Onbekeerde hoort!
Geplaatst: 27 feb 2009, 21:53
Vanavond moest ik ergens aan denken, en daardoor moest ik ook denken aan de nog onbekeerde medeforummers. Maak toch ernst met uw/jou situatie, als je sterft wat dan? Kun je werkelijk met een gerust hart op de hel afreizen?
Ik ben zeer bewogen om u, en denk nou niet dat dat bewogenheid van mij is, het is de bewogenheid en liefde van Christus, de liefde en bewogenheid van de hoge hoogheilige God.
Daarom heb ik hieronder voor u/jou een gedeelte van een preek van Ds. John Flavel (1630-1691) overgetypt.
------------------------------------
Preektekst Openbaring 3 vers 20,
Aansporingen:
I Overweeg wat een onschatbare genade het is, dat u nog binnen het bereik bent van de aangeboden genade. De genade die u vandaag aangeboden wordt, is nooit aangeboden aan de gevallen engelen. Er is voor hen nooit een Middelaar aangesteld. O, verbazingwekkende genade: die gouden vaten (gevallen engelen) zijn in het eeuwige vuur geworpen, terwijl aan zulke aarden vaten als wij zijn een veel grotere zaligheid wordt aangeboden. Groter, dan die waar zij ooit uitgevallen zijn. Ja, de genade die u is voorgesteld, wordt niet alleen aan de gevallen engelen onthouden. Ze wordt ook aan verreweg de meeste mensen die niet meer of minder zijn als u, onthouden. "Hij maakt Jacob Zijn woorden bekend, Israël Zijn inzettingen en Zijn rechten. Alzo heeft Hij geen volk gedaan; en Zijn rechten, die kennen zij niet. Hallelujah!" (Psalm 147:19-20).
Terecht wordt deze genade bezongen met een blij "Hallelujah". Wat zijn er uitgestrekte gebieden in de bewoonde wereld waar de naam van Christus onbekend is! Het is een bijzondere genade dat u geboren bent in een land met Bijbels en predikanten. Hier is het net zo moeilijk voor u om het licht te ontwijken, als het voor andere mensen is om het te zien en ervan te genieten.
II Bedenkt het karakter, het belang en de waarde van de genaden die u vandaag voor niets aangeboden worden. Het zijn zonder meer genaden van de eerste rang, de meest waardevolle en noodzakelijke genaden van al Gods genaden. Christus is de voornaamste van deze genaden. In Hem worden u schuldvergeving, vrede en eeuwige zaligheid voorgesteld. Zou het niet dwaas zijn als een uitgehongerd persoon het aangeboden brood, of een veroordeelde de aangeboden gratie weigerde?
O Heere, wat zijn wij toch voor een samenraapsel van luiheid en domheid, dat wij zoveel dringende smeekbeden nodig hebben om tot geluk te komen!
III Bedenk wie het is die u zo genadig schuldvergeving, vrede en zaligheid aanbiedt. Het is die God, Die u zo diep gekrenkt hebt, Wiens wetten u geschonden hebt, Wiens genaden u met verachting hebt afgeslagen en Wiens rechtvaardige toorn u over uzelf hebt heengehaald. Zijn geduld kreunt onder de last van uw dagelijkse beledigingen. Hij verliest niets als u verloren gaat en heeft er geen voordeel van als u behouden wordt. Toch komen de eerste gedachten van ontferming en verlossing ongedwongen op uit Zijn genade en welbehagen. God smeekt u: "Laat u met God verzoenen." (2 Kor 5:20). De gezegende Heere Jezus, Wiens bloed door uw zonden is vergoten, biedt u nu om niet datzelfde bloed aan tot verzoening, rechtvaardiging en zaligheid, als u het maar oprecht wilt aannemen voor het te laat is.
IV Denk ernstig na over uw eigen vuilheid en het feit dat juist aan u zulke aanbiedingen van vrede en genade gedaan worden. Uw zonden hebben u, net als iedere zondaar op de wereld, op een grote afstand geplaatst van de hoop op vrijspraak. Mens, overweeg wat u geweest bent, wat u gedaan hebt, en wat een enorme berg schuld u zich op de hals hebt gehaald met een leven in de zonde. Hoe ontstellend groot is dan de genade dat u - na een dergelijk leven van opstand - vrijspraak en vrede in Christus aangeboden worden!
De Heere is bereid om al uw vroegere rebellie en uw zwarte overtredingen over het hoofd te zien en een akte van vergetelheid te tekenen voor alles wat voorbij is. Hij wil dat doen, op voorwaarde dat uw hart zich nu eindelijk eens van de zonde losmaakt en dat uw wil zich in gehoorzaamheid buigt voor de grote bevelen en roepingen van het Evangelie ( Jes 55:2 , 1: 18)
V Bedenk hoeveel aanbiedingen van genade u reeds hebt afgewezen en bedenk daarbij ook dat van elke afwijzing rapport tegen u opgemaakt wordt. Hoe lang hebt u het geduld van God reeds op de proef gesteld? Dit kan wel een het laatste voorstel van genade zijn dat God aan uw ziel doet. In ieder geval zal er eens een aanbod het laatste aanbod zijn, zal er eens een overtuiging van de Heilige Geest de laatste overtuiging zijn. Daarna zal er nooit een aanbod of overtuiging meer komen. Dan is het aanbieden voorbij en wordt de laatste ontwijking of aanwijzing tegen u aangetekend voor de oordeelsdag. Als dit nu eens het laatste genadige voorstel aan u blijkt te zijn om vrede met Christus te maken? En u neemt Hem niet aan. Wat een ontzettende ongelukkig bestaan zult u dan in ruil voor dit genadige voorstel ontvangen!
VI Let goed op de redelijke en genadige voorwaarden waarop God u in het Evangelie leven en schuldvergeving aanbiedt. Het Evangelie vraagt alleen maar bekering en geloof van u (Hand. 20:21).
Vindt u het wreed wanneer een vorst die een opstandige gratie geeft, hem vraagt op de knieën te vallen en gewillige en dankbaar zijn hand uit te steken om zijn pardon te ontvangen? Zo dient u zich te bekeren en het Evangelie te geloven. Er wordt geen wettische voeldoening van u geëist, geen herstelling van de schendingen van de wet door uw doen en lijden. Wat slechts wordt gevraagd is het volgende: een hartelijke droefheid om begane zonden, een oprecht voornemen en pogen om de nieuwe gehoorzaamheid te betrachten en een hartelijke en dankbaar aannemen van uw Zaligmaker Jezus Christus. Om u aan te moedigen staat Zijn Geest klaar om alles in u te werken wat u nodig heeft. "Ik zal Mijn Geest ulieden overvloediglijk uitstorten; Ik zal Mijn woorden u bekend maken."(Spr 1:23). "HEERE! Gij zult ons vrede bestellen, want Gij hebt ons ook al onze zaken uitgericht."(Jes 26:12).
VII Laat u aanmoedigen door de duizenden zondaars die al vóór u op de weg van bekering en geloof tot Christus gegaan zijn. U bent niet de eerst die zijn ziel op deze weg waagt. Menigten gingen u voor. Zoveel schuld, vrees en hindernissen als zij hadden, zult u nooit kunnen hebben. Niemand voor hen is teruggestuurd of tegengehouden. Zij zijn allen gekomen tot rust en vrede voor hun vermoeide zielen. (Hebr 4:8, Hand 13:39). De grootste zondaars zijn u hierin tot voorbeeld gegeven, opdat u ook in Zijn naam zult geloven ( 1 Tim 1:16).
Ook al komt u niet, toch zullen anderen met blijdschap Christus' aanbiedingen aannemen. Zijn er hindernissen voor u die er voor hen niet waren? Waren hen grotere aanmoedigingen gegeven dan de aanmoedigingen die u nu krijgt van God? Nee, dat niet! En daarom zullen zij uw rechters zijn.
VIII Let op de grote bedreigingen van deze kostbare tijd. Uw mogelijkheden zijn gouden momenten in de tijd, maar ze zijn vluchtig en onzeker. Veel en groot zijn de gevaren die deze mogelijkheden bedreigen. U bent geen ogenblik zeker van uw leven. Op dit moment ademt u wel steeds, maar dat zal eens ophouden. Even onzeker als u leven, is ook onzeker hoelang het Evangelie aan u verkondigd wordt. God geeft ons geen andere zekerheid dan dat Hij deze verkondiging naar Zijn believen kan wegnemen. Hij zal dat zeker doen als wij er lichtzinnig mee omgaan. Het Evangelie is slechts een kandelaar, al is het wel een gouden kandelaar (Openb 2:5). Zoals u weet, is een kandelaar verplaatsbaar.
Niet alleen uw leven en het middel voor uw eeuwige leve, het Evangelie, zijn onzekere zaken, ook de bewegingen en werkingen van de Geest in uw ziel zijn onzeker. "Werkt uws zelfs zaligheid met vreze en beven; want het is God, Die in u werkt beide het willen en het werken, naar Zijn welbehagen." (Fil 2:12-13). Dat God nu meewerkt is voor uw een grote aanmoediging om te werken. Tegelijkertijd werkt Hij vrijwillig, en naar eigen welbehagen. Niemand kan Hem tegenhouden als Hij doet wat Hem behaagt, en niet meer aan de deer van uw hart klopt. Dit zou u moeten laten werken met vreze en beven.
IX Bedenkt hoe ontzettend veel zwaarder het uw zonde en ellende zal maken als u verloren gaat in het zicht van een aangeboden redmiddel. U zinkt dan in de hel langs de uitgestrekte armen van een medelijdende Verlosser, Die u bijeens heeft willen vergaderen, maar u hebt niet gewild. Heidenen, ja, duivelen zullen u in de hel deze onverstandige en hopeloze dwaasheid verwijten. De heidenen zullen zeggen: "Helaas, wij hadden slechts het schemerige maanlicht van de natuur, dat ons wel de zonde deed zien, maar niet Christus het geneesmiddel. O, als uw predikers en uw Bijbels naar ons gestuurd waren, hoe verheugd zouden wij ze ontvangen hebben!" God zei niet zonder reden tot Ezechiel: "Zouden zij niet, zo Ik u tot hen gezonden had, naar u gehoord hebben?" (Ezech. 3:6, Matth 11:21). Zelfs de duivelen zullen u dit verwijten: "O, had God een Middelaar in onze natuur gezonden, wij zouden Hem nooit verworpen hebben, zoals u; maar Hij heeft de natuur van de engelen niet aangenomen."
X Hoe duidelijk en zeker zal u w verdoemenis op die grote dag zijn, als er zo'n wolk van getuigen tegen u zal opkomen! Hoe duidelijk zal Gods rechtvaardigheid openbaar worden! Mensen en engelen zullen van harte instemmen met uw vonnis en uw eigen geweten zal erkennen dat het rechtvaardig is.
U, die nu zonder Christus bent, zult dan zonder weerwoord zijn (Matth. 22: 12). "Daarom wetende de schrik des Heeren, bewegen we de mensen tot geloof."(2 Kor 5: 11). Ik beef bij de gedachte opgeroepen te worden om tegen een van uw zielen te getuigen. O, dat ook op de dag van Jezus Christus uw vreugde mag zijn en u de mijne! Amen.
Hoor des Heeren woord, hoort en uw ziel zal leven!
Ik ben zeer bewogen om u, en denk nou niet dat dat bewogenheid van mij is, het is de bewogenheid en liefde van Christus, de liefde en bewogenheid van de hoge hoogheilige God.
Daarom heb ik hieronder voor u/jou een gedeelte van een preek van Ds. John Flavel (1630-1691) overgetypt.
------------------------------------
Preektekst Openbaring 3 vers 20,
Aansporingen:
I Overweeg wat een onschatbare genade het is, dat u nog binnen het bereik bent van de aangeboden genade. De genade die u vandaag aangeboden wordt, is nooit aangeboden aan de gevallen engelen. Er is voor hen nooit een Middelaar aangesteld. O, verbazingwekkende genade: die gouden vaten (gevallen engelen) zijn in het eeuwige vuur geworpen, terwijl aan zulke aarden vaten als wij zijn een veel grotere zaligheid wordt aangeboden. Groter, dan die waar zij ooit uitgevallen zijn. Ja, de genade die u is voorgesteld, wordt niet alleen aan de gevallen engelen onthouden. Ze wordt ook aan verreweg de meeste mensen die niet meer of minder zijn als u, onthouden. "Hij maakt Jacob Zijn woorden bekend, Israël Zijn inzettingen en Zijn rechten. Alzo heeft Hij geen volk gedaan; en Zijn rechten, die kennen zij niet. Hallelujah!" (Psalm 147:19-20).
Terecht wordt deze genade bezongen met een blij "Hallelujah". Wat zijn er uitgestrekte gebieden in de bewoonde wereld waar de naam van Christus onbekend is! Het is een bijzondere genade dat u geboren bent in een land met Bijbels en predikanten. Hier is het net zo moeilijk voor u om het licht te ontwijken, als het voor andere mensen is om het te zien en ervan te genieten.
II Bedenkt het karakter, het belang en de waarde van de genaden die u vandaag voor niets aangeboden worden. Het zijn zonder meer genaden van de eerste rang, de meest waardevolle en noodzakelijke genaden van al Gods genaden. Christus is de voornaamste van deze genaden. In Hem worden u schuldvergeving, vrede en eeuwige zaligheid voorgesteld. Zou het niet dwaas zijn als een uitgehongerd persoon het aangeboden brood, of een veroordeelde de aangeboden gratie weigerde?
O Heere, wat zijn wij toch voor een samenraapsel van luiheid en domheid, dat wij zoveel dringende smeekbeden nodig hebben om tot geluk te komen!
III Bedenk wie het is die u zo genadig schuldvergeving, vrede en zaligheid aanbiedt. Het is die God, Die u zo diep gekrenkt hebt, Wiens wetten u geschonden hebt, Wiens genaden u met verachting hebt afgeslagen en Wiens rechtvaardige toorn u over uzelf hebt heengehaald. Zijn geduld kreunt onder de last van uw dagelijkse beledigingen. Hij verliest niets als u verloren gaat en heeft er geen voordeel van als u behouden wordt. Toch komen de eerste gedachten van ontferming en verlossing ongedwongen op uit Zijn genade en welbehagen. God smeekt u: "Laat u met God verzoenen." (2 Kor 5:20). De gezegende Heere Jezus, Wiens bloed door uw zonden is vergoten, biedt u nu om niet datzelfde bloed aan tot verzoening, rechtvaardiging en zaligheid, als u het maar oprecht wilt aannemen voor het te laat is.
IV Denk ernstig na over uw eigen vuilheid en het feit dat juist aan u zulke aanbiedingen van vrede en genade gedaan worden. Uw zonden hebben u, net als iedere zondaar op de wereld, op een grote afstand geplaatst van de hoop op vrijspraak. Mens, overweeg wat u geweest bent, wat u gedaan hebt, en wat een enorme berg schuld u zich op de hals hebt gehaald met een leven in de zonde. Hoe ontstellend groot is dan de genade dat u - na een dergelijk leven van opstand - vrijspraak en vrede in Christus aangeboden worden!
De Heere is bereid om al uw vroegere rebellie en uw zwarte overtredingen over het hoofd te zien en een akte van vergetelheid te tekenen voor alles wat voorbij is. Hij wil dat doen, op voorwaarde dat uw hart zich nu eindelijk eens van de zonde losmaakt en dat uw wil zich in gehoorzaamheid buigt voor de grote bevelen en roepingen van het Evangelie ( Jes 55:2 , 1: 18)
V Bedenk hoeveel aanbiedingen van genade u reeds hebt afgewezen en bedenk daarbij ook dat van elke afwijzing rapport tegen u opgemaakt wordt. Hoe lang hebt u het geduld van God reeds op de proef gesteld? Dit kan wel een het laatste voorstel van genade zijn dat God aan uw ziel doet. In ieder geval zal er eens een aanbod het laatste aanbod zijn, zal er eens een overtuiging van de Heilige Geest de laatste overtuiging zijn. Daarna zal er nooit een aanbod of overtuiging meer komen. Dan is het aanbieden voorbij en wordt de laatste ontwijking of aanwijzing tegen u aangetekend voor de oordeelsdag. Als dit nu eens het laatste genadige voorstel aan u blijkt te zijn om vrede met Christus te maken? En u neemt Hem niet aan. Wat een ontzettende ongelukkig bestaan zult u dan in ruil voor dit genadige voorstel ontvangen!
VI Let goed op de redelijke en genadige voorwaarden waarop God u in het Evangelie leven en schuldvergeving aanbiedt. Het Evangelie vraagt alleen maar bekering en geloof van u (Hand. 20:21).
Vindt u het wreed wanneer een vorst die een opstandige gratie geeft, hem vraagt op de knieën te vallen en gewillige en dankbaar zijn hand uit te steken om zijn pardon te ontvangen? Zo dient u zich te bekeren en het Evangelie te geloven. Er wordt geen wettische voeldoening van u geëist, geen herstelling van de schendingen van de wet door uw doen en lijden. Wat slechts wordt gevraagd is het volgende: een hartelijke droefheid om begane zonden, een oprecht voornemen en pogen om de nieuwe gehoorzaamheid te betrachten en een hartelijke en dankbaar aannemen van uw Zaligmaker Jezus Christus. Om u aan te moedigen staat Zijn Geest klaar om alles in u te werken wat u nodig heeft. "Ik zal Mijn Geest ulieden overvloediglijk uitstorten; Ik zal Mijn woorden u bekend maken."(Spr 1:23). "HEERE! Gij zult ons vrede bestellen, want Gij hebt ons ook al onze zaken uitgericht."(Jes 26:12).
VII Laat u aanmoedigen door de duizenden zondaars die al vóór u op de weg van bekering en geloof tot Christus gegaan zijn. U bent niet de eerst die zijn ziel op deze weg waagt. Menigten gingen u voor. Zoveel schuld, vrees en hindernissen als zij hadden, zult u nooit kunnen hebben. Niemand voor hen is teruggestuurd of tegengehouden. Zij zijn allen gekomen tot rust en vrede voor hun vermoeide zielen. (Hebr 4:8, Hand 13:39). De grootste zondaars zijn u hierin tot voorbeeld gegeven, opdat u ook in Zijn naam zult geloven ( 1 Tim 1:16).
Ook al komt u niet, toch zullen anderen met blijdschap Christus' aanbiedingen aannemen. Zijn er hindernissen voor u die er voor hen niet waren? Waren hen grotere aanmoedigingen gegeven dan de aanmoedigingen die u nu krijgt van God? Nee, dat niet! En daarom zullen zij uw rechters zijn.
VIII Let op de grote bedreigingen van deze kostbare tijd. Uw mogelijkheden zijn gouden momenten in de tijd, maar ze zijn vluchtig en onzeker. Veel en groot zijn de gevaren die deze mogelijkheden bedreigen. U bent geen ogenblik zeker van uw leven. Op dit moment ademt u wel steeds, maar dat zal eens ophouden. Even onzeker als u leven, is ook onzeker hoelang het Evangelie aan u verkondigd wordt. God geeft ons geen andere zekerheid dan dat Hij deze verkondiging naar Zijn believen kan wegnemen. Hij zal dat zeker doen als wij er lichtzinnig mee omgaan. Het Evangelie is slechts een kandelaar, al is het wel een gouden kandelaar (Openb 2:5). Zoals u weet, is een kandelaar verplaatsbaar.
Niet alleen uw leven en het middel voor uw eeuwige leve, het Evangelie, zijn onzekere zaken, ook de bewegingen en werkingen van de Geest in uw ziel zijn onzeker. "Werkt uws zelfs zaligheid met vreze en beven; want het is God, Die in u werkt beide het willen en het werken, naar Zijn welbehagen." (Fil 2:12-13). Dat God nu meewerkt is voor uw een grote aanmoediging om te werken. Tegelijkertijd werkt Hij vrijwillig, en naar eigen welbehagen. Niemand kan Hem tegenhouden als Hij doet wat Hem behaagt, en niet meer aan de deer van uw hart klopt. Dit zou u moeten laten werken met vreze en beven.
IX Bedenkt hoe ontzettend veel zwaarder het uw zonde en ellende zal maken als u verloren gaat in het zicht van een aangeboden redmiddel. U zinkt dan in de hel langs de uitgestrekte armen van een medelijdende Verlosser, Die u bijeens heeft willen vergaderen, maar u hebt niet gewild. Heidenen, ja, duivelen zullen u in de hel deze onverstandige en hopeloze dwaasheid verwijten. De heidenen zullen zeggen: "Helaas, wij hadden slechts het schemerige maanlicht van de natuur, dat ons wel de zonde deed zien, maar niet Christus het geneesmiddel. O, als uw predikers en uw Bijbels naar ons gestuurd waren, hoe verheugd zouden wij ze ontvangen hebben!" God zei niet zonder reden tot Ezechiel: "Zouden zij niet, zo Ik u tot hen gezonden had, naar u gehoord hebben?" (Ezech. 3:6, Matth 11:21). Zelfs de duivelen zullen u dit verwijten: "O, had God een Middelaar in onze natuur gezonden, wij zouden Hem nooit verworpen hebben, zoals u; maar Hij heeft de natuur van de engelen niet aangenomen."
X Hoe duidelijk en zeker zal u w verdoemenis op die grote dag zijn, als er zo'n wolk van getuigen tegen u zal opkomen! Hoe duidelijk zal Gods rechtvaardigheid openbaar worden! Mensen en engelen zullen van harte instemmen met uw vonnis en uw eigen geweten zal erkennen dat het rechtvaardig is.
U, die nu zonder Christus bent, zult dan zonder weerwoord zijn (Matth. 22: 12). "Daarom wetende de schrik des Heeren, bewegen we de mensen tot geloof."(2 Kor 5: 11). Ik beef bij de gedachte opgeroepen te worden om tegen een van uw zielen te getuigen. O, dat ook op de dag van Jezus Christus uw vreugde mag zijn en u de mijne! Amen.
Hoor des Heeren woord, hoort en uw ziel zal leven!