Gelezen, gedacht, gehoord...

Gebruikersavatar
J.C. Philpot
Berichten: 8917
Lid geworden op: 22 dec 2006, 15:08

Re: Gelezen, gedacht, gehoord... [4]

Bericht door J.C. Philpot »

Andre Gray schreef: Heilig Avondmaal: Een ernstige aanklacht tegen de plagen van ons hart (2; Andrew Gray): gelezen in Veluwse Kerkbode van 13 december 2019 onder de berichten van de (Hersteld) Hervormde gemeente van Emst/Epe

Wij worden in deze woorden (Jes. 45 : 22) geroepen om op Jezus te zien om alle heil van Hem te verkrijgen. Hij is een deskundig Geneesheer Die alle kwalen en plagen die een ziel mag hebben, kan genezen. Ik zal u tien harteplagen noemen, die door één blik op Jezus genezen zullen worden, zodat u ervan verlost zult zijn.
We hebben al meerdere plagen van het hart genoemd, zoals: onwetendheid, hardheid van het hart, het verlaten en vergeten van God, lauwheid en weinig liefde tot Christus, verwaandheid en hoogmoed. Letten we ook op de plaag van halsstarrigheid. De christen zegt: ‘O, hoe zal ik daarvan verlost worden, zodat ik in mijn binnenkamer mag treuren en klagen vanwege al het onrecht dat ik heb gedaan tegen Jezus Christus’. Job zegt: ‘Met het gehoor des oors heb ik U gehoord, maar nu ziet U mijn oog. Daarom verfoei ik mij, en ik heb berouw in stof en as’ (Job 42 : 5 en 6). Één blik op Christus zou u doen leven naar de Tien Geboden. U zou wenen als u ze zou lezen. Vooral bij de woorden: ‘Gij zult geen andere goden voor Mijn aangezicht hebben’, zou u wenend neerzitten vanwege dit gebod. Weet u wat de oorzaak is dat we zo weinig wenen? Dat we zo weinig op Christus zien. Want door één blik op Hem zou zowel Wet als Evangelie voor ons zijn.
Een andere plaag is de plaag van onstandvastigheid en wispelturigheid. We kunnen nog geen ogenblik bij een bepaalde zaak of gedachte stilstaan. Vandaag nemen we een besluit en morgen besluiten we iets anders. Het is als een morgenwolk en de vroegopkomende dauw, die komen en wegdrijven. Maar één blik op Christus zal dit genezen. David zegt in Psalm 16: ‘Ik stel de HEERE geduriglijk voor mij; omdat Hij aan mijn rechterhand is, zal ik niet wankelen’. Één blik op Christus zou ons nederig doen uitroepen: ‘Onze berg staat vast!’
Christen, waarmee kunt u uzelf vergelijken? Er is niets waarmee u uzelf kunt vergelijken omdat u zo onstandvastig bent!
Er is ook een plaag van weinig geestelijke groei. Veel christenen zijn als oude kooplieden die hun veerkracht kwijt zijn en leven op hun oude voorraad. Één blik op de Zon der gerechtigheid zal deze plaag genezen. De vrucht ervan zal zijn: ‘Gij zult uitgaan en toenemen als mestkalveren’ (Mal. 4 : 2). Wanneer zag u Christus voor het laatst? Zou u antwoord kunnen geven?
Ik noem u de plaag van wereldsgezindheid en van liefde tot de dingen van de tegenwoordige wereld. De christen zegt: ‘O, hoe graag zou ik gelijk zijn aan de kerk in Openbaring 12 : 1, waar we lezen dat de vrouw de maan (dat is de wereld) onder haar voeten had. Ik mis de overwinning op de wereld zo!’ De apostel Paulus spreekt over het niet aanmerken van de dingen die men ziet. Hij zegt: Ik heb iets anders om op te zien, dat zijn de dingen die eeuwig zijn. In 2 Korinthe 4 : 18 schrijft hij: ‘Dewijl wij niet aanmerken de dingen die men ziet, maar de dingen die men niet ziet; want de dingen die men ziet, zijn tijdelijk, maar de dingen die men niet ziet, zijn eeuwig. Christen, hebt u veel liefde tot de dingen van de wereld? Dat spreekt van een grote afstand van God en van weinig zien op Jezus!
Tenslotte wijzen we u nog op de plaag van de heerschappij van onze begeerlijkheden. De christen zegt: ‘O, wat zal mij van die begeerlijkheden genezen? Al die dingen die mij overheersen zijn afgoden! Wat kan mij van die ziekte genezen?’ Het antwoord is: ‘Slechts één blik op Christus kan u daarvan verlossen. De Heere zegt door de mond van de profeet Jesaja: ‘Te dien dage zal de mens zien naar Dien Die hem gemaakt heeft, en zijn ogen zullen op de Heilige Israëls zien’. En wat volgt er dan? ‘En hij zal niet aanschouwen de altaren, het werk zijner handen, ook hetgeen zijn vingeren gemaakt hebben, zal hij niet aanzien, noch de bossen, noch de zonnebeelden’. Dit zal het graf zijn van de afgoden. Één blik op Christus zal het nest van al onze begeerlijkheden, die heerschappij voeren in onze ziel, uitroeien. Één blik op Hem zal ons genezen van onze plagen!
Man is nothing: he hath a free will to go to hell, but none to go to heaven, till God worketh in him to will and to do of His good pleasure.

George Whitefield
Gebruikersavatar
J.C. Philpot
Berichten: 8917
Lid geworden op: 22 dec 2006, 15:08

Re: Gelezen, gedacht, gehoord... [4]

Bericht door J.C. Philpot »

Ds. J.P. Paauwe schreef:
Belijdenis van zonde

‘Mijn zonde maakte ik U bekend en mijn ongerechtigheid bedekte ik niet’ (Ps.32:5a).

De belijdenis van zonde is een vrucht van de Heilige Geest. Wanneer hebt u toch uw zonden beleden? Ik weet niet wat uw hart op deze vraag zegt, maar de Kerk belijdt haar zonden niet voordat God in Christus, dat is de barmhartigheid, de liefde van God in de Heere Jezus Christus, aan de ziel is geopenbaard en de ziel is bezocht met twee zegeningen: genade en de Heilige Geest. Daarom staat er ook: ‘Elke dwaas zal de schuld verbloemen, maar onder de oprechten is goedwilligheid’ (Spr. 14:9). En wat getuigt Efraïm? ‘Zekerlijk, nadat ik bekeerd ben, heb ik berouw gehad, en nadat ik mijzelven ben bekendgemaakt, heb ik op de heup geklopt’ (Jer.31:19).

Een verlegen ziel denkt dikwijls: ik moest hartelijker zijn in de belijdenis van mijn zondeschuld, maar ik kan dat niet; al zou ik al mijn best ervoor doen, ik kan toch niet hartelijker wenen. Zo’n ziel zegt: ik betwijfel of er behalve mij wel iemand is, die zo hard van hart is als ik ben. Ik moest God, mijn Schepper, gerechtigheid toewijzen en mijzelf beschuldigen. Zo iemand denkt dikwijls: als ik mijn hart maar eens recht voor God kon krijgen; dat woord geldt mij: ‘…uw hart is niet recht voor God’ (Hand. 8:21).

Laat ik u toch dit zeggen: Al deze dingen moeten wel plaatshebben, uw hart moet recht voor God zijn, u moet hartelijk voor God uw schuld bewenen, u moet uw Schepper gerechtigheid toewijzen. Maar denk toch nooit dat al deze dingen zullen gebeuren voordat God Zelf is gekomen. Als de Heere er is, dan hebben al die dingen plaats. Het is een bekend zeggen onder de mensen: ‘De Heere brengt alles mee.’ Dat de Heere alles meebrengt is wel waar, maar het wordt zo bitter weinig geloofd. Nu is de Heere er wel, maar het wordt niet gezien. En als het mag worden gezien dat de Heere er is, zoals de apostel zegt: ‘Nabij u is het Woord, in uw mond en in uw hart’ (Rom.10:8); als dit mag worden gezien, dan zijn al die dingen er, die een verlegen ziel denkt dat er moeten zijn.
Man is nothing: he hath a free will to go to hell, but none to go to heaven, till God worketh in him to will and to do of His good pleasure.

George Whitefield
Zeeuw
Berichten: 11550
Lid geworden op: 19 sep 2018, 08:28

Re: Gelezen, gedacht, gehoord... [4]

Bericht door Zeeuw »

J.C. Philpot schreef:
Ds. J.P. Paauwe schreef:
Belijdenis van zonde

‘Mijn zonde maakte ik U bekend en mijn ongerechtigheid bedekte ik niet’ (Ps.32:5a).

De belijdenis van zonde is een vrucht van de Heilige Geest. Wanneer hebt u toch uw zonden beleden? Ik weet niet wat uw hart op deze vraag zegt, maar de Kerk belijdt haar zonden niet voordat God in Christus, dat is de barmhartigheid, de liefde van God in de Heere Jezus Christus, aan de ziel is geopenbaard en de ziel is bezocht met twee zegeningen: genade en de Heilige Geest. Daarom staat er ook: ‘Elke dwaas zal de schuld verbloemen, maar onder de oprechten is goedwilligheid’ (Spr. 14:9). En wat getuigt Efraïm? ‘Zekerlijk, nadat ik bekeerd ben, heb ik berouw gehad, en nadat ik mijzelven ben bekendgemaakt, heb ik op de heup geklopt’ (Jer.31:19).

Een verlegen ziel denkt dikwijls: ik moest hartelijker zijn in de belijdenis van mijn zondeschuld, maar ik kan dat niet; al zou ik al mijn best ervoor doen, ik kan toch niet hartelijker wenen. Zo’n ziel zegt: ik betwijfel of er behalve mij wel iemand is, die zo hard van hart is als ik ben. Ik moest God, mijn Schepper, gerechtigheid toewijzen en mijzelf beschuldigen. Zo iemand denkt dikwijls: als ik mijn hart maar eens recht voor God kon krijgen; dat woord geldt mij: ‘…uw hart is niet recht voor God’ (Hand. 8:21).

Laat ik u toch dit zeggen: Al deze dingen moeten wel plaatshebben, uw hart moet recht voor God zijn, u moet hartelijk voor God uw schuld bewenen, u moet uw Schepper gerechtigheid toewijzen. Maar denk toch nooit dat al deze dingen zullen gebeuren voordat God Zelf is gekomen. Als de Heere er is, dan hebben al die dingen plaats. Het is een bekend zeggen onder de mensen: ‘De Heere brengt alles mee.’ Dat de Heere alles meebrengt is wel waar, maar het wordt zo bitter weinig geloofd. Nu is de Heere er wel, maar het wordt niet gezien. En als het mag worden gezien dat de Heere er is, zoals de apostel zegt: ‘Nabij u is het Woord, in uw mond en in uw hart’ (Rom.10:8); als dit mag worden gezien, dan zijn al die dingen er, die een verlegen ziel denkt dat er moeten zijn.
Mooi Philpot! Stuk stichtender dan al de flauwekul in het andere topic.
Gebruikersavatar
J.C. Philpot
Berichten: 8917
Lid geworden op: 22 dec 2006, 15:08

Re: Gelezen, gedacht, gehoord... [4]

Bericht door J.C. Philpot »

Ds. E. van der Meer schreef: 'Hij zal zegenen die den HEERE vrezen, de kleinen met de groten.'

Psalm 115:13

Er zijn tuinen en parken, waar bij elke plant een bordje is geplaatst dat de naam en verdere bijzonderheden vermeldt. Zo’n bordje treft u dan aan op de hoge bomen, bij de heesters, maar ook bij de kleine, laag groeiende gewassen.

U begrijpt wat ik heden, op grond van de Heilige Schrift, ter vertroosting van Gods volk mag zeggen. Het oog des Heeren is over de ceders, de palmen, de eikenbomen der gerechtigheid; over Abraham en Paulus, over Calvijn en Luther, over Erskine en Van der Groe. Zijn zorg vergeet echter evenmin hen die niet kunnen ontkennen dat de Hemel hun genade bewees, maar die zuchten, dat zij zo nietig zijn in vergelijking met de eiken en ceders. Hun ontbreekt een forse stam, een brede bladerkruin, een overvloed van vruchten. Dwergheesters zijn zij, of mosplantjes.

O, als u maar in Gods hof staat — dan is er geen nood. Misschien bent u gelijk aan een gewas waarvan het onzichtbare gedeelte onder de grond nuttiger is dan de stengels en wat daaraan uitbot. Mogelijk is uw groei zeer langzaam en zou een sneller opschieten schadelijk wezen. Wellicht moet u in de schaduw staan en zou het ongetemperde zonlicht voor u dodelijk zijn. Het kan zijn dat uw bestemming niet is om opwaarts te streven, doch over de aarde voort te kruipen.

Hoe het zij, als u maar in Gods hof geplant bent — dan is er geen nood. Want de Hovenier zal zegenen de kleinen met de groten; allen kent Hij bij name; Hij weet welke verzorging eenieder naar zijn aard behoeft. De tuinman bepaalt de plaats voor een plant: in schrale of in vette grond; hij beoordeelt of zij veel of minder zon, weinig of meer water nodig heeft.

Volk des HEEREN, de Heilige Geest lere u uw eigenwijsheid af te leggen en op de Hovenier te betrouwen; niet u, maar Hij weet wat goed voor u is.
Man is nothing: he hath a free will to go to hell, but none to go to heaven, till God worketh in him to will and to do of His good pleasure.

George Whitefield
-DIA-
Berichten: 32701
Lid geworden op: 03 okt 2008, 00:10

Re: Gelezen, gedacht, gehoord... [4]

Bericht door -DIA- »

Misschien een kleine opmerking: Moet ds. E. van der Meer niet E. van Meer zijn? Hij was predikant in de voormalige Nederlandse Hervormde Kerk, eerst meer uit de confessionele richting, maar is later tot bekering mogen komen. Dat was ook een keerpunt dat niet onopgemerkt bleef. Zijn prediking werd een prediking naar het hart van de levende Kerk.
Ik kan anders geen ds. E. van der Meer, wel een A. en A.P. maar die zullen waarschijnlijk toch niet bedoelt zijn?
© -DIA- Laatst actief: 00 xxx 24??
Gebruikersavatar
Klavart
Berichten: 1240
Lid geworden op: 24 jun 2015, 08:36

Re: Gelezen, gedacht, gehoord... [4]

Bericht door Klavart »

J.C. Philpot schreef:
Ds. E. van der Meer schreef: 'Hij zal zegenen die den HEERE vrezen, de kleinen met de groten.'

Psalm 115:13

Er ... is.
Mooi!
Is het niet van ds. E. van Meer (zonder der)?

Ik zie dat -DIA- het ook al opmerkt.
-DIA-
Berichten: 32701
Lid geworden op: 03 okt 2008, 00:10

Re: Gelezen, gedacht, gehoord... [4]

Bericht door -DIA- »

Klavart schreef:
J.C. Philpot schreef:
Ds. E. van der Meer schreef: 'Hij zal zegenen die den HEERE vrezen, de kleinen met de groten.'

Psalm 115:13

Er ... is.
Mooi!
Is het niet van ds. E. van Meer (zonder der)?
Dat dacht ik dus.
© -DIA- Laatst actief: 00 xxx 24??
Gebruikersavatar
J.C. Philpot
Berichten: 8917
Lid geworden op: 22 dec 2006, 15:08

Re: Gelezen, gedacht, gehoord... [4]

Bericht door J.C. Philpot »

Inderdaad, ds. E. van Meer. Dank voor de aanvulling!
Man is nothing: he hath a free will to go to hell, but none to go to heaven, till God worketh in him to will and to do of His good pleasure.

George Whitefield
Gebruikersavatar
Johannes S
Berichten: 581
Lid geworden op: 22 dec 2017, 16:55
Locatie: Dordrecht

Re: Gelezen, gedacht, gehoord... [4]

Bericht door Johannes S »

Zojuist dacht ik aan de volgende woorden uit de Bijbel en las ik:
Want predik ik nu de mensen, of God? Of zoek ik mensen te behagen? Want indien ik nog mensen behaagde, zo ware ik geen dienstknecht van Christus.
Maar ik maak u bekend, broeders, dat het Evangelie, hetwelk van mij verkondigd is, niet is naar den mens.
Want ik heb ook hetzelve niet van een mens ontvangen, noch geleerd, maar door de openbaring van Jezus Christus.

(Galaten 1:10-12)

Want Christus heeft mij niet gezonden, om te dopen, maar om het Evangelie te verkondigen; niet met wijsheid van woorden, opdat het kruis van Christus niet verijdeld worde. (1 Korinthe 1:17)

Opdat geen vlees zou roemen voor Hem. (1 Korinthe 1:29)
Filippenzen 3:20 Maar onze wandel is in de hemelen, waaruit wij ook den Zaligmaker verwachten, namelijk den Heere Jezus Christus;
Bertiel
Berichten: 4556
Lid geworden op: 14 sep 2018, 08:49
Locatie: bertiel1306@gmail.com

Re: Gelezen, gedacht, gehoord... [4]

Bericht door Bertiel »

Gisteren was Joh 3: 16 in mijn dagboek van ds Ryle aan de beurt.
Bijzonder mooi stuk, helaas vergeten een foto op te slaan om te delen.
Dit staat er in zijn verklaring van het Johannes evangelie:

Want al zo lief heeft God de wereld gehad. - In dit vers leert de Heere Nicodémus een ander van de "hemelse dingen." Hij leert hem, dat Gods genadige bedoelingen niet tot zijn uitverkoren volk - Israël beperkt waren, en de Messias niet uitsluitend ten behoeve van de Joodse natie zou verschijnen. Onze Heere verklaart hier, dat God de gehele wereld liefheeft, zonder enige uitzondering, dat de Messias, de eengeboren Zoon van God, voor het gehele geslacht van Adam gegeven is, en dat iedereen, Jood of Heiden, die tot zaligheid in Hem gelooft, het eeuwige leven heeft. –
Aan de woorden: "Alzo lief heeft God de wereld gehad" zijn twee geheel verschillende uitleggingen gegeven. Enigen menen, dat met "de wereld" hier bedoeld wordt Gods uitverkorenen uit alle volken, hetzij Joden of Heidenen, en dat de "liefde", waarmee God gezegd wordt hen lief te hebben, die eeuwige liefde is, waarmee Hij die uitverkorenen heeft liefgehad vóór de schepping, en waardoor hun roeping, rechtvaardiging, heiliging en eindelijke zaligheid volkomen verzekerd is. Dit is, dunkt mij, niet wat de Heere hier bedoelt.
Eerst komt het mij voor, de taal geweld aan te doen, als men het woord "wereld" tot de uitverkorenen beperkt. "De wereld" is ontwijfelbaar een naam, die soms uitsluitend aan de "goddelozen" gegeven wordt. Maar ik kan niet zien, dat die naam ooit aan de heiligen is gegeven.
Ten andere, als men onder het woord "wereld" de uitverkorenen alleen wil verstaan, loochent men de onderscheiding, welke, mijns inziens, in de tekst duidelijk gemaakt wordt tussen de gehele mensheid en die uit de mensheid welke "geloven." Indien het woord "wereld" alleen bedoelt het gelovige deel van de mensheid, dan zou het geheel voldoende geweest zijn te zeggen: "Alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij zijn eengéboren Zoon gegeven heeft, opdat de wereld niet zou verderven."
Eindelijk, Gods liefde tot de uitverkorenen te beperken, is een hard en eng begrip hebben van Gods wezen, en stelt het Christendom bloot aan de hedendaagse. beschuldigingen als wreed en onrechtvaardig ten opzichte van de goddelozen. Indien God geen anderen dan zijn uitverkorenen gedenkt, en voor geen anderen dan die zorg draagt, hoe zal God dan de wereld oordelen? Ik geloof in de uitverkiezende liefde van God de Vader, zo sterk als iemand. Ik beschouw de bijzondere liefde, waarmee God Zijn schapen, die Hij van alle eeuwigheid aan Christus gegeven heeft, als een aller - gezegendste en aller - troostrijkste waarheid, en aller - uitlokkendst en voordeligst voor de gelovigen. Ik beweer slechts, dat deze waarheid in deze tekst niet besproken wordt.
De ware en juiste opvatting van de woorden: "God heeft de wereld. liefgehad", houd ik voor deze.
Het woord "wereld" bedoelt het ganse menselijke geslacht, beide heiligen en zondaren, zonder enige uitzondering. Zo wordt, naar mijn gedachten, het woord gebruikt in Joh. 1: 10, 29; 6: 33, 51; S: 12; Rom. 3: 19; 2 Kor, 5: 19; 1 Joh. 2; 2; 4: 14. De "liefde", waarvan hier sprake is, is de liefde van medelijden en deernis, waarmee God al zijn schepselen, en inzonderheid het mensdom, aanschouwt. Het is hetzelfde gevoel van liefde", dat voorkomt in Ps. 145: 9; Ezech. 33: 11; Joh. 6: 32; pit 3: 4; 1 Joh. 4: 10; 2 Petrus 3: 9; 1 Titus 2: 4. Het is een liefde, ontegenzeggelijk verschillend en onderscheiden van de bijzondere liefde, waarmee God zijn heiligen aanschouwt. Toch is het een wezenlijke liefde. Het is een liefde, welke God behoedt voor onrechtvaardigheid in het oord celen van de wereld.
Calvijn tekent op deze tekst aan: "Christus bracht het leven, omdat de Hemelse - Vader het menselijke geslacht lief heeft, en wil dat het niet verloren ga." En weer zegt hij: "Christus bezigde de algemene uitdrukking een iegelijk, beide om allen zonder onderscheid uit te nodigen, om deel te nemen aan het leven, en elke verontschuldiging, van ongelovigen af te snijden. Dat is ook de strekking van het woord "wereld." Hoewel er niets in de wereld is, dat Gods gunst waardig is, toch toont Hij zichzelf met de gehele wereld - verzoend, als Hij alle mensen zonder uitzondering tot geloof in Christus uitnodigt."
Het kleine woordje "Alzo" betekent ongetwijfeld "Zo grotelijks, zo zeer, zo innig." Hoeveel dit "Alzo" bevat, kan geen mensenverstand bevatten.
Wien heb ik nevens U in den hemel? Nevens U lust mij ook niets op de aarde!
Bezwijkt mijn vlees en mijn hart, zo is God de Rotssteen mijns harten, en mijn Deel in eeuwigheid.
Gebruikersavatar
J.C. Philpot
Berichten: 8917
Lid geworden op: 22 dec 2006, 15:08

Re: Gelezen, gedacht, gehoord... [4]

Bericht door J.C. Philpot »

Schatgraven GG Terneuzen schreef: Waarom heeft Christus Zich tot in de dood moeten vernederen? Daarom dat vanwege de gerechtigheid en waarheid Gods niet anders voor onze zonden kon betaald worden, dan door de dood des Zoons Gods. H.C. Zondag 16, vraag en antw. 40.

Waarom moest Christus tot in de dood vernederd worden? Daar was een oorzaak voor en die lag in de gerechtigheid en in de waarheid Gods. Hij vernederde Zich. Hij werd er niet toe gedwongen, Hij deed dat Zelf. Waarom heeft Christus Zich tot in de dood toe moeten vernederen? Vanwege de gerechtigheid en de waarheid Gods. We moeten niet te klein over de zonden denken. De zonden maken ons straks schuldig voor het opperste gerechtshof. Voor die vreselijke Majesteit daarboven. God kan van Zijn recht nooit af. Hij wil, dat aan Zijn gerechtigheid genoeg geschiede. Dus zonden kunnen niet vergeven worden, daar moet voor betaald worden. Daarom moest voor onze zonden eerst betaald worden. En daar gaat het hier om. Omdat God de opperste justitie is en ook omdat Hij de Waarheid is. God heeft het gezegd. Wat God zegt komt uit! Hij heeft in het paradijs tegen Adam en Eva gezegd: ‘Als u daarvan eet, zult u de dood sterven’.

Het is al een onbegrijpelijk wonder dat God uitstel gaf toen Adam en Eva aten. Het gebeurde gelukkig niet direct. Die grote Opperrechter voltrok het vonnis niet direct. Hij gaf uitstel. Ze vielen niet terstond dood neer. Weet u hoe dat komt? Omdat daar direct de tussentreding was van die gezegende Borg, Die Zich in het verbond der genade al gepresenteerd had en Die zegt: ‘Zie Ik kom, o God, om Uw wil te doen’. Daar komt de Heere Jezus tussenbeide.

Nu gaan we een grote stap doen, nu komt in de volheid des tijds de tweede Adam en dan ziet u de waarheid Gods direct in actie komen. We zien Zijn waarheid in heilige actie treden als het Kind geboren wordt, de Knecht des Vaders, in de stal in Bethlehem. En daar grijpt de goddelijke justitie Hem. O, dat Kind, die Bron van troost. Daar wordt het zondelichaam van het hele menselijke geslacht op Hem gelegd. De grote Zondebok, het Lam Gods Dat de zonde der wereld heeft weggedragen. God, de Persoon!, de tweede Persoon in het goddelijke Wezen stierf in de gestalte van een dienstknecht, in de menselijke natuur. Maar dat neemt de waardij niet weg. Want die twee naturen waren onlosmakelijk met elkaar verenigd. God, dat wil zeggen de tweede Persoon in het Wezen Gods, de Zoon van God, stierf! En dat gaf juist de eindeloze betaling aan het eisende recht Gods, het eindeloze gericht Gods. Want de straf op de zonde die tegen de hoogste Majesteit bedreven wordt, moet eeuwig zijn. Nu komt hier de Zoon van God, Die Zijn Godheid met Zijn mensheid verbond. Zo gaat Hij de dood tegemoet. Het is God, Die sterft, God, Die het rantsoen brengt, God, door God met de zondaar verzoend. God kon alleen betaald worden door God. Er was geen ander schepsel ooit denkbaar, die dat rantsoen kon opbrengen. Daarom is dit lijden en sterven, de dood van Christus, van zulk een oneindige waardij. Daardoor zijn onze zonden betaald en is vanwege de gerechtigheid en waarheid Gods het oordeel voltrokken door het opperste gerechtshof aan de grote Schulddrager van de zonden der wereld, de Zoon van God, de Heere Jezus Christus.

Denk dan niet te licht over uw zonden. Hebt u er wel eens last van gehad? Hoe komt u er nu vanaf? Dat gaat niet zo makkelijk. Dat gaat zeker niet door inspanning van uw krachten. Dat gaat zeker niet door een weergaloze stiptheid in het volbrengen van de wet. Wat kan een mens zichzelf toch bedriegen. Een mens is er ook op uit om zichzelf te bedoelen. Een mens leeft rustig voort in zijn godsdienstplichten, en is tevreden en denkt: mijn plichten doe ik en er valt verder niets van mij te zeggen.

Sta ernaar uw zonden te kennen. Dat zal noodzakelijk zijn. Onze zonden moeten betaald worden. Zeker, Gods Zoon heeft betaald voor de zonden van de ganse wereld, maar, staat die betaling van Christus ook op uw persoonlijke rekening? Hebt u daar deel aan? Daar komt het op aan. Daar moet een persoonlijke bewustwording zijn van mijn deelgenootschap aan de betaling van Christus. Hebt u die? Indien niet, dan moet u toch wel alles in het werk stellen om, voordat de dood intreedt – dat kan elk ogenblik gebeuren – te zorgen dat het in orde is, want o, de eeuwigheid is zo lang en die straf is zo zwaar en de druk is zo vreselijk groot. De wroeging zal zoveel bitterder zijn, naarmate u meer de liefelijke klanken van het eeuwig Evangelie hebt gehoord. Denk er nog eens over na. Anders is het – het is altijd eigen schuld – maar anders is het nog moedwillig ook en dan gaat u moedwillig zo uw eeuwig verderf tegemoet.
Terwijl er uitkomst is, terwijl de deur openstaat. Terwijl Christus Jezus Zichzelf presenteert en aanbiedt en zegt: ‘Zondaren, komt tot Mij en laat uw ziel toch leven. Waarom zou u sterven?’


Auteur: ds. J.W.Kersten (1915-1960).
Titel: Wat is uw enige troost? pg. 223-229
Uitg.: De Banier
ISBN: 9033604558
Man is nothing: he hath a free will to go to hell, but none to go to heaven, till God worketh in him to will and to do of His good pleasure.

George Whitefield
Gebruikersavatar
Adagio
Berichten: 906
Lid geworden op: 22 feb 2018, 15:06

Re: Gelezen, gedacht, gehoord... [4]

Bericht door Adagio »

R.M. MacCheyne in 'Laat u met God verzoenen' schreef:Bij een vruchteloze bediening komt het Evangelie tot de mensen alleen in woorden. Hoe vaak predikt een getrouwe predikant het Evangelie en schijnen de mensen het met vreugde in te drinken! Een straaltje natuurlijke welsprekendheid verheldert alles wat hij zegt, of hij heeft een vriendelijke en gevoelvolle spreektrant die de aandacht van de mensen boeit; maar er worden geen zaligmakende gevolgen gezien. Geen verbroken harten, geen zielen toegevoegd aan de Kerk die eenmaal zal zalig worden. Zo was het met Ezechiël: 'En zie, gij zijt hun als een lied der minne, als één, die schoon van stem is, of die wel speelt; daarom horen zij uw woorden, maar zij doen ze niet' (Ezech. 33:32). Dat zijn zij, die het Woord in steenachtige plaatsen ontvangen; zij horen het Woord en ontvangen het aanstonds met vreugde, maar hebben toch geen wortel in zich en zijn slechts voor een tijd.
O mijn ziel, bent u tevreden om het Evangelie slechts in woorden te ontvangen? Kan een hongerige gevoed worden door het ruiken van de spijzen? Of kan een bedelaar rijk worden door het luisteren naar het geluid van het geld? En kan mijn hongerige ziel rust vinden als zij slechts het luiden van de Evangelieklok hoort?

(...) Weer op een andere gelegenheid is het Evangelie duidelijk 'een kracht Gods tot zaligheid.' Een onzichtbare kracht vergezelt het gepredikte Woord en het wordt gevoeld dat het huis Gods een heiligdom is, ja, de poort des hemels. Dan gaat het woord van Jeremia in vervulling: 'Is Mijn Woord niet alzo, als een vuur? spreekt de HEERE, en als een hamer, die een steenrots te morzel slaat?' (Jer. 23:29). Dan ontwaken kloekmoedige zondaren. De ouden, de mensen van middelbare leeftijd, de kleine kinderen roepen dan uit: 'Wat moet ik doen om zalig te worden?' Een ontzagwekkende stilte vervult de vergadering. De pijlen van Sions Koning treffen in het hart van 's Konings vijanden, en zij worden aan Hem onderworpen.

(…) Neem een voorbeeld: Een Jood zat in het tolhuis, vlakbij de poort van Kapernaüm. Zijn voorhoofd was doorploegd met de tekens van hebzucht, en zijn afgunstig oog verraadde de gemene sluwheid van de tollenaar. Zeer waarschijnlijk had hij veel over Jezus gehoord; wellicht had hij Hem wel horen prediken aan de oever van het meer van Galiléa. Maar vooralsnog was zijn hart onveranderd, want hij bleef volharden in zijn goddeloze handel; hij bleef in het tolhuis. De Heiland kwam daar voorbij, en toen Hij Zijn ogen liet rusten op de drukke Levi, zei Hij niet meer dan: 'Volg Mij.' Hij gebruikte geen argument, geen bedreiging, geen belofte. Maar de God aller genade blies op het hart van de tollenaar, en hij werd gewillig gemaakt. 'Hij stond op en volgde Hem.' Het behaagde God, Die alle dingen werkt naar de raad van Zijn wil, om Matthéüs een zaligmakend gezicht te geven van Jezus' uitnemendheid. Een druppel viel uit de hemel op zijn hart en deed het smelten; hij rook de aangename geur van de Roos van Saron. Wat betekent nu de hele wereld voor Matthéüs? Hij maakt zich geen zorgen meer over haar winsten, haar vermaken en haar lofbetuigingen. In Christus ziet hij iets dat liefelijker en beter is dan al dat andere. 'Hij stond op en volgde Jezus.' Laten wij hieruit leren dat een eenvoudig woord gezegend kan worden tot het behoud van kostelijke zielen.
Gebruikersavatar
J.C. Philpot
Berichten: 8917
Lid geworden op: 22 dec 2006, 15:08

Re: Gelezen, gedacht, gehoord... [4]

Bericht door J.C. Philpot »

ds. Joh. van der Poel schreef:
‘De Heere dan is, nadat Hij tot hen gesproken had, opgenomen in de hemel, en heeft Zich gezet aan de rechterhand van God’ (Markus 16 : 19)

Loopt u op aarde met de raadsels die niemand op kan lossen dan Hij?
Hebt u werk voor deze Hogepriester?
Hij is altijd gereed om te helpen.
Hij is altijd gereed om te onderwijzen.
Hij is altijd gereed om te verlossen, dag en nacht.
Wie heeft er werk voor Hem?
U zult zeggen: Maar mijn eigen werk dan, moet ik dat meenemen?
Nee.
Een gelovig hart, moet ik dat meenemen?
Nee.
Een gerechtvaardigd hart?
Nee.
Maar waar moet dan dit Lam, als Hogepriester, mee gediend worden?
Met je schuld.
Ja, met je armoede,
met je ellende,
met je twijfeling,
met je ongeloof,
met je zonden,
met je smaad,
met je hoon.
Daarmee moet Hij gediend worden.
Dus je mag Hem dienen als een arme, verloren zondaar?
Ja. Zeg maar: ‘Hier, Jezus, hier hebt U mij, zoals ik ben. Schuldiger dan mij is er nooit iemand op aarde geweest’. Dat is dé weg!
Bron: een nieuwsbrief
Man is nothing: he hath a free will to go to hell, but none to go to heaven, till God worketh in him to will and to do of His good pleasure.

George Whitefield
Gebruikersavatar
Marck
Berichten: 1424
Lid geworden op: 02 mar 2019, 10:26

Re: RE: Re: Gelezen, gedacht, gehoord... [4]

Bericht door Marck »

J.C. Philpot schreef:
ds. Joh. van der Poel schreef:
‘De Heere dan is, nadat Hij tot hen gesproken had, opgenomen in de hemel, en heeft Zich gezet aan de rechterhand van God’ (Markus 16 : 19)

Loopt u op aarde met de raadsels die niemand op kan lossen dan Hij?
Hebt u werk voor deze Hogepriester?
Hij is altijd gereed om te helpen.
Hij is altijd gereed om te onderwijzen.
Hij is altijd gereed om te verlossen, dag en nacht.
Wie heeft er werk voor Hem?
U zult zeggen: Maar mijn eigen werk dan, moet ik dat meenemen?
Nee.
Een gelovig hart, moet ik dat meenemen?
Nee.
Een gerechtvaardigd hart?
Nee.
Maar waar moet dan dit Lam, als Hogepriester, mee gediend worden?
Met je schuld.
Ja, met je armoede,
met je ellende,
met je twijfeling,
met je ongeloof,
met je zonden,
met je smaad,
met je hoon.
Daarmee moet Hij gediend worden.
Dus je mag Hem dienen als een arme, verloren zondaar?
Ja. Zeg maar: ‘Hier, Jezus, hier hebt U mij, zoals ik ben. Schuldiger dan mij is er nooit iemand op aarde geweest’. Dat is dé weg!
Bron: een nieuwsbrief
Dank je!
Gebruikersavatar
Marck
Berichten: 1424
Lid geworden op: 02 mar 2019, 10:26

Re: Gelezen, gedacht, gehoord... [4]

Bericht door Marck »

Mooi die artikelen in de Saambinder waarin "Leren op de school van Christus" wordt gelezen!
Plaats reactie