JCRyle schreef:eilander schreef:Ik voel heel goed met je mee.
Toch moet je over de (door mij) vetgedrukte zin eens nadenken. Dat is voor velen een heel bekende taal, voor mij ook. En dan knikken we 'ja, zo hebben we het altijd gehoord.'
Maar wat zeg je nu eigenlijk met zo'n zin? Taalkundig klopt er iets niet.
Ik bedoel het niet oneerbiedig, maar als je het vergelijkt met bv. een sollicatie, en je hebt de vraag 'hoe kom ik aan deze baan?'
Als iemand dan zegt: 'om nu eens als een sollicitant bij een potentiële werkgever aan tafel te komen, dan zou je die baan wel eens kunnen krijgen.' Dat rammelt aan alle kanten, en het zegt eigenlijk niets. Het gaat erom: hóe kom ik daar aan tafel?
Het is ook taal die ik bij de oudvaders niet aantref, zie citaat uit De Redelijke Godsdienst, maar dit zou met vele voorbeelden aan te vullen zijn.
Nogmaals, ik bedoel niet je posting af te kraken, en zeker ben ik het met je intentie eens. Maar laten we niet vervallen in o zo bekende termen, die o zo graag gehoord worden... maar waarvan de inhoud lang niet altijd begrepen wordt.
Als dit alleen maar bekende termen zijn of bekende taal, zet dan de vraagteken er maar achter. Daarmee doel ik niet op jouw persoon. Ik bedoel met de dikgedrukte zin in ieder geval geen gemakkelijk praatje of een vroom praatje en dan zijn we klaar. Maar het is mijn vaste overtuiging dat deze woorden waarheid zijn. Als Gods Geest werkelijk in een zondaar gaat werken, dan wil ik niets, dan kan ik niets, dan ben ik niets. Dat is Gods Woord! Je stuk van á Brakel onderstreept dat voor mij. Je vergelijking daarentegen gaat mank. Want je spreekt over het 'hoe'. En dan trekken we de lijn maar door naar het komen tot Christus. Hoe komen we aan Hem? Niet door eigenhandig je CV op te gaan poetsen; ik kom, ik wil, ik ben, ik doe etc. etc. Ook niet door af te vragen hoe ik nu bij Christus ga komen. Dat rammelt pas aan alle kanten. En dat is wel wat dergelijke initiatieven promoten, helaas.
Ik lees dergelijke zaken wel bij de oudvaders. Zelf bij de zogenoemde 'lichte' oudvaders, zoals Rev. McCheyne. Maar denk ook aan Thomas Hooker of een Shepard. Ik denk aan een Winslow. Die tekenen de mens van nature zo dor en doods als de beenderen uit Ezechiel 37.
Je gaat op geen enkele manier in op de bedoeling van mijn bijdrage. Want wat je hier schrijft, kan ik ook onderschrijven. Het ging mij om de taalkundige kunt van de zin die ik vet had weergegeven.
En dan niet om bijdehand te willen doen over taal, maar omdat dergelijke taal veel gebezigd wordt en toch mensen niet echt verder helpt. Ik heb helemaal niet bedoeld te zeggen dat dit als 'vroom praatje' wordt gezegd, welnee. Het is niet aan mij om de intentie van deze predikers te peilen. Maar ik weet - uit ervaring en uit gesprekken - dat er mensen in de kerk zitten die wel door de kerk zouden willen roepen: "Ik geloof dat het 100% waar is, dat we als een allesmissende zondaar aan de voeten van Christus moeten komen, maar HOE? Zeg alstublieft hoe ik daar moet komen."
Dan kun je natuurlijk zeggen: 'juist, op dat punt moeten we komen. Dan komen we in de nood, en een prediker kan je niet helpen.' Allemaal waar, maar dan lees ik bij de oudvaders toch wel wat andere taal.
Dat was mijn punt. Ik heb ook helemaal geen enkele vergelijking willen maken tussen solliciteren en de toe-eigening van het heil. Dat klopt van geen kant. Ik wilde daarmee alleen de taalkundige kant van de zaak aantonen.
Een ander voorbeeld: ik heb meegemaakt dat mensen de nood van hun ziel uitspraken. Hoe diep dat ging, weet ik niet; daar ga ik ook niet over. Maar de vraag was wel: hoe kom ik toch tot God bekeerd?
Dan werd door een ouderling als antwoord gegeven, iets als: 'ja, dat zou nou toch zo groot zijn hé, als dat nog eens gebeuren mag.'
Ik bedoel het niet om lelijk te doen, maar dát wisten die mensen zelf ook al.
Ik ben echt bang dat je op die manier dus een soort voedingsbodem creëert voor Heartcry etc, of een stap naar een evangelische gemeente. Daar krijg je wel antwoord...
Bij de ouderen is er nog wel een bepaalde schroom, ook vanuit hun eigen opvoeding en de indruk die ze nog vaak hebben van Gods volk in vroeger tijden: hun eigen ouders, of een bekende predikant.
Bij jongeren is dat veel minder, en die maken daarom m.i. makkelijker een overstap. Ik zie het in mijn omgeving niet vaak, maar het gebeurt wel.