Wat eist ? Wat wil? Wat gebiedt? Wat leert?
Geplaatst: 10 dec 2011, 04:35
Het is mij opgevallen dat de HC in het derde hoofdstuk van de Dankbaarheid de verschillende zondagen over de Wet des Heeren, op verschillende wijze de vraag begint:
Zondag 35: Wat eist ....
Zondag 36: Wat wil ....
Zondag 38: Wat gebiedt..
Zondag 39: Wat wil....
Zondag 40: Wat eist....
Zondag 41: Wat leert...
Zondag 42: Wat verbiedt...
Zondag 43: Wat wil...
Zondag 44: Wat eist...
Wat zou hiervan de reden zijn ?
Verder heb ik nog een vraag:
Al de geboden hebben dezelfde waarde, zijn dus gelijkwaardig aan elkaar.
Toch heeft "wat eist..." , voor mij een andere gevoelswaarde dan "wat wil...." en "wat leert..."
Eisen klinkt sterker, strenger, dan willen en leren..
Waarom er dan voor het ene gebod "eisen" gebruikt wordt en voor het andere gebod "wat leert..." is mij dan ook niet duidelijk.
De vragen staan in het deel over de dankbaarheid, in het leven der heiligmaking.
Is het dan juist om dan nog van eisen, gebieden en verbieden te spreken?
Immers, in de heiligmaking is de wil toch al geheiligd door de Heilige Geest om de wet te doen uit dankbaarheid als gerechtvaardigde zondaar ? Immers, voor de gerechtvaardige zondaar is de eis der Wet toch vervuld door de Borg en Middelaar Jezus Christus ?
Zondag 35: Wat eist ....
Zondag 36: Wat wil ....
Zondag 38: Wat gebiedt..
Zondag 39: Wat wil....
Zondag 40: Wat eist....
Zondag 41: Wat leert...
Zondag 42: Wat verbiedt...
Zondag 43: Wat wil...
Zondag 44: Wat eist...
Wat zou hiervan de reden zijn ?
Verder heb ik nog een vraag:
Al de geboden hebben dezelfde waarde, zijn dus gelijkwaardig aan elkaar.
Toch heeft "wat eist..." , voor mij een andere gevoelswaarde dan "wat wil...." en "wat leert..."
Eisen klinkt sterker, strenger, dan willen en leren..
Waarom er dan voor het ene gebod "eisen" gebruikt wordt en voor het andere gebod "wat leert..." is mij dan ook niet duidelijk.
De vragen staan in het deel over de dankbaarheid, in het leven der heiligmaking.
Is het dan juist om dan nog van eisen, gebieden en verbieden te spreken?
Immers, in de heiligmaking is de wil toch al geheiligd door de Heilige Geest om de wet te doen uit dankbaarheid als gerechtvaardigde zondaar ? Immers, voor de gerechtvaardige zondaar is de eis der Wet toch vervuld door de Borg en Middelaar Jezus Christus ?