Ja maar hier moeten wel wel wat oppassen, want wat is 'de schrik des Heeren'?ejvl schreef:Toch kan het wel werken tot, zie maar: "Wij dan, wetende de schrik des Heeren, bewegen de mensen tot het geloof" ( II Korinthiërs 5 vers 11)?-DIA- schreef: Hier wil ik nog één ding opmerken. Ik neem aan dat de vrouw wel opreccht was. En het is waar dat God niet met iedereen dezelfde weg gaat. Maar wel de hoofdzaken, die worden door allen gekend. Dan moet ik ook aannemen dat genoemde vrouw, toen ze sprak: "Nee, toen ik bekommerd was over het heil mijner ziel, hoorde ik een echte evangelie-dienaar, die tot mij zei dat ik op het kruis van Christus moest zien en daar verloor ik de last der zonde" ook bekommerd was om haar zonden tegen God. Want als we alleen ons heil zoeken om van de straf ontheven te worden lijkt me dat niet geheel juist. Voorop zou toch moeten staan: Ik heb door mijn zonden tegen een rechtvaardig, heilig en goeddoend God gezondigd. Dit wil ik niet zozeer als kritiek opvatten, maar slechts opmerken zoals het nu bij me overkomt.
http://dspieters.refoweb.nl/1543511.htm
Gods volk leert dat kennen, als God zijn wraakvorderende recht gaat eisen.
Nu kan er ook een schrik zijn, een benauwdheid, angst voor de hel, omdat het
geweten open is. Op zich is het een groot voorrecht als ons geweten nog spreekt.
We kunnen het ook toeschroeien. Maar de 'schrik des Heeren' gaat veel dieper
als een uitwendige schrik voor de hel.
Daar gaar de zondaar geloven dat hij naar Recht verloren ligt, en er is geen redder.
De Tweede persoon houdt zich verborgen achter het Recht des Heeren,want het
recht moet zijn loop hebben. Als de zondaar dan gebracht wordt, waar hij tegen
vecht, dat hij om moet komen, en daarmee van harte God toevalt, en waardig wordt
en niet anders meer verwacht dan dat de poort van de hel zich zal openen, dáár
is de plaats voor de openbaring van de Middelaar. "Ik wil niet dat deze in het verderf
nederdale". Dat wordt wel genoemd de afhandeling in de vierschaar. Dan weet een
mens uit welk een grote nood en dood hij verlost is.
Wat zou een mens anders in de hemel moeten doen? Als hij dat niet wist? Ik heb wel
eens gezegd: De mens zou zich in de eeuwigheid vervelen, zacht uitgedrukt, want
hij zou helemaal niet in de hemel kunnen verkeren.