Met dank. Hij was een favoriete dominee van mijn oma. Iemand met een bevindelijk karakter maar een open blik. Daar zijn er tegenwoordig nog van, maar bedekt, om de vreze der Joden, om het maar in de tale Kanaäns te zeggen.J.C. Philpot schreef:Wijlen Dr. C.A. Tukker in een preek over Zondag 45 van de Heidelbergse Catechismus schreef:En … wat hebben wij daar nu van gemaakt? Hoe is onze gebedspraktijk? Bidt u wel eens een half uur? Bidt u wel eens een uur? Nee? Hoe komt dat? Nou ja, dat komt omdat ik er geen woorden voor heb. Hebt u die woorden wel eens bij Christus gezocht? We hebben toch een Bijbel vol gebeden? Maar ook als u er geen woorden voor hebt, is het belangrijk dat u de intentie hebt om aan Christus én aan Zijn gebed voortdurend deel te hebben. Altijd bidden en niet vertragen. En dan kan uw werk gewoon doorgaan, u kunt stofzuigen, afwassen, u kunt met uw kinderen praten, u kunt de telefoon aannemen en toch bidden. Dat is wonderlijk, hè, maar dat is nu leven, in Christus, voor de troon, bij de Vader. Altijd maar ‘Onze Vader Die in de hemelen zijt’, nooit ophouden, nooit! En dat niet omdat wij zo vroom zijn, maar omdat Hij 24 uur van de dag bij Zijn Vader bidt. Ik zal het nog sterker zeggen. Als Hij één minuut niet zou bidden, zouden wij door de grond zakken en levend ter helle varen. Zo liggen die zaken. (..)
Onze gebedspraktijk staat in zo’n schril contrast met de gebedstijden van vroeger. Th. à Brakel stond te middernacht op om Hem te loven vanwege het recht Uwer gerechtigheid. Vier uur ’s morgens, zei Benedictus van Nursia. Ik heb het in het klooster zien gebeuren. Vier uur in de morgen, pij over het hoofd, de kerk in en bidden en zingen en bidden. En nu kunt u wel zeggen dat dat allemaal Rooms is, maar ik zou zo wel een kerk vol willen hebben. Wat is er van die gebedstijden bij ons terechtgekomen? We zijn het kwijtgeraakt en hebben geprobeerd om het met de maaltijden weer terug te krijgen. Nou, dat ging goed toen de gezinnen nog samen waren, maar wie van ons begint ’s morgens de dag als gezin? En ’s middags, hoeveel jonge mensen komen bij het middageten nog thuis? ’s Avonds is het niet veel beter. Iedereen heeft wat te doen, het eten wordt snel opgegeten en dan moet er op de valreep nog snel worden gelezen en gebeden. Maar in de kerk horen wij dat wij altijd moeten bidden en niet vertragen. Hoe arm is onze gebedspraktijk geworden! O, zeg toch niet dat u geen tijd hebt, want als u naar Hem genoemd wordt, komt de tijd wel. Nu hebt u geen tijd, maar als u de Heere ontmoet, komt er opeens tijd. Hoe was het bij Saulus? Als een vervolger gaat hij op weg naar Damaskus en dan maakt de Heere Zich aan hem bekend. ‘Ik ben Jezus, Dien gij vervolgt’ (hand. 9;5). Hierna eet en drinkt Saulus niet meer. Weet u wat hij wel deed? Hij bad. Waar is ons gebed als norm van ons geestelijk leven?
http://www.pastoralepreken.nl/