Wanneer er sprake is van schriftuurlijke bevindelijke prediking, staat Christus centraal. Alle bevinding die niet uit de Schrift opkomt, daar staat de mens centraal.Hier wordt in de kerken verschillend over gedacht. Je merkt dat aan de kerkverbanden. Er wordt dan meestal gesproken van een Christus prediking of een preek waar de wegen en de gangen van de mens meer centraal staat. Bij ons is het een Christus prediking. Onze dominee houdt niet van bevinding prediken.
En wbt de gangen en wegen van Gods volk verklaard... Het is m.i. een gezelschapsuitdrukking die zomaar verkeerd toegepast kan worden, een eigen leven kan leiden.
Gods kinderen kunnen vertellen welke weg God met hen gegaan is. Maar dan moeten we eerst ook helder hebben wat we onder Gods kinderen verstaan. Zijn dat die nog (denken) zoekend zijn (en nog niet gevonden hebben). Of zijn het die weten van persoonlijke vergeving van zonden? Zij die in Christus zijn? Die ook weten iedere dag weer opnieuw bekeerd te moeten worden tot Hem.
Wanneer de mens centraal gaat staan in de gangen en wegen. Dan is het gevaar m.i. groot dat Christus niet centraal staat. Wanneer het gaat over hoe Christus werkt en heeft gewerkt, gegrond op de Schrift dan staat Christus centraal en niet de weg van de mens. En dan zullen we ook zien dat de Geest werk hoe Hij wil en wanneer Hij wil. Maar daar kan alleen (bevindelijk) uit gesproken worden als het werkelijkheid is voor jouw persoonlijk. Het is misschien een beetje krom gezegd... Achteraf kan je spreken over een toeleidende weg. Niet als je denkt dat je op de toeleidende weg zit. Want je weet vooraf niet of je werkelijk op de toeleidende weg zat. Het zou zomaar een weg kunnen zijn die van Christus afleidt. Achteraf kan je wel zeggen. Kijk toen werkte God al in mijn leven. Hier riep Hij mij.