Door tijdgebrek. Een verlate reactie in de discussie over hertrouwen na scheiding
Hierna volgt mijn reactie op de laatste integrale reactie van Valcke. In rode kleur staat steeds mijn reactie onder hetgeen waarop gereageerd wordt. Dit ook om het gemakkelijker te maken om terug te lezen. Het is een lange tekst zo. Maar om de lijn vast te houden van de discussie wel noodzakelijk m.i.
Ik mis in zijn ( Valcke) reactie overtuigende argumenten die de fundamentele aannames in mijn posting aan het wankelen brengen. Ik mis in de reactie bewijzen dat Jezus de doodstraf op overspel, zo je wilt hoererij, afschaft en er niet mee rekent in Zijn reactie. Daarmee samenhangend dat er daardoor geen strijd tussen Zijn wil en die van Zijn Vader ontstaat. Hoe verklaar je met andere woorden, dat Hij de Wet volkomen heeft gehouden tijdens Zijn leven en toch daarmee in strijd leert (als je er vanuit gaat dat echtscheiding wegens overspel mocht van Jezus), voordat Hij de Wet volkomen vervult heeft. Vervolgens lever je vanuit het Grieks geen argumenten aan waarom de vertaling van McFall niet zou kunnen of zelfs maar onwaarschijnlijk is , terwijl McFall vele argumenten vanuit de Schrift(en het Grieks) aanvoert, waarom zijn vertaling de meest logische is gezien de context en grondtekst. Bij elke vertaling, en zeker in het Grieks, is de context, zeer belangrijk voor de juiste vertaling. Een "machtswoord" zoals dat het toevoegen van het woordje EI in de grondtekst geen verschil uitmaak weerlegt McFall met een keur aan argumenten, en is dus niet op zijn plaats in een discussie over de juiste betekenis van een cruciale passage. Juist zijn vertaling kan een kind begrijpen en bevrijdt ons van alle gewrongen uitleg van de andere teksten over dit onderwerp. Niet voor niets is er een bijna oneindig aantal opvattingen over scheiding en hertrouwen ontstaan (na de reformatie). De ene uitleg is nog spitsvondiger dan de andere (uitleg) en gaat nog verder in het honoreren van scheidingsgronden. Dat baart mij zorgen. En de daardoor ontstane echtscheidingspraktijk.
Ik wil niet in herhaling vallen, maar dat de discipelen de ruime echtscheidingspraktijk kenden, zegt niets over hoe God daarover denkt. De context stuwt juist in de richting van niet scheiden en niet hertrouwen en niet andersom. De discipelen waren geschokt dat er geen enkele echtscheidingsgrond voor God kon bestaan. Ik begrijp je eerdere reactie over de discipelen niet helemaal. Je haalt het huwelijk als scheppingsorde aan en vervolgens zou Jezus met de discipelen in het algemeen over de heiligheid en onschendbaarheid van het huwelijk gesproken hebben (je reactie van 7 september)? Hoezo in het algemeen? Jezus zegt dat wat God bijeen brengt door de mens niet gescheiden zal worden. Als dat een scheppingsorde is dan, dan mogen wij die niet verbreken. Iemand wees erop dat uit een onderzoek in het OT en NT volgde dat er geen enkel voorbeeld te vinden is van een ontbonden verbond waarvan God deel uitmaakt (Dr David W Jones en Dr Johannes K. Tarwater, zijn bijbelse verbonden oplosbaar binnen de theologie van het huwelijk). Maar je hebt gelijk dat de discipelen ook verbijsterd konden zijn door alleen het passeren van Mozes echtscheidingspraktijk.Valcke schreef:Reactie op uitgebreide posting Lilian 10 september, 23:11 uur (visie dr. Mc Fall)
Mijn reactie bestaat uit een Deel A en Deel B. Deel A (maar dan zonder deze titel) had ik vanmorgen al geplaatst (8:40 uur), maar Lilian heeft mij gevraagd om een integrale reactie, dus inclusief het stuk dat ik al geplaatst had. Vandaar dat Deel A nu opnieuw heb opgenomen (degenen die het al gelezen hadden, kunnen dit dus overslaan).
Deel A: Echtscheiding, de wet en Matth. 19:9 (exclusief grondtekstkwesties)
- Opmerkelijk dat je nu de draai hebt gemaakt van Engelsma (overspel is wel scheidingsgrond) naar Dr. Mc Fall (overspel is geen scheidingsgrond). Dat kan natuurlijk, maar de discussie verschuift hierdoor enigszins. Eerst werd de uitzonderingsgrond in Matth. 5:32 en Matth. 19:9 door jou erkend voor scheiden, maar niet voor hertrouwen, nu wordt de uitzonderingsgrond door jou helemaal niet meer erkend. Dat betekent dat ik nu op dingen moet ingaan waar ik eerst niet op in hoefde te gaan.Lilian1975 schreef:Hierna zal ik eerst aan de hand van een aantal aangescherpte argumenten – mede aan de hand van wat McFall ook opmerkt over de vertaling van de zogenaamde uitsluitingsclausules – over de betekenis van Math 19:9 (en Math 5:32) mijn standpunt uiteenzetten. Je (Valcke) wijst soms terecht op een aantal niet helemaal juist en sluitend geformuleerde argumenten. Op je reactie(s) ga ik na dit stuk nog in voor zover mijn betoog daarop al geen antwoord geeft. De conclusie is ook voor mij verrassend, omdat daaruit zou volgen dat je zelfs niet mag scheiden na overspel. Ik heb mijn reactie dan ook met anderen besproken alvorens die te plaatsen. Mijn enige doel met deze reactie en de eerdere discussie is om de waarheid boven tafel te krijgen. Wat betreft de zaken die verband houden met de vertaling van het Grieks realiseer ik mij dat ik daarop volledig leun op wat anderen daarover zeggen. Tot nu toe heb je echter niet erg inhoudelijk beargumenteerd waarom een andere lezing niet zou kunnen of onwaarschijnlijk is. Ik realiseer mij dat dit standpunt heel veel uiterst moeilijke pastorale situaties kan geven waarop ik echt niet zomaar een antwoord heb.
Dat geldt ook voor ons. En eerlijk gezegd waren we na de argumentatie van hem ook best geschokt
- Gelukkig dat je erkent dat je geen antwoord hebt op veel moeilijke pastorale situaties. Echter: ds. Engelsma en dr. Mc Fall hebben hierover wel hun stellige gedachten; in ieder geval zeggen zij dat tweede huwelijken verbroken moeten worden als de vroegere echtgenoot nog leeft.
McFall is inderdaad stellig, maar ik weet zelf nog niet hoe je daarmee moet omgaan. Als hij gelijk heeft, zal een christen ook op dit punt Zijn Meester moeten volgen, ook als dat offers vraagt.
- Het boek van dr. McFall ervaar ik als 'stuitend' in de zin dat de opvattingen van 'geen scheiding, geen hertrouwen' zo dogmatisch worden neergezet en bijna (zelfs in schema's) gesuggereerd wordt dat dit de weg tot de zaligheid is. Dat staat haaks op het onderwijs van de Heere Jezus die de zondaren liefdevol ontving.
Nee, McFall zegt niet dat zijn opvatting (bijna) de weg tot de zaligheid is. Wel stelt hij dat wie bewust tegen deze bijbelse leer op dit punt zondigt, geen christen kan zijn of een in de genade verachterde. Voor wie onbewust daar tegen zondigt is hij veel milder. Hij trekt wel de consequentie uit zijn opvatting ten aanzien van de ontbinding van tweede huwelijken, zolang hun man of vrouw nog in leven is. Ik heb al aangegeven dat ik zijn toon en de soms vergaande conclusies niet voor mijn rekening neem. Maar door dit nu weer naar voren te brengen suggereer je dat zijn andere opvattingen dan ook wel niet zullen deugen. En zo stel je de bron en zijn argumenten op voorhand in een kwaad daglicht. Terwijl het hier gaat om de argumenten die hij voor zijn standpunt naar voren brengt. Anderzijds vraagt het volgen van Jezus soms offers. En was de reactie van de omstanders soms ook niet dat deze rede hard was?
Het huwelijk is zeker een scheppingsordening. Daar hoort ook bij dat de mens niet mag scheiden.Math 19:9
In Zijn reactie op de juridische vraag van de farizeeën of het een mens geoorloofd is zijn vrouw te verlaten om allerlei oorzaak, hadden de farizeeën verwacht dat Jezus zou zeggen dat het wettig zou zijn van hun vrouwen te scheiden, maar Jezus grijpt voorbij Deuteronomium, terug op Genesis, waarin staat dat man en vrouw één vlees zullen worden (voor de val). Direct daarna, en kennelijk volgde dat voor Jezus daaruit, formuleert Hij zijn standpunt over echtscheiding: dat wat God samengevoegd heeft, scheide de mens niet. Zou je dan niet kunnen spreken van een scheppingsordening, zoals er ook over de verhouding tussen man en vrouw als scheppingsordening wordt gesproken?
Tot zover weinig verschil. Waarbij '... scheide de mens niet ...' de oorspronkelijke instelling weergeeft en niet 1-op-1 kan worden overgebracht op de situatie van overspel - alsof de niet-overspelige partner alles moet accepteren van de wel-overspelige partner.Hier formuleert Jezus een absoluut verbod op echtscheiding. Daarop wijst volgens mij ook het gebruik van het meer algemene woord voor scheiden in de grondtekst. Het is alsof Jezus al de latere uitbreiding van scheidingsgronden ondervangt door hier niet alleen over verlaten te spreken.
Op de (verbaasde of woedende?) reactie van de farizeeën, waarom Mozes dan geboden heeft de vrouw een scheidbrief te geven en haar te verlaten (in Deuteronomium), antwoord Jezus: Mozes heeft u toegelaten (vers 8), MAAR Ik zeg u…. Dit behelst een tegenstelling. Mozes heeft een langer bestaande praktijk geordend, maar nergens in het OT staat de goedkeuring van God over die praktijk, noch dat de mogelijkheid tot scheiding door God is ingesteld. Uit het antwoord van de Heere Jezus in vers 9 blijkt (los van de betekenis van de zinsnede “anders dan om hoererij” dat Jezus, Mozes instelling van de scheidbrief verwerpt. Alle met de scheidbrief beoogde gevolgen, blijven immers in stand. Het huwelijk blijkt er voor God nog te zijn, want anders kan er geen sprake zijn van overspel door zowel de initiatiefnemer (de man) als voor degene die de verlatene trouwt. Jezus kan dit ook alleen zeggen als het met de wil van Zijn Vader in overeenstemming was.
Niemand zegt dat de zonde van de ander geaccepteerd moeten/mogen worden. Wel is de vraag mag je gaan zondigen, omdat de ander zondigt? En daarom een nieuw huwelijk aangaan terwijl de echtgenoot nog in leven is? Waar spreekt de Schrift hier zo over?
In geval van mishandeling binnen het huwelijk zeggen we ook niet als er van tafel en bed gescheiden is, dat je daarmee de zonde van mishandeling accepteert. Maar daarmee is naar mijn weten nog steeds de weg tot hertrouwen gesloten. Zie boekje gij zult niet echtbreken van Ds R. van Kooten.
En accepteren van de zonde is wat anders dan de ander de ruimte te geven om tot inkeer, berouw, bekering te laten komen.
We hebben het hier over een huwelijk binnen de christelijke gemeente. Juist een christen weet wie hij zij is en was. En dat hij of zij geen haar beter is dan de zondaar die overspel pleegt. De houding van een christen is juist (als hij op zijn plaats is), ik ben de grootste zondaar. Dus waarom zou een christen dan überhaupt de weg tot verzoening van zijn of haar kant afsnijden ook al doet de andere partij dat zelf wel?
Ook is mij niet geheel duidelijk waarom je de scheppingsordening/instelling van verhouding man en vrouw wel 1-op 1 over kan zetten.(ik ga er vanuit dat je dat doet) En de scheppingsordening/instelling van het huwelijk niet? Beiden zijn zaken die ingesteld zijn voor de zondeval.
Voor het begrijpen van het antwoord van Jezus in vers 9 is vervolgens van belang dat de farizeeën wisten dat onder de Mozaïsche wetgeving op overspel de doodstraf stond. En dit was ook door God ingesteld. Hoewel dit in de praktijk wellicht niet of nauwelijks werd uitgevoerd. McFall wijst erop dat de Joden ten tijde van Jezus omwandeling daar nog wel de ruimte voor kregen. Dat ze dit wisten, blijkt ook wel uit die andere verzoeking van Jezus door een in overspel gegrepen vrouw voor Hem te brengen. In Zijn reactie bevestigt Jezus impliciet dat op overspel nog steeds – volgens de Mozaïsche wetgeving – de doodstraf stond door middel van steniging.Over dit laatste ging mijn tussenvraag. Dat is en blijft een gezochte redenering. Wanneer scheiding (in de vorm van verlating) onder de Joden mogelijk was op grond van aangebrand eten (Hillel) en allerlei andere onbenullige oorzaken, dan kun je echt niet zeggen dat hoererij/overspel geen echtscheidingsgrond was voor de Joden.Het blijkt ook vreemd dat als in Math wel een nieuwe scheidingsgrond wordt geïntroduceerd. (...) Tegen voorgaande achtergrond kan er in Math 19:9 geen sprake zijn van een uitzondering op de door Jezus verwoorde gevolgen van het verlaten van je vrouw en het opnieuw trouwen door beide partijen. Je kon in Israël immers niet scheiden wegens overspel! Dat was geen wettige grond.
Je opmerking treft geen doel; het bevat geen enkel bijbels argument om er vanuit te gaan dat je kon scheiden wegens overspel! Er zijn bovendien volgens McFall (voorzover hem bekend) geen voorbeelden (in de bijbel) noch in andere geschriften waaruit blijkt dat overspel als scheidingsgrond opgevoerd werd. Uit het OT blijkt juist dat volgens de wet op overspel de doodstraf stond. McFall noemt de opvatting van de school van Shammai strikt (alleen bij overspel), maar tekent daarbij ook aan dat dit uit een bron van twee eeuwen later komt, en die van Hillel ruim, maar beiden zijn de Schrift niet. En wie zou de Joodse wetgeleerden willen volgen in hun opvattingen over de uitleg van wat God bedoelde na Jezus onderwijs te dien aanzien?
Ook in het NT lees je niet van een afschaffing van de doodstraf. De geschiedenis van de overspelige vrouw bewijst dat. De Farizeeën wisten heel goed dat daarop de doodstraf stond. Tegen deze achtergrond is het gezocht om te suggereren dat het Gods wil in het OT was dat mensen gingen scheiden vanwege overspel. Omdat overspel zo ernstig was, stond de doodstraf erop. ( Wat God, anders dan de scheidbrief, wel heeft geboden) Het was de zondige mens die deze straf niet uitvoerde. Je voerde zelfs Jozef aan als bewijs, omdat hij aan Maria een scheidbrief voor overspel zou hebben willen geven. Voor jou is die discussie weliswaar gesloten. Maar hoe je het ook wendt of keert nergens staat dat hij een scheidbrief wilde geven en al helemaal niet dat hij dat voor overspel wilde en kon geven. Er staat dat hij haar heimelijk wilde verlaten. En al zou hij dat echt hebben willen doen, dan nog is het geen bewijs dat het een goddelijke instelling was om de scheidbrief na overspel te geven. Een eventuele bestaande gewoonte is niet gelijk aan een goddelijke instelling
Dit even los van de straf van overspel. Nogmaals: dat is juridische haarkloverij. [Daarnaast is de tussenvraag niet geheel beantwoord. Denk bv. aan de school van Shammai.]
/color] De toepassing van de wet van God juridische haarkloverij noemen? Bedoel je dat echt? Er stond de doodstraf op, omdat het een gruwel was in Zijn ogen!
De Heere Jezus ging nooit mee in de subtiele redeneringen van zijn tegenstanders. Hij gaf Zijn antwoorden eenvoudig, zodat iedereen [ik bedoel: ook niet geleerden] de betekenis begrijpen kon. Zijn antwoord in vers 9 bevat dus geen subtiele verwijzing naar de doodstraf voor overspel. Nee, hij antwoordt eenvoudig, zoals iedereen begrijpen kon dat verlating om allerlei oorzaak, niet om hoererij, ongeoorloofd was. Waarmee hij hoererij / overspel wel degelijk uitzondert.
Als het werkelijk zo eenvoudig was, waarom zijn er dan zoveel verschillende opvattingen over scheiden en hertrouwen? Van helemaal niet scheiden tot scheiden i.v.m. overspel en allerhande andere redenen. En daarnaast nooit hertrouwen tot altijd hertrouwen. Kennelijk is de uitleg van de teksten in Mattheus toch niet zo duidelijk. Bijna iedere orthodoxe uitlegger baseert ondertussen zijn opvatting over scheiden en hertrouwen op deze twee teksten. Ook in jouw reactie en standpunt hangt daar feitelijk alles vanaf, want nergens anders in de Schrift wordt – ook als je jouw standpunt volgt - gesproken over het mogen hertrouwen (na overspel). Je geeft dat zelf ook aan door elders te zeggen niet in te (hoeven)gaan op de teksten in bijv. Korinthe
Ook nu weer suggereer je een subtiele redenering bij McFall, maar hij is kinderlijk eenvoudig. En sluit naadloos aan bij de context. De farizeeën wisten precies wat Jezus bedoelde, daarom haten ze hem ook zo hardgrondig. En ook de discipelen snapten het helemaal. Daarom reageerden ze, zoals ze reageerden. Wanneer het scheiden door overspel door de onschuldige partij altijd geoorloofd was, zou Jezus niets nieuws zeggen voor de discipelen. Maar dat was het wel. Dus daarom die schok.
Op de vraag of de Heere Jezus in vers 9 de hoererij uitzondert vanwege de straf van steniging, ben ik ook eerder ingegaan in mijn uitgebreide stuk over Mattheüs 19 (7 september). Mijn antwoord blijft hetzelfde:Voor de uitleg van Math 19:9 maakt het ruimere begrip Porneia niet uit. Ik ben het daarmee eens. Ik kan niet anders dan concluderen dat je bij de uitleg van Math 19 de hele context wegveegt. En geen enkel exegetisch argument daar tegenover plaatst. Vanuit de grondtekst kun je Math 19:9 vertalen zoals McFall doet. Hij geeft daar vanuit het Grieks en de Schrift voldoende argumenten voor. De steniging was ook nog bekend. De doodstraf gold ook nog. Daaraan doet de geschiedenis van de overspelige vrouw niets af. Die geschiedenis bewijst juist dat de Joden daarvan nog uitgingen! Jezus vat ze echter in hun arglistig hart. Hij mocht de doodstraf toepassen, maar was haar genadig.Valcke schreef:De Heere Jezus zegt ‘niet om hoererij/overspel’. Zoals eerder gezegd is ‘hoererij’ een breder begrip dat ook het overspel omvat.
Omdat er staat ‘niet om hoererij’ zou je kunnen zeggen dat de tekst helemaal niets zegt over de situatie dat er wél hoererij is. Maar dat is veel te kort door de bocht. De Heere Jezus geeft namelijk een LEERREGEL, en Hij zegt dat deze LEERREGEL NIET VAN TOEPASSING IS IN GEVAL VAN HOERERIJ/OVERSPEL.
Je kunt tegenwerpen: Dat klopt, want in geval van hoererij/overspel moest iemand gestenigd worden. Het is echter zeer onaannemelijk dat de Heere Jezus daarom dit geval als uitzondering benoemt. Zelf geef je ook aan dat de steniging niet (of meestal niet) meer werd toegepast. Dat wist de Heere Jezus ook. Bovendien weten we uit Johannes 8 én Johannes 4 dat de Heere Jezus niet bedoelde dat de steniging na hoererij of overspel gehandhaafd moest worden. Dit kan dus de reden niet zijn.
De enige reden die overblijft, is dat de Heere Jezus in het benoemen hertrouwen overspel is, echt een uitzondering maakt in geval van (voorafgaand) hoererij/overspel.
Deel B: Grondtekstkwesties en overig
Ik heb reeds diverse malen aangegeven dat ik de opvatting van dr. Mc Fall deel dat Erasmus het woordje ‘ei’ heeft toegevoegd, waardoor er inderdaad een net iets andere lezing ontstaat (‘anders dan’, ‘tenzij’, 'behalve') dan wat er eerst stond (‘niet’). Erasmus deed dit alleen niet te kwader trouw, want hij combineerde slechts twee lezingen die hij in het Grieks tegenkwam en kon zich ook nog beroepen op de Vulgaat. Ik heb ook al uitgebreid aangegeven dat dit geen belangrijke gevolgen heeft voor de betekenis. Op basis hiervan begrijp ik ook goed dat veel (vrije) vertalingen toch met ‘tenzij’ of ‘behalve’ hebben vertaald (al zou ik dat zelf niet ‘doen’). De NBV doet dat bijvoorbeeld ook, zie ik, terwijl de vertalers van de NBV echt niet zijn uitgaan van de tekst van Erasmus.Lilian1975 schreef:Grondtekst
De moeilijkheid is dat de grondtekst voor wat betreft de zogenaamde uitzonderingsclausule wel die richting op wijst. McFall stelt dat als er in de grondtekst terecht het woordje (EI) is opgenomen voor MH, dit betekent dat er sprake is van een uitzonderingsclausule. Evenwel laat hij – voor zover ik kan beoordelen – zien dat er sprake is van corruptie van de aan de Statenvertaling ten grondslag liggende Textus Receptus door het toevoegen door Erasmus van het Griekse woordje (EI) aan de door hem gemaakte Griekse tekst van het NT. Van zijn tekstedities maakten de reformatoren gebruik en zo is het ook in de zogenaamde Textus Receptus terechtgekomen. Zo staat het ook niet in de zogenaamde Meerderheidstekst volgens McFall. Opvallend is dat een aantal moderne tekstedities (als ik het goed zeg) het woordje ook hebben geschrapt, maar dat de daarop gebaseerde vertalingen niet hebben aangepast.
Als het woordje (EI) er niet staat, kun je de bijzin volgens McFall het beste vertalen als een “content identity phrase” wat zoveel wil zeggen als dat Jezus daarmee in drie woorden: niet wegens overspel (in het Engels: not over fornication) alle overige wettige echtscheidingsgronden vaststelde. Door het negatieve (niet) stel je alle overige (positief) gronden vast. De enige niet wettige echtscheidingsgrond zonderde hij daarmee uit: overspel, want in de van God gegeven mozaïsche wetgeving stond daarop de doodstraf. EI MH betekent daarentegen volgens McFall niets behalve één (Engels: non but one en niet except) en heeft dus een andere betekenis dan MH zonder (EI) (Zie uitgebreider McFall, p 444 e.v.). Er zou geen sprake zijn van de zogenaamde ellipse waardoor de “uitzonderingsclausule” niet slaat op het gedeelte erna, als ik hem goed begrijp.
Je concludeert veel te snel dat Erasmus te goeder trouw was. Hij knoeide niet alleen (zonder grond) bij het samenstellen van zijn NT door het woordje EI toe te voegen (in de hem ter beschikking staande manuscripten met de Evangeliën staat dit niet), maar ook bij zijn eigen vertaling van de Vulgaat wijzigt hij de vertaling door voor het daar gebruikte woord voor overspel/hoererij een ander, veel ruimer woord te gebruiken waardoor hij daaronder ook allerlei andere echtscheidingsgronden kon scharen (zie McFall). McFall laat zien in appendix E pag.463 en volgende dat Erasmus in zijn latijnse vertaling van de Vulgaat nog meer plak en knipwerk verrichtte in Mattheus 5 vers 32 en Mattheus 19 vers 9. Omdat hij er ten onrechte vanuit ging dat het daar om twee gelijke “uitzonderingsclausules” ging. Het vervelende hierbij is dat zijn versie ruim verspreid werd in de begintijd van de reformatie. En niet veel betere handschriften beschikbaar waren.
Logisch dat de NBV dat niet doet. Dacht je nu echt dat die echtscheidingsgronden gingen versmallen en hertrouwen beperken? Wanneer je beseft dat in de meeste kerken waar de NBV wordt gebruikt onze discussie al lang een gepasseerd station is?
Dat Dr. Mc Fall meent dat door de wijziging door Erasmus er een andere visie op hertrouwen is gekomen, is vreemd. Zoals gezegd: de Vulgaat uit de 4e eeuw (!) had al niet anders vertaald dan Erasmus in zijn wijziging in het Grieks aanbracht. Ook heb ik een zestal citaten gegeven van de pre Nicea kerkvaders (met vindplaatsen), waaronder Tertullianus en diverse anderen, waaruit blijkt dat zij reeds een uitzonderingsclausule lazen in Matth. 5:32 en Matth. 19:9. En ook zij lazen ‘niet om hoererij’ in het Grieks (dus niet de tekst van Erasmus) (of eventueel de oude variantlezing: 'anders dan uit oorzaak van hoererij' cf. Matth. 5:32).
Kortom: Het verschil in de grondtekst in Matth. 19:9 is niet bepalend. Het gaat er slechts om hoe je de clausule ‘niet om hoererij’ wilt uitleggen.
Precies. Dat zeg je goed: hoe je de clausule wilt uitleggen. Daar zit het probleem en niet in de vertaling van McFall. Er waren in de vroege kerk meerdere kerkvaders en teksten die hertrouwen na scheiding of zelfs allebei afwezen (zie mijn eerdere citaten). Daaruit kan je concluderen dat McFall niet iets geheel nieuws zegt, maar het wel beter onderbouwd. Het probleem met de Vulgaat (eind 4de en begin 5de eeuw) en Erasmus bespreekt McFall uitgebreid. Als ik het goed begrijp heeft Erasmus doelbewust beide “uitzonderingsclausules” (die in Math 5:32 en 19:9) geharmoniseerd in zijn vertaling. Het zijn echter twee verschillende clausules. Niet voor niets worden er andere woorden in de grondtekst gebruikt. Ik blijf het ongeloofwaardig vinden dat al die verschillen in de grondtekst geen invloed op de betekenis hebben, terwijl juist de context anders is en die altijd medebepalend is voor de vertaling.
De ‘ellipsis’-kwestie voert echt te ver voor bespreking. Wanneer we over het voorgaande al verschillen, heeft het geen zin om nog door te spreken over de rest van het vers.
In de vertaling van Dr. Mc Fall zit nogal wat exegese opgesloten. Vooral de tussenzin: ‘he may not have divorced her for fornification’ is geheel gebaseerd op aannames, niet op wat er letterlijk staat.Lilian1975 schreef:De betekenis van Math 19:9 wordt dan dat elke wettige (volgens Mozes instelling), en dus toen mogelijke scheiding, verboden is en dat zowel de man, als degene die de verlaten vrouw trouwt, overspel plegen.
Mc Fall geeft dan een eigen vertaling met de toevoegingen om de betekenis van het Grieks duidelijk te maken:
Now I say to you that who, for example, may have divorced his wife—he may not have divorced her for fornication—and may have married another woman, he becomes adulterous by marrying her. And the man having married a divorced wife, he becomes adulterous by marrying her.” (McFall p 444).
In het Nederlands wordt de tekst dan vrij naar het voorgaande (waarbij ik bij de SV aansluit): Maar ik zeg u, [bijvoorbeeld] dat zo wie zijn vrouw verlaat, niet wegens overspel [omdat daarop de doodstraf staat], en een ander trouwt, die doet overspel [door haar te huwen], en [de man] die de verlatene trouwt, doet ook overspel [door haar te trouwen]
Ook in jouw vertaling zou je de woorden ‘omdat daarop de doodstraf staat’ moeten weghalen. Dat is geen vertalen, maar elementen toevoegen uit een zeer omstreden exegese. Geen enkele vertaler mag zo te werk gaan.
He he, natuurlijk is dit geen letterlijke vertaling. De toegevoegde woorden verduidelijken wat er in het Grieks bedoeld wordt. Dat is een heel gebruikelijk wijze om de betekenis te maken. Zijn uitleg en vertaling volgt juist uit een belangrijk vertaalprincipe dat je de context laat meewegen in je vertaling. De aannames komen bovendien wel uit de Schrift. Not for fornication (niet wegens overspel/hoereij), verwijst naar de negatieve uitzondering op allerlei mogelijke scheidingsgronden, omdat die niet toegelaten was, want daarop stond de doodstraf.
‘Parektos’ betekent eigenlijk ‘buiten’, ‘behalve’, ‘uitgenomen’. SV vertaald met ‘anders dan’, en dat is ook prima. Dus: het woord geeft een uitzondering aan.Lilian1975 schreef:Math 5:32
In Mattheus 5:32 is volgens McFall niet dezelfde “uitzonderingsgrond” van toepassing, zoals velen volgens hem aannemen. Het daar gebruikte grond woord Parektos wat in de SV vertaald wordt met: anders dan (om hoererij), betekent: alles behalve één (nl. hoererij). De uitzondering slaat op het werkwoord maken (Eng: Makes of forces) en niet op de daarop volgende zin. In Mattheus 5 gaat het specifiek om de schuld van de man voor het door hem veroorzaakte overspel van zijn vrouw als ze hertrouwt. Hij is daarvoor alleen niet schuldig (voor haar overspel) als ze voorafgaand of erna zelf een daad van overspel pleegde. De uitzondering voor overspel is dus ook hier geen uitzondering op het echtscheidingsverbod zoals we dat in Lukas en Markus kunnen lezen en zoals God van den beginne het gewild heeft (zie verder McFall, p. 154).
Over de opvatting van dr. Mc Fall ten aanzien van Matth. 5:32 had ik mijn tweede tussenvraag gesteld. Dr. Mc Fall lijkt de eerste te zijn die zegt dat de uitzondering gemaakt is om daarmee geen ongerijmdheid te krijgen met de woorden die volgen: ‘die maakt dat zij overspel doet’. Daarom zou de Heere Jezus de hoererij/overspel al op voorhand in zijn antwoord uitzonderen (hoewel het wel degelijk bij het woord 'verlaten' hoort). Immers wanneer de vrouw reeds zelf overspel gedaan heeft, kan niet gezegd worden dat haar man maakt dat zij dit doet. Dat is zo triviaal als wat. Nogmaals: je moet hoogbegaafd zijn om deze uitzonderingsgrond te bedenken. Maar wanneer iemand deze tekst onbevooroordeeld leest, dan leest niemand de tekst zo. Iedereen leest dit als een uitzonderingsgrond voor het verlaten en dat is ook de logische manier van lezen op basis van het Grieks.
Opnieuw ga je eigenlijk niet in op de argumenten die McFall naar voren brengt. Waarom zou een vertaling onjuist zijn, als (bijna) niemand die zo geeft, of het zo leest? Daar zijn in de geschiedenis wel meer voorbeelden van, volgens mij (bv In Zijn beeld, van Kohlbrugge). Bovendien zagen de door mij geciteerde kerkvaders in Math 5:32 kennelijk geen belemmering voor hun afwijzende standpunt wat betreft scheiden en hertrouwen. Als je de argumentatie van McFall echt goed gelezen had, zou je niet over triviaal spreken. Je kan er met argumenten mee eens zijn of niet, maar er is niets triviaals in. Er zit m.i. juist een diepe gedachte in over de verantwoordelijkheid van de man/echtgenoot voor zijn vrouw. De strekking van Math 5:32 is volgens McFall dat de man verantwoordelijk is voor het eventueel overspel na een echtscheiding, omdat ze hertrouwt, waarop een uitzondering geldt als ze namelijk zelf voor of na de scheiding overspelig gedrag vertoont of zelfs als een prostituee leeft
Ook hier geldt wat ik hiervoor schreef:
De Heere Jezus ging nooit mee in de subtiele redeneringen van zijn tegenstanders. Hij gaf Zijn antwoorden eenvoudig, zodat iedereen [ook niet-geleerden] de betekenis begrijpen kon.
Juist de uitleg van McFall kenmerkt zich door eenvoud en leidt niet tot een eindeloze hoeveel verschillende opvattingen over scheiden en hertrouwen. En sluit naadloos aan bij wat Lukas en Markus daarover zeggen en elders geschreven wordt, alsmede bij de context
.
Het volgende gedeelte in je posting (parallelteksten, 1 Korinthe en kerkvaders) behandel ik niet, want daarin ga je door op de veronderstelling dat dr. Mc Fall de teksten in Mattheüs op de juiste manier exegetiseert. En daar verschillen we dus over van mening.Ik ben hier eerder op ingegaan. Je weet dat ik gezegd heb dat verzoening de eerste optie is. Maar wanneer de schuldige partij zelf de weg tot de verzoening doorsnijdt, dan mag de onschuldige partij hertrouwen. Heel vaak zal de schuldige partij dan inmiddels ook getrouwd zijn, samenwonen of een andere relatie zijn aangegaan. Wat je hier zegt zal dus weinig als reële optie voorkomen. Maar: wanneer de schuldige partij uiteindelijk toch tot inkeer komt en schuld belijdt voor God en de mensen, dan mag ook de schuldige partij een huwelijk aangaan. Ja, dat geloof ik zeker. [NOOT: Ik moet hier toch op terugkomen en trek dit laatste terug. De weg van ongetrouwd blijven ligt toch meer voor de hand. Ik heb geen definitief antwoord op de vraag wat in deze situatie wel of niet geoorloofd is.]Daarbij komt dat als je van mening bent dat met een formele scheiding er een einde aan een huwelijk (voor God) komt, je ook het hertrouwen van de zogenaamde schuldige partij niet meer goed kunt onderbouwen. Waarom zou je niet mogen trouwen als er geen huwelijk meer is?
Het siert je dat je terugkomt op een eerder ingenomen standpunt over hertrouwen van de schuldige partij, maar je bent de uitzondering op de regel. En zoals ik in mijn post aangaf je hebt er met je ingenomen standpunt (huwelijk eindigt door echtscheiding/en/of overspel) geen inhoudelijk argument voor. Ben je overigens nog steeds van mening dat er meer echtscheidingsgronden zijn dan alleen bij overspel/hoererij? Ik vraag me namelijk af hoe je dat in overeenstemming kan brengen met het door jou erkende verbod op scheiding vanwege allerlei oorzaak in Math 19:9.
Ik ben hier ook al eerder op ingegaan (waarop nog geen reactie gegeven is). Het onderwijs van de Heere Jezus over het huwelijk in deze passage omvatte veel meer dan het hertrouwen. Bovendien kenden ook de discipelen de ruime echtscheidingspraktijk die tot dan toe in gebruik was. Dat overspel een reden was voor echtscheiding zal hen niet hebben geschokt, maar wel de zeer nauwe vereniging waarvan de Heere Jezus sprak (de scheppingsordening) en het krachtige verbod van echtscheiding om alle andere oorzaken.De reactie van de discipelen dat het dan niet oorbaar is om te trouwen wordt wel heel begrijpelijk. Anders dan ze altijd geleerd is door de geestelijke leidslieden, begrepen ze van Jezus dat je nooit mocht scheiden met bij hertrouwen overspel als gevolg.
Ik laat de discussie hier voorlopig bij, tenzij je vanuit het Grieks (nieuwe) argumenten aanlevert, waarom McFall zijn vertaling niet zou kunnen of waaruit onomstotelijk volgt dat de argumenten uit de context van Math 19:9 onjuist zijn (over scheppingsorde, verbod scheiden, de doodstraf op overspel/hoererij, geen strijdigheid wil Vader en de gedachte dat Jezus de wet volkomen gehouden heeft e.d.).