Jantje schreef:Bezorgd schreef:Jantje schreef:Ik voel me niet thuis bij dit lied. Van nature is de mens een vijand van Christus, en dat element mis ik in het lied. Vandaar dat ik dat deel in de bijdrage van ds. Vreugdenhil niet deel. Verder ben ik het wel met het artikel eens.
Dus elk lied of vers dat dat element mist is niet goed?
Heb ik dat gezegd?
- Welk een vriend is onze Jezus,
Die in onze plaats wil staan!
Welk een voorrecht, dat ik door Hem
altijd vrij tot God mag gaan.
Dikwijls derven wij veel vrede,
dikwijls drukt ons zonde neer,
juist omdat wij ’t al niet brengen
in ’t gebed tot onze Heer.
- Leidt de weg soms door verzoeking,
dat ons hart in ’t strijduur beeft,
gaan wij dan met al ons strijden,
tot Hem, Die verlossing geeft.
Kan een vriend ooit trouwer wezen
dan Hij, die ons lijden draagt?
Jezus biedt ons aan genezing;
Hij alleen is ’t, Die ons schraagt.
- Zijn wij zwak, belast, beladen
en terneer gedrukt door zorg,
dierb’re Heiland, onze Toevlucht
Gij zijt onze Hulp en Borg.
Als soms vrienden ons verlaten,
gaan wij biddend tot de Heer;
In Zijn armen zijn wij veilig,
Hij verlaat ons nimmermeer.
Het punt is dat in bovenstaand lied niet duidelijk naar voren komt welke mensen er bedoeld worden met 'onze'.
Jan, dat is toch geen criterium?
Gij toch, Gij zijt hun roem, de kracht van hunne kracht;
Uw vrije gunst alleen wordt d' ere toegebracht;
Wij steken 't hoofd omhoog en zullen d' eerkroon dragen,
Door U, door U alleen, om 't eeuwig welbehagen;
Want God is ons ten schild in 't strijdperk van dit leven,
En onze Koning is van Isrels God gegeven.
Stel je bij deze heerlijke psalm ook deze vragen? Ik overigens wel vaak gedaan. Als ik eerlijk onbekeerden deze psalm luidkeels mee zag/hoorde zingen. Nooit kunnen begrijpen.