Gelezen, gedacht, gehoord...

[Jantje]

Toch vind ik het wel een goede vraag. Het kruipen is denk ik door een gezang in het collectief geheugen van de christenen gekomen.

Los daarvan: in psalm 22 spreekt de dichter over 'een worm en geen man'. En een worm kruipt ook (denk ik).

Precies. Die aanhaling van Psalm 22 vindt ik een nog duidelijker bewijs. Kan @Ambtenaar daarop nog reageren?

[pierre27]

Natuurlijk is dit niet ver gezocht. Geheel in de lijn met de Schrift om er zo over te spreken. Ik ben werkelijk benieuwd wat de echte intentie is waarom Ambtenaar zo reageert op de woorden van Ds Stelwagen.

Als dat nog niet duidelijk is? Iemand uit onverdachte hoek mag zijn eigen versie van de Bijbelse geschiedenis geven, maar anderen worden worden er om verketterd. Deze inconsequentie is op zijn minst opmerkelijk te noemen.

Ik heb verder niets tegen ds. Stelwagen, mocht die gedachte naar boven komen.

Zover ik het kan zien doet hij niets tot de Bijbel toe, hij spreekt/preekt over dit onderwerp. Ik kan het niet anders dan uitleg/verklaring van de tekst zien. Daarom snap ik werkelijk jouw reacties niet. Om vervolgens een Bijbelgetrouw persoon als Valcke zo neer te zetten is natuurlijk ronduit zielig.

[KGPHP]

Ik vind het overigens wel mooi dat de Orthodoxe kerk zuigelingen doopt door onderdompeling (zichtbaar in het fimpje bij dit artikel). Hierin komt de bijbelse symboliek en het grondwoord voor dopen beter tot uiting.

Volgens mij doopt ds. Jurjen ten Brinke in Amsterdam ook kinderen door onderdompeling.
Ik meen dat ik daar een keer beelden van heb gezien bij een open dag.

Wat mij betreft een mooie symboliek die ook in veel andere reformatorische kerken mag worden ingevoerd.
Hoewel de symboliek van besprenging in wezen dezelfde is.

[Jongere]

@Discussie over citaat van ds. Stelwagen.

Ik vind het venijn waarmee deze vermeende onrechtzinnigheid wordt uitgevent, dit forum onwaardig. Zeker omdat er allerlei discussies uit het verleden worden bijgesleept. Van Nico ter Linden t/m de HSV. Volgens mij voer je zo geen normale discussie over een uitspraak, maar grijp je iets aan om je eigen gal te spuwen over een aantal forummers die blijkbaar van alles en nog wat fout doen als het gaat om exegese. Ik vind het niet zo fraai.

Los daarvan, in de meeste verklaringen wordt de tekst uit Hebreeën toegepast op Gethsemané. De auteur van de Hebreeënbrief schrijft namelijk over het "leren van gehoorzaamheid" door de Zoon. Als we in het Evangelie zoeken naar één moment waar al de elementen uit deze tekst bij elkaar komen, is het in de olijfhof: daar heeft Christus lijdend gebeden én stond de gehoorzaamheid centraal, die Hij biddend leerde: "Niet Mijn, maar Uw wil geschiede".

Ik meen dat de uitspraken van deze predikant grond hebben in de Schrift. Daarnaast vind ik het jammer dat een citaat met deze strekking zo'n discussie oproept. Is het zo moeilijk om in een traditie die blijkbaar niet geheel de jouwe is, het goede te vinden? Er wordt van bevindelijken altijd gemopperd dat ze zo nauwdenkend zijn, maar ik lees een gemiddelde tekst uit een andere traditie (ook als ik daar vragen bij heb) toch heel wat welwillender dan deze massieve kritiek.

Bovendien, maar daar zullen de meningen over verdeeld zijn: ik waardeer altijd een stuk retoriek in de prediking. Zo lang die de inhoud van de Bijbeltekst geen geweld aan doet (daar ligt een verschil met Ter Linden) maar daarmee in lijn ligt, denk ik juist dat retorische elementen horen bij de verkondiging. Ik voel me niet thuis bij een dorre wat biblicistische benadering die daarvoor geen ruimte laat. Misschien is dat een allergie tegen bevindelijke 'uitstapjes' die al te ver van de tekst afvoeren, dat kan. Ik wil niet graag beweren dat het soms niet stevig misgaat in de exegese of dat er geen inlegkunde zou bestaan. Maar we moeten het kind niet met het badwater weggooien. Houd je blik een beetje ruim, denk ik dan. Bij Augustinus' exegese trek ik ook regelmatig een wenkbrauw op, maar wat zou het armzalig zijn om dan van zo'n traditie niet meer op een positieve manier kennis te kunnen nemen, maar alleen nog maar te kunnen roepen: "Het staat er niet!"

[Valcke]

Los daarvan, in de meeste verklaringen wordt de tekst uit Hebreeën toegepast op Gethsemané. De auteur van de Hebreeënbrief schrijft namelijk over het "leren van gehoorzaamheid" door de Zoon. Als we in het Evangelie zoeken naar één moment waar al de elementen uit deze tekst bij elkaar komen, is het in de olijfhof: daar heeft Christus lijdend gebeden én stond de gehoorzaamheid centraal, die Hij biddend leerde: "Niet Mijn, maar Uw wil geschiede".

Dank voor deze aanvulling. Overigens geeft ook vers 7 alle aanleiding om aan Gethsémané (en evt aan het kruis) te denken als het gaat om de woorden: ‘gebeden en smekingen tot Degene Die Hem uit de dood kon verlossen...’. Wie denkt hier niet aan Gethsémané en de daar opgezonden gebeden?

[Ad Anker]

Ik vind het venijn waarmee deze vermeende onrechtzinnigheid wordt uitgevent, dit forum onwaardig. Zeker omdat er allerlei discussies uit het verleden worden bijgesleept. Van Nico ter Linden t/m de HSV. Volgens mij voer je zo geen normale discussie over een uitspraak, maar grijp je iets aan om je eigen gal te spuwen over een aantal forummers die blijkbaar van alles en nog wat fout doen als het gaat om exegese. Ik vind het niet zo fraai.

Eens. Triest dat zo'n citaat dit losmaakt. Ik begrijp het nog steeds niet.

[Jeremiah]

Lukas 5:18-20

Oh wat een kostelijke ordeverstoorders, temidden van "de godsdienst". Ze hanteerden het breekijzer van het geloof om het dak open te maken. Het geloof gaat een weg zoeken waar geen weg is. Weetje hoe die 4 vrienden heetten? Het geloof, de hoop de liefde en de zelfverloochening.

Ds. G. Schipaanboord

[Stof]

Lukas 5:18-20

Oh wat een kostelijke ordeverstoorders, temidden van "de godsdienst". Ze hanteerden het breekijzer van het geloof om het dak open te maken. Het geloof gaat een weg zoeken waar geen weg is. Weetje hoe die 4 vrienden heetten? Het geloof, de hoop de liefde en de zelfverloochening.

Ds. G. Schipaanboord

Schitterend geformuleerd, diepe inhoud!

[DDD]

Ik behoor niet tot de verbi divini ministri, die bij hun vijf en twintigjarig
ambtsjubileum zeggen, dat zij zich schamen voor hun preken van de eerste jaren,
hetgeen in feite betekent, dat zij zich niet schamen voor hun preken van later tijd.

Ds. J.J. Buskes

[J.C. Philpot]

Waarom wil je de predikers de mond snoeren, die in Gods plaats staan en straffen? Dan zeggen ze: 'Ja, hij bedoelt mij!' Daarop antwoord ik: 'Ach, lieve metgezel, weet je niet dat een oud spreekwoord zegt: 'Wanneer men een steen naar een groep honden in een hok gooit, dan jankt de hond, die getroffen is'. Daarom verraad je jezelf met je gemor en gehuil. En je maakt openbaar dat je juist de schuldige hond bent, die getroffen is. Wil je het niet horen en liever klagen? Ga dan eruit, door het gat in de muur, dat de metselaar voor je opengelaten heeft. Je zult eenmaal Gods oordeel moeten horen. Hij zal je zeggen: 'Heb Ik het je niet door Mijn predikers laten zeggen? Waarom heb je ze niet gehoord?' Daar zul je je niet kunnen verontschuldigen!'

[samanthi]

Hier de tranen van Christus. Hoewel hier niet expliciet staat dat dit over de worsteling in Gethsemane gaat, is deze interpretatie zeker niet ver gezocht.

Mijn conclusie is dat aanpassing van de Schrift geoorloofd is, als het in jullie straatje past.

Ik zeg niet dat bepaalde tekst geen betrekking heeft op Gethsemane, maar we weten het niet.

In de Bijbel staat dat hij teraarde viel, hetzelfde woord wat gebruikt wordt bij de val van het huis van de dwaze bouwer, als iemand zegt dat de Heere Jezus over de grond kroop, is dat zo ie zo figuurlijk juist, letterlijk mi ook eant je kunt nu eenmaal niet makkelijk opstaan uit zo'n houding, stop met muggenziften.

[Arja]

Het rechte gebruik van de beloften is een middel om onze droefenis te verzoeten, ons geloof te bevestigen, ons weldoen op te wekken en tevreden van hart te geven in alle omstandigheden.

[Roos2018]

Zojuist de preek van gisteravond geluisterd uit Valburg, ds. Stelwagen. Aanbevolen!

https://www.hervormdvalburg-homoet.nl/kerkdiensten/

Hij eindigt de preek zo:

Laat ik zo maar eindigen: Binnenkort is er in deze gemeente opnieuw het Helig Avondmaal. Over een paar weken geloof ik. Pelgrim, u zit aan de tafel des HEEREN, en stel u voor, stel u voor, die engel, die de Heere Jezus Christus versterkte in Gethsemané, stel u voor dat die engel tegen u zegt: ‘Als u daar bij geweest was, als u had gezien één van de grote druppels bloed die viel van Hem af op de grond, als u een traan had gezien van dit heilig aangezicht zo vol van angst en verdorven meer dan een mensenkind, of als u die onuitsprekelijke zuchten gehoord had toen Christus kroop op de grond, Abba Vader, als het mogelijk is…’ Welnu, dan zult u komen tot deze heilige tafel in diepe eerbied, in een ontroerende verbazing en uw tranen, of uit uw oog of uit uw hart, vallen in de beker, en het gebroken brood wordt nat van het huilen van dankbare liefde. Verlossingsgeld, verlossingsgeld. Wat een prijs! Wat een prijs! Verlossende, heilige liefde. U, Heere God, zij de eer en de heerlijkheid en de dankzegging aan Hem die op de troon zit en het Lam. Amen.

De naam "Gethsemane" is heel toepasselijk: in het Hebreeuws betekent dit: גת-שמני , ğat-shmanee, oliepers, maar werd ook als druivenpers gebruikt.
Hier werd de Heere Jezus als het ware als een olijf uitgeperst door de toorn van God; de druppels bloed zijn als het ware de heiligende olie van Zijn verzoenend werk.

Dit doet me denken aan Exodus 30:
31 En gij zult tot de kinderen Israëls spreken, zeggende: Dit zal Mij een olie der heilige zalving zijn bij uw geslachten.
En Ps. 23:
5 Gij richt de tafel toe voor mijn aangezicht, tegenover mijn tegenpartijders; Gij maakt mijn hoofd vet met olie, mijn beker is overvloeiende.
En Matth. 26:
39 En een weinig voortgegaan zijnde, viel Hij op Zijn aangezicht, biddende en zeggende: Mijn Vader, indien het mogelijk is, laat dezen drinkbeker van Mij voorbijgaan! doch niet, gelijk Ik wil, maar gelijk Gij wilt.
En 1 Kor. 11:
25 Desgelijks nam Hij ook den drinkbeker, na het eten des avondmaals, en zeide: Deze drinkbeker is het Nieuwe Testament in Mijn bloed.
En Jes. 63:
3 Ik heb (13) de pers (14) alleen getreden, en er was niemand van de volken met Mij; en Ik heb hen getreden in Mijn toorn, en heb hen vertrapt in Mijn grimmigheid; en hun kracht is gesprengd op Mijn klederen, en al Mijn gewaad heb Ik bezoedeld.

KT
13) Ik heb
Hier spreekt Christus wederom, beantwoordende de vorige vraag aangaande zijne macht in het onderdrukken zijner vijanden en het verlossen zijner uitverkorenen.

14) de pers
Te weten de pers van den toorn Gods, gelijk af te nemen is uit Openb. 14:19, en Openb. 19:15. De zin is: Ik heb alleen, zonder menselijke hulp, den wil en het bevel van mijn hemelsen Vader, aangaande het straffen en verdelgen der vijanden zijner kerk, uitgericht.

[J.C. Philpot]

Ik vind dit altijd zo'n prachtige anekdote:

'Zijt gij met Mijn Lam tevreden?' Dat was de vraag die God aan Kohlbrugge stelde toen deze zich moest voorbereiden op een kerkdienst, op 13 juli 1833 in Elberfeld. Kohlbrugge heeft hierop volmondig met 'ja, Heere' geantwoord en daarna zijn preek geschreven, de preek over Romeinen 7 vers 14:
Want wij weten dat de wet geestelijk is, maar ik ben vleselijk, verkocht onder de zonde.

(...) een uitspraak van Kohlbrugge, waarin hij vertelt hoe de Here God hem eens de vraag stelde: “Zijt gij met Mijn Lam tevreden?” Daarop antwoordde Kohlbrugge “Ja Heere!”, waarop de Heere zei: “Dan ben Ik ook met u tevreden.”

Ben jij, ben ik, tevreden met dit Lam?

Op het Godslam rust mijn ziele,
vol bewond'ring bid ik aan;
al mijn schuld en al mijn zonden
heeft zijn zoenbloed weggedaan.

Zalig rustoord! Zoete vrede
vult mijn hart en blijft het bij.
Hij, in wie God Zelf kan rusten,
is het rustpunt ook voor mij.

Ruste vond hier mijn geweten,
want zijn bloed - o heilfontein -
heeft van alle, alle zonden
mij gewassen blank en rein.

Met een hart vol hemelvrede
ga ik hier door smart en strijd.
Eeuw’ge rust vind ik daarboven
bij het Lam in heerlijkheid.

[Bertiel]

Al wat Mij de Vader geeft, zal tot Mij komen. En die tot Mij komt, zal Ik geenszins
uitwerpen. (Joh. 6:37)
Zij die tot Jezus Christus komen zijn dikwijls oprecht bevreesd dat Hij hen niet zal
ontvangen. Zoals ik gezegd heb, ligt deze les in de tekst opgesloten. Ik leid dit af uit
de ruimte die in de belofte ligt en de duidelijkheid ervan: 'Ik zal hem geenszins
uitwerpen'. Want als wij niet vatbaar waren voor de vrees om uitgeworpen te
worden, zou het niet nodig geweest zijn dat Christus onze vrees als het ware zou
bestoken met deze heerlijke en wonderlijke uitdrukking: 'Geenszins'. 'En die tot Mij
komt, zal ik geenszins uitwerpen.' Als zondaren die tot Christus komen, niet
geneigd waren aan zulke bezwaren toe te geven en hun eigen zielen daardoor te
laten ontmoedigen, dan was het niet nodig geweest dat de Wijsheid van de hemel
zo'n belofte had uitgevonden, als ik het zo zeggen mag. Zij had die dan ook niet zo
onder woorden behoeven te brengen dat als het ware met één slag al hun
bezwaren in stukken geslagen worden. Want dit woord 'geenszins' snijdt alle
bezwaren af. Met die bedoeling heeft de Heere Jezus het ook gebruikt om nu juist
het geloof dat met ongeloof gemengd is, te hulp te komen.
In dit woord worden als het ware alle beloften samengevat. Ook kan er geen enkel
bezwaar worden ingebracht vanwege de onwaardigheid die u in uzelf ontdekt, of
deze belofte zal het ontzenuwen.
'Maar ik ben een groot zondaar', zegt u.
'Ik zal u geenszins uitwerpen', zegt Christus.
'Maar ik ben een oude zondaar', zegt u.
'Ik zal u geenszins uitwerpen', zegt Christus.
'Maar ik ben een zondaar met een hard hart', zegt u.
'Ik zal u geenszins uitwerpen', zegt Christus.
'Maar ik ben een zondaar die afvallig werd', zegt u.
'Ik zal u geenszins uitwerpen', zegt Christus.
'Maar ik heb satan heel mijn leven gediend', zegt u.
'Ik zal u geenszins uitwerpen', zegt Christus.
'Maar ik heb gezondigd tegen het licht', zegt u.
'Ik zal u geenszins uitwerpen', zegt Christus.
‘Maar ik heb gezondigd tegen de genade', zegt u.
'Ik zal u geenszins uitwerpen', zegt Christus.
'Maar ik bezit niets goeds om mee te brengen', zegt u.
'Ik zal u geenszins uitwerpen', zegt Christus.
Zo zou ik tot het einde kunnen doorgaan en u aantonen dat deze belofte gegeven is
om een antwoord te geven op alle bezwaren. En zij geeft daar ook inderdaad
steeds weer een antwoord op. Maar ik herhaal: Waarom zou het nodig zijn als
degenen die tot Jezus Christus komen, niet soms - ja zelfs dikwijls - oprecht
bevreesd zijn dat Jezus Christus hen zal uitwerpen?

John Bunyan (1628-1688) – Komen tot Jezus Christus