DDD schreef:Maar dat is geen antwoord op de vraag. De wederkomst kwam in ieder geval niet binnen één generatie, daarover kunnen we het eens zijn.
Wat zou er gebeuren tijdens de wederkomst?
wat zou er allemaal gebeuren tijdens zijn wederkomst ? en wat zei Jezus zelf over zijn wederkomst ?
‘Want de Zoon des mensen zal komen in de heerlijkheid van Zijn Vader, met Zijn engelen, en dan zal Hij ieder vergelden naar zijn daden.’
(Mattheus 16:27)
Jezus zei dat Hij zou komen om ieder te vergelden naar zijn daden. Dat betekent dat Hij zou komen om te oordelen. Dit is dus wat er zou gebeuren tijdens de wederkomst: VERGELDING. Ook de apostel Paulus zei dat de wederkomst van Jezus betekende dat Hij zou STRAFFEN:
'…wanneer Jezus, de Heer, vanuit de hemel verschijnt. Dan komt hij in een vlammend vuur en omringd door engelen, door wie hij zijn macht manifesteert; dan straft hij hen die God niet erkennen en het evangelie van onze Heer Jezus niet gehoorzamen.’
(2 Tessalonicenzen 1:6-8)
De apostel die de brief aan de Hebreeen schreef, zei hetzelfde:
'Mij komt de wraak toe, Ik zal het vergelden! En wederom: De Heer zal zijn volk oordelen. Vreselijk is het, te vallen in de handen van de levende God! (…) Want nog een korte, korte tijd, en Hij die komt zal er zijn en niet op Zich laten wachten.’
(Hebr. 10:30-31, 36)
Ook hier wordt gezegd dat 'Hij die komt' zou komen om wraak te nemen, te vergelden en te oordelen. Jezus Christus en Zijn apostelen zeiden dus unaniem dat de wederkomst een tijd zou zijn waarop Jezus zou komen met Zijn legers engelen, met een hevig vuur, om Gods volk te oordelen. Het zou vreselijk zijn te vallen in Zijn handen, Hij zou komen om te straffen.
Wraak, vergelding, vuur, oordeel, straf, vreselijk... De wederkomst zou dus iets verschrikkelijks zijn!
Jezus zou komen om te oordelen.
maar wie zou dat zijn
'Ik verzeker u, broeders en zusters: het evangelie dat ik verkondigd heb, is geen zaak van mensen. Ik heb het ook niet van een mens ontvangen of geleerd, nee, het is me geopenbaard door Jezus Christus.' (Galaten 1:12)
Het woord apostel betekent 'gezonden met gezag om degene te vertegenwoordigen die je gezonden heeft'. Paulus was dus een directe vertegenwoordiger van Jezus Christus. Hij werd ook geweldig vervolgd, net zoals Jezus vervolgd werd. Daarom heeft Paulus autoriteit.
Wat zei Paulus over de wederkomst? Wie zou volgens hem deze toorn ondergaan? Het antwoord vinden we in zijn brieven aan de Tessalonicenzen. Paulus schreef uitvoerig aan de Tessalonicenzen over de wederkomst en de toorn van God, en hij duidde heel specifiek aan wie Gods toorn zou ondergaan:
‘…de Joden, die zelfs de Here Jezus en de profeten gedood en ons tot het uiterste vervolgd hebben, die God niet behagen en tegen alle mensen ingaan, daar zij ons verhinderen tot de heidenen te spreken tot hun behoud, waardoor zij te allen tijde de maat van hun zonden vol maken. De toorn is over hen gekomen tot het einde.’
(1 Tessalonicenzen. 2:14-16)
De toorn zou over de Joden komen, omdat zij altijd Gods profeten gedood hadden en uiteindelijk zelfs Jezus vermoordden.
Zij waren in die tijd degenen die 'God niet erkennen en het evangelie niet gehoorzamen', de apostelen 'tot het uiterste vervolgden' en de verkondiging van het evangelie verhinderden. Ze hadden de maat van hun zonde volgemaakt, en de toorn zou nu over hen komen.
Dat klopt met wat God al lang op voorhand had aangekondigd doorheen de profeten van het Oude Testament. Steeds opnieuw stuurde de Heer zijn profeten om Israel tot inkeer te brengen, maar allemaal werden ze vermoord. Daarom voorspelde de Heer doorheen Zijn profeten dat er een dag zou aanbreken waarop Hij zou komen, om Zijn toorn te openbaren over Jeruzalem. Zo voorspelde de profeet Jesaja:
‘Sion... Jeruzalem... zie, de Heer zal komen met vuur en zijn wagens zullen zijn als een storm, om Zijn toorn te openbaren in gloed en zijn dreiging in vuurvlammen.’ (Jesaja 66:15)
Dat is precies hetzelfde wat Paulus schreef: de Heer zou komen met een geweldig vuur, om Zijn toorn te openbaren over Sion en Jeruzalem. Ook de profeet Micha sprak tot de Joodse leiders en zei dat Gods oordeel betekende dat heel Jeruzalem verwoest zou worden:
'...leiders van het huis van Israël, die een afschuw hebben van recht en al wat recht is, verdraaien, die Sion bouwen met bloed en Jeruzalem met onrecht. ... Daarom zal om uwentwil Sion als een akker worden omgeploegd, en Jeruzalem zal worden tot steenhopen, ja de tempelberg tot woudhoogten.’ (Micha 3:9, 10, 12)
Dat is precies wat Jezus Christus zelf ook zei. In Mattheus 23 lezen we hoe Jezus sprak tot de leiders van Israel en hen confronteerde met hun slechtheid. Hij noemde hen 'huichelaars', 'slangen' en 'adders' en zei dat zij het oordeel zouden ondergaan:
'Wee u, schriftgeleerden en Farizeeën, huichelaars,... Slangen! Adders!
Hoe zou u kunnen ontkomen aan de veroordeling tot de hel?
Uiteindelijk zal op uw hoofd neerkomen al het onschuldige bloed dat op aarde vergoten is, van het bloed van de rechtvaardige Abel tot het bloed van Zacharias, de zoon van Berekja, die u vermoord hebt tussen de tempel en het altaar.
Ja, ik verzeker u, dat alles zal neerkomen op deze generatie.
Jeruzalem, Jeruzalem!
U doodt de profeten en stenigt hen die God u gestuurd heeft.
Ja, uw huis zal als een woestenij achterblijven.’
(Mattheus 23:27, 33-38)
Net als Paulus en de profeten, zei Jezus dat het de Joden waren die het oordeel van God zouden ondergaan. Heel Jeruzalem zou een woestenij worden. Maar dat niet alleen, de heilige tempel - het belangrijkste element van Israel - zou tot de laatste steen afgebroken worden:
‘Zijn leerlingen kwamen naar hem toe en wezen hem op de gebouwen van de tempel. ‘Ja,’ zei Jezus hun, ‘zien jullie dat alles? Ik verzeker jullie: er zal geen steen op de andere blijven staan; alles wordt met de grond gelijkgemaakt.'
(Mattheus 24:1-2)
jezus tempel verwoesting
Sommigen denken dat Gods oordeel los staat van de wederkomst, maar dat druist volkomen in tegen alles wat zowel de profeten, de apostelen als Jezus zelf zeiden over de komst van de Heer. Telkens ze spraken over Zijn komst, zeiden ze dat Hij zou komen om te oordelen. Dat blijkt eens te meer uit de vraag die de leerlingen aan Jezus stelden. Toen Hij het oordeel over Israel aankondigde, vroegen ze Hem in een adem wanneer deze dingen zouden gebeuren en wat het teken zou zijn van Zijn komst:
‘Zeg ons, wanneer zullen deze dingen gebeuren? En wat is het teken van uw komst en van de voleinding van dit tijdperk?’ (Mattheus 24:3)
Jezus voorspelde het einde van Israel
Jezus Christus, de profeten en de apostelen zeiden dus unaniem dat de komst van de Heer betekende dat Gods toorn zou worden uitgestort over Israel, omdat ze altijd Gods profeten vervolgd hadden. Jezus zou komen op de wolken om te vergelden, om wraak te nemen, om Zijn volk te oordelen, de maat van hun zonde was volgemaakt, de toorn was over hen gekomen tot het einde, ze zouden het oordeel niet kunnen ontlopen, Hij zou komen met vuur om te vernietigen, Jeruzalem en de tempel zouden volkomen verwoest worden.
De totale vernietiging van Jeruzalem en de tempel zou het einde betekenen van Israel zelf. Want heel Israel was gecentraliseerd rond Jeruzalem en de tempel. Deze twee elementen waren de identiteit van Israel: de heilige stad en de heilige tempel. Jezus' aankondiging dat ze allebei zouden verwoest worden, betekende niets minder dan het einde van het toenmalige Israel.
Daarom spraken Jezus en de apostelen altijd over het einde en de voltooing van het tijdperk. Zijn komst zou het einde betekenen van het oude Israel.
Sommige vertalingen hebben zijn woorden foutief vertaald alsof het einde van de 'wereld' zou komen. Maar dat is absoluut niet wat Jezus zei.
Telkens Jezus sprak over het einde of de voltooiing, gebruikte Hij het Griekse woord 'AION' wat niet wereld betekent, maar 'TIJDPERK'. De leerlingen vroegen Hem niet wanneer het einde van de 'wereld' zou komen, zoals verkeerde bijbelvertalingen ons wilen duidelijk maken, ze vroegen Jezus wanneer het einde zou komen van hun tijdperk. Jezus kondigde immers niet de verwoesting aan van alle steden ter wereld, Hij voorspelde de verwoesting van slechts deze ene stad: Jeruzalem!
