Beste Matthijs,Matthijs zei: We zouden ons wel de vraag kunnen stellen, waarom we zalig willen worden. Wat is de reden om zalig te worden?
Eigen je het heil toe om niet naar de hel te willen, maar naar de hemel? Is dat de reden??
Zou je alleen om die reden Christus mogen omhelzen? Volgens mij ben je dan wel erg huichelachtig.
Je moet de Samenspraken van ds. L. Vroegindeweij op de hoofdsite maar eens gaan bekijken. Omdat ik weet dat er meerderen zijn die zoals jij denken, wat heel begrijpelijk is, ik heb ook zo gedacht, plaats ik het stukje. Onder 'Uit drang tot zelfbehoud' staat het volgende:
"Wat heeft het voor nut, dominee, om voor zelfbehoud Jezus te zoeken? Wij moeten Hem toch zoeken om Hem Zelf?
Dat kun je nooit, Thomas, wat ben je nu toch weer in het werkverbond bezig. Als God eiste dat we eerst de Heere Jezus moeten zoeken om Hemzelf, voordat wij Hem vinden kunnen, was het verloren, man. Zoek maar zelf naar behoud, doch bid God om ervoor bewaard te mogen worden, van je zoeken een grond te maken. Ik zal je een stuk van Thomas Boston voorleggen. Laat dat maar eens op je inwerken. Het is ook een naamgenoot. "Daar moet eerst zijn, zegt hij, een algemeen geloof dat er genade bij God is. Daarna moeten wij krijgen te geloven dat er genade voor mij is. De uitwerking van het algemeen geloof is een hoogachting voor Christus en Zijn Verbond, een vurige begeerte van enigheid en gemeenschap met Hem, een verlangen naar Zijn gerechtigheid, gelijk een hongerig mens naar spijs of een dorstig mens naar drank verlangt. De mens ziet inderdaad, dat hij geen bijzonder aandeel in Christus of Zijn gerechtigheid heeft, doch hij wilde het gaarne hebben. Alles is zonder dat sappeloos voor hem. Zijn ziel in hem roept: Geef mij Christus of ik sterf. Hij is genegen alles te verlaten en Hem aan te nemen in de plaats van alles. Dit leren de gelijkenissen van de schat en de parel. Niettemin is deze achting en begeerte naar Christus van die onderscheiden, welke volgt op de vereniging der ziel met Christus, wanneer het geloof van Hem en Zijn weldaden bezield is, en een gezicht van Zijn innerlijk uitmuntende waarde en achting verkregen heeft (1 Petrus 2 : 7). De ware bron van al deze begeerte en achting is de drang tot zelfbehoud. De koopman zoekt kostelijke parelen tot zijn eigen versiering. Tot dit doel wil hij die éne hebben. De arme zondaar wordt hevig vervolgd met de vloek der wet, die gestadig dood en verdoemenis in zijn oren doet klinken. Middelerwijl krijgt hij een gezicht uit de verte van de vrijstad, derhalve snelt hij daarheen. Maar wat doet hem lopen? Wat anders dan leven, leven, dierbaar leven, opdat hij niet verloren ga. Waarlijk, van hem is niet te verwachten dat hij door een edelmoedig beginsel kan te werk gaan, voordat hij
verenigd is. Maar laat hem niet vrezen, hij is bij Christus welkom, zelfs al komt hij door geen hoger beginsel. De waarheid is, dat de Heere Jezus, door Zijn Geest, het beginsel van zelfbehoud gaande maakt. Een zaak, die in zichzelf goed is, gebruikt de Heere als een middel om zondaren tot Hem te doen haasten. Dit blijkt uit de klacht in Johannes 5 : 40: "Gij wilt tot Mij niet komen, opdat gij het leven moogt hebben." Kan iemand zich verbeelden dat onze Heere een zondaar, als hij bij Hem om leven komt, zal verwerpen? Waarom klaagt dan de Heere Jezus dat de zondaren te dien einde niet bij Hem willen komen?
Dus, dominee, om zelfbehoud Jezus zoeken, geen grond van dat zoeken maken, maar wel van Zijn belofte: wie volharden zal tot het einde (is zoeken, strijden, bidden, kloppen, begeren) zal zalig worden? Geen enkele grond in jezelf zoeken, Thomas, want je bent en blijft in jezelf een verloren zondaar, doch alle grond zoeken in de beloften van het Evangelie.
En als ik deze beloften goed vast heb, dominee?
Dan komt het op de geboorte van Izaäk aan, Thomas, dus op de vervulling der belofte.