Gelezen, gedacht, gehoord...

Gebruikersavatar
J.C. Philpot
Berichten: 8917
Lid geworden op: 22 dec 2006, 15:08

Re: Gelezen, gedacht, gehoord... [4]

Bericht door J.C. Philpot »

Over de neiging tot het oprichten van een eigengerechtigheid, ook na de bekering.
Jonathan Edwards schreef:En laat sommige personen zichzelf strikt onderzoeken of ze niet wat zijn geworden met hun ervaringen. Ik denk dat, volgens de waarnemingen die ik heb gedaan - ik heb [meer] gelegenheid gehad om zeer uitgebreid te observeren dan welke andere persoon in de stad dan ook - dat men niet voldoende bewust is van het gevaar van eigengerechtigheid na de bekering. Ze lijken te beseffen dat dit gevaar er is voor de bekering, maar ze denken dat wanneer een mens wordt bekeerd, hij volledig van zijn eigen gerechtigheid wordt afgebracht, alsof er daarna geen gevaar van eigengerechtigheid bestaat.

Maar dit komt door een grote misvatting met betrekking tot de bedoeling van het feit dat een mens volledig van zijn eigen gerechtigheid wordt afgebracht wanneer hij bekeerd wordt. Het betekent niet dat de eigengerechtigheid op zo'n wijze volledig is weggenomen, dat er geen overblijfselen van deze aanleg meer zijn in het hart. Er zijn evenveel overblijfselen daarvan als er overblijfselen zijn van enige andere verdorvenheden in het hart.

Een mens wordt dus, wanneer hij bekeerd wordt, gebracht om volledig afstand te doen van al zijn zonden en ook om afstand te doen van al zijn eigen gerechtigheid. Maar dat betekend niet dat hij volledig bevrijd is van alle overblijfselen van de zonde. Dus ook niet dat hij volledig bevrijd van de overblijfselen van zijn eigengerechtigheid. Er is een fontein van eigengerechtigheid overgebleven. Er is een grote aanleg in de mens, zolang hij leeft, om een gerechtigheid te maken van wat in hemzelf is, en een aanleg in de mens om een gerechtigheid te maken van geestelijke ervaringen, maar ook van andere dingen; een bekeerling is geneigd om verheven te worden met hoge gedachten van zijn eigen grootheid in de genade.
Man is nothing: he hath a free will to go to hell, but none to go to heaven, till God worketh in him to will and to do of His good pleasure.

George Whitefield
Jantje
Berichten: 16185
Lid geworden op: 18 mei 2017, 20:42
Locatie: Walcheren - jantjevanrefoforum@gmail.com

Re: Gelezen, gedacht, gehoord... [4]

Bericht door Jantje »

Jantje schreef:
Ad Anker schreef:
Jantje schreef:
Posthoorn schreef: Wat er gebeurt als iemand tot geloof komt, doordat de Heilige Geest zijn ogen opent voor de boodschap van het Evangelie.
En een deel uit het citaat:
Ad Anker schreef:Ik kan u verzekeren, als u met een oog des geloofs op Hem ziet, Hij zal met een oog van liefde op u zien en zeggen: "Gij hebt Mij het hart genomen met één van uw ogen."
Waar zie je een verband? Posthoorn schrijft over iemand die tot geloof komt. Immens over de nodiging tot het Avondmaal. Is dat hetzelfde volgens jou?
Ik hoop daar later nog op terug te komen.
In eerste instantie is 'De Godvruchtige Avondmaalganger' geschreven tot troost en bemoediging voor Gods kinderen. Maar daarnaast meen ik dat hij in dit boek ook spreekt tot de kleinen in de genade (de pasgelovigen). Ook in het geciteerde stuk zie ik daarin een verband. Als Christus geopenbaard wordt aan een zondaar, gaat dat gepaard met een oog des geloofs. Dus volgens mij is dat wel degelijk een verband ook in dit geciteerde stuk.
Vooral hoofdstuk 3 vind ik echter heel duidelijk hierin (vanaf bladzijde 108, in de hertaalde uitgave van C. Bregman, tweede druk 2015).
Was getekend,
uw medeforummer Jantje
Jantje
Berichten: 16185
Lid geworden op: 18 mei 2017, 20:42
Locatie: Walcheren - jantjevanrefoforum@gmail.com

Re: Gelezen, gedacht, gehoord... [4]

Bericht door Jantje »

Een man van het radicale midden, zo luidt de titel van het vraaggesprek met Henk Groenendijk in de bijlage van het RD van deze morgen. Wat een prachtig interview.
Was getekend,
uw medeforummer Jantje
Geytenbeekje
Berichten: 8246
Lid geworden op: 26 jun 2018, 21:37

Re: Gelezen, gedacht, gehoord... [4]

Bericht door Geytenbeekje »

Wat bedoeld hij met radicale midden ?
Gebruikersavatar
J.C. Philpot
Berichten: 8917
Lid geworden op: 22 dec 2006, 15:08

Re: Gelezen, gedacht, gehoord... [4]

Bericht door J.C. Philpot »

George Whitefield schreef:Maar dan, voordat je vrede tot je ziel kunt spreken, is er één bepaalde zonde waar je erg verontrust over moet zijn, en toch vrees ik dat er maar weinig van jullie zijn die weten wat het is; het is de heersende, de verdoemende zonde van de christelijke wereld, en toch denkt de christelijke wereld er zelden of nooit aan. En wat is dat dan? Het is wat de meesten van jullie denken dat jullie er niet schuldig zijn aan _ en dat is de zonde van het ongeloof.

Voordat u vrede tot uw hart kunt spreken, moet u zich zorgen maken over het ongeloof in uw hart. Maar, kan men veronderstellen dat iemand van jullie ongelovig is hier bij deze kerk, die geboren zijn in Schotland, in een gereformeerd land, jullie die elke sabbat naar de kerk gaan? Kan iemand van jullie die het sacrament eenmaal per jaar ontvangen _ O dat het vaker werd toegediend! - Kan men veronderstellen dat jullie, die de penningen voor het sacrament hadden, dat jullie die in jullie gezin bidden, dat iemand van jullie niet in de Heer Jezus Christus gelooft? Ik doe een beroep op uw eigen hart, dat u mij niet onbarmhartig vind, dat ik betwijfel van sommigen van u of ze in Christus geloven; en toch vrees ik dat we als we de zaak onderzoeken, moeten constateren dat de meesten van u niet meer in de Heere Jezus Christus geloven dan dat de duivel dat doet. Ik ben ervan overtuigd dat de duivel meer van de Bijbel gelooft dan de meesten van ons. Hij gelooft de goddelijkheid van Jezus Christus; dat is meer dan velen die zichzelf christenen noemen; nee, hij gelooft en beeft, en dat is meer dan duizenden onder ons.

Mijn vrienden, we verwarren een historisch geloof met een waarachtig geloof, dat door de Geest van God in het hart is gewerkt. Jullie veronderstellen te geloven, omdat jullie geloven dat er een boek bestaat dat wij de Bijbel noemen _ omdat jullie naar de kerk gaan; dit alles kunnen jullie doen, en geen waarachtig geloof in Christus hebben. Alleen maar geloven dat er eens iemand als Christus was, alleen maar geloven dat er een boek is dat de Bijbel heet, zal je geen goed doen, niet meer dan geloven dat er een man was als Caesar of Alexander de Grote.

De Bijbel is een heilige schatkamer. Wat een dank zijn we aan God verschuldigd voor dit levende woord! Maar toch kunnen we de bijbel hebben, en niet geloven in de Heere Jezus Christus. Mijn lieve vrienden, er moet een zaak zijn dat in het hart door de Geest van de levende God is gewerkt. Als ik jullie zou vragen hoe lang het geleden is dat jullie in Jezus Christus geloofden, dan veronderstel ik dat de meesten van jullie me zouden vertellen, dat jullie in Jezus Christus geloven zolang jullie je herinneren _ jullie kennen geen ongeloof. U kunt mij dan echter geen beter bewijs geven dat u nog nooit in Jezus Christus hebt geloofd, tenzij u al zo vroeg werd geheiligd, van de baarmoeder af; want, alle anderen die in Christus geloven weten dat er een tijd was dat zij niet in Jezus Christus geloofden.

Je zegt dat je God liefhebt met heel je hart, ziel en kracht. Als ik je zou vragen hoe lang het geleden is dat je God voor het eerst liefgehad, zou je zeggen: Zolang je je kunt herinneren; je hebt God nooit gehaat, en je weet geen tijd dat er vijandschap in je hart was tegen God. Echter, tenzij je heel vroeg geheiligd werd, heb je God nooit liefgehad in je leven.

Mijn beste vrienden, ik leg hier de nadruk op, omdat dit een zeer bedrieglijk waandenkbeeld is, waardoor zoveel mensen zich laten wegvoeren, en zich laten wijsmaken al reeds te geloven. Daarom is het dat vermeld wordt van de heer Marshall, als hij rekenschap gaf van zijn ervaringen, dat hij heel zijn leven goede werken had gedaan, en al zijn zonden onder de tien geboden had onderverdeeld, en dat hij toen hij naar een predikant kwam, en hem de reden vroeg waarom hij geen vrede in zijn hart ervaarde. De predikant keek naar zijn opsommig van zonden, weg ermee, zei hij, ik vind geen woord van de zonde van het ongeloof in al uw opsommingen.

Het is in het bijzonder het werk van de Geest van God om ons te overtuigen van ons ongeloof _ dat we geen geloof hebben. Jezus Christus zegt: 'Ik zal de Trooster sturen; en als Hij komt, zal Hij de wereld overtuigen' van de zonde van het ongeloof; 'van de zonde', zegt Christus, 'omdat ze niet in mij geloven'. Nu, mijn beste vrienden, heeft God je ooit laten zien dat je geen geloof hebt? Heb je ooit je harde hart vol van ongeloof beweent? Was dit ooit de taal van uw hart: Heere, geef me geloof; Heere, stel me in staat om U te omhelzen; Heere, stel me in staat om U MIJN Heere en MIJN God te noemen? Heeft Jezus Christus u ooit op deze manier overtuigd? Heeft Hij u ooit overtuigd van uw onvermogen om tot Christus te komen en u te laten roepen tot God om u geloof te geven? Zo niet, spreek dan geen vrede tot je hart. Moge de Heere u doen ontwaken en u ware, gegronde vrede geven voordat u de weg van alle vlees gaat en niet meer bent!
Man is nothing: he hath a free will to go to hell, but none to go to heaven, till God worketh in him to will and to do of His good pleasure.

George Whitefield
Gebruikersavatar
J.C. Philpot
Berichten: 8917
Lid geworden op: 22 dec 2006, 15:08

Re: Gelezen, gedacht, gehoord... [4]

Bericht door J.C. Philpot »

De prediking van Whitefield werd hem door veel tijdgenoten niet in dank afgenomen.
Wikipedia schreef: Veel New Englanders beweerden dat Whitefield "New England's ordelijke parochiesysteem, gemeenschappen en zelfs families" vernietigde. De "Verklaring van de Vereniging van de County van New Haven, 1745" stelde dat na Whitefield's prediking "de religie nu in een veel slechtere staat is dan ze was". Nadat Whitefield in Charlestown had gepredikt, viel een lokaal krantenartikel hem aan als "godslasterlijk, onbarmhartig en onredelijk".

Nadat Whitefield Moraviërs en hun praktijken veroordeelde, noemde zijn voormalige Londense drukker (een Moraviër) Whitefield "een Mahomet, een Caesar, een bedrieger, een Don Quichot, een duivel, het beest, de man van de zonde, de Antichrist".

In de open lucht in Dublin, Ierland (1757), veroordeelde Whitefield het rooms-katholicisme en zette het aan tot een aanval van "honderden en honderden papisten" die hem vervloekten en ernstig verwondden en zijn draagbare preekstoel vernielden.

Bij verschillende gelegenheden heeft een vrouw Whitefield aangevallen met "een schaar en een pistool, en haar tanden". "Stenen en dode katten" werden naar hem gegooid. Een man doodde hem bijna met een stok met een uiteinde van koper. "Een ander klom in een boom om op hem te urineren."
Man is nothing: he hath a free will to go to hell, but none to go to heaven, till God worketh in him to will and to do of His good pleasure.

George Whitefield
Gebruikersavatar
pierre27
Berichten: 5385
Lid geworden op: 10 sep 2005, 12:00
Locatie: Eemvallei

Re: Gelezen, gedacht, gehoord... [4]

Bericht door pierre27 »

J.C. Philpot schreef:
George Whitefield schreef:Maar dan, voordat je vrede tot je ziel kunt spreken, is er één bepaalde zonde waar je erg verontrust over moet zijn, en toch vrees ik dat er maar weinig van jullie zijn die weten wat het is; het is de heersende, de verdoemende zonde van de christelijke wereld, en toch denkt de christelijke wereld er zelden of nooit aan. En wat is dat dan? Het is wat de meesten van jullie denken dat jullie er niet schuldig zijn aan _ en dat is de zonde van het ongeloof.

Voordat u vrede tot uw hart kunt spreken, moet u zich zorgen maken over het ongeloof in uw hart. Maar, kan men veronderstellen dat iemand van jullie ongelovig is hier bij deze kerk, die geboren zijn in Schotland, in een gereformeerd land, jullie die elke sabbat naar de kerk gaan? Kan iemand van jullie die het sacrament eenmaal per jaar ontvangen _ O dat het vaker werd toegediend! - Kan men veronderstellen dat jullie, die de penningen voor het sacrament hadden, dat jullie die in jullie gezin bidden, dat iemand van jullie niet in de Heer Jezus Christus gelooft? Ik doe een beroep op uw eigen hart, dat u mij niet onbarmhartig vind, dat ik betwijfel van sommigen van u of ze in Christus geloven; en toch vrees ik dat we als we de zaak onderzoeken, moeten constateren dat de meesten van u niet meer in de Heere Jezus Christus geloven dan dat de duivel dat doet. Ik ben ervan overtuigd dat de duivel meer van de Bijbel gelooft dan de meesten van ons. Hij gelooft de goddelijkheid van Jezus Christus; dat is meer dan velen die zichzelf christenen noemen; nee, hij gelooft en beeft, en dat is meer dan duizenden onder ons.

Mijn vrienden, we verwarren een historisch geloof met een waarachtig geloof, dat door de Geest van God in het hart is gewerkt. Jullie veronderstellen te geloven, omdat jullie geloven dat er een boek bestaat dat wij de Bijbel noemen _ omdat jullie naar de kerk gaan; dit alles kunnen jullie doen, en geen waarachtig geloof in Christus hebben. Alleen maar geloven dat er eens iemand als Christus was, alleen maar geloven dat er een boek is dat de Bijbel heet, zal je geen goed doen, niet meer dan geloven dat er een man was als Caesar of Alexander de Grote.

De Bijbel is een heilige schatkamer. Wat een dank zijn we aan God verschuldigd voor dit levende woord! Maar toch kunnen we de bijbel hebben, en niet geloven in de Heere Jezus Christus. Mijn lieve vrienden, er moet een zaak zijn dat in het hart door de Geest van de levende God is gewerkt. Als ik jullie zou vragen hoe lang het geleden is dat jullie in Jezus Christus geloofden, dan veronderstel ik dat de meesten van jullie me zouden vertellen, dat jullie in Jezus Christus geloven zolang jullie je herinneren _ jullie kennen geen ongeloof. U kunt mij dan echter geen beter bewijs geven dat u nog nooit in Jezus Christus hebt geloofd, tenzij u al zo vroeg werd geheiligd, van de baarmoeder af; want, alle anderen die in Christus geloven weten dat er een tijd was dat zij niet in Jezus Christus geloofden.

Je zegt dat je God liefhebt met heel je hart, ziel en kracht. Als ik je zou vragen hoe lang het geleden is dat je God voor het eerst liefgehad, zou je zeggen: Zolang je je kunt herinneren; je hebt God nooit gehaat, en je weet geen tijd dat er vijandschap in je hart was tegen God. Echter, tenzij je heel vroeg geheiligd werd, heb je God nooit liefgehad in je leven.

Mijn beste vrienden, ik leg hier de nadruk op, omdat dit een zeer bedrieglijk waandenkbeeld is, waardoor zoveel mensen zich laten wegvoeren, en zich laten wijsmaken al reeds te geloven. Daarom is het dat vermeld wordt van de heer Marshall, als hij rekenschap gaf van zijn ervaringen, dat hij heel zijn leven goede werken had gedaan, en al zijn zonden onder de tien geboden had onderverdeeld, en dat hij toen hij naar een predikant kwam, en hem de reden vroeg waarom hij geen vrede in zijn hart ervaarde. De predikant keek naar zijn opsommig van zonden, weg ermee, zei hij, ik vind geen woord van de zonde van het ongeloof in al uw opsommingen.

Het is in het bijzonder het werk van de Geest van God om ons te overtuigen van ons ongeloof _ dat we geen geloof hebben. Jezus Christus zegt: 'Ik zal de Trooster sturen; en als Hij komt, zal Hij de wereld overtuigen' van de zonde van het ongeloof; 'van de zonde', zegt Christus, 'omdat ze niet in mij geloven'. Nu, mijn beste vrienden, heeft God je ooit laten zien dat je geen geloof hebt? Heb je ooit je harde hart vol van ongeloof beweent? Was dit ooit de taal van uw hart: Heere, geef me geloof; Heere, stel me in staat om U te omhelzen; Heere, stel me in staat om U MIJN Heere en MIJN God te noemen? Heeft Jezus Christus u ooit op deze manier overtuigd? Heeft Hij u ooit overtuigd van uw onvermogen om tot Christus te komen en u te laten roepen tot God om u geloof te geven? Zo niet, spreek dan geen vrede tot je hart. Moge de Heere u doen ontwaken en u ware, gegronde vrede geven voordat u de weg van alle vlees gaat en niet meer bent!
Scherp en ontdekkend maar ook een liefdevol stuk. Dank voor het plaatsen.
Zalig is de mens, welken de Heere de zonden niet toerekent.
Gebruikersavatar
refo
Berichten: 23811
Lid geworden op: 29 dec 2001, 11:45

Re: Gelezen, gedacht, gehoord... [4]

Bericht door refo »

Je hebt er alleen niet zoveel aan.
Gebruikersavatar
pierre27
Berichten: 5385
Lid geworden op: 10 sep 2005, 12:00
Locatie: Eemvallei

Re: Gelezen, gedacht, gehoord... [4]

Bericht door pierre27 »

refo schreef:Je hebt er alleen niet zoveel aan.
Verklaar je nader.
Zalig is de mens, welken de Heere de zonden niet toerekent.
Gebruikersavatar
samanthi
Berichten: 7880
Lid geworden op: 16 jul 2009, 10:30
Locatie: rotterdam

Re: Gelezen, gedacht, gehoord... [4]

Bericht door samanthi »

J.C. Philpot schreef:
George Whitefield schreef:Maar dan, voordat je vrede tot je ziel kunt spreken, is er één bepaalde zonde waar je erg verontrust over moet zijn, en toch vrees ik dat er maar weinig van jullie zijn die weten wat het is; het is de heersende, de verdoemende zonde van de christelijke wereld, en toch denkt de christelijke wereld er zelden of nooit aan. En wat is dat dan? Het is wat de meesten van jullie denken dat jullie er niet schuldig zijn aan _ en dat is de zonde van het ongeloof.

Voordat u vrede tot uw hart kunt spreken, moet u zich zorgen maken over het ongeloof in uw hart. Maar, kan men veronderstellen dat iemand van jullie ongelovig is hier bij deze kerk, die geboren zijn in Schotland, in een gereformeerd land, jullie die elke sabbat naar de kerk gaan? Kan iemand van jullie die het sacrament eenmaal per jaar ontvangen _ O dat het vaker werd toegediend! - Kan men veronderstellen dat jullie, die de penningen voor het sacrament hadden, dat jullie die in jullie gezin bidden, dat iemand van jullie niet in de Heer Jezus Christus gelooft? Ik doe een beroep op uw eigen hart, dat u mij niet onbarmhartig vind, dat ik betwijfel van sommigen van u of ze in Christus geloven; en toch vrees ik dat we als we de zaak onderzoeken, moeten constateren dat de meesten van u niet meer in de Heere Jezus Christus geloven dan dat de duivel dat doet. Ik ben ervan overtuigd dat de duivel meer van de Bijbel gelooft dan de meesten van ons. Hij gelooft de goddelijkheid van Jezus Christus; dat is meer dan velen die zichzelf christenen noemen; nee, hij gelooft en beeft, en dat is meer dan duizenden onder ons.

Mijn vrienden, we verwarren een historisch geloof met een waarachtig geloof, dat door de Geest van God in het hart is gewerkt. Jullie veronderstellen te geloven, omdat jullie geloven dat er een boek bestaat dat wij de Bijbel noemen _ omdat jullie naar de kerk gaan; dit alles kunnen jullie doen, en geen waarachtig geloof in Christus hebben. Alleen maar geloven dat er eens iemand als Christus was, alleen maar geloven dat er een boek is dat de Bijbel heet, zal je geen goed doen, niet meer dan geloven dat er een man was als Caesar of Alexander de Grote.

De Bijbel is een heilige schatkamer. Wat een dank zijn we aan God verschuldigd voor dit levende woord! Maar toch kunnen we de bijbel hebben, en niet geloven in de Heere Jezus Christus. Mijn lieve vrienden, er moet een zaak zijn dat in het hart door de Geest van de levende God is gewerkt. Als ik jullie zou vragen hoe lang het geleden is dat jullie in Jezus Christus geloofden, dan veronderstel ik dat de meesten van jullie me zouden vertellen, dat jullie in Jezus Christus geloven zolang jullie je herinneren _ jullie kennen geen ongeloof. U kunt mij dan echter geen beter bewijs geven dat u nog nooit in Jezus Christus hebt geloofd, tenzij u al zo vroeg werd geheiligd, van de baarmoeder af; want, alle anderen die in Christus geloven weten dat er een tijd was dat zij niet in Jezus Christus geloofden.

Je zegt dat je God liefhebt met heel je hart, ziel en kracht. Als ik je zou vragen hoe lang het geleden is dat je God voor het eerst liefgehad, zou je zeggen: Zolang je je kunt herinneren; je hebt God nooit gehaat, en je weet geen tijd dat er vijandschap in je hart was tegen God. Echter, tenzij je heel vroeg geheiligd werd, heb je God nooit liefgehad in je leven.

Mijn beste vrienden, ik leg hier de nadruk op, omdat dit een zeer bedrieglijk waandenkbeeld is, waardoor zoveel mensen zich laten wegvoeren, en zich laten wijsmaken al reeds te geloven. Daarom is het dat vermeld wordt van de heer Marshall, als hij rekenschap gaf van zijn ervaringen, dat hij heel zijn leven goede werken had gedaan, en al zijn zonden onder de tien geboden had onderverdeeld, en dat hij toen hij naar een predikant kwam, en hem de reden vroeg waarom hij geen vrede in zijn hart ervaarde. De predikant keek naar zijn opsommig van zonden, weg ermee, zei hij, ik vind geen woord van de zonde van het ongeloof in al uw opsommingen.

Het is in het bijzonder het werk van de Geest van God om ons te overtuigen van ons ongeloof _ dat we geen geloof hebben. Jezus Christus zegt: 'Ik zal de Trooster sturen; en als Hij komt, zal Hij de wereld overtuigen' van de zonde van het ongeloof; 'van de zonde', zegt Christus, 'omdat ze niet in mij geloven'. Nu, mijn beste vrienden, heeft God je ooit laten zien dat je geen geloof hebt? Heb je ooit je harde hart vol van ongeloof beweent? Was dit ooit de taal van uw hart: Heere, geef me geloof; Heere, stel me in staat om U te omhelzen; Heere, stel me in staat om U MIJN Heere en MIJN God te noemen? Heeft Jezus Christus u ooit op deze manier overtuigd? Heeft Hij u ooit overtuigd van uw onvermogen om tot Christus te komen en u te laten roepen tot God om u geloof te geven? Zo niet, spreek dan geen vrede tot je hart. Moge de Heere u doen ontwaken en u ware, gegronde vrede geven voordat u de weg van alle vlees gaat en niet meer bent!
Dit is ook zo bijzonder
Het was ongeveer drie uur in de ochtend, al die tijd waren we in gebed bijeen, toen de kracht van God met zo’n macht over ons kwam, dat velen het uitriepen, overstelpt door vreugde; anderen vielen neer. Nadat we van ons eerbiedig ontzag en verwondering over de aanwezigheid van Gods Hoogheid tot onszelf waren gekomen riepen we als met één stem uit: Wij loven U, o God, wij weten dat Gij de Heere zijt.”
bron https://www.rd.nl/opinie/george-whitefi ... -1.1487190
O HEERE, wat is de mens, dat Gij hem kent? Het kind des mensen, dat Gij het acht?
ZLG
Berichten: 50
Lid geworden op: 14 feb 2020, 15:47

Re: Gelezen, gedacht, gehoord... [4]

Bericht door ZLG »

Jantje schreef:Een man van het radicale midden, zo luidt de titel van het vraaggesprek met Henk Groenendijk in de bijlage van het RD van deze morgen. Wat een prachtig interview.
Wat vind je er zo mooi aan?
Gebruikersavatar
J.C. Philpot
Berichten: 8917
Lid geworden op: 22 dec 2006, 15:08

Re: Gelezen, gedacht, gehoord... [4]

Bericht door J.C. Philpot »

Een boekje zoals er maar 1 is. Soms wat andere nadrukken en formuleringen als ik gewend ben, dat wel. Voor de week na het avondmaal is er ook een meditatie voor elke dag.
Andrew Murray schreef:Sabbat morgen (voorbereidingszondag)
De Goddelijke nodiging

Ziet, ik heb mijn middagmaal bereid; alle dingen zijn gereed; komt tot de bruiloft. Mattheus 22:4

Laat de Koning van Hemel en Aarde dit tot u spreken. Ter ere van zijn Zoon heeft hij een groot avondmaal bereid. Daar draagt de Zoon de menselijke natuur. Daar zijn de mensenkinderen, dierbaar en kostbaat voor de Vader, en Hij heeft hen uitgenodigd voor het grote feest van Goddelijke liefde. Hij is bereid om hen daar te ontvangen en te eren als gasten en vrienden. Hij zal hen voeden met zijn hemelse voedsel. Hij zal hen de gaven en de kracht van het eeuwige leven schenken.

O mijn ziel, gij hebt ook deze hemelse uitnodiging ontvangen. Om ontboden te worden met de Koning der Heerlijkheid te eten: hoe behoorde u deze eer te omhelzen, en er bezet mee te zijn. Hoe verlangend behoorde u te zijn om u voor te bereiden op dit feest. Hoe verlangend behoorde u zijn, om in kleding en houding, in taal en in innerlijke gesteldheid zo te zijn, als verwacht mag worden van iemand die uitgenodigd is aan het hof van de Koning der Koningen.

Heerlijke uitnodiging! Ik denk aan het feestmaal zelf, en wat het de grote God heeft gekost om het voor te bereiden. Om voedsel voor de engelen te vinden: daarvoor was slechts één woord nodig. Maar om voor de mens op deze vervloekte aarde een feestmaal van hemels voedsel voor te bereiden, dat heeft hem veel gekost. Niets minder dan het leven en bloed van Zijn Zoon, om de vloek weg te nemen en voor hen het recht en de toegang tot hemelse zegeningen te openen. Niets minder dan het lichaam en het bloed van de Zoon van God kon leven geven aan verloren mensenkinderen. O, mijn ziel, overdenk de wonderen van dit koninklijke feestmaal.

Ik denk aan de uitnodiging. Het is zo vrij, zo breed als het maar kan, "zonder geld en zonder prijs." De armste en de meest onwaardige wordt ertoe geroepen. En zo dringend en hartelijk is het. Niet minder hartelijk is de liefde die er toe uitnodigt, de liefde die naar de zondaars verlangt en vreugde schept om hen te onderhouden en te zegenen.

Ik denk aan de zegening van dit feestmaal. De stervenden worden gevoed met de kracht van het hemelse leven, de verlorenen worden hersteld tot een plaats in het huis van de Vader, zij die dorsten naar God worden vervuld met God zelf en met zijn liefde.

Heerlijke uitnodiging! Met aanbidding ontvang ik die en bereid me voor om er gebruik van te maken. Ik heb gelezen van hen die zich verontschuldigen omdat ze verhinderd waren, - een door zijn koopwaar, een ander door zijn werk en een derde door zijn huiselijk geluk. Ik heb de stem gehoord die heeft gezegd: "Ik zeg u, dat geen van deze mannen, die zijn ontboden, Mijn avondmaal zal smaken. In de overtuiging dat Hij die mij zo hartelijk uitnodigt de Heilige is, die zich niet zal laten bespotten, zal ik mij voorbereiden om alle gedachtenloosheid opzij te zetten, mij terug te trekken uit de verleidingen van deze wereld; en met alle ernst gehoor te geven aan de stem van de hemelse liefde. Ik zal in stille overdenking blijven en in gemeenschap met de kinderen van God, om mezelf vrij te houden van alle bezorgdheden van de wereld, om als genode gast, mijn God te ontmoeten met echte honger en stille vreugde. Hijzelf zal mij zijn hulp hierin niet onthouden.

Gebed

Eeuwige God, ik heb het goede nieuws ontvangen dat er ook voor mij plaats is aan de tafel van Uw Zoon. Met dankbaarheid ontvang ik Uw uitnodiging, God van alle genade. Ik honger naar Uw brood, o Heere. Mijn ziel dorst naar God. Naar de levende God schreeuwen mijn vlees en mijn hart. Wanneer zal ik mogen komen en verschijnen voor het aangezicht van God?

Heere, schenk mij deze week genadig de ware zegen door middel van de voorbereiding. Laat het zien van mijn zondigheid mij diep vernederen en alle hoop in mijzelf wegnemen. Laat het zien op Uw genade mij weer bemoedigen en mij met vertrouwen en blijdschap vervullen. Wekt Gij in mij een machtig verlangen naar de Bruidegom, naar die kostbare Jezus, zonder wie er geen feest zou kunnen zijn. En moge het deze week in mij zo zijn, dat ik vol van de gedachte ben dat ik een uitnodiging heb ontvangen om brood te eten in het huis van mijn God met zijn eniggeboren en geliefde Zoon. Heere, schenk dit om Jezus' wil.

Heer Jezus, Gij hebt mij geleerd: "God is een geest, en zij die Hem aanbidden moeten Hem aanbidden in geest en in waarheid." Heere, ware geestelijke aanbidding kunnen we U niet geven, maar Gij schenkt ons Uw Geest. Ik smeek U, Heere, om de werking van de Geest te verlenen. De zegening van het Avondmaal is een hoge geestelijke zegen. De onzichtbare God zal ons daar zeer nabij komen en zeer machtig het geschenk van het eeuwige leven geven aan hen die hiervoor zijn toebereid. Alleen zei die geestelijk zijn toebereid kunnen deze geestelijke zegen genieten. Gij weet hoe ongeschikt ik ben om deze zegen te ontvangen. Maar verleen, bid ik U, dat de Heilige Geest deze week met bijzondere kracht in mij mag wonen en werken. Dat ik me hiervoor aan Hem en zijn leiding mag overgeven, zodat Hij in mij de geest van de wereld zal overwinnen en mijn innerlijke leven zal vernieuwen om van mijn God een nieuwe zegen te erven. Heere, laat Uw Geest krachtig in mij werken.

En terwijl ik dit voor mezelf bid, bid ik ook voor de hele gemeente. Geef, Heere, aan al uw kinderen een overvloedige uitstorting van Uw Geest, zodat dit Avondmaal werkelijk voor ons allen een tijd van opwekking en vernieuwing van onze kracht zal zijn. Amen.

Maandagmorgen
De voorbereiding


“Waar wilt Gij, dat wij heengaan, en bereiden, datGij het pascha eet?” “Hij zal u wijzen een grote opperzaal, toegerusten gereed; bereidt het ons aldaar.” Indiengij uw hart bereid hebt, zo breid uw handen tot Hem uit. -Marcus 14:12,15; Job 11:13.

Hoe groter het werk, hoe belangrijker de voorbereiding. Vier dagen voor het Pesach moest de Israëliet zijn voorbereidingen treffen. De Heere Jezus wenste ook dat er gezorgd zou worden vooreen bovenzaal die ingericht en klaar is om het Pesach voor te bereiden. Als ikgeroepen ben om mijn God te ontmoeten en aan Zijn tafel aan te zitten, zal ik ervoor zorgen dat niet onvoorbereidte doen. Anders zou ik Hem onteren en de zegen verliezendie voor mij bestemd is, en mijn ziel met zware schuld beladen.

Voor een goede voorbereiding zijn tweedingen nodig. Het eerste is dit: dat mijn hart bezet is en vervuld is met Hem die mij heeft genodigd, en met de heerlijke zegen die Hij mij wil geven. Grote gedachten van Jezus en grote verwachtingvan wat Zijn liefde zal bewerken, zullen het hart doen gloeien en de beste voorbereiding zijn op de ontmoeting met Hemzelf.

Het tweede deel van de voorbereiding is om te beproeven of ik een waardige gast zal zijn, aanvaardbaar en welkom bij de Heere van het Feest: dat wil zeggen of ik werkelijk een genode gast ben die bereid is om aan de tafel te komen, en dat volgens de voorschriften van de Koning, op een wijze die Hij zal goedkeuren. Een mishagen te hebben aan mijzelf, geen verwachting meer van mijzelf of van enig goed in mij te hebben, en daaruit een diepgewortelde afkeer van mijzelf te hebben om bereid te zijn om alleen door Jezus te leven - dat is de houding van de ziel die leidt tot een gezegende vieringvan het Avondmaal.

De mens verkrijgt niets als hij er geen tijd voorvrijmaakt. Zelfs waar vrije genade alles in ons bewerkt, moeten we tijd opzei zetten zodat zei in ons kan werken. Slechts als ik in het verborgene besluit om op Jezus te zien, totdat mijn affecties tot Hem in mij zijn opgewekt, zal ik echt voorbereid zijn op het feestmaal. Slechts wanneer ik in dagelijkse leven in het verborgene vertrouwelijk met Hem omga, kan ik tijdens de openbare viering van het avondmaal een buitengewone zegen verwachten. Honger en dorst kunnen niet zomaar opeens ontstaan als ik de tafel zie. Het is in de beproeving van het leven dat daaraan voorafgaat dat honger en dorst worden gewekt. Alleen voor dezulken is de tafel een feest. Moge deze opwekking mij niet ontbreken tijdens de voorbereiding.

Maar helaas, net zo min als dat het mijn werk was om de tafel met het voedsel te bereiden, ben ik in staat om mijzelf als gast voor te bereiden op het feest. De Heere die zegt: "alle dingen zijngereed”, heeft zelfs ook het bruiloftskleed bereid. Hij zal zelf de gasten kleden en voorbereiden voor Zijn feest. Daarom zal ik Hem ook hierom vragen. Het was de Heere, aan wie de leerlingen vroegen: “Waar wilt Gij, dat wij heengaan, en bereiden, dat Gij het pascha eet?” Aan Hem mag en zal ik ook vragen: "Heere, hoe wilt Gij dat ik het pascha voorbereid?" Deze week zal ik doorbrengen in stillecoverdenking en gebed aan zijn voeten, met het oog en het hart op hem gericht. Ik ben verzekerd dat ik het nodige zal vinden om dit feest tecvieren.

Gebed

Heere, verlos me van alle oppervlakkigheid en lichtvaardigheid bij het naderen tot Uw tafel. Te vaak heb ik als te vanzelfsprekend verondersteld dat ik het Avondmaal moest gebruiken. Ik heb te weinig beseft hoe noodzakelijk het is om de stenen uit de weg op te ruimen, wanneer de Heere zelf zal komen om Zijn weg te bereiden en Zijn weg recht te maken. Ik dacht lichtvaardig over de te ontvangen zegen. Heere, vergeef me deze zonde. Laat Gij mijn ziel zien wat het betekend dat een zondige mens zijn God zal ontmoeten. Werkt Gij in mij de ware bewustheid en ijver om elke zonde bloot te leggen en weg te doen, en mijzelf volledig aan U toe te vertrouwen met een werkelijke overgave van de gehele ziel en van al haar krachten.

Heere Jezus, hoor, ik smeek U, dit is mijn verzoek. O Heere, geef dat ik de zegen niet mag verliezen door onnadenkendheid of luiheid. O mijn Heere, wat heeft het U gekost om de tafel voor mij te bereiden, en zelfs dat is nog niet genoeg. Ik moet U zelfs vragen om mijzelf toe te bereiden tot deze tafel. Ik dank U voor de blijde zekerheid die ik heb dat Gij dit zult doen. Daarom leg ik mezelf voor deze week in Uw handen, zodat door Uw werk in mij een juiste zielsgesteldheid kan ontstaan. Dierbare Heere, schenk mij een gebroken en berouwvol hart. En schenk mij om met een levend, in beoefening zijnd geloof op U te zien als mijn Vriend, mijn Verlosser, mijn Alles. Geef, Heere Jezus, dat ik ook mag zeggen: Ik heb maar één gedachte, één verlangen, en dat is Jezus. Zo zal ik met recht aan de Vader bereid zijn U te verheerlijken door mijn vreugdevolle belijdenis dat ik niets anders verlang dan U en Uw wonderlijke liefde.

Mijn Redder, ik steun op U gedurende deze week. Werkt Gij in mij een ware voorbereiding voor het avondmaal. Ik verwacht dit van U alleen. Amen.
Bron: https://ccel.org/m/murray/lords_table/lords_table.htm (THE LORD’S TABLE, A Help to the Right Observance of the Holy Supper, by Rev. Andrew Murray)
Man is nothing: he hath a free will to go to hell, but none to go to heaven, till God worketh in him to will and to do of His good pleasure.

George Whitefield
Gebruikersavatar
Nasrani
Berichten: 1853
Lid geworden op: 21 dec 2016, 21:36

Re: Gelezen, gedacht, gehoord... [4]

Bericht door Nasrani »

J.C. Philpot schreef:Een boekje zoals er maar 1 is. Soms wat andere nadrukken en formuleringen als ik gewend ben, dat wel. Voor de week na het avondmaal is er ook een meditatie voor elke dag.
Andrew Murray schreef:Sabbat morgen (voorbereidingszondag)
De Goddelijke nodiging

Ziet, ik heb mijn middagmaal bereid; alle dingen zijn gereed; komt tot de bruiloft. Mattheus 22:4

Laat de Koning van Hemel en Aarde dit tot u spreken. Ter ere van zijn Zoon heeft hij een groot avondmaal bereid. Daar draagt de Zoon de menselijke natuur. Daar zijn de mensenkinderen, dierbaar en kostbaat voor de Vader, en Hij heeft hen uitgenodigd voor het grote feest van Goddelijke liefde. Hij is bereid om hen daar te ontvangen en te eren als gasten en vrienden. Hij zal hen voeden met zijn hemelse voedsel. Hij zal hen de gaven en de kracht van het eeuwige leven schenken.

O mijn ziel, gij hebt ook deze hemelse uitnodiging ontvangen. Om ontboden te worden met de Koning der Heerlijkheid te eten: hoe behoorde u deze eer te omhelzen, en er bezet mee te zijn. Hoe verlangend behoorde u te zijn om u voor te bereiden op dit feest. Hoe verlangend behoorde u zijn, om in kleding en houding, in taal en in innerlijke gesteldheid zo te zijn, als verwacht mag worden van iemand die uitgenodigd is aan het hof van de Koning der Koningen.

Heerlijke uitnodiging! Ik denk aan het feestmaal zelf, en wat het de grote God heeft gekost om het voor te bereiden. Om voedsel voor de engelen te vinden: daarvoor was slechts één woord nodig. Maar om voor de mens op deze vervloekte aarde een feestmaal van hemels voedsel voor te bereiden, dat heeft hem veel gekost. Niets minder dan het leven en bloed van Zijn Zoon, om de vloek weg te nemen en voor hen het recht en de toegang tot hemelse zegeningen te openen. Niets minder dan het lichaam en het bloed van de Zoon van God kon leven geven aan verloren mensenkinderen. O, mijn ziel, overdenk de wonderen van dit koninklijke feestmaal.

Ik denk aan de uitnodiging. Het is zo vrij, zo breed als het maar kan, "zonder geld en zonder prijs." De armste en de meest onwaardige wordt ertoe geroepen. En zo dringend en hartelijk is het. Niet minder hartelijk is de liefde die er toe uitnodigt, de liefde die naar de zondaars verlangt en vreugde schept om hen te onderhouden en te zegenen.

Ik denk aan de zegening van dit feestmaal. De stervenden worden gevoed met de kracht van het hemelse leven, de verlorenen worden hersteld tot een plaats in het huis van de Vader, zij die dorsten naar God worden vervuld met God zelf en met zijn liefde.

Heerlijke uitnodiging! Met aanbidding ontvang ik die en bereid me voor om er gebruik van te maken. Ik heb gelezen van hen die zich verontschuldigen omdat ze verhinderd waren, - een door zijn koopwaar, een ander door zijn werk en een derde door zijn huiselijk geluk. Ik heb de stem gehoord die heeft gezegd: "Ik zeg u, dat geen van deze mannen, die zijn ontboden, Mijn avondmaal zal smaken. In de overtuiging dat Hij die mij zo hartelijk uitnodigt de Heilige is, die zich niet zal laten bespotten, zal ik mij voorbereiden om alle gedachtenloosheid opzij te zetten, mij terug te trekken uit de verleidingen van deze wereld; en met alle ernst gehoor te geven aan de stem van de hemelse liefde. Ik zal in stille overdenking blijven en in gemeenschap met de kinderen van God, om mezelf vrij te houden van alle bezorgdheden van de wereld, om als genode gast, mijn God te ontmoeten met echte honger en stille vreugde. Hijzelf zal mij zijn hulp hierin niet onthouden.

Gebed

Eeuwige God, ik heb het goede nieuws ontvangen dat er ook voor mij plaats is aan de tafel van Uw Zoon. Met dankbaarheid ontvang ik Uw uitnodiging, God van alle genade. Ik honger naar Uw brood, o Heere. Mijn ziel dorst naar God. Naar de levende God schreeuwen mijn vlees en mijn hart. Wanneer zal ik mogen komen en verschijnen voor het aangezicht van God?

Heere, schenk mij deze week genadig de ware zegen door middel van de voorbereiding. Laat het zien van mijn zondigheid mij diep vernederen en alle hoop in mijzelf wegnemen. Laat het zien op Uw genade mij weer bemoedigen en mij met vertrouwen en blijdschap vervullen. Wekt Gij in mij een machtig verlangen naar de Bruidegom, naar die kostbare Jezus, zonder wie er geen feest zou kunnen zijn. En moge het deze week in mij zo zijn, dat ik vol van de gedachte ben dat ik een uitnodiging heb ontvangen om brood te eten in het huis van mijn God met zijn eniggeboren en geliefde Zoon. Heere, schenk dit om Jezus' wil.

Heer Jezus, Gij hebt mij geleerd: "God is een geest, en zij die Hem aanbidden moeten Hem aanbidden in geest en in waarheid." Heere, ware geestelijke aanbidding kunnen we U niet geven, maar Gij schenkt ons Uw Geest. Ik smeek U, Heere, om de werking van de Geest te verlenen. De zegening van het Avondmaal is een hoge geestelijke zegen. De onzichtbare God zal ons daar zeer nabij komen en zeer machtig het geschenk van het eeuwige leven geven aan hen die hiervoor zijn toebereid. Alleen zei die geestelijk zijn toebereid kunnen deze geestelijke zegen genieten. Gij weet hoe ongeschikt ik ben om deze zegen te ontvangen. Maar verleen, bid ik U, dat de Heilige Geest deze week met bijzondere kracht in mij mag wonen en werken. Dat ik me hiervoor aan Hem en zijn leiding mag overgeven, zodat Hij in mij de geest van de wereld zal overwinnen en mijn innerlijke leven zal vernieuwen om van mijn God een nieuwe zegen te erven. Heere, laat Uw Geest krachtig in mij werken.

En terwijl ik dit voor mezelf bid, bid ik ook voor de hele gemeente. Geef, Heere, aan al uw kinderen een overvloedige uitstorting van Uw Geest, zodat dit Avondmaal werkelijk voor ons allen een tijd van opwekking en vernieuwing van onze kracht zal zijn. Amen.

Maandagmorgen
De voorbereiding


“Waar wilt Gij, dat wij heengaan, en bereiden, datGij het pascha eet?” “Hij zal u wijzen een grote opperzaal, toegerusten gereed; bereidt het ons aldaar.” Indiengij uw hart bereid hebt, zo breid uw handen tot Hem uit. -Marcus 14:12,15; Job 11:13.

Hoe groter het werk, hoe belangrijker de voorbereiding. Vier dagen voor het Pesach moest de Israëliet zijn voorbereidingen treffen. De Heere Jezus wenste ook dat er gezorgd zou worden vooreen bovenzaal die ingericht en klaar is om het Pesach voor te bereiden. Als ikgeroepen ben om mijn God te ontmoeten en aan Zijn tafel aan te zitten, zal ik ervoor zorgen dat niet onvoorbereidte doen. Anders zou ik Hem onteren en de zegen verliezendie voor mij bestemd is, en mijn ziel met zware schuld beladen.

Voor een goede voorbereiding zijn tweedingen nodig. Het eerste is dit: dat mijn hart bezet is en vervuld is met Hem die mij heeft genodigd, en met de heerlijke zegen die Hij mij wil geven. Grote gedachten van Jezus en grote verwachtingvan wat Zijn liefde zal bewerken, zullen het hart doen gloeien en de beste voorbereiding zijn op de ontmoeting met Hemzelf.

Het tweede deel van de voorbereiding is om te beproeven of ik een waardige gast zal zijn, aanvaardbaar en welkom bij de Heere van het Feest: dat wil zeggen of ik werkelijk een genode gast ben die bereid is om aan de tafel te komen, en dat volgens de voorschriften van de Koning, op een wijze die Hij zal goedkeuren. Een mishagen te hebben aan mijzelf, geen verwachting meer van mijzelf of van enig goed in mij te hebben, en daaruit een diepgewortelde afkeer van mijzelf te hebben om bereid te zijn om alleen door Jezus te leven - dat is de houding van de ziel die leidt tot een gezegende vieringvan het Avondmaal.

De mens verkrijgt niets als hij er geen tijd voorvrijmaakt. Zelfs waar vrije genade alles in ons bewerkt, moeten we tijd opzei zetten zodat zei in ons kan werken. Slechts als ik in het verborgene besluit om op Jezus te zien, totdat mijn affecties tot Hem in mij zijn opgewekt, zal ik echt voorbereid zijn op het feestmaal. Slechts wanneer ik in dagelijkse leven in het verborgene vertrouwelijk met Hem omga, kan ik tijdens de openbare viering van het avondmaal een buitengewone zegen verwachten. Honger en dorst kunnen niet zomaar opeens ontstaan als ik de tafel zie. Het is in de beproeving van het leven dat daaraan voorafgaat dat honger en dorst worden gewekt. Alleen voor dezulken is de tafel een feest. Moge deze opwekking mij niet ontbreken tijdens de voorbereiding.

Maar helaas, net zo min als dat het mijn werk was om de tafel met het voedsel te bereiden, ben ik in staat om mijzelf als gast voor te bereiden op het feest. De Heere die zegt: "alle dingen zijngereed”, heeft zelfs ook het bruiloftskleed bereid. Hij zal zelf de gasten kleden en voorbereiden voor Zijn feest. Daarom zal ik Hem ook hierom vragen. Het was de Heere, aan wie de leerlingen vroegen: “Waar wilt Gij, dat wij heengaan, en bereiden, dat Gij het pascha eet?” Aan Hem mag en zal ik ook vragen: "Heere, hoe wilt Gij dat ik het pascha voorbereid?" Deze week zal ik doorbrengen in stillecoverdenking en gebed aan zijn voeten, met het oog en het hart op hem gericht. Ik ben verzekerd dat ik het nodige zal vinden om dit feest tecvieren.

Gebed

Heere, verlos me van alle oppervlakkigheid en lichtvaardigheid bij het naderen tot Uw tafel. Te vaak heb ik als te vanzelfsprekend verondersteld dat ik het Avondmaal moest gebruiken. Ik heb te weinig beseft hoe noodzakelijk het is om de stenen uit de weg op te ruimen, wanneer de Heere zelf zal komen om Zijn weg te bereiden en Zijn weg recht te maken. Ik dacht lichtvaardig over de te ontvangen zegen. Heere, vergeef me deze zonde. Laat Gij mijn ziel zien wat het betekend dat een zondige mens zijn God zal ontmoeten. Werkt Gij in mij de ware bewustheid en ijver om elke zonde bloot te leggen en weg te doen, en mijzelf volledig aan U toe te vertrouwen met een werkelijke overgave van de gehele ziel en van al haar krachten.

Heere Jezus, hoor, ik smeek U, dit is mijn verzoek. O Heere, geef dat ik de zegen niet mag verliezen door onnadenkendheid of luiheid. O mijn Heere, wat heeft het U gekost om de tafel voor mij te bereiden, en zelfs dat is nog niet genoeg. Ik moet U zelfs vragen om mijzelf toe te bereiden tot deze tafel. Ik dank U voor de blijde zekerheid die ik heb dat Gij dit zult doen. Daarom leg ik mezelf voor deze week in Uw handen, zodat door Uw werk in mij een juiste zielsgesteldheid kan ontstaan. Dierbare Heere, schenk mij een gebroken en berouwvol hart. En schenk mij om met een levend, in beoefening zijnd geloof op U te zien als mijn Vriend, mijn Verlosser, mijn Alles. Geef, Heere Jezus, dat ik ook mag zeggen: Ik heb maar één gedachte, één verlangen, en dat is Jezus. Zo zal ik met recht aan de Vader bereid zijn U te verheerlijken door mijn vreugdevolle belijdenis dat ik niets anders verlang dan U en Uw wonderlijke liefde.

Mijn Redder, ik steun op U gedurende deze week. Werkt Gij in mij een ware voorbereiding voor het avondmaal. Ik verwacht dit van U alleen. Amen.
Bron: https://ccel.org/m/murray/lords_table/lords_table.htm (THE LORD’S TABLE, A Help to the Right Observance of the Holy Supper, by Rev. Andrew Murray)
Inderdaad een absolute aanrader!
https://www.hertog.nl/artikel/978908172 ... sqr=Andrew murray&
Wij leven in een wereld waarin bijna alles ons afleidt van God.
Daarom zullen we keuzes moeten maken als we een vertrouwelijke omgang met God willen.
Gebruikersavatar
Herman
Moderator
Berichten: 11945
Lid geworden op: 29 dec 2001, 12:21
Locatie: Geldermalsen

Re: Gelezen, gedacht, gehoord... [4]

Bericht door Herman »

Een vrije parafrase van iets wat ik gisteren las bij Thomas Shephard;

God de Vader kiest het huis, God de Zoon koopt het huis en God de Heilige Geest bewoont het huis (d.i. het huis van het hart).
Gebruikersavatar
J.C. Philpot
Berichten: 8917
Lid geworden op: 22 dec 2006, 15:08

Re: Gelezen, gedacht, gehoord... [4]

Bericht door J.C. Philpot »

Andrew Gray schreef:
Geloof en gevoel

‘U dan, die gelooft, is Hij dierbaar’ (1 Petrus 2:7)

Het geloof maakt Christus voor de ziel dierbaarder dan het gevoel, omdat de hoogachting die de genade van het geloof voor Christus heeft, gegrond is op de voortreffelijkheid van Zijn Persoon, terwijl de hoogachting van het gevoel gebouwd is op de uitnemendheid van Zijn handelingen, zodat zij Hem liefheeft en hoogacht, omdat Hij zodanig voor haar is. Die heldhaftige genade van het geloof echter ziet op de voortreffelijkheid van de Persoon Christus en dat maakt Hem dierbaar. Het geloof maakt Christus dierbaarder dan het gevoel dat doet, omdat het gevoel op die liefde ziet, die Christus in Zijn aangezicht, handen en voeten tentoonspreidt, terwijl het geloof ziet op die liefde, die in Zijn hart is. Het gevoel zal uitroepen: ‘Wie is u gelijk, Wiens gestalte is als de Libanon, uitverkoren als de ceders, Wiens handen zijn als gouden ringen, gevuld met turkoois, Wiens schenkelen zijn als marmeren pilaren, gegrond op voeten van het dichtste goud!’ Het gevoel zal de glimlachen van Christus zien en zich verwonderen; het zal op Zijn handelingen zien en gedrongen worden uit te roepen: ‘Wie is U gelijk!’ Doch de genade des geloofs verkwikt zich in de bron, waaruit al deze fonteinen en overstromingen van liefde ontspringen. Het geloof maakt Christus dierbaarder dan het gevoel, omdat het geloof niet alleen ziet op wat Christus op het ogenblik is, maar op wat Christus is van eeuwigheid vóór de tijd, en wat Christus zijn zal tot in alle eeuwigheid na de tijd, terwijl het gevoel alleen ziet op wat Christus op het ogenblik is. U moet dit zo verstaan, dat de lieflijke tochten van het geloof tussen oneindige liefde van eeuwigheid en oneindige liefde tot in eeuwigheid het geloof in een zee van verwondering doet wegzinken, en de gedachten tot de hoogste top van verlangen en hoogachting doen oprijzen. O, wat voor een leven zal dat zijn, als u met deze twee armen eeuwig Christus zult omvangen en Hem in uw armen zult houden, of liever, van Hem zult omvangen worden. Wacht op Hem, want Hij zal komen en Zijn loon is met Hem; Hij zal eens de vermoeide reizigers der hoop Thuishalen.
Bron: een nieuwsbrief
Man is nothing: he hath a free will to go to hell, but none to go to heaven, till God worketh in him to will and to do of His good pleasure.

George Whitefield
Plaats reactie