Vraag met betrekking tot de ''roem'' (trots) van Paulus.

Plaats reactie
Gebruikersavatar
Van Ewijk
Berichten: 1753
Lid geworden op: 01 apr 2015, 18:05

Vraag met betrekking tot de ''roem'' (trots) van Paulus.

Bericht door Van Ewijk »

In 1 Korinthiërs 9 14-16 lezen wij het volgende:
14 Alzo heeft ook de Heere geordineerd dengenen, die het Evangelie verkondigen, dat zij van het Evangelie leven.
15 Maar ik heb geen van deze dingen gebruikt. En ik heb dit niet geschreven, opdat het alzo aan mij geschieden zou; want het ware mij beter te sterven, dan dat iemand dezen mijn roem zou ijdel maken.
16 Want indien ik het Evangelie verkondige, het is mij geen roem; want de nood is mij opgelegd. En wee mij, indien ik het Evangelie niet verkondig!
Hier lijkt Paulus zichzelf tegen te spreken.
Aan de ene kant zegt hij dat niemand zijn roem ijdel zal maken, vrijwel meteen er na verkondigd hij dat het hem geen roem is.
In sommige vertalingen word het woord roem vertaald met trots, Paulus laat zich dus zijn trots (op zijn zelfvoorziendheid) niet af pakken, maar tegelijk zegt hij dat hij geen trots heeft omdat de last van de evangelieverkondiging hem is opgelegd.

Is Paulus nu trots of niet?
Of zegt hij juist dat men hem niet af kan pakken wat hij niet heeft?
''Niemand is armer dan hij die in tijden van nood zijn geloof verliest.''
-DIA-
Berichten: 32701
Lid geworden op: 03 okt 2008, 00:10

Re: Vraag met betrekking tot de ''roem'' (trots) van Paulus.

Bericht door -DIA- »

Van Ewijk schreef:In 1 Korinthiërs 9 14-16 lezen wij het volgende:
14 Alzo heeft ook de Heere geordineerd dengenen, die het Evangelie verkondigen, dat zij van het Evangelie leven.
15 Maar ik heb geen van deze dingen gebruikt. En ik heb dit niet geschreven, opdat het alzo aan mij geschieden zou; want het ware mij beter te sterven, dan dat iemand dezen mijn roem zou ijdel maken.
16 Want indien ik het Evangelie verkondige, het is mij geen roem; want de nood is mij opgelegd. En wee mij, indien ik het Evangelie niet verkondig!
Hier lijkt Paulus zichzelf tegen te spreken.
Aan de ene kant zegt hij dat niemand zijn roem ijdel zal maken, vrijwel meteen er na verkondigd hij dat het hem geen roem is.
In sommige vertalingen word het woord roem vertaald met trots, Paulus laat zich dus zijn trots (op zijn zelfvoorziendheid) niet af pakken, maar tegelijk zegt hij dat hij geen trots heeft omdat de last van de evangelieverkondiging hem is opgelegd.

Is Paulus nu trots of niet?
Of zegt hij juist dat men hem niet af kan pakken wat hij niet heeft?
Hebt u de Bijbelverklaring van Matthew Henry? Zo nee, dan wil ik wel opzoeken wat hij daarvan zegt.
© -DIA- Laatst actief: 00 xxx 24??
Gebruikersavatar
Van Ewijk
Berichten: 1753
Lid geworden op: 01 apr 2015, 18:05

Re: Vraag met betrekking tot de ''roem'' (trots) van Paulus.

Bericht door Van Ewijk »

-DIA- schreef: Hebt u de Bijbelverklaring van Matthew Henry? Zo nee, dan wil ik wel opzoeken wat hij daarvan zegt.
Nee, Die heb ik helaas niet in mijn bezit, dus als u het doen wilt, graag en bedankt.
''Niemand is armer dan hij die in tijden van nood zijn geloof verliest.''
Gebruikersavatar
samanthi
Berichten: 7880
Lid geworden op: 16 jul 2009, 10:30
Locatie: rotterdam

Re: Vraag met betrekking tot de ''roem'' (trots) van Paulus.

Bericht door samanthi »

O HEERE, wat is de mens, dat Gij hem kent? Het kind des mensen, dat Gij het acht?
-DIA-
Berichten: 32701
Lid geworden op: 03 okt 2008, 00:10

Re: Vraag met betrekking tot de ''roem'' (trots) van Paulus.

Bericht door -DIA- »

Van Ewijk schreef:
-DIA- schreef: Hebt u de Bijbelverklaring van Matthew Henry? Zo nee, dan wil ik wel opzoeken wat hij daarvan zegt.
Nee, Die heb ik helaas niet in mijn bezit, dus als u het doen wilt, graag en bedankt.
Ik hoop dat DV morgen te doen.
© -DIA- Laatst actief: 00 xxx 24??
Gebruikersavatar
hage
Berichten: 76
Lid geworden op: 14 nov 2008, 13:14
Locatie: -><-

Re: Vraag met betrekking tot de ''roem'' (trots) van Paulus.

Bericht door hage »

Hieronder wat Dächsel ervan zegt.
Voorzichtigheidshalve: volgens mij is de originele verklaring van Dächsel over vers 15 korter dan het geciteerde. Wie wat heeft toegevoegd weet ik niet, maar het schuine gedeelte kom ik niet tegen in de Duitse versie. Het is bekend dat de NL-vertaling uitgebreider is.

15. Maar ik heb geen van deze dingen, die volgens de zo-even genoemde zowel Oud- als Nieuw-Testamentische regeling (vs. 13 v.) een dienaar van het Evangelie rechtens toekomen, gebruikt, zodat ik mij voedsel, kleding, geld enz. zou hebben laten brengen (Hand. 20: 33). En ik heb dit ook niet geschreven met een bedoeling voor de toekomst, opdat het zo aan mij gebeuren zou; ik heb het niet gezegd als een aanmaning om mij in het vervolg dat alles te schenken; want het was voor mij beter te sterven, dan dat iemand mijn roem, dat ik het Evangelie predik zonder loon, zonder er ook maar een stuk brood voorte ontvangen (vs. 18), ijdel zou maken. Ik wil niet dat iemand er mij ooit toe zou brengen voortaan een andere wijze dan tot hiertoe te volgen en mij voortaan door de gemeenten zou laten onderhouden.

De apostel schrijft hier in de eerste persoon enkelvoud (vgl. vs. 4 vv. en 11 vv.), omdat hij reeds van plan was om over de zin en de bedoeling van zijn uiteenzetting op een manier te spreken, dat het misverstand voorkomen werd, alsof hij erop doelde dat men hem voortaan zou geven wat hij tot hiertoe niet had begeerd. Daardoor verkrijgt zijn uiteenzetting een wending, waarbij alleen zijn persoon genoemd wordt.
Het grootste tijdelijke verlies achtte hij minder dan het verlies van zijn roem, die hij voor de eeuwigheid wilde hebben. Moest hij een van beide kiezen, te sterven met de roem van een prediker van het Evangelie, die van zijn vrijheid en macht om de zaak en eer van de Heere afstand had gedaan, of te leven voor de prijs, dat die roem teniet werd gedaan, dan zou hij betuigen: ik wil liever sterven, want ik vrees dat zonder mijn roem ik de vrucht niet zou hebben, waarom ik alleen begeer te leven (Fil. 1: 22). Met zijn roem prees Paulus God en offerde hij Hem dank voor Zijn onuitsprekelijke genade, waarin Hij, de laatstgeborene, ja de vervolger tot apostel had geroepen. Daarom hield hij er niet voor, dat zijn roem de andere apostelen verduisterde, de manier van zijn roeping plaatste hem in andere verhouding tot het apostolisch ambt dan de twaalf, zodat hij zichzelf als ondankbaarheid zou hebben toegerekend wat bij zijn ambtgenoten gebruik maken was van het recht aan hun ambt verbonden.


16. Want als ik het Evangelie verkondig, het is voor mij geen roem, zoals anderen menen daardoor een oorzaak van roem te hebben, die dat werk uit eigen beweging en gewillig (vs.17) doen; ik mag er niet op roemen, a) want de nood is mij opgelegd. Bij mij is er geen sprake vaneen vrijwillig op mij nemen van het predikambt, maar alleen van een gedwongen inleiden van de kant van de Heere (Jer. 20: 7). En wee mij, als Ik het Evangelie niet verkondig, wat een zwaar oordeel zou ik daardoorop mij laden!
a) Rom. 1: 14.

Ik zou roem overigens niet letterlijk overzetten als ons woord trots. Dat terzijde :huhu .
fidelis sermo (et omni acceptione dignus)
Gebruikersavatar
Posthoorn
Berichten: 6465
Lid geworden op: 04 dec 2008, 11:22

Re: Vraag met betrekking tot de ''roem'' (trots) van Paulus.

Bericht door Posthoorn »

Van Ewijk schreef:In 1 Korinthiërs 9 14-16 lezen wij het volgende:
14 Alzo heeft ook de Heere geordineerd dengenen, die het Evangelie verkondigen, dat zij van het Evangelie leven.
15 Maar ik heb geen van deze dingen gebruikt. En ik heb dit niet geschreven, opdat het alzo aan mij geschieden zou; want het ware mij beter te sterven, dan dat iemand dezen mijn roem zou ijdel maken.
16 Want indien ik het Evangelie verkondige, het is mij geen roem; want de nood is mij opgelegd. En wee mij, indien ik het Evangelie niet verkondig!
Hier lijkt Paulus zichzelf tegen te spreken.
Aan de ene kant zegt hij dat niemand zijn roem ijdel zal maken, vrijwel meteen er na verkondigd hij dat het hem geen roem is.
In sommige vertalingen word het woord roem vertaald met trots, Paulus laat zich dus zijn trots (op zijn zelfvoorziendheid) niet af pakken, maar tegelijk zegt hij dat hij geen trots heeft omdat de last van de evangelieverkondiging hem is opgelegd.

Is Paulus nu trots of niet?
Of zegt hij juist dat men hem niet af kan pakken wat hij niet heeft?
Volgens mij is de eerste 'roem' waar Paulus over spreekt het feit dat hij het Evangelie bracht, zonder daar geld voor te krijgen; hij voorzag in zijn eigen levensonderhoud en wilde dat ook beslist niet anders. Terwijl een evangeliedienaar het recht heeft om door de gemeenten onderhouden te worden.
gallio
Berichten: 1963
Lid geworden op: 14 jan 2004, 16:01

Re: Vraag met betrekking tot de ''roem'' (trots) van Paulus.

Bericht door gallio »

Posthoorn schreef:
Van Ewijk schreef:
Is Paulus nu trots of niet?
Of zegt hij juist dat men hem niet af kan pakken wat hij niet heeft?
Volgens mij is de eerste 'roem' waar Paulus over spreekt het feit dat hij het Evangelie bracht, zonder daar geld voor te krijgen; hij voorzag in zijn eigen levensonderhoud en wilde dat ook beslist niet anders. Terwijl een evangeliedienaar het recht heeft om door de gemeenten onderhouden te worden.
Dat is ook min of meer wat Matthew Henry er over zegt. Ik wilde eigenlik wachten met posten tot DIA reageert maar ik zie nog niets van hem.

Dr. Gill's zegt in zijn commentaar dat het roemen van Paulus eigenlijk is de verdediging tegenover valse leraars. Daar kan ik me in vinden. Roem of trots zijn misschien niet de beste woorden om dit duidelijk te maken.

De ESV Study Bible stelt ook dat het word pride (trots) zo niet opgevat moet worden maar spreekt over joy (vreugde) en fullfilment (voldoening) in wat God door hem gedaan heeft.
Gebruikersavatar
hage
Berichten: 76
Lid geworden op: 14 nov 2008, 13:14
Locatie: -><-

Re: Vraag met betrekking tot de ''roem'' (trots) van Paulus.

Bericht door hage »

gallio schreef: De ESV Study Bible stelt ook dat het word pride (trots) zo niet opgevat moet worden maar spreekt over joy (vreugde) en fullfilment (voldoening) in wat God door hem gedaan heeft.
Naar mijn mening is dat inderdaad een goede omschrijving. Het roemen heeft in de context niet de betekenis van 'zichzelf beroemen op', maar beroemen in of roem vinden in iets.
fidelis sermo (et omni acceptione dignus)
-DIA-
Berichten: 32701
Lid geworden op: 03 okt 2008, 00:10

Re: Vraag met betrekking tot de ''roem'' (trots) van Paulus.

Bericht door -DIA- »

-DIA- schreef:
Van Ewijk schreef:
-DIA- schreef: Hebt u de Bijbelverklaring van Matthew Henry? Zo nee, dan wil ik wel opzoeken wat hij daarvan zegt.
Nee, Die heb ik helaas niet in mijn bezit, dus als u het doen wilt, graag en bedankt.
Ik hoop dat DV morgen te doen.
Ik ben vandaag nog niet in de gelegenheid geweest, maar vergeet het niet. Wellicht vanavond.
© -DIA- Laatst actief: 00 xxx 24??
-DIA-
Berichten: 32701
Lid geworden op: 03 okt 2008, 00:10

Re: Vraag met betrekking tot de ''roem'' (trots) van Paulus.

Bericht door -DIA- »

Hier past ook hetzelfde wat ik in een ander topic heb geplaatst. Hoe Paulus hierover spreekt.

15. Maar ik heb geen van deze dingen gebruikt. En ik heb dit niet geschreven, opdat het alzo aan mij geschieden zou; want het ware mij beter te sterven, dan dat iemand dezen mijn roem zou ijdel maken. 16. Want indien ik het Evangelie verkondig, het is mij geen roem, want de nood is mij opgelegd. En wee mij, indien ik het Evangelie niet verkondig! 17. Want indien ik dat gewillig doe, zo heb ik loon; maar indien onwillig, de uitdeling is mij evenwel toebetrouwd. 18. Wat loon heb ik dan? Namelijk dat ik het Evangelie verkondigende, het Evangelie van Christus kosteloos stel, om mijne macht in het Evangelie niet te misbruiken.

Hier zegt hij hun, dat hij desniettegenstaande van zijn voorrecht afstand gedaan heeft en noemt zijn redenen daarvoor op.
I. Hij zegt hun dat hij in vroeger tijd verwaarloosd heeft zijn recht te handhaven. Ik heb geen van deze dingen gebruikt, vers 15. Hij at noch dronk op hunne kosten; hij leidde geen vrouw met zich om, en ontzag geen arbeid om zijn eigen onderhoud te betalen. Van anderen had hij onderstand aangenomen, maar niet van hen; en dat om bepaalde redenen.
Ook schreef hij dit niet om nú zijn rechten te laten gelden. Ofschoon hij thans zijn aanspraak handhaafde, liet hij haar toch niet gelden, maar verloochende zichzelf om hunnentwil en ter wille van het Evangelie.
II. Hier wordt ons de reden aangetoond voor dit betoon van zelfverloochening. Hij wilde niet dat zijn roem verijdeld werd. Het ware mij beter te sterven, dan dat iemand dezen mijn roem zou ijdel maken, vers 15. Deze roem had niets gemeen met pochrij, zelfverheffing of jacht op toejuiching, maar had een hoge graad van voldoening en troost Het was hem een buitengewoon genoegen het Evangelie kosteloos te prediken; en hij was vast besloten onder hen deze roem niet te verliezen. Zijn vorderingen in de uitbreiding van het Evangelie waren zijn roem; en deze achtte hij boven zijn rechten, ja zelfs boven zijn leven. Beter ware het hem te sterven, dan dat deze zijn roem zou verijdeld worden; dan dat naar waarheid gezegd kon worden dat hij zijn loon boven zijn werk schatte. Neen, hij was bereid zichzelf ter wille van het Evangelie te verloochenen om Christus te dienen en de zielen te redden. Dusdoende verricht hij wel niet meer dan hij verplicht is; hij handelt altijd nog binnen de grenzen der liefde. Maar hij handelt volgens waarlijk-edele beginselen, hij brengt zodoende God meer eer; die Hem eren zal Hij eren. Dit zal God goedkeuren en belonen, wat iemand zelf mag waarderen en tot troost herdenken, ofschoon er op zichzelf geen verdienste voor God in is.
III. Hij toont aan dat deze zelfverloochening in zichzelf eervoller was en hem meer tevredenheid en troost verschafte, dan zijn prediking deed. Want indien ik het Evangelie verkondig, het is mij geen roem; want de nood is mij opgelegd. En wee mij indien ik het Evangelie niet verkondig, vers 16. Het is mijn lust, mijn werk; dat is het werk waartoe ik tot apostel aangesteld ben. Het is in geen enkel opzicht een zaak, die me vrijstaat. De nood is mij opgelegd. Ik zou vals en ontrouw aan mijn roeping zijn; ik zou een duidelijk en opzettelijk bevel overtreden, en wee mij indien ik het Evangelie niet verkondig. Wee hun zo ze het niet doen! Niemand is daarvan uitgezonderd. Maar tot geen hunner komt het bevel het Evangelie om niet te prediken; het te verkondigen en daarin niet zijn levensonderhoud te vinden. Er is niet gezegd: Wee hunner indien zij het Evangelie niet prediken en niet tegelijkertijd voor hun onderhoud zorgen. Op dit punt hebben zijn vrijheid. Het kan in sommige tijden en omstandigheden zijn plicht zijn te prediken, zonder daarvoor levensonderhoud te ontvangen, maar in het algemeen heeft hij er recht op, en mag het verwachten van hen, onder wie hij arbeidt. Wanneer hij van dit recht afstand doet ter wille van het Evangelie en van de zielen der mensen, doet hij dat niet op hoog bevel, neen, uit zelfverloochening geeft hij zijn voorrecht en recht prijs; hij doet meer dan zijn opdracht en dienst over het algemeen hem verplichten. Wee hem zo hij het Evangelie niet predikt; maar het kan in sommige gevallen zijn plicht zijn de beloning daarvoor te vorderen; en wanneer hij daarvan afziet staat hij af van zijn rechten, ofschoon daar iemand daar in sommige tijden geroepen worden kan door zijn plicht van liefde tot God en de mensen. Men heeft een hoog standpunt in de godsdienst bereikt wanneer men afziet van eigen rechten ten goede van anderen; dit zal aanspraak geven op buitengewone beloning door God. Want:
IV. De apostel deelt ons mede dat het vervullen van onze plicht met een willig hart genadige beloning bij God vindt. Indien ik dat gewillig doe; dat is zowel het Evangelie prediken als afzien van levensonderhoud daarvoor: zo heb ik loon. Inderdaad, alleen gewillige dienst wordt door God beloond. Het is niet het bloot verrichten van onze plicht, maar dat van harte (dat is gewillig en gaarne) te doen, wat God beloofd heeft te zullen belonen. Houd uw hart buiten uw plichten, en God zal ze verafschuwen; ze zijn dan slechts geraamten van godsdienst, zonder leven en geest. Zij die wensen Gode aangenaam te zijn, moeten gewillig prediken. Zij moeten hun genoegen vinden in hun werk gewillig verrichten, zullen ze verwachten dat het aangenomen en beloond wordt. Maar hetzij de plicht van de dienst gewillig of met tegenzin vervuld wordt; hetzij het hart erbij is of er zich aan onttrekt; alle dienaren hebben een last en opdracht van God, waarvan zij rekenschap zullen geven. Dienaren hebben de uitdeling van het Evangelie, huisbezorging, Lukas 14 : 2, rentmeesterschap is hun toevertrouwd. Aan de gewillige dienaren van Christus zal hun beloning niet ontgaan; en dat wel geëvenredigd naar hun getrouwheid, ijver en werkzaamheid, en al Zijn luie en onwillige dienstknechten zullen ter verantwoording geroepen worden. Het aannemen van Zijn naam en het uitvoeren van Zijn werk maakt iemand rekenplichtig voor Zijn rechtbank. En hoe treurig zal de verantwoording van luie dienstknechten zijn!
V. De apostel vat zijn bewijsvoering samen door hun voor te houden de bemoedigende hoop op grote beloning voor zijn merkwaardige zelfverloochening. Wat loon heb ik dan? vers 18. Welke beloning mag ik daarvoor van God verwachten? Dat ik het Evangelie verkondigende, het Evangelie van Christus kosteloos stelle, om mijne macht in het Evangelie niet te misbruiken.
Of: dat ik niet zó aanspraak maak op mijn recht dat daardoor het grote doel van mijn dienst vernietigd wordt; maar er daarom afstand van doe. Het is misbruik van macht wanneer men haar aanwendt tegen de duidelijke bedoeling in waartoe ze gegeven is. En de apostel wilde nooit zijn macht gebruiken, of de voorrechten aan zijn dienst verbonden, aanwenden, zó dat ze het doel verijdelen, maar wenste gewillig en met liefde zichzelf te verloochenen voor de eer en het welzijn der zielen. De dienaren, die zijn voorbeeld volgen, mogen op goede gronden op volle beloning rekenen.

De vierde druk, met groene band, heeft exact dezelfde tekst als hierboven. Hoewel deze uit een oudere druk komt zie ik geen verschil met de vierde druk (Matthew Henry, verklaring van het Nieuwe Testament, uitgave De Groot, Goudriaan)
© -DIA- Laatst actief: 00 xxx 24??
Plaats reactie