Ds. Moerkerken en een verlate reactie op Ds. Harinck?

Gebruikersavatar
ndonselaar
Berichten: 3105
Lid geworden op: 29 dec 2001, 12:34
Contacteer:

Ds. Moerkerken en een verlate reactie op Ds. Harinck?

Bericht door ndonselaar »

Enigszins schrok ik toch wel wat ik vanmiddag las in het Reformatorisch Dagblad onder het kopje 'Uit de kerkelijke pers'.

Ds. Moerkerken begint zijn stuk alsof het een kwalijke zaak is als er van de prediking een karikatuur gemaakt wordt. Wij betuigen dat met Ds. Moerkerken. Immers de prediking staat in het licht van Gods Woord als de enige weg tot onze zaligheid. Het zijn immers de Schriften die van Hem getuigen. Echter onbijbelse uitdrukkingen in de prediking bestrijden is een roeping van iedere apologeet.

Vervolgens betuigen wij met Ds. Moerkerken, dat het zeer zeker niet waar is dat in iedere (oud) Gereformeerde Gemeente geleerd wordt dat we liever naar de hel moeten gaan, dus afzien van onze eigen zaligheid boven het zalig worden. Zeer zeker zijn er nog gemeenten waar het Woord recht bediend wordt. Waarmee ik me haast om te zeggen dat het zo is dat ook in die gemeentes waar dit nadrukkelijk beleden wordt er soms plaats kan zijn voor de rechte bediening.

Ds. Moerkerken begint met het aanhalen van de profeet Micha om aan te tonen dat een mens ééns in zijn leven een tijd moet kennen dat hij het met God eens gaat worden. Dit laatste zullen wij niet kunnen en ook niet mogen ontkennen. Natuurlijk zal die mens weten dat het rechtvaardig zou zien indien hij verloren ging of gaat! Toch is er onherroepelijk aan deze bede verbonden een roepen om genade.

Het was beter geweest dat Ds. Moerkerken de volledige tekst geciteerd had. Dan had ook hij moeten belijden dat deze tekst eindigt met deze woorden: "(...) totdat Hij mijn twist twiste, en mijn recht uitvoere; Hij zal mij brengen aan het licht; ik zal mijn lust zien aan Zijn gerechtigheid." Eigenlijk staat hier in het Hebreeuws, 'ik zal zijne gerechtigheid aanzien' oftewel Hij zal Zijn heil naar Zijn beloften aan mij bewijzen. Kijk en dat is de vrucht.
Dit vinden we eveneens in de geciteerde moordenaar aan het kruis die uitriep niet alleen 'wij rechtvaardiglijk' natuurlijk dat leert men erkennen maar toch ook 'gedenk mijner als Gij in Uw paradijs zult gekomen zijn.' Weer die vrucht. Niet het zogezegd blijven steken in een erkennen of belijden van onze zonden. Waarom zeg ik dit? Wel Ds. Moerkerken schrijft vervolgens dat dit (het eerste gedeelte van de belijdens) één van de meest kenmerkende dingen van het werk van Christus' Geest is. Dan zegt hij vervolgens nog dat de nabijkomende christen hier nooit komt! Mis! Wij vinden toch van Kaïn een heerlijke belijdenis 'En Kain zeide tot den HEERE: Mijn misdaad is groter, dan dat zij vergeven worde.' En dat is niet alles, ook mijnt hij zijn straf nog: 'Zie, Gij hebt mij heden verdreven van den aardbodem, en ik zal voor Uw aangezicht verborgen zijn; en ik zal zwervende en dolende zijn op de aarde, en het zal geschieden, dat al wie mij vindt, mij zal doodslaan.'
Was Kaïn dan een waar christen? Welnee, hij miste immers de rechte vrucht op zijn belijdenis. Hij had geen heil nodig gelijk de moordenaar.
Ds. Moerkerken gaat in deze exegese nog een stap verder. Voor mij een stap te ver.

Als hij in slot zegt dat een mens naamloze angsten voor dood en hel kan kennen, dan beaam ik dat met hem. Het kan diep gaan. God kwijt en dat verdiend. Alles verzondigd. Dwars tegen alles in. Maar toch ook die bede, zij het soms stamelend: O God wees mij de zondaar genadig. Nooit mist men hierin het om genade smeken. Als dat laatste gemist wordt dan is het juist het nabijkomende werk.

Ten laatste nog de opmerking van Ds. Moerkerken en ik citeer hem letterlijk:
'Overigens moet een mens wel leren dat, hoeveel zoetigheid er ook in dit buigen mag liggen, de zaligheid nog ergens anders ligt. Beter gezegd: in èen Ander.

Hij zegt of beter gezegd schrijft dus dat de zaligheid nóg ergens anders in legt. Dus toch een scheiden van ellendekennis en de vrucht van deze ellendekennis. Hij schrijft namelijk dat de zaligheid naast de ellendekennis ligt in een Ander. Dit is geheel in tegenstrijd met Handelingen 4:12 'En de zaligheid is in geen Anderen; want er is ook onder den hemel geen andere Naam, Die onder de mensen gegeven is, door Welken wij moeten zalig worden.'

Bijna was ik het met Ds. Moerkerken eens, echter te vrezen valt dat met zulk een prediking veel Kaïns aan de Avondsmaaltafels zitten. Is dit niet net zo erg als wanneer er Judassen aan deze zouden tafels zitten. Heeft nu het doel niet gefaald? Is het separerende nu niet doorgeschoten? Moet men juist niet separeren op de vrucht en ligt deze separatie niet in deze vraag uit Gods Woord: (...)Wat dunkt u van den Christus?(...)
kridje
Berichten: 1193
Lid geworden op: 07 mar 2002, 22:59
Locatie: Moerkapelle
Contacteer:

Bericht door kridje »

Volgens Zeeuw2 heb het RD maar een gedeelte van het totale artikel in de Saambinder vermeld.
Gebruikersavatar
ndonselaar
Berichten: 3105
Lid geworden op: 29 dec 2001, 12:34
Contacteer:

Bericht door ndonselaar »

Hoewel ik soms wel eens de Saambinder krijg, hoop ik dat Zeeuw mij het resterende gedeelte ook mailt of hier op het forum plaats zodat er een rechte discussie ontstaat.
Gebruikersavatar
Herman
Moderator
Berichten: 12083
Lid geworden op: 29 dec 2001, 12:21
Locatie: Geldermalsen

Bericht door Herman »

Origineel geplaatst door ndonselaar

Ten laatste nog de opmerking van Ds. Moerkerken en ik citeer hem letterlijk:
'Overigens moet een mens wel leren dat, hoeveel zoetigheid er ook in dit buigen mag liggen, de zaligheid nog ergens anders ligt. Beter gezegd: in èen Ander.

Hij zegt of beter gezegd schrijft dus dat de zaligheid nóg ergens anders in legt. Dus toch een scheiden van ellendekennis en de vrucht van deze ellendekennis. Hij schrijft namelijk dat de zaligheid naast de ellendekennis ligt in een Ander. Dit is geheel in tegenstrijd met Handelingen 4:12 'En de zaligheid is in geen Anderen; want er is ook onder den hemel geen andere Naam, Die onder de mensen gegeven is, door Welken wij moeten zalig worden.'
-volgens mij ben je het er helemaal niet mee eens, dus dat 'bijna mee eens' kan je wel laten schieten-

In dit aangehaalde gedeelte kan ik je niet helemaal volgen, in de zin van vatten wat je bedoelt. De zin van Moerkerken vind ik terecht. Het is een mystiek spreken over Christus. Althans, zo versta ik dat. In dat geval is jouw tekst een bevesting van zijn uitspraak. De zaligheid ligt in 'het proeven en smaken van Jezus als de Middelaar'.
De scheiding tussen ellendekennis en kennis van de zaligheid is wat mij betreft normaal. Jouw voorbeeld van Kaïn maakt dat duidelijk. Waar zit dus jouw probleem, om de mijne maar niet te noemen?
Gebruikersavatar
refo
Berichten: 23873
Lid geworden op: 29 dec 2001, 11:45

Bericht door refo »

Als ik afga op wat er in het RD staat, snap ik het niet meer. Ds Moerkerken begint met te stellen dat sommigen een karikatuur maken van de leer. Vervolgens zegt hij met mooiere woorden -zoals alleen hij dat kan - precies hetzelfde.

„Men hoort vandaag de dag nogal eens
beweren dat onder ons zou worden geleerd dat het een mens die door Gods Geest van zonde en schuld wordt overtuigd, onverschillig zou moeten worden of God hem voor eeuwig verdoemen zal of in genade aannemen. Nu zal ik niet zeggen dat zoiets nooit in de geschiedenis van het gereformeerd protestantisme door sommigen is geleerd. Maar wie beweert dat deze stelling de prediking binnen onze
gemeenten zou kenmerken, maakt een
karikatuur.
.
Wat leren wij dán? Wij leren dat een
zondaar die zaligmakend door Gods Geest wordt bearbeid, een tijd in zijn leven leert kennen dat hij het met God eens gaat worden. En daarin hebben we toch de Schrift aan onze kant? Horen we de profeet Micha niet uitroepen: „Ik zal des Heeren gramschap dragen, want ik heb tegen Hem gezondigdâ€
Gebruikersavatar
ndonselaar
Berichten: 3105
Lid geworden op: 29 dec 2001, 12:34
Contacteer:

Bericht door ndonselaar »

Herman, ik zal niet ontkennen dat er geen zoetigheid ligt in het buigen onder God in Christus, immers Christus krijgt dan waardij voor een ziel als een zondaar uitgewerkt aan de voeten van Christus mag leggen.

Dat was mijn probleem niet. Mijn probleem ligt in het woordje 'nog'. Dat is mi een onterecht toevoegen aan de zaligheid. De zaligheid ligt niet én in de ellendekennis en ook nog in de Ander. Nee de zaligheid ligt alleen in Christus! Door het scheiden van ellendekennis en van daaruit het vlieden naar Christus of, dat mag ook, het zoeken naar het heil in een Ander, gaan we voorwaarden leggen voordat we tot Christus gaan.

Dat jij dat onderscheid niet ziet wat Ds. Moerkerken schetst neem ik je niet kwalijk, maar ik meen het wel op te merken. Ds. Moerkerken had moeten schrijven (ik schrijf 'had moeten' met alle bescheidenheid) een mens moet leren, hoeveel zoetigheid er ook in dit buigen mag liggen, de zaligheid ergens ander ligt, beter gezegd in een Ander.

De scheiding van ellendekennis en kennis van zaligheid doet Ds. Moerkerken juist om mi zaligmakend werk in de ellendekennis te leggen. We mogen echter dan pas spreken over zaligmakend werk als de rechte Vrucht gevonden wordt namelijk Christus.
Gebruikersavatar
refo
Berichten: 23873
Lid geworden op: 29 dec 2001, 11:45

Bericht door refo »

Volgens mij betekent dat 'nog ergens anders' dat het niet in de genoemde ervaring ligt.
Hoewel genoemde ervaring zoet is, ligt toch de zaligheid (nog) ergens anders.
rekna
Berichten: 295
Lid geworden op: 11 apr 2002, 04:18

Bericht door rekna »

Hier de rest uit de Saambinder:

Direct vervolg op wat in het RD staat:
'Maar daarover gaat het nu niet. Het gaat er nu over of deze dingen waar zijn en schriftuurlijk en dat men van deze dingen geen karikatuur mag maken door ons te verwijten dat wij leren dat het een mens onverschillig moet worden of hij zalig zal worden of niet. want dat is onder ons nooit geleerd. Comrie heeft dit gevaar heel goed aangevoeld. Hij merkt immers in hetzelfde verband als waaruit wij zo-even citeerden op: 'Gij bemerkt wel dat wij niet zeggen dat het gelijk is of wij zalig worden of niet en dat wij even gewillig de verdoemenis als de zaligheid kiezen. God bewaren ons voor zulk een stelling! Maar de zaak is: als een van tweeen de verootmoedigde ziel voorkomt, dat , zal zij zalig worden, zulks niet zal kunnen zijn als met ontluistering en verloochening van enige van Gods wezenlijke deugden- en dat, als zij verdoemd wordt, dat dan alle Gods deugden meer in hun heerlijkheid, luister en glorie zullen uitblinken dan in haar zaligheid, dan gaat de verootmoedigde ziel Gods eer meer ter hart dan haar eigen behoudenis, zo die met de ere Gods zou strijden...'.

Comrie maakt deze opmerkingen naar aanleiding van de bekende vraag 12 uit de Heidelberger. Deze dingen zijn van levensbelang. Als dienaren des Woords meoten we hierin ook helder zijn, keer op keer. Teer en evenwichtig het verschil aanwijzen tussen het waar-schriftuurlijke enerzijds en de onbijbelse karikatuur anderzijds. En als gemeenteleden moeten we ons niet laten wijsmaken dat onder ons een karikatuur wordt gebracht van wat een wezenlijk element is in de schriftuurlijke verkondiging.'
Gebruikersavatar
Herman
Moderator
Berichten: 12083
Lid geworden op: 29 dec 2001, 12:21
Locatie: Geldermalsen

Bericht door Herman »

Goed Niek, dan sluit ik me bij jouw kritiek aan. Het is zeker terecht dat je de ellendekennis en de kennis van Christus samen moet nemen. Het vervolg van het artikel nuanceert het nog wel enigszins, maar niet krachtig genoeg om van mij het stempel 'rechtzinnig' te krijgen.

De door Refo vet geplaatste stukjes gaan er bij mij ook niet zo snel in. Ik ben het er geheel mee eens dat je jezelf moet verliezen voor de Heilige God (tussen haakjes, ik mis in het geheel de beklemtoning in het stukje vóór Wie we ons moeten buigen, volgens Andrew Gray een uiterst belangrijke zaak voordat we in gebed gaan. Zonder dát te realiseren, kom je ook nergens.)
Op grond hiervan vind ik dit ook niet goed. Allemaal gewroet in het mensenhart ed, terwijl de zaak geheel bij God ligt. Voorzichtig wil ik wel stellen dat van die vetgedrukte stukjes ik meer proef van 'zelfkastijding' dan vernedering. Maar dit is erg subjectief. Daarom ben ik ook benieuwt naar datgene wat nu eigenlijk bepaald dat het buigen 'zoet smakelijk' wordt.

-goede zondag-
Rinie

Bericht door Rinie »

Ha mensen,
Dit was inderdaad een stukje waar ik tegen aan liep in het RD. Moerkerken is het duidelijk niet eens met ds. Harinck (zoals ik dus wel, die het begin van deze discussie).
Naar mijn idee zit inderdaad het probleem bij het plaatsen van deze diepe ellendekennis voor het leren kennen van Christus. Moerkerken probeert dit te ondersteunen met enkele bijbelteksten. Naar mijn idee voldoen die in het geheel niet, want David en Micha kenden God al van zeer nabij, en bij de moordenaar aan het kruis was het niet een erkennen van zijn doemwaardigheid, maar van het rechtvaardigen van zijn aardse straf. Hij was gekruisigd omdat hij iemand vermoord had, en daarom was zijn straf terecht. Verder onderbouwt ds. Moerkerken zijn dogma met een citaat van Comrie, maar hebben diens woorden dezelfde zeggingskracht als Gods Woord? Laten we inderdaad buigen voor Gods Woord, ook waar het om bevinding gaat. Niet spreken over zoet buigen onder Gods rechtvaardig oordeel (in onverschilligheid van het heil), maar over het rust vinden in Christus, in Wie Gods rechtvaardigheid voldaan is.
Lecram

Bericht door Lecram »

Ik weet niet waar ds. Moerkerken het vandaan heeft, maar ds. Harinck heeft zeker niet beweerd dat in de GG de standaard geldt van het ondertekenen van je eigen verdoemenis. Dat dat gebeurt, erkent ds. Moerkerken ook, en daarin zijn ze het dus met elkaar eens. Dus van tegengestelde meningen is in dit geval geen sprake.

Ik zou liever zien dat ds. Moerkerken eens inhoudelijk inging op de zaken die ds. Harinck aanhaalt, m.b.t. de weg van de discipelen en Christus, als weg die AL Gods volk gaat. Dat zijn nl. directe weerleggingen van zaken die ds. Moerkerken heeft geleerd.
Gebruikersavatar
ndonselaar
Berichten: 3105
Lid geworden op: 29 dec 2001, 12:34
Contacteer:

Bericht door ndonselaar »

Wat betreft de zaligmakende ellendekennis; is er m.i. een accentsverschil. Ook ds.Harinck stelt dat de zaligmakende ellendekennis een werk is van de Geest van Christus; maar wil daar niet van opzichzelf over praten.
Inderdaad Zeeuw lijkt het alsof het verschil nu niet is dat men zijn eigen verdoemenis moet onderschrijven, dit is met het vervolgartikel duidelijk bewezen, maar het onderscheidenlijk brengen van de ellendekennis en de zucht om genade of Christuskennis.

Ik kan met Ds. Harinck/Moerkerken onderschrijven dat zaligmakende ellendekennis een werk is van de Geest van Christus. Toch blijf ik met dit separerende element een groot probleem houden, daarom ook mijn opmerking 'ik was het bijna eens met Ds. Moerkerken.' Het éne is niet los te maken van het andere. Vanuit de ellende wordt de zucht om genade geboren. Dit is niet te scheiden!

En ja dat 'zoete buigen' is dat niet iets wat Gods volk dagelijks moet leren?

Dan nog even op het stukje van Ds. Moerkerken en dan voornamelijk hoe hij eea probeert te staven. Onlangs las ik van hem een stukje in de Saambinder betreft het wel of niet aanzitten van Judas aan de tafel des Heeren. Eerlijk haalt hij hierin zowel voor als tegenstanders aan en laat hij de Schrift niet buikspreken maar gaat op zoek wat de Schrift hiervan zegt.

Bij dit laatste artikel kan ik me niet aan de indruk onttrekken dat hij met zijn standpunt naar de Schrift gaat en zo de Schrift wil lezen.
Leo

Bericht door Leo »

Origineel geplaatst door Lecram
Ik weet niet waar ds. Moerkerken het vandaan heeft, maar ds. Harinck heeft zeker niet beweerd dat in de GG de standaard geldt van het ondertekenen van je eigen verdoemenis. Dat dat gebeurt, erkent ds. Moerkerken ook, en daarin zijn ze het dus met elkaar eens. Dus van tegengestelde meningen is in dit geval geen sprake.

Ik zou liever zien dat ds. Moerkerken eens inhoudelijk inging op de zaken die ds. Harinck aanhaalt, m.b.t. de weg van de discipelen en Christus, als weg die AL Gods volk gaat. Dat zijn nl. directe weerleggingen van zaken die ds. Moerkerken heeft geleerd.
Lecram,

Feitelijk weet je toch al genoeg?
Ik citeer nog even het stukje wat refo ook al aanhaalde en ndonselaar ook:

"Overigens moet een mens wel leren dat, hoeveel zoetigheid er ook in dit buigen mag liggen, de zaligheid nog ergens anders ligt. Beter gezegd: in èen Ander".

Is dit Bijbelse taal?
Is er 'buigen' voor God buiten Christus?
Als dit geen dwaalleer is (Galaten 1) wat is dan nog wel een dwaalleer?
Refojongere

Bericht door Refojongere »

Hoho, laten we ds. Moerkerken nu niet direct aanvallen op zo'n ongelukkig zinnetje.
Waarschijnlijk heeft hij dit bedoeld: Het is zalig de zoetigheid te mogen smaken in dit buigen voor God. Maar, dat is niet het eindstation, de echte zaligheid ligt nog ergens anders, in een Ander.

Refo zei het al eerder, 'nog' kun je tussen haakjes zetten. We moeten niet doen alsof hij het woordje 'nog' bedoelde als 'ook'.
1. De zaligheid ligt NOG ergens anders
2. De zaligheid ligt nog ergens ANDERS, beter gezegd in EEN Ander.

2. lijkt mij aannemelijker, het blijft wat ongelukkig, maar laten we aannemen dat deze dominee heel goed weet dat zijn zaligheid slechts in Christus zeker is.
Plaats reactie