vallen. Kinderen van God vroegen Christus om haar weg te sturen!
Pas toen ze dat allemaal negeerde en bleef vragen kreeg ze de verzekering van haar geloof.
Er zijn dus mensen met een groot geloof die dat echter dat nog niet van Christus zelf hebben gehoord. Die door hun geloof gerechtvaardigd zijn, zoals de tollenaar gerechtvaardigd was, maar door Christus nog worden genegeerd, of de Heere zegt hun dat Hij niet voor hen is gekomen, of de Heere Jezus noemt hen (nog) een hond. Maar door het geloof zullen blijven aanhouden, ondanks de ergenis die dat aan 'verzekerde' broeders geeft. Todat ook voor hen de Morgenster opgaat.
Ik ben geen hartenkenner. En ik zal niet graag zo stellig durven beweren dat zo'n iemand geen ambtsdrager mag zijn. En ambtdragers die dat wel zo hard roepen moeten m.i., lettend op de geschiedenis van de kananese vrouw, oppassen dat ze geen mensen wegjagen. Zoals de dicipelen het werk van God tegenstonden.
Wat je hier zegt is in grote lijnen de leer van de GG. Bekeerd zijn maar Christus (nog) niet kennen. Dat is onmogenlijk. Als je dat zegt versta je of je bekering niet of je bent onbekeerd.