Je draaft een beetje door volgens mij Jacobmarin.
Hoe je het hoedje ook ziet, al zou het een cultuurverschijnsel zijn (wat ik absoluut niet geloof) dan nog, als je het tot eer van God doet en er om wordt uitgelachen, dan is het de smaadheid dragen om Christus wil.
We kunnen nog wel wat leren van de vroege christenen (150 na Christus) wat dat betreft, getuigd een Brief aan Diognetus
Het geheim van het christendom
"De christenen onderscheiden zich niet van andere mensen door taal, vaderland of kledij.
Zij wonen immers nergens in eigen steden, gebruiken geen afwijkend dialect en leven geen uitzonderlijk leven.
Hun leer is niet uitgevonden door de vindingrijkheid of het overleg van mensen die zich met nutteloze problemen bezighouden en zij zijn niet,
zoals sommigen, de verdedigers van een menselijke leer.
Zij wonen in steden van Grieken en barbaren, zoals aan ieder het lot beschoren was
en zij leven volgens de zeden van het land, wat betreft kledij, voeding en andere levensomstandigheden,
en geven zo blijk van een verwonderlijk en naar aller mening paradoxaal burgerschap.
Zij wonen in hun eigen vaderland, maar als vreemdeling;
zij kwijten zich van hun burgerplichten en verdragen als vreemdeling alles.
Ieder vreemd land is hun vaderland en ieder vaderland is een vreemd land.
Zij trouwen als ieder ander maar leggen hun kinderen niet te vondeling.
Zij delen hun tafel maar niet hun bed.
Zij leven in het vlees maar niet naar het vlees.
Zij wonen op aarde maar zijn thuis in de hemel.
Zij gehoorzamen de heersende wetten maar overtreffen ze in hun eigen leven.
Zij hebben iedereen lief en worden door iedereen vervolgd.
Zij worden miskend en veroordeeld; ze worden gedood en ten leven gewekt.
Zij zijn arm als bedelaars maar maken velen rijk.
Zij hebben aan alles gebrek maar leven in overvloed.
Zij worden veracht maar ze worden verheerlijkt door de verachting.
Ze worden belasterd maar worden gerechtvaardigd door de laster.
Zij worden bespot en ze zegenen. Ze worden beledigd en bewijzen eer aan zij die hen beledigen.
Hoewel zij goed doen, worden ze gestraft als misdadigers.
Zij die hen haten kunnen geen reden opgeven voor hun haat."
Wie zegt 'er is geen waarheid' heeft groot gelijk, want die bestaat wél.
jakobmarin schreef:We kunnen nog wel wat leren van de vroege christenen (150 na Christus) wat dat betreft, getuigd een Brief aan Diognetus
Het geheim van het christendom
"De christenen onderscheiden zich niet van andere mensen door taal, vaderland of kledij.
Zij wonen immers nergens in eigen steden, gebruiken geen afwijkend dialect en leven geen uitzonderlijk leven.
Hun leer is niet uitgevonden door de vindingrijkheid of het overleg van mensen die zich met nutteloze problemen bezighouden en zij zijn niet,
zoals sommigen, de verdedigers van een menselijke leer.
Zij wonen in steden van Grieken en barbaren, zoals aan ieder het lot beschoren was
en zij leven volgens de zeden van het land, wat betreft kledij, voeding en andere levensomstandigheden,
en geven zo blijk van een verwonderlijk en naar aller mening paradoxaal burgerschap.
Zij wonen in hun eigen vaderland, maar als vreemdeling;
zij kwijten zich van hun burgerplichten en verdragen als vreemdeling alles.
Ieder vreemd land is hun vaderland en ieder vaderland is een vreemd land.
Zij trouwen als ieder ander maar leggen hun kinderen niet te vondeling.
Zij delen hun tafel maar niet hun bed.
Zij leven in het vlees maar niet naar het vlees.
Zij wonen op aarde maar zijn thuis in de hemel.
Zij gehoorzamen de heersende wetten maar overtreffen ze in hun eigen leven.
Zij hebben iedereen lief en worden door iedereen vervolgd.
Zij worden miskend en veroordeeld; ze worden gedood en ten leven gewekt.
Zij zijn arm als bedelaars maar maken velen rijk.
Zij hebben aan alles gebrek maar leven in overvloed.
Zij worden veracht maar ze worden verheerlijkt door de verachting.
Ze worden belasterd maar worden gerechtvaardigd door de laster.
Zij worden bespot en ze zegenen. Ze worden beledigd en bewijzen eer aan zij die hen beledigen.
Hoewel zij goed doen, worden ze gestraft als misdadigers.
Zij die hen haten kunnen geen reden opgeven voor hun haat."
Kunnen leer en leven los gemaakt worden van taal en teken?
Wilhelm schreef:Je draaft een beetje door volgens mij Jacobmarin.
Hoe je het hoedje ook ziet, al zou het een cultuurverschijnsel zijn (wat ik absoluut niet geloof) dan nog, als je het tot eer van God doet en er om wordt uitgelachen, dan is het de smaadheid dragen om Christus wil.
Wat ik een beetje krokodillentranen vind, is dat we direct roepen dat we smaadheid dragen, als we tegengewerkt worden (in welke vorm dan ook)
in onze eigen dingetjes (hoeden en rokken dragen, weigerambtenaar, refo-scholen, sgp-vrouw-verplichting, etc.), terwijl christenen die écht vervolgd worden hele andere dingen meemaken.
Dat is totaal niet te vergelijken en moeten wij westerse onze mond maar een beetje houden dat wij smaadheid zouden dragen in deze soort dingetjes.
Immers, waar worden we tegengehouden om het Evangelie te brengen of samen te komen?
Wie is er ooit gearresteerd omdat bij de bijbel las?
Of heeft zijn baan verloren omdat bij christen was (en dan hebben we altijd de CU nog)?
etc. etc.
Dat zijn hele andere zaken, dan uitgelachen te worden om een subcultureel kledingstuk (heel veel christinnen dragen geen hoed of sluier).
Ik werd vroeger uitgelachen omdat ik een ribbroek (was netter) moest dragen en al mijn vriendjes een spijkerbroek.
Nou, dat had echt niets te maken met mijn navolging van Christus.
Hoe kun je God eren met je kleding?
Door je kuis te kleden en niet protserig versierd (in bijv. dure merkkleding), niet door je apart te gaan gedragen oid.
Wie zegt 'er is geen waarheid' heeft groot gelijk, want die bestaat wél.
Het met gedekt hoofd naar de kerk gaan is een Bijbelse notitie. Als daar om gelachen wordt dan zie ik dat een van de onderdelen van het smaadheid dragen om Christus' wil.
Het verschil rib-broek/spijkerbroek zie ik niet op dezelfde lijn als het hoofddeksel.
Maar als jij (als jongere) uit gehoorzaamheid aan je ouders die broek draagt én je wordt bespot; dat zou weer wel smaadheid om Christus' wil zijn.
Het zijn maar speldenprikjes vergeleken met de vervolging waarmee andere christenen te maken hebben.
Al kan het voor een jongere ook best heftig zijn.
jakobmarin schreef:Wat ik een beetje krokodillentranen vind, is dat we direct roepen dat we smaadheid dragen, als we tegengewerkt worden (in welke vorm dan ook)
in onze eigen dingetjes (hoeden en rokken dragen, weigerambtenaar, refo-scholen, sgp-vrouw-verplichting, etc.), terwijl christenen die écht vervolgd worden hele andere dingen meemaken.
Dat is totaal niet te vergelijken en moeten wij westerse onze mond maar een beetje houden dat wij smaadheid zouden dragen in deze soort dingetjes.
Immers, waar worden we tegengehouden om het Evangelie te brengen of samen te komen?
Wie is er ooit gearresteerd omdat bij de bijbel las?
Of heeft zijn baan verloren omdat bij christen was (en dan hebben we altijd de CU nog)?
etc. etc.
Dat zijn hele andere zaken, dan uitgelachen te worden om een subcultureel kledingstuk (heel veel christinnen dragen geen hoed of sluier).
Ik werd vroeger uitgelachen omdat ik een ribbroek (was netter) moest dragen en al mijn vriendjes een spijkerbroek.
Nou, dat had echt niets te maken met mijn navolging van Christus.
Hoe kun je God eren met je kleding?
Door je kuis te kleden en niet protserig versierd (in bijv. dure merkkleding), niet door je apart te gaan gedragen oid.
Wat je hier ook allemaal van vindt, eenheidbevorderend is dit soort gepraat in elk geval niet. Enig respect voor mensen die er misschien wat andere inzichten dan jij op na houden, is misschien wel op zijn plaats.
Afgewezen schreef:Wat je hier ook allemaal van vindt, eenheidbevorderend is dit soort gepraat in elk geval niet. Enig respect voor mensen die er misschien wat andere inzichten dan jij op na houden, is misschien wel op zijn plaats.
Het is de vraag dan even, welke eenheid je dan bedoelt?
Als het om eenheid gaat die zich beperkt tot uiterlijkheden en 'zo zijn onze manieren', dan heb je gelijk.
Kijk, ik ga veel met gg-jongeren om en die worden, zacht gezegd, niet echt enthousiast van dit soort zaken.
Als wij maar blijven hameren op het aambeeld van het anders zijn (in uiterlijkheden) en we geen kritische kanttekeningen zetten bij ideeën zoals mevr. Taverne die heeft, haken de jongeren echt af.
Dan vind ik, en zij ook verwacht ik, het geluid van de briefschrijver (aan Diognetus) veel gezonder klinken.
Overigens: ik val Mevr. Taverne noch haar vader aan, maar wel de ideeën die ze aanvoeren.
Wie zegt 'er is geen waarheid' heeft groot gelijk, want die bestaat wél.
Afgewezen schreef:Wat je hier ook allemaal van vindt, eenheidbevorderend is dit soort gepraat in elk geval niet. Enig respect voor mensen die er misschien wat andere inzichten dan jij op na houden, is misschien wel op zijn plaats.
Het is de vraag dan even, welke eenheid je dan bedoelt?
Als het om eenheid gaat die zich beperkt tot uiterlijkheden en 'zo zijn onze manieren', dan heb je gelijk.
Kijk, ik ga veel met gg-jongeren om en die worden, zacht gezegd, niet echt enthousiast van dit soort zaken.
Als wij maar blijven hameren op het aambeeld van het anders zijn (in uiterlijkheden) en we geen kritische kanttekeningen zetten bij ideeën zoals mevr. Taverne die heeft, haken de jongeren echt af.
Dan vind ik, en zij ook verwacht ik, het geluid van de briefschrijver (aan Diognetus) veel gezonder klinken.
Overigens: ik val Mevr. Taverne noch haar vader aan, maar wel de ideeën die ze aanvoeren.
Om te beginnen is het niet maatgevend om te vragen waar GG-jongeren enthousiast van worden. In de tweede plaats, om bij de hoeden te blijven, een GG-vrouw draagt 's zondags een hoed, omdat men vindt dat dit Bijbels geboden is. Daar kun je anders over denken en ook ik denk daar genuanceerd over. Maar wie om des gewetens wil een hoed draagt en daarom gesmaad wordt - want de wereld weet echt wel dat die hoed met de kerk te maken heeft - ja, dan kan het smaadheid om Christus' wil zijn. Als jij daar als man dan een beetje badinerend over gaat doen, vind ik dat niet fraai en ook niet erg gelovig.
Tot slot: ook ik distantieer me van de extreme opvattingen van mw. Taverne, laat dat duidelijk zijn.
jakobmarin schreef:.....ijk, ik ga veel met gg-jongeren om en die worden, zacht gezegd, niet echt enthousiast van dit soort zaken
Ik denk wel eens dat "gg-jongeren" er "niet echt enthousiast" van worden juist door de reacties van veel ouderen.
De ouderen maken het wat belachelijk en motiveren dat door naar de jongeren te wijzen.
en de jongeren maken het bespottelijk in navolging van de ouderen.....
Afgewezen schreef:Om te beginnen is het niet maatgevend om te vragen waar GG-jongeren enthousiast van worden. In de tweede plaats, om bij de hoeden te blijven, een GG-vrouw draagt 's zondags een hoed, omdat men vindt dat dit Bijbels geboden is. Daar kun je anders over denken en ook ik denk daar genuanceerd over. Maar wie om des gewetens wil een hoed draagt en daarom gesmaad wordt - want de wereld weet echt wel dat die hoed met de kerk te maken heeft - ja, dan kan het smaadheid om Christus' wil zijn. Als jij daar als man dan een beetje badinerend over gaat doen, vind ik dat niet fraai en ook niet erg gelovig.
Tot slot: ook ik distantieer me van de extreme opvattingen van mw. Taverne, laat dat duidelijk zijn.
Ik snap je goed en deel dit ook.
Badinerend heb ik over haar niet gedaan, zeker niet als het zaken betreft die het geweten aangaan (je moet nooit willen regeren over gewetens van anderen, en dat doe ik ook niet), maar waar ik wel iets van wil zeggen is dit:
Soms leggen we onszelf zaken op, waar de bijbel niet (duidelijk) om vraagt (we kunnen van inzicht verschillen of hoed-dragen dan zo'n onderwerp is, maar dat mogen we loslaten wat mij betreft).
En als we vervolgens om die zelf opgelegde zaken gesmaad worden, worden we opeens als Christen gesmaad.
Dat is volgens mij te kort door te bocht en komt ook niet overeen met hoe er in de bijbel wordt gesproken over smaadheid dragen (dat is veel heftiger en ook om een andere reden) en vind ik ook niet kies richting onze werkelijk vervolgde broeders en zusters.
Wie zegt 'er is geen waarheid' heeft groot gelijk, want die bestaat wél.
jakobmarin schreef:Dat is volgens mij te kort door te bocht en komt ook niet overeen met hoe er in de bijbel wordt gesproken over smaadheid dragen (dat is veel heftiger en ook om een andere reden) en vind ik ook niet kies richting onze werkelijk vervolgde broeders en zusters.
Daar kon je je wel eens in vergissen. En verder, laten we elkaar niet de maat nemen wie het 'meest vervolgd' wordt en wie er nou met goed recht over smaadheid om Christus' wil mag spreken. Als het spotten om een hoedje plaatsvindt uit vijandschap tegen God en Christus, is dat net zo goed smaadheid lijden om Christus' wil als wat onze vervolgde broeders en zusters meemaken, al verschilt de mate van lijden dan ook.
jakobmarin schreef:Dat is volgens mij te kort door te bocht en komt ook niet overeen met hoe er in de bijbel wordt gesproken over smaadheid dragen (dat is veel heftiger en ook om een andere reden) en vind ik ook niet kies richting onze werkelijk vervolgde broeders en zusters.
Laten we elkaar niet de maat nemen wie het 'meest vervolgd' wordt en wie er nou met goed recht over smaadheid om Christus' wil mag spreken.
Eens!
Wie zegt 'er is geen waarheid' heeft groot gelijk, want die bestaat wél.
.... maar die God, in Wiens hand uw adem is en bij Wien al uw paden zijn, hebt gij niet verheerlijkt….”
Daniël 5 vers 23b.
Koning Belsazar heeft een groot feestmaal aangericht, waarbij alle autoriteiten van Babel zijn uitgenodigd.
Hij vergreep zich daarbij aan de heilige tempelvaten, die Nebukadnezar uit Jeruzalem had meegevoerd'.
Maar wanneer de feestvreugde oplaait, komen er plotseling vingeren van eens mensen hand voort,
die schrijven tegenover de kandelaar, op de kalk van de wand van het koninklijk paleis.
Een geweldige schrik vaart door de feesthoudende menigte, die de afgoden van Babel dient en eert.
Inzonderheid de koning zelf is er geheel verslagen van. Hij wil nog opstaan, maar 't gaat niet.
Zijn knieën knikken en hij wordt vaalbleek als een lijk, nu God als de spelbreker op dit feest in Babel optreedt.
Eerst neemt men zijn toevlucht tot de geleerden en wijzen der wereld, die het schrift niet kunnen uitleggen, waardoor de verwarring in de feestzaal toeneemt.
Maar door dit rumoer van stemmen wordt de aandacht van de koningin getrokken, die op Daniël wijst, een van de gevankelijk weggevoerden uit Israël.
Wanneer Daniël voor de koning komt, zegt hij tot hem, dat hij wel de afgoden van goud en zilver, hout en steen geprezen heeft,
maar, (en nu volgt waar het op aankomt) die God, die allerhoogste en enige ''God, hebt gij niet verheerlijkt, noch groot gemaakt.
De verheerlijking Gods is het doel, Waartoe Hij de ganse schepping heeft voortgebracht.
Daartoe heeft Hij de mens gezet als het pronkjuweel der schepping in de hof van Eden,
opdat hij met Hem in de eeuwige zaligheid leven zou, om Hem te loven en te prijzen.
Adam leefde in de gunst en gemeenschap met zijn Schepper en Formeerder en kende zijn God aan de wind des daags.
Hij had maar èèn doel voor ogen, en dat was. God eren en dienen met zijn ganse hart.
Hij is (het waardig, gevreesd en gediend te worden om Zijns Zelfs wil.
De mens, geschapen naar het beeld en de gelijkenis Gods, verheerlijkte God, zijn Schepper.
Maar het heeft de mens niet goed gedacht God in erkentenis te houden en hij heeft hem de rug toegekeerd en niet het aangezicht.
Hij heeft het oor te luister gelegd aan de influistering des bozen en hij heeft zich losgescheurd uit de gemeenschap Gods en ligt nu terneder in de geestelijke dood.
De mens van nature is een vijand van God, van nature geneigd God en zijn naaste te haten, in plaats van God te verheerlijken.
Hij is het gebod des Heeren ongehoorzaam geworden en is in opstand gekomen tegenover de Koning der koningen.
Nu is zijn levensdoel alleen satan en de zonde en de wereld te dienen, ja, zijn eigen ik te prijzen en in het middelpunt te plaatsen.
Het woord, dat Daniël tot Belsazar zeide, geldt ons allen, hoofd voor hoofd.
Weet dan, dat God Zijn beloften, maar ook Zijn dreiging vervult: „Ten dage als gij daarvan eet, zult ge de dood sterven''''.
En straks, als God het niet verhoedt, zult ge door de tijdelijke dood verzinken in de nacht van ''eeuwig sterven en wanhoop.
Want gij en ik, lezer of lezeres, hebben die God niet verheerlijkt, in Wiens hand onze adem is.
God die ons geschapen heeft en gedragen tot op dit ogenblik en die uit de hemel schouwt en ziet alle mensenkinderen.
Is dit, u al eens tot smart en droefheid geworden ?
Zie, zal het wèl zijn op reis naar de eeuwigheid, zullen we daarvan persoonlijk iets moeten leren verstaan en wel bij zielsbevinding.
Dat wordt alleen geleerd door de ontdekkende werking van de Heilige Geest, die de zonde doet verstaan,
dat hij gezondigd heeft tegen een alwetend, goeddoend, heilig en rechtvaardig God, dat hij gedaan heeft, dat kwaad is in Zijn ogen.
Dan te beseffen en te gevoelen, dat hij zo niet voor God, zijn Rechter, kan bestaan, druipt zijn ziel weg van treurigheid en klagen,
waar zij zich nu door de zonde niet meer bevindt een instrument, waardig en geschikt om God te loven.
Dat was dan ook de kenmerkende klacht van Jesaja in het roepingsvisioen,
als hij tegenover de majesteit van Gods heiligheid uitriep : „Wee mij, want ik ben een man, onrein van lippen".
Jesaja mishaagde zichzelf vanwege zijn zonden.
De lof der engelen, aan God toegebracht in dit ogenblik, moest ook, door hem worden overgenomen;
dan, ach, onrein van lippen, bevindt hij zich daartoe niet in staat uit zichzelf en perst die bewustheid het „wee mij" uit de ziel.
Van de akker zijns harten is in eeuwigheid geen vrucht te verwachten, die Gode welbehagelijk zou zijn.
Zulk één kent bij de geestelijke ontdekking van zonde en schuld een hartelijk leedwezen, dat hij God door zijn zonde vertoornd heeft.
Dat is maar niet alleen, gevoel, leed en droefheid over de ellende, waarin wij ons bevinden, doch bovenal oprecht berouw,
innig leedwezen, zieldoordringende en vervullende smart over onze zonde en schuld,
als overtreding van Gods heilige Wet, als zonde tegen Gods hoge Majesteit en volzalig Wezen.
Het smart hem met belijdenis van zonde voor God te komen, die zo recht had op de verheerlijking van Zijn Naam.
En die nu uit zijn mond moet horen : „Ik ben Uw gramschap dubbel waardig, want ik heb gezondigd tegen de hemel en voor U",
en dat- alles vanwege de liefde Gods, in het hart uitgestort.
Ja, uit de liefde God leren zij Gods recht toevallen en persoonlijk schuldenaar worden, in betrekking op de Heere in al Zijn deugden.
Hun begeerte is om God groot te maken. Zijn eer en deugden te verhogen. De dichter betuigt ervan :
„Wanneer zal ik naad''ren voor Uw ogen, in uw huis. Uw Naam verhogen? "
En nu wordt het in de weg van ontdekkende genade onmogelijk aan hun zijde,
om in de gemeenschap Gods te komen vanwege de breuk tussen God en hun ziel, die zij niet kunnen helen.
Ze zouden niet zalig willen worden, als Gods deugden geschonden werden,
alhoewel zij evenmin God zouden kunnen vloeken in de rampzaligheid.
Daarom, mede daarom, willen ze behouden worden en uit die oorzaak roepen ze om behoudenis.
Wat wordt hun dan Christus noodzakelijk, dienbaar en gepast in de belofte en in de weg der ontsluiting,
Christus, die voor het oog der ziel wordt ontsloten.
In Hem de mogelijkheid van zalig worden, ja, nu is het mogelijk behouden te worden in het teken van recht,
want die Borg heeft door Zijn dadelijke en lijdelijke gehoorzaamheid alle deugden des Vaders opgeluisterd.
Zalig voorrecht, zulk een Borg te leren kennen in Zijn algenoegzaamheid en in Hem' geborgen, uit Hem bediend,
Gode eer en heerlijkheid toe te brengen, hier bij aanvang en straks eeuwig in volkomenheid, waar geen zonde en geen strijd meer zijn zal.
Maar nu kan zulk een niet rusten, voor hij die Borg als een geschonken Borg mag ontvangen en zalig mijnen in ''t levend geloof,
dat een gave Gods is, en door Hem en in Hem met God verzoend te worden.
Kent ge de verwondering bij ogenblik ken, dat God u nog gespaard heeft? U, die niet anders deed dan Zijn Naam en eer ontluisteren?
Kent ge iets van het genoemde bij waarachtige bevinding ? Is uw feesten ter verheerlijking Gods ?
Of is u dit alles nog vreemd en nog geen oorzaak van smart en vernedering geworden ?
Ge mocht dan heden bedenken, wat tot uw eeuwige vrede dient.
Indien ge zult sterven, zoals ge geboren zijt, zult ge moeten sterven en niet kunnen.
Dan is het vreselijk, een vreemd God te ontmoeten, waarbij alle godsdienst en vroomheid zullen ontzinken in het gericht.
Bij waarachtige vreze Gods wordt de wereld met zijn festijnen waardeloos bij de waardevolheid van God en Zijn gemeenschap.
Verheerlijking Gods brengt mee eigen ontluistering, doch dit wordt alleen door genade geleerd.
God op het hoogst verheerlijkt en de zondaar op het diepst vernederd. In de verootmoediging wordt God groot gemaakt.
Bidt God om waarachtige wederbaring door Woord en Geest, vóór het te laat is.
De wet in het Koninkrijk Gods is : door de dood naar hef leven en door de vernedering naar de verhoging.
De mens van nature zoekt zijn eigen eer en verheerlijking.
Hebt gij al door Gods genade u als een eerrover Gods leren beschuldigen, God rechtvaardigen en u zelf veroordelen ?
Zo neen ? Haast u dan om uws levens wil. Houdt u verre van de paden der zonde en der ongerechtigheid,
en God geve u Hem nodig te hebben voor tijd en eeuwigheid.
Zoekt de Heere en leeft!
Uit: De Waarheidsvriend, weekblad van de Gereformeerde Bond in de Ned. Herv. Kerk.
1947, Ds. P.J. Dorsman, Schelluinen.
Secor Dabar = Gedenkt het Woord (Psalm 119:49)
Al kunnen wij niets doen zonder de Geest,
toch zal de Geest niets doen zonder het Woord.
(Ds. Ebenezer Erskine)
