Augustinus en de 40 dagen tijd

Susan
Berichten: 417
Lid geworden op: 18 sep 2019, 19:19

Augustinus en de 40 dagen tijd

Bericht door Susan »

Wat vinden jullie van deze tekst?
Zoals ieder jaar is de tijd weer aangebroken, die ons meer dan de andere perioden van het jaar moet aanmoedigen om met bidden en vasten onze ziel te vernederen en ons lichaam te beteugelen. De vraag waarom de vastentijd wordt gevierd voorafgaand aan de plechtigheid van het lijden van de Heer, en waarom die tijd met het geheim van het getal veertig in verband staat, houdt enkelen onder u telkens weer bezig. Ik zie het dan ook als een waardige plicht, mijn geliefden, u in kennis te stellen van wat de Heer mij heeft willen geven om u te zeggen. Ik weet heel goed dat die mensen zoiets niet vragen om te kiften maar om tot kennis en inzicht te komen. En hun toegewijd geloof steunt mij zeer om het nodige te kunnen zeggen. Natuurlijk roept zo'n onderwerp doorgaans de vraag op: waarom vastte de Heer Jezus Christus, die een menselijk lichaam aannam en die - mens geworden - aan de mensen verscheen om ons een voor beeld te geven van leven, sterven en verrijzen, waarom vastte Hij niet vóórdat Hij werd gedoopt, maar pas nadat Hij was gedoopt? Zo staat het namelijk in het evangelie: 'Nadat Jezus gedoopt was, steeg Hij terstond uit het water. En zie, daar ging de hemel open en Hij zag de Geest Gods neerdalen en over zich komen. En een stem uit de hemel sprak: Dit is mijn Zoon, mijn veelgeliefde, in wie Ik welbehagen heb. Daarna werd Jezus door de Geest naar de woestijn gevoerd om door de duivel op de proef gesteld te worden. Nadat Hij veertig dagen en veertig nachten had gevast, kreeg Hij honger.'

Maar wij, wij vasten samen met de dopelingen in de tijd die voorafgaat aan de dag van hun doopsel op Pasen. En na die dag zijn wij vijftig dagen van het vasten vrij. Als het doopsel alleen op het hoogfeest van Pasen zou mogen worden toegediend of ontvangen, moest die vraag natuurlijk wel opkomen. Maar omdat Hij die hun het vermogen gaf om kinderen van God te worden, dit verleende, mag iedereen het hele jaar door gedoopt worden - of de doopdag nu door nood wordt bepaald of wordt uitgekozen. De jaarlijkse herdenking van het lijden van de Heer mag daarentegen maar op één bepaalde dag van het jaar worden gevierd, Pasen. Daarom moet het sacrament van het doopsel worden onderscheiden van Pasen. Het doopsel mag u op iedere dag ontvangen, Pasen kunt u slechts op één bepaalde dag van het jaar vieren. Het doopsel wordt toegediend om het leven te vernieuwen. Pasen wordt in uw aandacht aanbevolen om de band van het geloof te herdenken.

Augustinus (SERMO 210.1)
-DIA-
Berichten: 32701
Lid geworden op: 03 okt 2008, 00:10

Re: Augustinus en de 40 dagen tijd

Bericht door -DIA- »

Een vasten en boetedag lijkt me niet verkeerd. Als het niet bij uitwendigheid blijft. Ik denk niet dat we dit speciaal met de lijdenstijd hoeven te verbinden. Als er oorzaken waren, als oorlog, honger of pestilentiën werd wel een boete- verbods- of vasten uitgeroepen.
In The Banner of Truth schreef ds. W.C. Lamain een meditatie die gaat over een vasten en een verbodsdag. Het lijkt me nuttig deze meditatie eens aandachtig te overdenken. Als we terugkijken op 1951, dat was een jaar voor ik werd geboren, kunnen we wel opmerken hoe actueel deze meditatie ook nu is.

Uit "The Banner of Truth", 1 maart 1951:
EEN VERBODSDAG UITGEROEPEN

Blaast de bazuin te Sion, heiligt een vasten, roept een verbodsdag uit. Jesaja 2:15.

Het was door den dienst van de profeet Joel, dat de Heere bevel gaf aan de priesters om de bazuin te blazen. In Num. 10:2 beval de Heere Mozes, om twee zilveren trompetten te maken, die dienen moesten tot de samenroeping van de vergadering, maar ook tot den optocht des legers. Volgens vs. 5 moesten zij ook gebruikt worden bij het uitbreken van een oorlog, en gelijk wij lezen in vs. 10 op Israëls feest tijden. Het was een oorzaak van grote vreugde, wanneer op de feestdagen dat blij bazuingeschal klonk in Israëls oren, Ps. 81:4. Dan werd het volk herinnerd aan wat God gedaan had, maar ’t was ook een opwekking, of heenwijzing naar hetgeen eenmaal plaats zou hebben in de volheid des tijds, wanneer al de ceremoniën zouden wegvallen, en Christus als het lichaam der schaduwen volvoeren zou het grote werk der verlossing, tot de heerlijkheid Zijns Vaders, maar ook tot de verlossing en zaligheid Zijner uitverkorenen.

Hier geeft de Heere ook bevel om de bazuin te blazen, maar met een geheel ander doel dan om het volk op te wekken tot blijdschap en vreugde. Hier was het om in vernedering van stof en as voor een Hoge God te buigen, belijdende hun zonden, smekend om genade, en om weer te keren tot de God des Verbonds. Het was een donkere tijd voor Juda, toen Joel dat bevel van den Heere kreeg. Een leger van sprinkhanen was er neergedaald op de vruchtbare velden, en alles was kaal gegeten. Daarbij het land was geteisterd door een langdurige droogte, zodat de bekers ledig waren, en de vijanden van rondom hadden zoveel ellende over het volk gebracht.

Allerwege was er een gedruktheid onder het volk, en grote verslagenheid vanwege de kastijdingen Gods. Gods hand drukte zwaar op land en volk. Maar nu kreeg Joel de opdracht om een verbodsdag uit te roepen. O wat een grote goedertierenheid Gods temidden van de heersende ellende. In de dagen van Jeremia sprak de Heere: Bidt niet meer voor dit volk, en hef er geen geschrei meer voor op. Doch dat was hier zoo geheel anders. God Zelf opende nog een weg tot vernedering en verootmoediging; en tot het aanroepen van Zijn Naam. Werkelijk het is groot wanneer God in druk en kruis nog mee komt, niet alleen in ons persoonlijk leven, maar ook voor een land en een volk. Dan toont God Zijn ontfermingen, en dat Zijn ingewanden rommelen van barmhartigheid. Wij blijven wel de verantwoordelijke personen, maar we worden toch in alles gewaar, dat het alles van Hem afhangt. Wie zal nu onder de slagen bukken, en er mede op de rechte plaats komen, dan alleen als God Zelf er ons toe verwaardigd?
Inderdaad de Onveranderlijke Verbondstrouw Gods was groot over Zijn volk. Geen schrikkelijker zaak is er, dan dat God het alles afsnijdt, en het oordeel Gods vastelijk besloten is. Dat is vreselijk wanneer dat persoonlijk ontmoet wordt, maar ook wanneer dat geldt voor een land en voor een volk. Och waar, ja waar zullen wij ons dan heen wenden, als de weg naar den hemel wordt toegesloten?
Wij lezen er ook van in de Klaagliederen van Jeremia, dat God Zijn oren sluit voor het gebed, (3:8). Wat is het dan toch benauwd.

Toen God Saul geen antwoord meer gaf, heeft hij niet lang meer geleefd. Hij maakte een eind aan zijn leven, en stierf als een zelfmoordenaar op het gebergte van Gilboa. Wanneer een kind des Heere in grote verlatingen komt, en de Heere houdt Zich als doof voor hen, dan worden zij toch innerlijk ondersteund en vastgehouden. Zij worden in de grootste diepten en donkerheden toch in de kracht Gods bewaard. En voor dat volk verandert de rechterhand des Heeren. Hij laat hen in den druk niet omkomen, maar ontfermt Zich over hen in Christus naar de grootheid Zijner barmhartigheden.
Hij laat hen nooit verzocht worden boven vermogen, maar geeft met de verzoeking ook uitkomst. Zonder troost zal dat volk toch niet sterven.
Uitwendig stond het er in Joels dagen droevig bij, maar verder hij profeteerde in een tijd dat het volk onder de priesterlijke leiding nog sterk aan de ware godsdienst gehecht was. Dat waren nog bemoedigende tekenen.

Wij kunnen in de profetieën van Joel ook opmerken dat Gods Woord nog diepe indruk maakte in de harten van het volk. Er was nog een oor en een hart voor. Vanzelf dat was ook een gift van boven. Van nature, krachtens onzen diepen val dan zijn wij niet vatbaar voor Gods getuigenis. God Zelf zal er plaats voor moeten maken in onze harten, door Zijn Heilige Geest, doch het is ook nog groot te achten wanneer wij nog niet aan de totale verharding zijn overgegeven, en er nog beslag mag zijn voor de waarheid Gods.
De priesters moesten in Joels tijd de bazuin blazen te Sion. Op den heiligen tempelberg moesten zij zich vergaderen, om door middel van het bazuingeschal het volk op te roepen tot het houden van een vastendag. Het is zeer duidelijk dat de Kerk Gods werd opgeroepen. Die Kerk was door God verkoren, maar zij waren ook in het verbond door God opgenomen. Dat volk des verbonds moest afgezonderd in die zo ernstige tijd om zich voor God te vernederen. Vanzelf wij kunnen niet vaststellen, dat allen die uitwendig tot de kerk behoorden, door God bekeerde mensen waren. Dat was nimmer zo, en dat zal ook nooit zijn. Er blijft altijd kaf onder het koren, en het is niet alles Israël wat Israël genoemd wordt. Toch die oproeping voor een vastendag betrof de gehele gemeente. Ze waren door God afgezonderd van de volkeren rondom. De Heere woonde in het midden van hen.

Onder het vasten verstaan wij het zich onthouden van spijs, vooral van vlees, tot boete of geestelijke oefening. Op de grote verzoendag was het volk van Israël krachtens Gods wet verplicht om te vasten. Zie Lev. 16:29; 23:27. Er was ook een vrijwillig vasten bij sterfgevallen, 1 Sam. 37:13, en 2 Sam. 1:12. Hier in deze tekst, bij een nationale ramp wordt het volk opgeroepen, om te vasten, wat betekent verootmoediging van hun ziel voor het aangezicht des Heeren.

Het ware vasten bestaat niet in de onthouding van spijze en drank, maar volgens Jes. 58:5 in het losmaken van de knopen der ongerechtigheid of goddeloosheid. Joel moest een verbodsdag uitroepen; een dag dat het volk samenkwam om onder de drukkende omstandigheden waarin het land verkeerde, den Heere te smeken om afwending en verlossing van de rampen. Maar ook om gezamenlijk Zijn aangezicht te zoeken om den onmisbare zegen des Heeren. God opende dus in Zijn nederbuigende goedheid de weg dat Hij tot Zijn volk, en dat zij tot Hem mochten komen. De priesters moesten als staande tussen God en het volk, het volk leren en opwekken, om het naar God te wenden.

Alleen in Christus is God maar genaakbaar, en Gods Geest kan alle bezwaren maar wegnemen, alle hindernissen uit de weg ruimen; ons harte scheuren, waarachtig bekeren, en in ware verootmoediging God doen zoeken, pleitend op Zijn goedertierenheden. Alles wat God in het verbond der genade eist, dat is ook tevens een belofte des verbonds. Hoe zou een mens welke genade ook van God ontvangen had, zich ook schikken om voor Gods aangezicht te verschijnen.
Gods volk wordt steeds afhankelijker, en daarom steeds armer. God ziet naar waarheid in het binnenste, en wanneer God Zelf het niet schonk: Ik zal maken dat hun werk in de waarheid zijn zal, dan zou er toch nooit iets van terecht kunnen komen.
Christus heeft voor Zijn Kerk alles verdiend en verworven, en God de Heilige Geest komt er plaats voor te maken, door te ontdekken en te ontledigen, opdat zij uit de volheid van Christus ontvangen zullen genade voor genade. De Heilige Geest verheerlijkt Christus in het hart van een verloren zondaar.

O wat een weldaad dan als we nog eens wakker geschud mogen worden en door God Zelf opgewekt worden om tot Hem weder te keren. Wij kunnen wel afkeren, maar nooit door eigen kracht terugkeren. Het is een voorrecht wanneer Gods Geest ons bearbeid om de zonde nog eens te mogen kennen, hartelijk te mogen betreuren en te belijden, en verzoening te zoeken in het dierbare bloed van de Zone Gods.
Ja wanneer wij ook onder al de gerichten gerechtigheid mogen leren, er onder mogen buigen, en nog gebed krijgen voor land en volk, voor kerk en Staat, dat is wel als een weldaad te achten. Wij worden wel gewaar in ons leven, dat wij nergens wat uit leren zullen, tenzij de Heere het geeft. Wij zijn in onzen diepe val zelfs de opmerkzaamheid verloren, en uit en van onszelf, dan is er geen stem of opmerking meer. En wij kunnen onze knieën uitwendig wel buigen, maar de knieën van ons hart moeten door God geborgen worden. Daarom is het zo groot ook wanneer Gods Geest nog in ons zucht met onuitsprekelijke zuchtingen. Wanneer wij in onze onwaardigheid, op de waardigheid van dien Borg des Verbonds Jezus Christus ons door het geloof mogen verlaten. Hij wast en reinigt hen, van al hun ongerechtigheden door Zijn dierbaar bloed, en Hij zuivert en heiligt hunne gebeden door Zijne verdiensten tot een Gode welbehaaglijke offerande, voor het aangezicht des Vaders. Christus vervulde niet alleen voor de Zijnen de wet, maar Hij nam ook den vloek der wet voor hen weg, en verheerlijkte de wet, opdat zij die wet als een wet der liefde in hun hart terug ontvangen, tot een regel des levens.
En nu mijn geliefden, was er in de dagen van Joel reden om de bazuin te blazen, niet minder in de tijd die wij beleven.

Inderdaad donkerheid bedekt de aarde, en duisternis de volkeren. God heeft een twist met de inwoners der wereld. Sinds lange heeft God de vrede van de aarde weggenomen.
Het is nu ruim vijf jaren geleden, dat de tweede oorlog tot een einde kwam, doch de bazuin des vredes werd nimmer geblazen. Kort na de oorlog kwam er onrust in Indië, en duizenden slachtoffers vielen daar. Onrust en revolutie, openbaarde zich in andere delen van de wereld. De strijd ontbrandde in Korea, en bij tienduizenden zijn er reeds gevallen. Enige verademing werd geschonken, maar niemand kan zeggen, wat het einde van den strijd zijn zal. De oproeping van onze jonge mannen gaat door. Onheilspellend is de toekomst, en al kan de Heere het in Zijn lankmoedigheid nog enige tijd opbinden en beteugelen, toch is het te vrezen dat wij zware tijden tegemoet gaan. Allerwege bereidt men zich voor een wereldslachting, en wereldverwoesting, die niet anders dan vreselijk zijn zal. Wij lezen er van in Gods Woord, op zovele plaatsen, en de Heere Jezus, alsook Zijn apostelen hebben het ons voorzegd.
Niet zonder grond, zien wij met vreze de toekomst tegemoet, voor ons en voor ons arm geslacht. Alles roept om het oordeel Gods.

De zonde neemt hand over hand toe. De ongerechtigheid vermenigvuldigd. Gods Naam wordt gelasterd door jong en oud, klein en groot. Gods dag is voor velen een dag van ontspanning en vermaak. De plaatsen der ijdelheid worden tot in de nachten bezocht, en de instellingen Gods moeten steeds meer op den achtergrond. Steeds sterker wordt het geroep: Laat ons Zijn banden breken en Zijn touwen van ons werpen. De zegeningen hebben wij veranderd in een vloek, omdat zij ons steeds verder van God afdrijven. O ik zal het niet in den brede gaan uitmeten, maar och wanneer wij beginnen bij hart en huis, dan mochten wij wel uitroepen: Och dat mijn hoofd water ware, en mijn oogleden een springader van tranen. Neen, laten wij maar niet bij de overheid beginnen, al is het alles zoo ver, zoo ver van God en van Zijn Woord afgeweken, maar laat een ieder zijn hand in eigen boezem maar steken. Wie, ja wie zal hem er dan niet melaats uittrekken. Zo de Heere onze ogen maar opent, en wij een blik mogen slaan op ons leven, werkelijk dan is er zoveel wat ons neer moet drukken, en veroordelen voor het aangezicht des Heeren.
Waar is de praktijk der godzaligheid? Waar zijn de oefeningen des geloofs? Hoe staat het met ons verborgen leven tussen God en onze ziel? Hoe staat het met het sterven aan de zonde, met het opwassen en toenemen in de kennis en in de genade van den Heere Jezus Christus? Wat is er te zien van Gods beeld, en van de gelijkvormigheid met Christus? Hoe staat het met de ijveringen van Gods eer; met de betrachting der broederlijke liefde? Waar gaat er nog een getuigenis uit voor de eer Gods, en het wezenlijk welzijn van onzen naaste?

Welke reuk gaat er uit van ons leven, in ons huis, in onze omgeving? Waar is het ootmoedig wandelen met God? het sterven aan de wereld, aan onszelf, en aan alles wat buiten God is? Waar is het aanklevende leven? Wanneer hebben wij God nog eens nodig? Wanneer schreeuwt onze ziele nog eens tot God?
Pilatus vroeg eenmaal: Wat is waarheid? maar wij zouden wel moeten zeggen: Wat is zonde? De vreze Gods is een dam tegen de zonde, maar wanneer die vreze in de praktijk zoo ver weg is, och dan kan alles er mee door, maar vanzelf ondertussen wijkt God, en houdt de bediening van Zijn Geest in, en wij moeten in het dorre wonen.
Een geliefde ontslapen leraar zei zo vaak: gewend aan de ontwenning. En zo is het inderdaad. Wanneer de praktijk gemist wordt, dan blijft maar beschouwing, en belijdenis over. En dan nog zo ver van huis, dat we vaak nog menen dat beschouwing, beleving is, maar de dood kruipt er van alle kanten uit. Dat wordt in de vrucht wel openbaar. Het zuivere werk Gods laat wat na; het drukt over en het drukt in; het verwekt nog tot jaloersheid! het legt beslag. Er gaat wat van uit. Al wat van boven komt, brengt ons aan de grond, maar al wat van beneden is, en wat uit onszelf voortkomt, dat brengt den mens in de hoogte. Het land wordt geschud, maar och wees maar eens eerlijk, waar schudt het van binnen nog?

Gods Kerk is als een akker geploegd. Het is breuk op breuk en scheur op scheur. De mensch komt op den voorgrond, en God staat zoo ver op den achtergrond. De zuivere grondslagen van de leer der zaligheid worden ondermijnd. In plaats van de soevereiniteit Gods, wordt de vrije wil van den mens hogelijk verheven; reeksen van kenmerken voorgesteld, in de plaats van het volkomen Borgwerk van Christus als de enige grondslag der zaligheid gelegd. En anderzijds wordt er geroepen, het moet Christus zijn, en Christus alleen, maar alles even koud en ongevoelig, en . . . geen verklaring en aanwijzing hoe men ooit deel aan Hem krijgen zal. O wanneer men nog niet meegevoerd is, of in slaap gewiegd is, dan zijn er hier en daar nog zielen die er onder zuchten.
Helaas er zijn tegenwoordig meer voorgangers die knopen leggen, dan die knopen ontbinden. Daartoe worden de door God gezalfde leraars toe verwaardigd. Maar vraag het maar aan degenen die God nog overgelaten heeft, wat zijn er over het algemeen toch weinig, waar het in de knoop zit. En dat maakt het preken ook menigmaal zo zwaar. Men zoekt een schone rede, maar de bevindelijke waarheid wordt meer en meer veracht en gehaat. In de eeuwigheid beginnen en in de eeuwigheid eindigen, en Christus het enige Middelpunt, de mens er buiten, en God alleen de eer, daar zijn helaas niet veel oren meer voor. Die zuivere grondslagen worden “vreemd” voor ons tegenwoordig geslacht. Ja het is wel droevig om het te zeggen, maar toch is het waar, dat zelfs de historische kennis van de waarheid zoekt raakt.
Donker zijn de tijden; en dan schier geen gevoel en besef er van. We moeten aan onze arme kinderen wel eens vragen: “Kind zijn er nog wel eens ogenblikken dat je consciëntie nog spreekt, denkt ge nog wel eens aan dood en eeuwigheid? Hoor je nog wel eens wat als u onder de waarheid zit? Neemt u nog wel eens wat mee van hetgeen u voorgehouden wordt op de catechisatie?”
God spreekt, maar de zegeningen en oordelen, de beloften en de bedreigingen zwijgen. O waar zal het toch een einde nemen? Wat zal er toch met ons gebeuren?
Ik zal het maar niet verder uitbreiden. De moed ontzinkt me er toe. Dat we de breuk van hart en huis, Kerk en Staat toch recht leerden kennen, en dat wij in waarheid voor God werden verootmoedigd.

Het is wel tijd om de bazuin te blazen, wel hoog tijd om te roepen tot vasten, tot rouwklage en tot geween. Dat er in hart en huis, in Gods Kerk, in ons land, een verbodsdag werd uitgeroepen. Dat God Zelf het nog eens doen mocht, want och vrienden als wij het alles maar klaarmaken uit vrees voor de slagen en voor de oordelen, uit eigenliefde en eigenbelang, dan zegt de Heere: Doet dat getier van voor Mijn aangezicht weg. Ik mag uw verbodsdagen niet rieken. Vormendienst, lippenwerk, en alle uitwendig vertoon kan God niet behagen. Dode beesten mochten onder Israël niet op het altaar komen. Zonder Christus kunnen wij geen biddag houden.

Een recht offer, dat de Heere neemt aan,
Is een gemoed, benauwd door angst en klagen;
Een need'rig hart en enen geest verslagen,
En zal God niet verachten, maar ontvaan.
O Heer! doe Sion wel naar Uw goedheid,
En Jeruzalem, die op U betrouwet;
't Welk is de stad, die Gij U hebt bereid,
Haar muren toch genadiglijk opbouwet

Psalm 51 : 9

Zeker wij hebben ons in de weg te stellen. De Heere roept er ons toe in Zijn Woord. Het is zelfs nog als een voorrecht te achten wanneer de Overheid van een land het volk oproept om in het gebed de noden, en vooral de bijzondere noden de Heere aan te bevelen, en op te dragen.
Wanneer alle Gods erkenning weg is, dat is een vreselijke gedachte. Zulk een volk gaat zijn ondergang zekerlijk tegemoet.
De Heere ontferme Zich nog over een wegzinkende wereld. God heeft geslagen, maar wij hebben geen pijn gevoeld, en daarom is het te vrezen dat God met zwaardere slagen komen zal.

Donkere wolken drijven er boven ons. Wat zal het zijn wanneer zij zich zullen ontlasten. Wij kunnen ziende op onszelf, en op de bergen van zonde en schuld niet anders zeggen, dan dat het rechtvaardig zou zijn wanneer de Heere het oordeel van de verwoesting over ons bracht. Wij hebben het verdiend, en onszelf duizend maal waardig gemaakt. Het oordeel begint van Gods huis, en waar zal het een einde nemen? Christus weende voor de poorten van Jeruzalem, maar Hij moest het uitdrukken: “Nu is het verborgen voor uwe ogen.” Wij weten zelf niet meer hoe ver wij weg zijn, en van het heilspoor afgewaaid. Dat God onze ogen er nog voor opende.

Och, dat wij samen nog tot inkeer mochten komen, en nog in den nood door God gebracht werden. Hij mocht over ons, en over land en volk nog uitstorten den Geest der genade en der gebeden om in waarheid Gods Naam nog eens aan te roepen.
Nu ligt alles verdeeld en verbroken als beenderen aan den mond des grafs, maar het blazen van de bazuin des hemels, mocht bij elkander brengen wat bij elkander behoort.
Neen niet in een weg van algemene verdraagzaamheid, zodat de waarheid verkracht en verloochend wordt, maar in zulk een weg dat de waarheid triomfere, en het recht Gods verheerlijkt worde. Een vasten zodat met de zonde gebroken werd, en de hoogten werden weggenomen.

Een verbodsdag, dat Gods Wet weer in eer werd hersteld. Dat wederkeren tot de Heere, maar ook tot Zijn Woord en Wet, dat mocht de God aller genade nog schenken om Zijns Zelfs wil. Wie weet God mocht Zich nog wenden, ons ten goede. God geve nog gebed en smekingen, een doortocht tot Zijn troon, door het bloed van den Middelaar, en make nog bemoeienissen als weleer in de dagen van den profeet Joel.
Amen.
© -DIA- Laatst actief: 00 xxx 24??
Gebruikersavatar
Arja
Berichten: 2059
Lid geworden op: 30 mei 2019, 15:57
Locatie: Provincie Utrecht
Contacteer:

Re: Augustinus en de 40 dagen tijd

Bericht door Arja »

Vasten wordt in het Nieuwe Verbond niet bevolen. Het is ook niet een soort spirituele discipline; een middel waarmee we (door onze oprechtheid) iets bij God kunnen verdienen. Integendeel, vasten is een daad van nederigheid waarin we we onze eetlust bedwingen om ons meer te kunnen concentreren op wie we zijn en wat ons in Christus is gegeven. 

In de Bijbel gaat het vasten alleen om "eten". Niet een andersoortig vasten (van andere dingen). Vasten is altijd gekoppeld aan gebed. Check het woordje vasten in het Nieuwe Testament vanaf Handelingen.

https://www.statenvertaling.net/concord ... /vasten/2/
-DIA-
Berichten: 32701
Lid geworden op: 03 okt 2008, 00:10

Re: Augustinus en de 40 dagen tijd

Bericht door -DIA- »

Arja schreef:Vasten wordt in het Nieuwe Verbond niet bevolen. Het is ook niet een soort spirituele discipline; een middel waarmee we (door onze oprechtheid) iets bij God kunnen verdienen. Integendeel, vasten is een daad van nederigheid waarin we we onze eetlust bedwingen om ons meer te kunnen concentreren op wie we zijn en wat ons in Christus is gegeven. 

In de Bijbel gaat het vasten alleen om "eten". Niet een andersoortig vasten (van andere dingen). Vasten is altijd gekoppeld aan gebed. Check het woordje vasten in het Nieuwe Testament vanaf Handelingen.

https://www.statenvertaling.net/concord ... /vasten/2/
Toch (ik weet niet bij wie), is bij oudvaders wel te lezen dat er toch wel gevast werd in bijzondere tijden. Ik zou daar ook graag wat meer over weten. Wat bedoelt wordt door ds. Lamain zal niet bedoelen om letterlijk te vasten, maar zeker wel een dag van boete en bede. Daarvoor is de tekst uit Hosea heel goed, en alles wat geschreven is, is goed tot lering, wederlegging enz.
© -DIA- Laatst actief: 00 xxx 24??
claus
Berichten: 717
Lid geworden op: 24 sep 2007, 19:42

Re: Augustinus en de 40 dagen tijd

Bericht door claus »

Wie van jullie weet wanneer de protestantse kerken/gemeenten 7 lijdenszondagen hebben ingevoerd? In de oude kerkgeschiedenis is al eeuwenlang tot nu toe zelfs sprake van de veertig dagen tijd, ook bij Augustinus. Dat houdt in: vanaf een woensdag beginnen die 40 dagen en dat houdt weer in: 6 lijdenszondagen. Wanneer is men overgegaan van 6 zondagen in de lijdenstijd naar 7 zondagen in die tijd, is mijn vraag.
Gebruikersavatar
Arja
Berichten: 2059
Lid geworden op: 30 mei 2019, 15:57
Locatie: Provincie Utrecht
Contacteer:

Re: Augustinus en de 40 dagen tijd

Bericht door Arja »

claus schreef:Wie van jullie weet wanneer de protestantse kerken/gemeenten 7 lijdenszondagen hebben ingevoerd? In de oude kerkgeschiedenis is al eeuwenlang tot nu toe zelfs sprake van de veertig dagen tijd, ook bij Augustinus. Dat houdt in: vanaf een woensdag beginnen die 40 dagen en dat houdt weer in: 6 lijdenszondagen. Wanneer is men overgegaan van 6 zondagen in de lijdenstijd naar 7 zondagen in die tijd, is mijn vraag.
Dat komt bij onze reformatoren vandaan. Zij voegden een zondag eraan toe. Dit omdat ze tegen de Roomse traditie waren waarbij het carnaval werd gevierd met alles wat daarbij hoorde. De protestanten kiezen voor verootmoediging n plaats van een uitbundig feest vooraf.

Bron: http://www.mart-jaap.nl/2014/03/25/6-of ... szondagen/
Gebruikersavatar
Johann Gottfried Walther
Berichten: 4764
Lid geworden op: 05 feb 2008, 15:49

Re: Augustinus en de 40 dagen tijd

Bericht door Johann Gottfried Walther »

claus schreef:Wie van jullie weet wanneer de protestantse kerken/gemeenten 7 lijdenszondagen hebben ingevoerd? In de oude kerkgeschiedenis is al eeuwenlang tot nu toe zelfs sprake van de veertig dagen tijd, ook bij Augustinus. Dat houdt in: vanaf een woensdag beginnen die 40 dagen en dat houdt weer in: 6 lijdenszondagen. Wanneer is men overgegaan van 6 zondagen in de lijdenstijd naar 7 zondagen in die tijd, is mijn vraag.
Waar komen dan die zeven lijdensweken vandaan?

De reformatoren braken met de vastentijd, waarbij Calvijn radicaler was dan Luther. In plaats van de veertigdagentijd kwamen er in de gereformeerde traditie zeven lijdenszondagen. De protestantse lijdenstijd had niets te maken met vasten, hoewel de reformatie het vasten op zichzelf niet terzijde schoof. Iemand als Calvijn had nadrukkelijk oog voor vasten als vorm van schuldbelijdenis en verootmoediging, evenals latere gereformeerde theologen als Gisbertus Voetius en Wilhelmus à Brakel. In de lijdensweken lag de nadruk echter niet op vasten en boete doen, maar op de prediking van het lijden en sterven van Christus.

https://www.rd.nl/kerk-religie/zijn-er- ... n-1.525675
"Zie, de Heere is gekomen met Zijn vele duizenden heiligen, om gericht te houden tegen allen, en te straffen alle goddelozen onder hen, vanwege al hun goddeloze werken, die zij goddelooslijk gedaan hebben, en vanwege alle harde woorden, die de goddeloze zondaars tegen Hem gesproken hebben"
Erik1960
Verbannen
Berichten: 1633
Lid geworden op: 06 jan 2022, 17:03

Re: Augustinus en de 40 dagen tijd

Bericht door Erik1960 »

Ik kwam deze invulling van de 40dagentijd tegen:

Vast van kwetsende woorden - En zeg vriendelijke woorden
vast van verdriet - en wees vervuld van dankbaarheid
vast van woede - en wees vervuld met geduld
vast van pessimisme - en wees vervuld met hoop
vast van zorgen - en vertrouw op God
vast van klachten - en overweeg eenvoud
vast van drukte - en bid
vast van bitterheid - en vul je hart met vreugde
vast van egoisme - en heb mededogen met anderen
vast van wrok - en verzoen
vast van woorden - en zwijg zodat je kunt luisteren
’Wie uitziet en hoopt op de Heer krijgt nieuwe kracht: hij slaat zijn vleugels uit als een adelaar, hij loopt, maar wordt niet moe, hij rent, maar raakt niet uitgeput’.
Susanna
Berichten: 1061
Lid geworden op: 21 jul 2020, 21:01

Re: Augustinus en de 40 dagen tijd

Bericht door Susanna »

Als iemand tegen je zegt: "christenen die de vastentijd niet praktiseren missen de belangrijke boete aspecten van het geloof!", wat zou jij dan zeggen?
Gebruikersavatar
J.C. Philpot
Berichten: 8917
Lid geworden op: 22 dec 2006, 15:08

Re: Augustinus en de 40 dagen tijd

Bericht door J.C. Philpot »

Susanna schreef:Als iemand tegen je zegt: "christenen die de vastentijd niet praktiseren missen de belangrijke boete aspecten van het geloof!", wat zou jij dan zeggen?
Dan zou ik zeggen tegen die persoon: lees de onderstaande citaten uit de 95 stellingen van Luther.

Artikel 1:
Toen onze Heere en Meester Jezus Christus zei: ‘Doet boete’ enz. (Matth. 4:17),wilde Hij dat het hele leven van zijn gelovigen een voortdurende boete is.

Artikel 36:
36. Iedere christen die oprecht berouw over zijn zonden gevoelt, heeft volledige vergeving van straf en schuld, die hem ook zonder aflaatbrieven (of 40dagentijd, JCP) toekomt.

Artikel 62:
De ware schat der Kerk echter is het heilig evangelie van de heerlijkheid en de genade van God.
Man is nothing: he hath a free will to go to hell, but none to go to heaven, till God worketh in him to will and to do of His good pleasure.

George Whitefield
Erik1960
Verbannen
Berichten: 1633
Lid geworden op: 06 jan 2022, 17:03

Re: Augustinus en de 40 dagen tijd

Bericht door Erik1960 »

Susanna schreef:Als iemand tegen je zegt: "christenen die de vastentijd niet praktiseren missen de belangrijke boete aspecten van het geloof!", wat zou jij dan zeggen?
Als losse opmerking kan ik er niet zoveel mee. Heb je iets meer context?
’Wie uitziet en hoopt op de Heer krijgt nieuwe kracht: hij slaat zijn vleugels uit als een adelaar, hij loopt, maar wordt niet moe, hij rent, maar raakt niet uitgeput’.
Susanna
Berichten: 1061
Lid geworden op: 21 jul 2020, 21:01

Re: Augustinus en de 40 dagen tijd

Bericht door Susanna »

Erik1960 schreef:
Susanna schreef:Als iemand tegen je zegt: "christenen die de vastentijd niet praktiseren missen de belangrijke boete aspecten van het geloof!", wat zou jij dan zeggen?
Als losse opmerking kan ik er niet zoveel mee. Heb je iets meer context?
De context is een Rooms. Op die manier (vasten en boete doen) vervullen we wat ontbreekt van de verdrukkingen van Christus voor Zijn lichaam, hetwelk is de gemeente. Kol. 1:27. Om de verdiensten van de Passie op ons van toepassing te doen zijn, moeten we samenwerken (subjectieve verlossing) door geduldig de beproevingen te verdragen die God ons stuurt, om te worden als ons hoofd, Christus.
St. Thomas van Aquino:
. . . aangezien het lijden van Christus eraan voorafging, als een soort universele oorzaak van de vergeving van zonden, moet het op elk individu worden toegepast voor de reiniging van persoonlijke zonden. Dit gebeurt nu door de doop en boete en de andere sacramenten, die hun kracht ontlenen aan het lijden van Christus.
Erik1960
Verbannen
Berichten: 1633
Lid geworden op: 06 jan 2022, 17:03

Re: Augustinus en de 40 dagen tijd

Bericht door Erik1960 »

Susanna schreef:
Erik1960 schreef:
Susanna schreef:Als iemand tegen je zegt: "christenen die de vastentijd niet praktiseren missen de belangrijke boete aspecten van het geloof!", wat zou jij dan zeggen?
Als losse opmerking kan ik er niet zoveel mee. Heb je iets meer context?
De context is een Rooms. Op die manier (vasten en boete doen) vervullen we wat ontbreekt van de verdrukkingen van Christus voor Zijn lichaam, hetwelk is de gemeente. Kol. 1:27. Om de verdiensten van de Passie op ons van toepassing te doen zijn, moeten we samenwerken (subjectieve verlossing) door geduldig de beproevingen te verdragen die God ons stuurt, om te worden als ons hoofd, Christus.
St. Thomas van Aquino:
. . . aangezien het lijden van Christus eraan voorafging, als een soort universele oorzaak van de vergeving van zonden, moet het op elk individu worden toegepast voor de reiniging van persoonlijke zonden. Dit gebeurt nu door de doop en boete en de andere sacramenten, die hun kracht ontlenen aan het lijden van Christus.
In mijn omgeving zie ik steeds meer katholieken die de vastentijd ‘overslaan’ en steeds meer protestanten die zich gedurende de lijdenstijd onthouden van bijvoorbeeld alcohol of snoep. Maar een uitgebreide vasten-traditie zie ik er niet van komen. Ook al vanwege wat Philpot hierboven citeert uit de stellingen van Luther.
’Wie uitziet en hoopt op de Heer krijgt nieuwe kracht: hij slaat zijn vleugels uit als een adelaar, hij loopt, maar wordt niet moe, hij rent, maar raakt niet uitgeput’.
Gebruikersavatar
Ararat
Berichten: 1711
Lid geworden op: 30 apr 2018, 17:35
Locatie: ZLD

Re: Augustinus en de 40 dagen tijd

Bericht door Ararat »

Erik1960 schreef:Ik kwam deze invulling van de 40dagentijd tegen:

Vast van kwetsende woorden - En zeg vriendelijke woorden
vast van verdriet - en wees vervuld van dankbaarheid
vast van woede - en wees vervuld met geduld
vast van pessimisme - en wees vervuld met hoop
vast van zorgen - en vertrouw op God
vast van klachten - en overweeg eenvoud
vast van drukte - en bid
vast van bitterheid - en vul je hart met vreugde
vast van egoisme - en heb mededogen met anderen
vast van wrok - en verzoen
vast van woorden - en zwijg zodat je kunt luisteren
Ik zit een beetje terug te lezen, kwam deze tegen. Ik moet opbiechten dat het mij niet helemaal gelukt is ;)
Wees op je hoede voor het zuurdeeg
Erik1960
Verbannen
Berichten: 1633
Lid geworden op: 06 jan 2022, 17:03

Re: Augustinus en de 40 dagen tijd

Bericht door Erik1960 »

Ararat schreef:
Erik1960 schreef:Ik kwam deze invulling van de 40dagentijd tegen:

Vast van kwetsende woorden - En zeg vriendelijke woorden
vast van verdriet - en wees vervuld van dankbaarheid
vast van woede - en wees vervuld met geduld
vast van pessimisme - en wees vervuld met hoop
vast van zorgen - en vertrouw op God
vast van klachten - en overweeg eenvoud
vast van drukte - en bid
vast van bitterheid - en vul je hart met vreugde
vast van egoisme - en heb mededogen met anderen
vast van wrok - en verzoen
vast van woorden - en zwijg zodat je kunt luisteren
Ik zit een beetje terug te lezen, kwam deze tegen. Ik moet opbiechten dat het mij niet helemaal gelukt is ;)
Het is ook heel wat; misschien niet alles tegelijk willen?
’Wie uitziet en hoopt op de Heer krijgt nieuwe kracht: hij slaat zijn vleugels uit als een adelaar, hij loopt, maar wordt niet moe, hij rent, maar raakt niet uitgeput’.
Plaats reactie