Is het een dilemma: Woord óf Geest? En verstoppen mensen die alle aandacht vragen voor het Woord, de Geest achter het Woord? Integendeel. De Geest hanteert zelf het Woord als het middel om ons te raken en te bereiken. Het Woord is nu juist zijn werktuig, het zwaard van de Geest (Ef. 6:17). Daarmee komt de Geest het meest doordringend ons leven binnen. Hij raakt en beroert ons met het Woord tot in het diepst van onze ziel. Hij raakt ons gevoel én ons verstand, onze wil en ons hart. Dat zegt Hebreeën 4:12: Gods Woord is scherp als een ontleedmes.Gelovig lezen van de Bijbel maakt dan ook heel wat gevoelens los; mooie: opluchting, veiligheid, vertrouwen, dankbaarheid, troost, hoop, moed, verwondering, bewondering. Maar ook minder mooie...:
De vraag is: Zijn Woord en Geest te scheiden?
het volgende citaat is van de hand van Dr v/d Sluijs.
Volgens de predikant hebben Luther en Calvijn de Geest nauw aan het Woord gebonden. „Er zou van de Geest geen sprake zijn zonder het Woord en het Woord zou niet ter sprake komen zonder de Geest. Bijna was hier letterlijk sprake van een vereenzelviging. Woord en Geest waren niet te scheiden voor de reformatoren, al wilde Calvijn in deze wat meer ónderscheiden dan Luther. Daarmee beleed men in de lijn van Nicea (325 na Chr.) dat de Geest uitgaat van de Vader en van de Zoon. Beleden werd de uiterst bescheiden opstelling van de Geest binnen de goddelijke drie-eenheid en dan ook binnen de trinitarische spreiding van het werk van God.
De hervorming zette daarmee de lijn van de Oude Kerk voort. Voortaan zou alleen de Schrift de dienst weer uitmaken van en in de kerk. En dan altijd door en in de Geest. Het Woord kon je horen, de Geest niet. Maar dan zó dat je het Schriftgeworden Woord alleen maar kon horen door de Geest. De Geest sprak en spreekt door en in het Schriftgeworden Woord. De Geest gaat nooit uit van zichzelf, daar is Hij veel te bescheiden voor. Hij zou immers van zichzelf niet spreken, maar Christus (het Woord) verheerlijken.” Ds. Van der Sluijs schrijft dat we vanuit het verstaan van de Schrift alleen in en door de Geest de traditie van de Reformatie en van de kerkvaders verstaan „en daar dan ook in staan en zó daarin verder gaan. Het ”alleen de Schrift” blijft daarmee recht overeind. Alleen het Woord van God zal ons leven bepalen, en geen mensenwoorden, hoe geestelijk ze ook zijn of lijken te zijn.”
„Ik wil maar zeggen dat het ”alleen de Schrift” een reformatorisch baken was in de woelige zee van de geestdrijverij van die dagen”, aldus ds. Van der Sluijs.