Mag ik uit jouw antwoord opmaken dat jij sporten op zondag wel vindt vallen binnen de lijn van de Dordtse Synode?DDD schreef:Toch denk ik dat Voetius geen voorstander was van sporten op zondag, bijvoorbeeld. Hij stond toch juist bekend als een voorstander van een strikte zondagsheiliging. Ook Brakel vond Kaatsen en vissen geen geschikte zondagsbesteding. Dat gaat toch verder dan de lijn van de Dordtse Synode?GGotK schreef:Voetius ging niet veel verder dan de lijn van de Dordtse Synode. Dr Steenblok heeft zijn proefschrift geschreven over Voetius en de sabbat.DDD schreef:Zo is dat. Maar ik denk eerlijk gezegd dat iedereen hier zich geheel in deze lijn van de Dordtse synode kan vinden. Ik in ieder geval wel. Maar ik ontken niet dat Brakel en Voetius veel verder gingen. Daar kan dan toch een gesprek over ontstaan?
Ik heb het gevoel dat hier gebrek aan geestelijke herkenning bij de ander verward wordt met gebrek aan respect van de ander. Maar dat zou onterecht zijn.
Voetius leerde o.a. dat het houden van de 'sabbatsrust' tot het stuk van de dankbaarheid behoorde en niet wettisch van aard is: het is een liefdesdienst. Voetius zegt wel dat er noodzakelijke werken zijn die ook op de sabbat gedaan dienen te worden omdat deze werken niet uitgesteld kunnen worden.
In dit proefschrift staat ook de 'beroemde' stelling van dr Steenblok: 'Door den val is de logische denkfunctie niet aangetast geworden'. Maar dat is uiteraard een andere discussie
Voor het overige geldt berouw mijns inziens als een ietwat plechtstatig maar wel normaal Nederlands woord voor dingen waar je veel spijt van hebt.
Ik ben het wel met je eens dat ook zeker in de tijd van de reformatoren er over zondagsheiliging verschillend werd gedacht en er ook soms ruimer werd gedacht dan heden in reformatorische kring.
Het antwoord op de vraag of het sabbatsgebod nog geldig is of niet, is uiteraard zeer bepalend in iemands visie op de zondagsheiliging.
Coccejus :
Het sabbatsgebod was schaduwachtig en ceremonieel van aard en wees naar de komst van Jezus. Volgens Coccejus was daarom met de komst van Christus het sabbatsgebod niet meer geldig.
Voetius:
Hij hield vast aan de uitwendige rust en nam het gebod dus allereerst letterlijk. Voetius zag ook wel een schaduwachtige kant van dit gebod, namelijk dat dit gebod heen wijst naar de eeuwige rust.
Grofweg gezegd: Coccejus vertegenwoordigde meer de liberale stroming en Voetius de orthodoxe stroming in die tijd. De derde stroming in de Gereformeerde Kerk toen waren de Lampeanen, die qua leer ergens tussen Voetius en Coccejus stonden. In het RD van vandaag stond toevallig dit artikel: https://www.rd.nl/kerk-religie/subscrip ... =1.1617250 .