Probleem binnen de 'afgescheiden stromingen', zoals jij ze noemt is het volgende. De Dordtsche vaders hebben een document opgesteld tegen de Remonstranten. Dat was natuurlijk hun goed recht en in die tijd wellicht ook nodig.
Een aantal artikelen gaat over de wedergeboorte. Eén artikel, nl het volgende, is een geliefd artikel:
3/4-12. En dit is die wedergeboorte, die vernieuwing, nieuwe schepping, opwekking van de doden en levendmaking, waarvan zo heerlijk in de Schrift gesproken wordt, dewelke God zonder ons in ons werkt. En deze wordt in ons niet teweeggebracht door middel van de uiterlijke prediking alleen, noch door aanrading, of zulke manier van werking, dat, wanneer nu God Zijn werk volbracht heeft, het alsdan nog in de macht des mensen zou staan wedergeboren te worden of niet wedergeboren te worden, bekeerd te worden of niet bekeerd te worden. Maar het is een gans bovennatuurlijke, een zeer krachtige, en tegelijk zeer zoete, wonderlijke, verborgen, en onuitsprekelijke werking, dewelke, naar het getuigenis der Schrift (die van den Auteur van deze werking is ingegeven), in haar kracht niet minder noch geringer is dan de schepping of de opwekking der doden; alzo dat al diegenen, in wier harten God op deze wonderbaarlijke wijze werkt, zekerlijk, onfeilbaar en krachtiglijk wedergeboren worden en daadwerkelijk geloven. En alsdan wordt de wil, zijnde nu vernieuwd, niet alleen van God gedreven en bewogen, maar, van God bewogen zijnde, werkt hij ook zelf. Waarom ook terecht gezegd wordt dat de mens, door de genade die hij ontvangen heeft, gelooft en zich bekeert.
In die tijd was er een kwestie met de Remonstranten. Die hadden bepaalde denkbeelden waar de contr-Remonstranten het niet mee eens waren. Eén van de geschilpunten was 'de techniek van de wedergeboorte'. De contra's willen met dit artikel uit en te na benadrukken dat de wedergeboorte Gods werk is en dat de mens daaraan niets af of toe doet. Dat klopt ook. Niemand die het tegenspreekt. Misschien toen zelfs de Remonstranten ook wel niet.
Maar goed. Wat is er in de tijd gebeurd? Dit artikel stond daar en werd steeds opnieuw gelezen. Wat staat er? Dat alles van Gods kant komt en niets, niets, niets, niets van de mens. Zelfs de prediking niet, bidden niet, kerkgaan niet. Niets.
De opstellers vonden het zelf ook wel wat kras om zo technisch met deze zaken om te gaan en haastten zich te verklaren in het volgende artikel:
3/4-13. De wijze van deze werking kunnen de gelovigen in dit leven niet volkomenlijk begrijpen; ondertussen stellen zij zich daarin gerust, dat zij weten en gevoelen, dat zij door deze genade Gods met het hart geloven, en hun Zaligmaker liefhebben.
Kortom, het is wel zo, maar reken er niet mee. Wie gelooft, weet zeker dat dat artikel 12 waar geweest is. Dat beschrijft alleen ons geschil met de remonstranten. Gemeenteleden: gelooft en luister niet naar de remonstranten. Die menen dat de mens wat doet, maar dat is niet zo. God doet alles.
Maar gaandeweg werden de theologen in de 'afgescheiden hoek' slimmer. Ja, wacht even! Als God zo werkt, dan kan de verkondiging niet meer zijn dan een 'voorstellen'. De prediking wordt dan: áls God werkt (met een nadrukje op als) dan gaat het als volgt. Aandringen? Werkt niet! Nodigen? Wie dan?! Tot geloof roepen? Kan niet! Zonder ons, in ons. Staat er toch?
Een ieder die iets 'anders' leert, ook als staat dat in de Bijbel, is een Remonstrant. En als het niet zo duidelijk is, dan is het een 'praktische remonstrant'. Wel niet een echte, maar hij zal het worden.
[Aangepast op 18/5/04 door refo]